Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 121.582
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

201903798/2/A2

Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 3 december 2019, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van mr. A.W.M. Bijloos (hierna: de staatsraad) bij de behandeling van de zaak nr. 201903798/1/A2.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:331
Datum uitspraak
31 januari 2020
  • Wraking
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak201903798/2/A2

201803188/5/R3

Bij besluit van 1 februari 2018 heeft de raad van de gemeente Rotterdam het bestemmingsplan "Lijnbaankwartier-Coolsingel" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:315
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak201803188/5/R3

201905303/1/V1

Bij besluit van 19 april 2018 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:322
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201905303/1/V1

201905835/1/V1

Bij besluit van 9 februari 2018 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om haar een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:321
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201905835/1/V1

201908073/2/R3

Bij besluit van 23 september 2019 heeft de raad het bestemmingsplan "Tubbergen, De Esch" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:318
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak201908073/2/R3

201908074/2/R3

Bij besluit van 27 augustus 2019 heeft het college hogere waarden als bedoeld in artikel 83 en de artikelen 110a t/m 110h van de Wet geluidhinder (hierna: Wgh) vastgesteld ten behoeve van het bestemmingsplan "Tubbergen, De Esch".

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:319
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak201908074/2/R3

201908773/1/V3

Bij besluit van 8 november 2019 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:327
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak201908773/1/V3

201908982/2/R1

Bij besluit van 18 april 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam aan Het Zwarte Fietsenplan een last onder dwangsom opgelegd. Het Zwarte Fietsenplan exploiteert aan de Prins Hendrikkade 11 te Amsterdam een bedrijf, genaamd "Het Zwarte Fietsenplan", dat fietsen verkoopt, repareert en verhuurt. De fietsen worden onder meer aan toeristen verhuurd. Volgens het college is de verhuur van fietsen aan toeristen in strijd met het ter plaatse geldende bestemminsplan. Het college heeft daarom een last onder dwangsom opgelegd die inhoudt dat Het Zwarte Fietsenplan de overtreding van bestemmingsplan beëindigt en beëindigd houdt. Dit betekent dat Het Zwarte Fietsenplan de fietsverhuur moet staken en gestaakt houden. De dwangsom bedraagt € 10.000. Deze wordt verbeurd indien niet, niet volledig of niet tijdig aan de last wordt voldaan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:316
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201908982/2/R1

201808716/1/R2

Bij besluit van 14 juni 2018 heeft de raad van de gemeente Sint-Michielsgestel het bestemmingsplan "Buitengebied, tweede actualisatie" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:317
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201808716/1/R2

201904820/1/R3

Bij besluit van 19 maart 2019 heeft de raad van de gemeente Westland het bestemmingsplan "Waelplas" vastgesteld. Het bestemmingsplan voorziet in een deel van het woningbouwproject Waelpark in de Poelpolder tussen Naaldwijk en ‘s-Gravenzande. Het plan bevat twee plandelen die woningbouw mogelijk maken. Het plandeel "Woongebied -1" voorziet bij recht in de bouw van maximaal 61 woningen. Het plandeel "Woongebied - 2" moet worden uitgewerkt. In het voorziene uitwerkingsplan kunnen op die gronden maximaal 57 woningen mogelijk gemaakt worden.[appellant sub 1] en [appellant sub 2] wonen aan de [locatie 1] en [locatie 2] te ’s-Gravenzande. Beide percelen liggen in het plangebied. Zij vrezen dat de in het plan voorziene ontwikkelingen zullen leiden tot een onaanvaardbare aantasting van hun woon- en leefklimaat ter plaatse van hun woningen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:314
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak201904820/1/R3

201905539/2/A3

[appellanten] hebben hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 11 juni 2019. Het gaat in deze zaak over het zonder omzettings- dan wel omgevingsvergunningen omzetten van panden van zelfstandige woonruimte naar onzelfstandige woonruimte.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:324
Datum uitspraak
30 januari 2020
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201905539/2/A3

201807803/1/V3

Bij besluit van 4 september 2018 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:246
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak201807803/1/V3

201809885/1/V3

Bij uitspraak van 5 december 2018 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:236
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak201809885/1/V3

201809944/1/V3

Bij besluit van 4 november 2018 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:245
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak201809944/1/V3

201901774/1/V3

Bij besluit van 27 september 2016 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:249
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak201901774/1/V3

201902667/1/V1

Bij besluit van 2 februari 2017 heeft de staatssecretaris aanvragen om de vreemdelingen een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:311
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201902667/1/V1

201903236/1/V3

Bij besluit van 27 maart 2019 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:244
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak201903236/1/V3

201903894/1/V3

Bij besluit van 6 maart 2019 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:312
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201903894/1/V3

201904396/1/V3

Bij besluiten van 1 oktober 2018 heeft de staatssecretaris aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:313
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201904396/1/V3

201904478/1/V3

Bij besluit van 9 mei 2019 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:243
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak201904478/1/V3

201905519/1/V2

Bij besluit van 13 juni 2019 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:306
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201905519/1/V2

201909386/2/V2

Bij besluit van 18 oktober 2019 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:307
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201909386/2/V2

202000221/1/V2 en 202000221/2/V2

Bij besluit van 25 november 2019 heeft de staatssecretaris de vreemdeling medegedeeld dat hij aan Duitsland zal worden overgedragen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:308
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202000221/1/V2 en 202000221/2/V2

202000453/1/V3

Bij besluit van 31 augustus 2019 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:309
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202000453/1/V3

202000524/1/V3

Bij besluit van 4 november 2019 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:310
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202000524/1/V3

201704741/1/A2

Bij besluit van 16 juli 2013 heeft het college van burgemeester en wethouders van Oegstgeest een aanvraag van [appellante] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen. [appellante] is eigenares van het bedrijventerrein aan de [locatie] te Oegstgeest. Bij brief van 24 april 2012 heeft zij het college verzocht om een tegemoetkoming in planschade die zij in de vorm van een vermindering van de waarde van het bedrijventerrein heeft geleden als gevolg van het bij raadsbesluit in september 2006 vastgestelde bestemmingsplan Bedrijventerrein MEOB. Aan deze aanvraag heeft [appellante] ten grondslag gelegd dat het onder het oude planologische regime van het bij raadsbesluit van 11 november 1993 vastgestelde bestemmingsplan De Morsebel was toegestaan om 34 bedrijfswoningen op het bedrijventerrein op te richten (twee bedrijfswoningen per bedrijf) en dat deze bebouwingsmogelijkheid bij de inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan op 21 juni 2007 is komen te vervallen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:253
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201704741/1/A2

201801320/1/R3

Bij besluit van 18 december 2017 heeft de raad van de gemeente Enschede het bestemmingsplan "Hornbach" vastgesteld. Hornbach wil op het perceel Kuipersdijk 430 te Enschede een bouwmarkt met een tuincentrum en een drive-in openen. Het bestemmingsplan voorziet dus op dit perceel bij recht in een bouwmarkt met een tuincentrum en drive-in, en de daarvoor benodigde ontsluitingswegen. Aan de noordzijde grenst het plangebied aan het gebied Kotmanplaats, wat een deelgebied is van de projectontwikkeling Zuiderval. Dit deelgebied is ingevuld met grootschalige bebouwing zoals een brandweerkazerne en vestigingen van onder meer de bouwmarkt Praxis en de supermarkt Nettorama. Verder bevinden zich op of langs de Zuiderval verschillende fastfoodketens en een parkeerterrein. 2. Om het bouwplan mogelijk te maken heeft het college een omgevingsvergunning verleend op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder a en b, en artikel 2.2, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:283
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak201801320/1/R3

201804041/1/A1

Bij besluit van 20 december 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag zijn beslissing op schrift gesteld om op 14 december 2017 spoedeisende bestuursdwang jegens [appellante] toe te passen wegens het door haar in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen. Daarbij heeft het college vermeld dat van de kosten van bestuursdwang een bedrag van € 126,00 voor rekening van [appellante] komt.De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een huisvuilzak die op 14 december 2017 naast een aangewezen inzamelvoorziening op de Thomsonlaan te Den Haag, ter hoogte van nummer 111, is aangetroffen. Omdat in de huisvuilzak een adresdrager is aangetroffen, namelijk een enveloppe, geadresseerd aan de ouders/verzorgers van de minderjarige dochter van [appellante], gaat het college ervan uit dat [appellante] als overtreder van artikel 9 van de Afvalstoffenverordening kan worden aangemerkt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:252
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201804041/1/A1

201806261/1/R1

Bij besluit van 14 juni 2018 heeft de raad het bestemmingsplan "Facetherziening Noodoverloop De Ronde Hoep" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:221
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak201806261/1/R1

201806732/1/A1

Bij besluit van 11 december 2012, aangevuld bij besluit van 21 juli 2014, heeft het college van burgemeester en wethouders van Leiden omgevingsvergunning verleend aan [vergunninghouder] voor de legalisering van een serre bij het café de Bonte Koe aan de Hooglandsekerk-Choorsteeg 13 te Leiden. [belanghebbende] was eigenaar van een woon-winkelpand aan de Hooigracht 26 tegenover het café. Hij verzette zich tegen de vergunningverlening vanwege de geluidoverlast die hij en zijn echtgenote van het café ondervonden, met name van bezoekers die buiten staan te roken en de drinken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:298
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak201806732/1/A1

201807055/1/R3

Bij besluit van 19 juni 2018 heeft de raad van de gemeente Steenwijkerland het bestemmingsplan "Veneweg 39, Wanneperveen" vastgesteld. Het perceel Veneweg 39 in Wanneperveen is een voormalig agrarisch perceel. De eigenaar van het perceel heeft het voornemen om, na sloop van de agrarische bedrijfsopstallen, op dit perceel een gecombineerde ontwikkeling van wonen en verblijfsrecreatie te realiseren. [appellant sub 1] woont op het perceel [locatie 1] in Wanneperveen. [appellant sub 1] kan zich niet verenigen met het plan, voor zover dit plan het mogelijk maakt dat in het noordelijke deel van het plangebied op de gronden met de bestemming "Tuin", onbeperkt vlaggenmasten met een hoogte van 6 m kunnen worden geplaatst.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:259
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak201807055/1/R3

201807314/1/R3

Bij besluit van 12 juli 2018 heeft de raad van de gemeente Goeree-Overflakkee het bestemmingsplan "Hazersweg 25, Ouddorp" vastgesteld. Het bestemmingsplan "Hazersweg 25, Ouddorp" maakt de herontwikkeling van het perceel mogelijk. Volgens de plantoelichting worden de woonboerderij en het wagenhuis gerestaureerd. Op de locatie van het wagenhuis voorziet het plan door middel van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - voormalig agrarisch bedrijf" in meerdere functies, zoals een bed and breakfast. Op de plek waar de schuur staat, worden zes appartementen voor senioren in de vorm van de ter plaatse thans aanwezige, maar te slopen schuur gerealiseerd. Het plan voorziet verder in de realisatie van zes grondgebonden woningen aan de zuidoostzijde van het perceel. Het plan voorziet verder in zes twee-onder-een kapwoningen of vrijstaande woningen langs de Havenweg.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:299
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak201807314/1/R3

201807377/1/R2

Bij besluit van 3 juli 2018 heeft de raad van de gemeente 's-Hertogenbosch het bestemmingsplan "Kom Nuland" vastgesteld. Het plan voorziet in een actuele planologische regeling voor de bebouwde kom van Nuland. Het plan maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk. Wel zijn voor bepaalde gronden de planregels en de verbeelding aangepast. Dit geldt onder andere voor de gronden aan de [locatie] en de Zandstraat (ongenummerd). [appellant sub 1] is eigenaar van de woning aan de [locatie]. [appellant sub 1] verhuurt de woning. De woning ligt op een groenstrook tussen de Rijksweg en de rijksweg A59, aan de rand van de bebouwde kom van Nuland. [appellant sub 1] kan zich niet met het plan verenigen, omdat volgens hem ten onrechte de bestemming "Groen" en de functieaanduiding "specifieke vorm van wonen - persoonsgebonden overgangsrecht" aan zijn perceel zijn toegekend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:286
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201807377/1/R2

201808138/1/A1

Bij besluit van 14 augustus 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg aan [vergunninghouder] omgevingsvergunning verleend voor het oprichten van een erfafscheiding op het perceel [locatie 1] tegen de grens met het erf van het perceel [locatie 2] te Tilburg. [vergunninghouder] is eigenaar van de hoekwoning op het perceel [locatie 1] te Tilburg. Dit is een twee-onder-één-kapwoning met de gespiegelde woning op het perceel [locatie 3] te Tilburg. [appellant] woont op het perceel naast/achter de woning van [vergunninghouder] met het adres [locatie 2] te Tilburg. [vergunninghouder] heeft een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend om een hekwerk te plaatsen op het perceel tussen zijn perceel en het perceel [locatie 2]. Dit hekwerk is 1,80 m hoog en langs dit hekwerk zal hedera worden geplant. Het college heeft bij besluit van 14 augustus 2017 omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van het hekwerk.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:296
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak201808138/1/A1

201808219/1/R3

Bij besluit van 24 april 2018 heeft het college van gedeputeerde staten van Fryslân aan Windpark Gooyum-Houw B.V. en Nuon Wind Development B.V. een vergunning verleend op grond van de Wet natuurbescherming. Bij ditzelfde besluit heeft het college van gedeputeerde staten aan Windpark Gooyum-Houw en Nuon ontheffing verleend van de verbodsbepalingen uit de artikelen 3.1 en 3.5 van de Wnb. De besluiten maken de oprichting van het windpark Nij Hiddum-Houw met bijbehorende voorzieningen mogelijk. Het beoogde windpark ligt bij de kop van de Afsluitdijk in de gemeente Súdwest-Fryslân en bestaat uit negen windturbines met een ashoogte van minimaal 90 m en maximaal 140 m en rotordiameter van minimaal 110 m en maximaal 136 m. De maximale tiphoogte bedraagt 188 m. De windturbines vervangen de tien kleinere windturbines van het huidige windpark Hiddum-Houw. Daarnaast worden nog zes bestaande solitaire windturbines in de omgeving gesaneerd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:301
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Friesland
  • uitspraakin de zaak201808219/1/R3

201809138/1/A3

Bij besluit van 2 juni 2017 heeft de burgemeester van Heerlen een sluiting van 12 maanden bevolen van [horeca-inrichting] aan de [locatie] te Heerlen. De [horeca-inrichting] is op 21 augustus 2016 een shisha-lounge geworden. De directe aanleiding voor de sluiting was een steekincident in deze horeca-inrichting in de nacht van 7 mei 2017, waarna het slachtoffer op de intensive care van een ziekenhuis moest worden opgenomen. De duur van de sluiting acht de burgemeester evenredig en proportioneel. Hij acht een sluiting voor de maximale duur van 12 maanden nodig om de verstoring van de openbare orde te beëindigen en herhaling te voorkomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:293
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Drank en horeca
  • uitspraakin de zaak201809138/1/A3

201809458/1/A3

Bij besluit van 8 november 2017 heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur van Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. gedeeltelijk toegewezen. Op 12 februari 2015 hebben inspecteurs van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd een inspectie gehouden bij [tandartsenpraktijk]. Naar aanleiding daarvan is een inspectierapport opgesteld. Zilveren Kruis heeft de minister bij brief van 5 april 2017 op grond van de Wob verzocht om ‘informatie en/of documenten die betrekking hebben op [appellant A], praktijkeigenaar van [tandartsenpraktijk], [adres] , en/of diens tandartsenpraktijk(en) over de afgelopen vijf jaar’. De minister heeft gelet op het algemene karakter van het Wob-verzoek op 19 juni 2017 telefonisch contact opgenomen met Zilveren Kruis. Daarbij heeft Zilveren Kruis te kennen gegeven dat zij met name geïnteresseerd is in de uitkomsten van de inspectie bij de tandartsenpraktijk en in alle gegevens met betrekking tot röntgentoepassingen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:265
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201809458/1/A3

201809687/1/A3

Bij besluit van 6 maart 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Helmond beslist op een verzoek van [appellante] op grond van de Wet openbaarheid van bestuur.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:304
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201809687/1/A3

201810182/1/A3

Bij besluit van 10 juli 2017 heeft het college beslist op een verzoek van [appellante] op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob).

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:303
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201810182/1/A3

201810265/1/A2

Bij besluit van 25 april 2017 heeft het college van gedeputeerde staten van Limburg aan [wederpartij] een tegemoetkoming in planschade ter hoogte van € 1.100,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 28 april 2015, toegekend. [wederpartij] is eigenaar van de woning met bijbehorend perceel aan de [locatie] te Kerkrade. Op 28 april 2015 heeft hij het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade, bestaande uit een vermindering van de waarde van de woning, die hij heeft geleden als gevolg van het provinciale inpassingsplan Buitenring Parkstad Limburg 2012.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:281
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201810265/1/A2

201810355/1/A3

Bij besluit van 23 juni 2016 heeft het Commissariaat voor de Media het verzoek van RadioCorp om handhavend op te treden tegen de verspreiding door NPO van het aanbodkanaal NPO Sterren NL via DAB+ afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:277
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201810355/1/A3

201900368/1/R2

Bij besluit van 13 november 2018 heeft de raad het bestemmingsplan "Kom Woudrichem-Oudendijk Postweide 2017" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:300
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201900368/1/R2

201900743/1/A2

Bij besluit van 28 juni 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam de schulddienstverlening aan [appellante] beëindigd en bepaald dat zij drie jaar is uitgesloten van het doen van een nieuwe aanvraag om schulddienstverlening. Het college heeft [appellante] bij besluit van 12 juni 2013 toegelaten tot de schulddienstverlening. De schulddienstverlening bestond uit schuldbemiddeling om de schulden van [appellante] af te lossen. Het cluster Werk & Inkomen van de gemeente heeft vastgesteld dat op de bankrekening van [appellante] in de periode van 1 augustus 2013 tot en met 31 januari 2015 in totaal € 3.888,00 is gestort of bijgeschreven, terwijl zij op grond van de Participatiewet bijstand ontving. Daarom heeft het cluster W&I bij besluit van 20 maart 2015 het recht op bijstand.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:284
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak201900743/1/A2

201900826/1/A2

Bij besluit van 11 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg een aanvraag van [appellante] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen. Bij brief van 14 april 2016 heeft [appellante] het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade die zij heeft geleden als gevolg van de inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan. Aan deze aanvraag heeft zij ten grondslag gelegd dat het nieuwe bestemmingsplan voorziet in het realiseren van een nieuwbouwwijk in een dichtbij de woning gelegen agrarisch gebied en dat dit tot waardevermindering van de woning heeft geleid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:279
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201900826/1/A2

201900831/1/A2

Bij besluit van 11 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg een aanvraag van [appellant] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen. Bij brief van 26 februari 2016 heeft [appellant] het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade die hij heeft geleden als gevolg van de inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan. Aan deze aanvraag heeft hij ten grondslag gelegd dat het nieuwe bestemmingsplan voorziet in het realiseren van een nieuwbouwwijk in een dichtbij de woning gelegen agrarisch gebied en dat dit tot waardevermindering van de woning heeft geleid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:274
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201900831/1/A2

201900837/1/A2

Bij besluiten van 11 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg aanvragen van [appellant sub 1], [appellant sub 2] en [appellant sub 3] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen. [appellant sub 1] is eigenaar van de woning aan de [locatie 1] te Udenhout. Hij heeft die woning op 21 december 1992 gekocht. [appellant sub 2] is eigenaar van de woning aan de [locatie 2] te Udenhout. Hij heeft die woning vóór 11 december 1989 gekocht. [appellant sub 3] is eigenaar van de woning aan de [locatie 3] te Udenhout. Hij heeft die woning op 1 juli 1993 gekocht. Bij brieven van 8 februari 2016 hebben [appellant sub 1], [appellant sub 2] en [appellant sub 3] het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade die zij hebben geleden als gevolg van de inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:285
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201900837/1/A2

201900838/1/A2

Bij besluit van 11 mei 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg [appellant sub 1] een tegemoetkoming in planschade van € 24.850,00 toegekend en bepaald dat het door [appellant sub 1] betaalde recht van € 300,00 wordt terugbetaald. [appellant sub 1] is eigenaar van de woning aan de [locatie] te Udenhout. Hij heeft de woning op 16 december 2003 gekocht. Bij brief van 7 april 2015 heeft [appellant sub 1] het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade die hij heeft geleden als gevolg van de inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan. Aan deze aanvraag heeft hij ten grondslag gelegd dat het nieuwe bestemmingsplan voorziet in het realiseren van een nieuwbouwwijk in een dichtbij de woning gelegen agrarisch gebied en dat dit tot waardevermindering van de woning heeft geleid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:282
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201900838/1/A2

201900868/1/A2

Bij besluit van 19 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg [appellant sub 1] een tegemoetkoming in planschade van € 8.900,00, te vermeerderen met de wettelijke rente, toegekend en bepaald dat het door [appellant sub 1] betaalde recht van € 300,00 wordt terugbetaald. Bij brief van 8 februari 2016 heeft [appellant sub 1] het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade die hij heeft geleden als gevolg van de inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan. Aan deze aanvraag heeft hij ten grondslag gelegd dat het nieuwe bestemmingsplan voorziet in het realiseren van een nieuwbouwwijk in een dichtbij de woning gelegen agrarisch gebied en dat dit tot waardevermindering van de woning heeft geleid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:280
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201900868/1/A2

201900874/1/A2

Bij besluit van 11 mei 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg [appellant sub 1] een tegemoetkoming in planschade van € 39.300,00, te vermeerderen met de wettelijke rente, toegekend en bepaald dat het door [appellant sub 1] betaalde recht van € 300,00 wordt terugbetaald. Bij brief van 31 mei 2015 heeft [appellant sub 1] het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade die hij heeft geleden als gevolg van de inwerkingtreding van het bij raadsbesluit van 17 februari 2014 vastgestelde bestemmingsplan [appellante sub 2]. Aan deze aanvraag heeft hij ten grondslag gelegd dat het nieuwe bestemmingsplan voorziet in het realiseren van een nieuwbouwwijk in een dichtbij de woning gelegen agrarisch gebied (hierna: het plangebied) en dat dit tot waardevermindering van de woning heeft geleid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:287
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201900874/1/A2

201900879/1/A2

Bij besluit van 11 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg een aanvraag van [appellant] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen. Bij brief van 14 juni 2016 heeft [appellant] het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade die hij heeft geleden als gevolg van de inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan. Aan deze aanvraag heeft hij ten grondslag gelegd dat het nieuwe bestemmingsplan voorziet in het realiseren van een nieuwbouwwijk in een dichtbij de woning gelegen agrarisch gebied en dat dit tot waardevermindering van de woning heeft geleid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:276
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201900879/1/A2

201900965/1/A2

Bij besluit van 14 april 2017 heeft de RDW de tenaamstelling in het kentekenregister van het voertuig met kenteken [...] per 14 april 2017 vervallen verklaard. Op 8 maart 2017 heeft in opdracht van de RDW een onderzoek plaatsgevonden door een deskundige voertuigidentificatie van het Landelijk Informatiecentrum Voertuigcriminaliteit naar de identiteit van het desbetreffende voertuig. In het op basis van dit onderzoek opgestelde deskundigenrapport van 10 april 2017 is vermeld dat het VIN dat is aangetroffen volgens de deskundige is aangebracht door de fabrikant met uitzondering van de laatste zes posities. In dit gedeelte zijn slijpsporen aangetroffen. Tijdens de met daartoe bestemde, chemisch werkzame vloeistoffen toegepaste etsbehandeling werden slechts fragmenten van een eerder aangebracht nummer en twee maal het cijfer "1" zichtbaar. De exacte plaats waar deze enen gestaan moeten hebben kon niet worden vastgesteld. Daardoor kon de identiteit van het voertuig niet worden vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:278
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak201900965/1/A2

201900997/1/A1

Bij besluiten van 19 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Roerdalen Oostappen Groep B.V., Habitoflex B.V. en Huursnel B.V. (hierna gezamenlijk te noemen: Oostappen Groep B.V. en anderen) onder oplegging van een dwangsom gelast om de verhuur van de recreatieverblijven, met als doel daar arbeidsmigranten te huisvesten, te staken en gestaakt te houden. Het college heeft geconstateerd dat Oostappen Groep B.V. en anderen bungalows en stacaravans op het Bungalowpark Elfenmeer ter beschikking stellen aan arbeidsmigranten. Volgens het college wordt hiermee in strijd gehandeld met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Aan deze last is een dwangsom van € 30.000,00 per kalendermaand tot een maximum van € 300.000,00 verbonden. Oostappen Groep B.V. en anderen betwisten dat sprake is van een overtreding.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:256
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201900997/1/A1

201901246/1/A2

Bij besluit van 13 juli 2018 heeft de Belastingdienst/Toeslagen de huurtoeslag van [appellant] voor het berekeningsjaar 2017 vastgesteld op € 3.171,00 en een bedrag van € 673,00 aan teveel ontvangen toeslag teruggevorderd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:258
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak201901246/1/A2

201901354/1/A1, 201901433/1/A1 en 201901438/1/A1

Bij besluit van 22 maart 2018 heeft het algemeen bestuur het "Projectplan Noodoverloopgebied De Ronde Hoep" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:222
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Waterschapszaken
  • uitspraakin de zaak201901354/1/A1, 201901433/1/A1 en 201901438/1/A1

201901539/1/A3

Bij besluit van 8 mei 2017 heeft de toenmalige staatssecretaris van Economische Zaken de door [bedrijf] gevraagde ontheffing voor het houden en laten voortplanten van de invasieve uitheemse soorten beverrat en rode neusbeer geweigerd. [bedrijf] is een minidierentuin die door [appellant] wordt gehouden en die een aantal keer per jaar wordt opengesteld voor publiek. Tevens functioneert [bedrijf] als erkend opleidingscentrum. [bedrijf] heeft onder meer de soorten beverrat (Myocastor coypus) en rode neusbeer (Nasua nasua). Deze soorten zijn vermeld op de lijst van voor de Unie zorgwekkende invasieve uitheemse soorten krachtens Verordening (EU) nr. 1143/2014. Dit betekent dat op het houden en laten voortplanten van deze soorten diverse beperkingen van toepassing zijn op grond van artikel 7 van de Verordening. De beverratten in [bedrijf] hebben nakomelingen gekregen zonder dat [bedrijf] daarvoor toestemming had.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:260
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Vee e.a. dieren
  • uitspraakin de zaak201901539/1/A3

201901585/1/A3

Bij besluit van 11 juli 2017 heeft het college op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) een document openbaar gemaakt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:302
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201901585/1/A3

201901695/1/A3

Bij besluit van 19 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam aan [appellante] een bestuurlijke boete van € 6.000,00 opgelegd. [appellante] woont in de woning aan de [locatie] in Amsterdam en staat in de gemeentelijke basisregistratie personen op dat adres ingeschreven. Blijkens een door toezichthouders van de gemeente op 1 juli 2018 opgesteld rapport van bevindingen heeft op die dag een huisbezoek in de woning plaatsgevonden. In dat rapport staat dat [appellante] de woning vanaf 28 juni 2018 via Airbnb voor de duur van vijf nachten aan vier Amerikaanse toeristen had verhuurd. Het college heeft zich op het standpunt gesteld dat een vergunning noodzakelijk was voor die vakantieverhuur van de woning, omdat [appellante] niet heeft voldaan aan het vereiste om het gebruik van de woonruimte voor vakantieverhuur, voorafgaand aan dat gebruik door middel van het voorgeschreven formulier elektronisch bij het college te melden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:261
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201901695/1/A3
  • persberichtbij de uitspraak in de zaak201901695/1/A3

201901874/1/R1

Bij besluit van 13 december 2018 heeft de raad van de gemeente Epe het bestemmingsplan "Landgoed Tongeren, herziening wonen 2018" vastgesteld. Het plan "Landgoed Tongeren, herziening wonen 2018"·voorziet in een gedeeltelijke herziening van het bestemmingsplan "Landgoed Tongeren", dat is vastgesteld op 14 februari 2013. Het plan "Landgoed Tongeren" voorzag al in het omvormen van voormalige agrarische gronden tot woonerven. Het plan waarover deze zaak gaat, bouwt daarop voort. De gronden van het landgoed zijn in eigendom van MeLT. [appellant sub 1] woont in één van de huurappartementen in het landhuis Oude Huis Tongeren op het perceel [locatie]. De stichting is opgericht door [appellant sub 1] met het oog op het behoud van het landgoed en is gevestigd op het perceel [locatie].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:288
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201901874/1/R1

201901925/1/A1

Bij besluit van 16 oktober 2018 heeft het dagelijks bestuur van Avri locaties aangewezen voor de plaatsing van een ondergrondse restafvalcontainer, waaronder de locatie nabij het perceel [locatie] in Culemborg (locatie C005R). [appellant] woont aan de [locatie] te Culemborg. Het besluit van 16 oktober 2018 voorziet in de aanwijzing van locatie C005R voor de plaatsing een orac. De locatie ligt nabij de woning van [appellant]. De gronden van de locatie werden ten tijde van het besluit tot aanwijzing gebruikt als parkeerplaats. [appellant] kan zich niet verenigen met de aanwijzing van locatie C005R voor de plaatsing van de orac.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:272
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201901925/1/A1

201902122/1/A1

Bij besluit van 25 oktober 2018 heeft het dagelijks bestuur van Avri (onder intrekking van zijn besluit van 16 oktober 2018) locatie C125R aangewezen voor de plaatsing van een ondergrondse restafvalcontainer. [appellant] woont aan de [locatie] te Culemborg, tegenover en op korte afstand van de locatie C125R. [appellant] is het niet eens met de aanwijzing van deze locatie. Hij vreest voor overlast en stelt alternatieve locaties voor. De orac is inmiddels op de aangewezen locatie geplaatst.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:294
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201902122/1/A1

201902224/1/A3

Bij besluit van 5 juni 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Helmond een verzoek van [appellante] op grond van de Wet openbaarheid van bestuur afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:305
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201902224/1/A3

201902238/1/A1

Bij besluit van 1 november 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Breda [appellant] onder oplegging van een dwangsom gelast de drie extra woningen in het pand aan de [locatie] te Breda te verwijderen en verwijderd te houden en het gebruik te staken en gestaakt te houden, ofwel de situatie in het pand te wijzigingen naar één eengezinswoning.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:295
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201902238/1/A1

201902414/1/R1

Bij besluit van 5 maart 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Peel en Maas aan Windpark Egchelse Heide B.V. een omgevingsvergunning verleend voor de realisatie van een windpark, bestaande uit vijf windturbines inclusief bijbehorende voorzieningen, in het buitengebied van Egchel-Panningen-Beringe in de nabijheid van de Haambergweg.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:289
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak201902414/1/R1

201902935/1/A1

Bij besluit van 11 november 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam Quentin Hotels. EU B.V. onder oplegging van een dwangsom gelast om binnen zes weken na de verzenddatum van dit besluit het gebruik van het souterrain van het pand aan de Haarlemmerstraat 65 als hotel te staken en gestaakt te houden en de spullen ten behoeve van het gebruik van het souterrain als hotel te verwijderen en verwijderd te houden en er voor zorg te dragen dat het keuringsrapport en/of onderhoudsbewijs van de gasgestookte installatie aanwezig is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:297
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201902935/1/A1

201903215/1/R1

Bij besluit van 13 december 2018 heeft de raad van de gemeente West Betuwe het bestemmingsplan "De Schildkamp" gewijzigd vastgesteld. Schildkamp Beheer B.V. is eigenaar van het complex ‘De Schildkamp’ te Asperen. Het complex bestaat uit een hotel, een sporthal en uit vergader- en congresfaciliteiten. Doordat aan de overzijde, aan de Leerdamseweg, een nieuwe sporthal is gerealiseerd, verliest de huidige sporthal op het complex zijn functie. De Schildkamp wil het hotel en de vergader- en congresfaciliteiten uitbreiden met de mogelijkheid tot het houden van uitgebreide teambuildingactiviteiten. Hiervoor wil de Schildkamp de huidige sporthal ombouwen tot ‘Indoor Outdoor Teambuilding Experience’. Tevens wil De Schildkamp een extra parkeerterrein op het westelijk deel van het terrein realiseren. Het bestemmingsplan voorziet in een passende juridisch-planologische regeling ten behoeve van deze functiewijziging.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:292
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201903215/1/R1

201903283/1/R1

Bij besluit van 26 februari 2019 heeft de raad van de gemeente Overbetuwe het bestemmingsplan "Elst, Spoorkruising Rijksweg-Noord" vastgesteld. Het gemeentebestuur heeft in verband met de verkeersveiligheid het voornemen om twee gelijkvloerse spoorkruisingen in Elst om te vormen tot twee ongelijkvloerse kruisingen. Daarnaast wil het gemeentebestuur de wegen hieromheen herinrichten. Om de gewenste ontwikkeling mogelijk te maken zullen meerdere nieuwe bestemmingsplannen worden vastgesteld. Dit bestemmingsplan voorziet in de realisatie van een spooronderdoorgang bij de spoorkruising Rijksweg-Noord. Deze nieuwe onderdoorgang zal gebruikt gaan worden door alle verkeerssoorten. Omwille van de verkeersveiligheid en de lengte van de onderdoorgang wordt de parallelweg, die een directe aansluiting heeft op de Rijksweg-Noord, opgeheven. Er komt voor de omliggende woningen een alternatieve ontsluiting genaamd "Heuveltje".

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:270
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201903283/1/R1

201903367/1/A1

Bij besluit van 12 september 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer [appellant] gelast om binnen twee maanden na verzending van het besluit een aantal bouwwerken op het perceel nabij [locatie] te Vijfhuizen te verwijderen en verwijderd te houden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:290
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201903367/1/A1

201903394/1/A3

Bij besluit van 14 februari 2018 heeft de rijksarchivaris het verzoek van [appellante] tot raadpleging van persoonsdossiers in het archief van de Rijksvreemdelingendienst afgewezen. Bij e-mail van 17 februari 2016 heeft [appellante] de rijksarchivaris verzocht om raadpleging van persoonsdossiers voor een wetenschappelijk onderzoek naar de deportatie van in Nederland woonachtige Joden naar Duitsland in de periode 1945-1950. Bij e-mail van 2 maart 2017 heeft [appellante] een lijst met 281 namen overgelegd, waarbij de geboortedata en -plaatsen van de betrokken personen zijn vermeld. Bij e-mail van 15 december 2017 heeft de rijksarchivaris [appellante] medegedeeld dat zij tot op heden geen stukken heeft toegezonden waaruit blijkt dat zij zich heeft ingespannen om eventuele bewijzen van overlijden van de betrokken personen te achterhalen. Bij e-mail van 24 januari 2018 heeft [appellante] bezwaar gemaakt tegen de e-mail van 15 december 2017.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:251
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak201903394/1/A3

201903407/1/A2

Bij besluit van 19 februari 2018 heeft de Belastingdienst/Toeslagen een verzoek van [appellant] om herziening van de definitieve berekeningen van de huurtoeslag over de jaren 2013 en 2014 afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:264
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak201903407/1/A2

201903667/1/A1

Bij besluit van 22 augustus 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Gooise Meren de door [appellant] ingediende aanvraag om een omgevingsvergunning voor het intern constructief wijzigen, het realiseren van dakramen en het plaatsen van een dakkapel in het zijdakvlak en het renoveren van het pand op het perceel [locatie] te Naarden buiten behandeling gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:254
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201903667/1/A1

201903768/1/R1

Bij besluit van 21 maart 2019 heeft de raad van de gemeente Apeldoorn het bestemmingsplan "Krimweg 68 Hoenderloo" vastgesteld. Het plan voorziet in een vrijstaande woning aan de Krimweg 68 in Hoenderloo. Dit perceel grenst aan het Deelerwoud, dat onderdeel uitmaakt van de Groene ontwikkelingszone van de provincie Gelderland. Op het perceel staat al één woning. Het perceel zal worden gesplitst en op het afgesplitste deel maakt het plan realisering van een tweede woning mogelijk. Het plan voorziet in een bouwhoogte van 8 meter. Daarnaast voorziet het plan door middel van voorwaardelijke verplichtingen in de aanleg van een hoogstamboomgaard en van een amfibieënpoel. De raad heeft toegelicht dat deze zullen worden aangelegd om de kernkwaliteiten van het Deelerwoud te versterken. Alleen onder die voorwaarden is het toevoegen van een nieuwe woning toegestaan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:273
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201903768/1/R1

201903796/1/A1

Bij besluit van 31 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Bellingwedde (thans: Westerwolde) aan [belanghebbende] een omgevingsvergunning verleend voor het realiseren van een snackbar/eetcounter (hiena: snackbar) op het perceel [locatie 1] in Blijham. Tussen partijen is niet in geschil dat het vergunde gebruik in strijd is met het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Blijham". Het college heeft de omgevingsvergunning daarom verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 2º, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht gelezen in verbinding met artikel 4, aanhef en onder 9, van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht. [appellant] woont op het perceel [locatie 2] in Blijham. Hij stelt dat de verlening van de omgevingsvergunning leidt tot een verslechtering van zijn woon- en leefklimaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:255
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak201903796/1/A1

201903906/1/A1

Bij besluit van 9 mei 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal [appellant] onder aanzegging van bestuursdwang gelast om binnen vier weken na verzending van dat besluit de op het perceel [locatie 1] te Wouw aanwezige loods met inbegrip van de daarin aanwezige smeerput te verwijderen en verwijderd te houden en het perceel volledig te ontruimen en vrij te maken en te houden van de in het besluit omschreven materialen en materieel. [appellant] betoogt dat de rechtbank niet heeft onderkend dat het college niet bevoegd is om handhavend op te treden tegen de aanwezigheid van de loods en de smeerput. Hij voert aan dat de loods zich niet bevindt op het perceel [locatie 1], maar op het perceel [locatie 2]. De op het perceel [locatie 1] aanwezige bouwwerken zijn tijdig verwijderd, aldus [appellant].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:257
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201903906/1/A1

201903975/1/R1

Bij besluit van 28 maart 2019 heeft de raad van de gemeente Montferland het bestemmingsplan "Buitengebied, vierde herziening" vastgesteld. [appellant A] en [appellant B] voeren aan dat de mestplaat die aanwezig is op hun perceel in het plan ten onrechte niet als zodanig is bestemd. De huidige opslag is volgens hen al geplaatst in 2002 maar ook voor die tijd werd volgens [appellant A] en [appellant B] al mest opgeslagen op het perceel. Dit was volgens hen volgens de toen geldende bestemming toegestaan. Het perceel heeft nu de bestemming "Bos" maar er is volgens [appellant A] en [appellant B] geen bos en dat is er ook nooit geweest, zodat deze bestemming niet passend is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:275
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201903975/1/R1

201904107/1/R1

Bij besluit van 28 maart 2019 heeft de raad van de gemeente Winterswijk het bestemmingsplan "Dienstencentrum Gaxel" vastgesteld. De gemeenten Winterswijk en Stadt Vreden willen nabij de Rijksweg aan de Vredenseweg/Winterswijkerstrasse samen een Euregionaal, grensoverschrijdend, duurzaam dienstencentrum realiseren met een brutovloeroppervlakte van 1800 m2. Dit plan voorziet in de mogelijkheid om de Nederlandse helft van het dienstencentrum (900 m2 bvo) in Winterswijk te realiseren. Het overige deel zal in Stadt Vreden in Duitsland worden gebouwd. Het doel van het dienstencentrum is om grensoverschrijdend ondernemerschap en grensoverschrijdende arbeid te faciliteren. [appellant] woont aan de [locatie] in de directe omgeving van het plangebied. Hij vreest met name voor de geluidsoverlast door toename van het verkeer als gevolg van het voorziene dienstencentrum.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:271
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201904107/1/R1

201904121/1/A3

Bij besluit van 12 juni 2018 heeft de burgemeester van Den Helder de aan [vergunninghouder] verleende exploitatievergunning en drank- en horecavergunning ten behoeve van [café] per direct ingetrokken. De burgemeester heeft de aan [vergunninghouder] verstrekte vergunningen op grond van de Algemene plaatselijke verordening 2012 en de Drank- en Horecawet ingetrokken. De burgemeester heeft de intrekking gebaseerd op drie grondslagen. Ten eerste heeft [vergunninghouder] onjuiste dan wel onvolledige gegevens bij haar aanvraag overgelegd. Ook is gebleken dat [appellant C] in verschillende situaties feitelijk heeft gehandeld als leidinggevende danwel als exploitant van het café. Er is daarom sprake van schijnbeheer. Ten tweede heeft er een geweldsincident in het café plaatsgevonden, waardoor gevaar voor de openbare orde is ontstaan. Ten derde heeft [vergunninghouder] het bij de aanvraag overgelegde veiligheidsplan niet nageleefd, aldus de burgemeester.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:269
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Drank en horeca
  • uitspraakin de zaak201904121/1/A3

201905060/1/A3

Bij besluit van 11 januari 2018 heeft de minister voor Rechtsbescherming besloten op een verzoek van [appellant] op grond van artikel 35, eerste lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens. Bij brief van 27 november 2017 heeft [appellant] de minister op grond van artikel 35, eerste lid, van de Wbp verzocht hem mede te delen of hem betreffende persoonsgegevens worden verwerkt. Bij het in bezwaar gehandhaafde besluit van 11 januari 2018 heeft de minister [appellant] een overzicht verstrekt van gegevens die hem betreffen en die door Dienst Justis van het Ministerie van Justitie en Veiligheid zijn verwerkt. [appellant] kan zich daarmee niet verenigen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:268
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Persoonsgegevens
  • uitspraakin de zaak201905060/1/A3

201905065/1/A3

Bij besluit van 12 januari 2018 heeft de staatssecretaris van Financiën besloten op een verzoek van [appellant] op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. Bij brieven van 14 en 15 december 2017 heeft [appellant] met een beroep op de Wob de staatssecretaris verzocht om het volledige dossier en alle andere stukken of correspondentie te verstrekken over de betrokkenheid van de Belastingdienst, kantoor te Rotterdam, bij het faillissement van [bedrijf]. Het gaat om stukken van zowel voor als na de datum van het faillissement.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:267
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201905065/1/A3

201905376/1/A3

Bij besluit van 23 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Almere de aan [appellante] verleende urgentieverklaring ingetrokken. [appellante] heeft een urgentieverklaring op medische gronden gekregen. Ze heeft, met gebruikmaking van de urgentieverklaring, gereageerd op een appartement aan de [locatie] in Almere. Ze was eerste kandidaat voor het appartement, maar heeft na de bezichtiging het appartement geweigerd, omdat ze had gehoord dat sprake was van overlast. Vanwege de weigering heeft het college op grond van artikel 15, tweede lid, onder c, van de Huisvestingsverordening Almere 2015 haar urgentieverklaring ingetrokken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:250
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak201905376/1/A3

201905408/1/A2

Bij brief van 17 mei 2019 heeft [verzoeker] een verzoek ingediend om het gemeentebestuur van Soest te veroordelen tot vergoeding van schade die hij stelt te lijden. [verzoeker] is sinds 1991 eigenaar van een perceel aan de [locatie] in Soest. In 1994 heeft hij het voorhuis verkocht waarna hij zelf de overgebleven bebouwing in gebruik wilde nemen als woonhuis en als bedrijfsmatige paardenhouderij. Tussen [verzoeker] en het gemeentebestuur bestaat al geruime tijd een geschil over de beantwoording van de vraag of dit perceel mag worden gebruikt voor de exploitatie van een bedrijfsmatige paardenhouderij.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:266
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201905408/1/A2

201905484/1/A2

[appellant] heeft beroep ingesteld bij de rechtbank tegen het niet tijdig nemen van een besluit door het college van burgemeester en wethouders van De Bilt op de verzoeken van 20 juni 2018. Bij brief van 20 juni 2018 heeft [appellant] het college gewezen op de gevolgen van het Tijdelijk Verkeerscirculatieplan De Leijen voor de omgeving. Het bij dit plan voorziene éénrichtingsverkeer op de Jan Steenlaan leidt volgens [appellant] tot sluipverkeer en verkeersdrukte in zijn woonwijk de Schildersbuurt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:291
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak201905484/1/A2

201905516/1/A2

Op 13 januari 2017 heeft [appellante] haar zoon aangemeld voor toelating tot basisschool De Kyckert. Bij besluit van 13 juli 2017 heeft de directeur aan [appellante] laten weten dat haar zoon niet wordt toegelaten op basisschool De Kyckert. Daaraan is ten grondslag gelegd dat, mede gelet op het Verslag onderzoek passend onderwijs- en ondersteuningsaanbod in de onderzoeksperiode juni/juli 2017, onvoldoende mogelijkheden bestaan om op een goede wijze aan de onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van de zoon tegemoet te komen. Bij besluit van 4 september 2018 heeft het college van bestuur van de Stichting Openbaar Onderwijs Westland het door [appellante] tegen het besluit van 13 juli 2017 gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard en het door haar tegen het besluit van 26 juni 2018 gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:262
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Onderwijs
  • uitspraakin de zaak201905516/1/A2

201906132/1/A2

Bij besluit van 11 juli 2019 heeft de minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media besloten over te gaan tot indeplaatsstelling van de gemeenteraad van Westland voor de opneming van een basisschool op islamitische grondslag in het plan van scholen 2020-2023 en de vaststelling daarvan. De minister heeft dit besluit genomen omdat de gemeenteraad niet zou hebben voldaan aan diens verplichting de door de stichting gewenste en in Naaldwijk op te richten basisschool op islamitische grondslag op te nemen in het plan van scholen 2020-2023 en dit plan vast te stellen. Volgens de minister volgt deze verplichting uit artikel 79, zevende lid, van de Wet op het primair onderwijs en de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van 24 april 2019, ECLI:NL:RVS:2019:1320. Met het besluit tot indeplaatsstelling kan de minister namens en ten laste van de gemeenteraad voorzien in het voldoen aan deze verplichting. De gemeenteraad vindt dat de minister dit niet had mogen doen, omdat er geen sprake is van medebewind.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:263
Datum uitspraak
29 januari 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Onderwijs
  • uitspraakin de zaak201906132/1/A2
  • persberichtbij de uitspraak in de zaak201906132/1/A2

201901114/1/V3

Bij besluit van 21 juni 2016 heeft de staatssecretaris de aan de vreemdeling verleende verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd en EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen ingetrokken, de vreemdeling opgedragen de Europese Unie onmiddellijk te verlaten en tegen haar een inreisverbod uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:237
Datum uitspraak
28 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak201901114/1/V3

201901603/1/V1

Bij uitspraak van 29 januari 2019 heeft de rechtbank het door de vreemdeling ingestelde beroep tegen het niet-tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, gegrond verklaard en de door de staatssecretaris verbeurde dwangsom vastgesteld op € 1.260,00 (zegge: twaalfhonderdzestig euro).

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:238
Datum uitspraak
28 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201901603/1/V1

201902089/1/V3

Bij besluit van 22 november 2017 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:239
Datum uitspraak
28 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak201902089/1/V3

201903197/1/V3

Bij besluit van 21 juli 2016 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Tevens heeft de staatssecretaris de duur van een tegen de vreemdeling uitgevaardigd inreisverbod verhoogd naar twee jaar.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:240
Datum uitspraak
28 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak201903197/1/V3

201904580/1/V3

Bij besluit van 13 februari 2018 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:241
Datum uitspraak
28 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak201904580/1/V3

201908627/1/A2 en 201908627/2/A2

Bij besluit van 15 maart 2019 heeft het CBR het rijbewijs van [appellant] vanaf 22 maart 2019 ongeldig verklaard. [appellant] is op 24 juni 2018 door de politie aangehouden, omdat hij 111 kilometer per uur reed, waar 50 kilometer per uur is toegestaan. Vervolgens is bij hem een alcoholgehalte van 835 µg/l (dat is 1,921‰) geconstateerd. De korpschef heeft het CBR de in artikel 130, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 bedoelde mededeling gedaan van het vermoeden dat [appellant] niet langer beschikt over de rijvaardigheid of de lichamelijke of geestelijke geschiktheid vereist voor het besturen van de categorieën van motorrijtuigen waarvoor zijn rijbewijs is afgegeven.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:235
Datum uitspraak
28 januari 2020
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak201908627/1/A2 en 201908627/2/A2

201909308/1/V2

Bij besluit van 24 november 2019 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:242
Datum uitspraak
28 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201909308/1/V2

201904608/4/A3

Bij uitspraak van 18 september 2019, in zaak nr. 201904608/2/A3, heeft de Afdeling na vereenvoudigde behandeling het hoger beroep van [wederpartij] gegrond verklaard, de uitspraak van de rechtbank Overijssel van 29 april 2019 in zaak nr. 18/1942 vernietigd en het beroep in die zaak gegrond verklaard. De uitspraak is aangehecht.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1378
Datum uitspraak
28 januari 2020
  • Verzet
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201904608/4/A3

201903835/1/V3

Bij besluit van 1 oktober 2018 heeft de staatssecretaris de vreemdeling opgedragen de Europese Unie binnen een termijn van 28 dagen te verlaten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:229
Datum uitspraak
27 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201903835/1/V3

201904470/1/V1

Bij besluit van 8 november 2017 heeft de staatssecretaris een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:230
Datum uitspraak
27 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201904470/1/V1

201905635/1/V2

Bij besluit van 17 juni 2019 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:231
Datum uitspraak
27 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201905635/1/V2

201906003/1/V2

Bij besluit van 3 oktober 2018 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, alsmede het verzoek om opheffing van het tegen hem uitgevaardigde inreisverbod, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:232
Datum uitspraak
27 januari 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201906003/1/V2

201907027/2/V2

Bij besluit van 26 juli 2018 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:233
Datum uitspraak
27 januari 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak201907027/2/V2

202000075/2/V1

Bij besluit van 1 oktober 2019 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:234
Datum uitspraak
27 januari 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202000075/2/V1

201709296/2/R1

Bij besluit van 27 september 2017 heeft de raad van de gemeente Renkum het bestemmingsplan "Veentjesbrug 2017" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1204
Datum uitspraak
27 januari 2020
  • Vereenvoudigde behandeling
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak201709296/2/R1

202000245/2/V2

Bij besluiten van 3 oktober 2019 heeft de staatssecretaris aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:228
Datum uitspraak
24 januari 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202000245/2/V2

201903295/1/A1

Bij besluit van 19 januari 2019 heeft het college zijn beslissing om op die dag spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2017 (hierna: Afvalstoffenverordening) en de Uitvoeringsregeling Asv 2017 (hierna: Uitvoeringsregeling) van de gemeente Almere aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:323
Datum uitspraak
24 januari 2020
  • Mondelinge uitspraak
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201903295/1/A1
vorige pagina1...247248249...1.216volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon