Uitspraak 202100975/1/A2


Volledige tekst

202100975/1/A2.
Datum uitspraak: 15 februari 2021

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

Trots op Nederland, gevestigd te Haarlem,

appellante,

en

de Kiesraad, handelend als centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal (hierna: het centraal stembureau),

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 5 februari 2021 heeft het centraal stembureau de kandidatenlijst van Trots op Nederland in de kieskringen 5, 13, 14, 15, 16, 17 en 20 ongeldig verklaard en de kandidaten van Wetten, J.S. (Jimro) (m), en van Poppelen, G.Q. (Glenn) (m), van die kandidatenlijst geschrapt.

Tegen dit besluit heeft Trots op Nederland beroep ingesteld.

Het centraal stembureau heeft een schriftelijke uiteenzetting ingediend.

Trots op Nederland heeft een nader stuk ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 12 februari 2021, waar het centraal stembureau, vertegenwoordigd door mr. M. Diamant en mr. R.N.A. Al, zijn verschenen.

Overwegingen

1.    Het wettelijk kader is opgenomen in de bijlage en maakt deel uit van deze uitspraak.

2.    Op 1 februari 2021 - de dag van de kandidaatstelling, als bedoeld in artikel H 1, eerste lid, van de Kieswet, voor de komende verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal - is de kandidatenlijst van Trots op Nederland ingeleverd bij het centraal stembureau. De kandidatenlijst is ingediend voor alle kieskringen. Bij de lijst zijn tevens schriftelijke verklaringen van ondersteuning, als bedoeld in artikel H 4, eerste lid, van de Kieswet, en schriftelijke verklaringen van daarop voorkomende kandidaten dat zij instemmen met de kandidaatstelling, als bedoeld in artikel H 9, eerste lid, van die wet, overgelegd.

3.    Het centraal stembureau heeft op 2 februari 2021 de door Trots op Nederland op de dag van de kandidaatstelling ingediende stukken onderzocht. Daarbij is vastgesteld dat Trots op Nederland uitsluitend voor de kieskringen 9 en 10 voldoende geldige verklaringen van ondersteuning bij de kandidatenlijst heeft ingeleverd en de verklaringen van instemming van de kandidaten 22, Van Poppelen, en 27, Van Wetten, ontbreken.

4.    Op grond van artikel I 2, tweede lid, van de Kieswet, gelezen in verbinding met artikel 2a van de Tijdelijke wet verkiezingen COVID-19, heeft het centraal stembureau op 2 februari 2021 aan Trots op Nederland een termijn tot 4 februari 2021 om 17.00 uur gesteld voor het herstellen van de geconstateerde verzuimen en het inleveren van aanvullende stukken. Trots op Nederland heeft gebruik gemaakt van deze gelegenheid.

Ondersteuningsverklaringen

5.    Aan het ongeldig verklaren van de kandidatenlijst van Trots op Nederland in de kieskringen 5, 13, 14, 15, 16, 17 en 20 is ten grondslag gelegd dat voor die kieskringen onvoldoende geldige verklaringen van ondersteuning zijn ingeleverd. Op 4 februari 2021 heeft Trots op Nederland weliswaar 599 verklaringen van ondersteuning ingeleverd, maar het centraal stembureau heeft na onderzoek dubbeltellingen voor verschillende kieskringen aangetroffen en vastgesteld dat andere verklaringen onvolledig waren, omdat een deel van de bladzijden ontbrak of de verklaringen in het geheel niet toewijsbaar waren aan een bepaalde kieskring.

6.    Anders dan Trots op Nederland in het beroepschrift heeft gesteld, is niet gebleken dat zij, ondanks de door het centraal stembureau geconstateerde gebreken die ter zitting met voorbeelden zijn toegelicht, voldoende geldige verklaringen van ondersteuning voor althans de kieskringen 5, 15 en 17 heeft ingeleverd.

7.    Trots op Nederland betoogt dat de op 2 februari 2021 geboden mogelijkheid om op 3 en 4 februari 2021 alsnog ondersteuningsverklaringen door kiezers te laten te ondertekenen in veel gemeenten substantieel is gefrustreerd. Kiezers zijn in sommige gevallen weggestuurd met de mededeling dat 1 februari 2021 de laatste dag was voor het indienen van ondersteuningsverklaringen en in andere gevallen met de mededeling dat het indienen van ondersteuningsverklaringen alleen op afspraak mogelijk was. Volgens Trots op Nederland is dit ook aan de Kiesraad en de minister van Binnenlandse Zaken (hierna: de minister) te wijten. Op de website van de Kiesraad (www.kiesraad.nl/verkiezingen/tweede-kamer) is geen melding gemaakt van de mogelijkheid om op 3 en 4 februari 2021 op het gemeentehuis ondersteuningsverklaringen te ondertekenen. Hoewel de minister bij brief van 14 december 2020 alle burgemeesters op het bestaan van deze mogelijkheid heeft gewezen, had de minister, gelet op berichten in de media op 21 januari 2021, kunnen weten dat een groot aantal gemeenten de zaken niet op orde had. Niettemin heeft de minister hiertegen niet tijdig actie ondernomen. Omdat zij feitelijk niet de gelegenheid heeft gehad om het geconstateerde verzuim te herstellen, had het centraal stembureau haar in alle kieskringen tot deelname aan de verkiezing moeten toelaten, aldus Trots op Nederland.

7.1.    Anders dan Trots op Nederland stelt, is op de website van de Kiesraad (www.kiesraad.nl/verkiezingen/tweede-kamer/kandidaatstelling) uitdrukkelijk melding gemaakt van de mogelijkheid om op 3 en 4 februari 2021 in het gemeentehuis verklaringen van ondersteuning te ondertekenen. Verder heeft de minister in een nieuwsbrief van 3 februari 2021 alle burgemeesters nogmaals gewezen op de verplichting om kiezers daartoe in de gelegenheid te stellen en daarbij dringend verzocht om dat ook zonder voorafgaande afspraak mogelijk te maken. Uit de geschetste ervaringen van Trots op Nederland valt af te leiden dat het verkrijgen van verklaringen van ondersteuning in een aantal door haar niet nader genoemde  gemeenten moeizaam is verlopen. Trots op Nederland heeft echter niet aannemelijk gemaakt dat het verzamelen van die verklaringen in haar geval ernstig en onaanvaardbaar is bemoeilijkt en dat zij, als gevolg daarvan, feitelijk niet de gelegenheid heeft gehad om binnen de termijn van vier weken, dan wel binnen de geboden hersteltermijn de benodigde ondersteuningsverklaringen in te leveren. Daarbij is niet zonder betekenis dat andere politieke groeperingen er wel in zijn geslaagd om de benodigde verklaringen van ondersteuning voor alle kieskringen over te leggen.

7.2.     In het betoog van Trots op Nederland ziet de Afdeling geen grond  voor het oordeel dat het centraal stembureau, gelet op artikel I 5, aanhef en onder c, van de Kieswet, de kandidatenlijst van Trots op Nederland ten onrechte in zeven kieskringen ongeldig heeft verklaard in verband met het ontbreken van het benodigde aantal verklaringen van ondersteuning.

Het betoog faalt.

Schrappen kandidaten van de kandidatenlijst

8.    Aan het schrappen van twee kandidaten van de kandidatenlijst heeft het centraal stembureau ten grondslag gelegd dat van deze kandidaten de verklaring ontbreekt dat zij instemmen met de kandidaatstelling.

9.    Trots op Nederland betoogt dat zij, anders dan in het bestreden besluit is overwogen, de juiste gegevens van de kandidaten Van Wetten en Van Poppelen heeft ingediend.

9.1.    In het verweerschrift, waarbij zes bijlagen zijn gevoegd, is het volgende vermeld, onder verwijzing naar de desbetreffende bijlage. Bij de inlevering van de lijst op 1 februari 2021 ontbraken onder meer de instemmingsverklaringen van de kandidaten 22, Van Poppelen, en 27, Van Wetten. Van eerstgenoemde ontbrak voorts een volledige kopie van een identiteitsbewijs. Vervolgens is de gelegenheid geboden dit verzuim te herstellen. Op 4 februari 2021 heeft Trots op Nederland van deze mogelijkheid gebruik gemaakt door ten aanzien van deze kandidaten nieuwe documenten over te leggen. Bij de beoordeling van deze stukken is ten aanzien van de kandidaat Van Wetten geconcludeerd dat de instemmingsverklaring onvolledig is, omdat de lijst niet overeenkomt met de ingediende kandidatenlijst (er zijn slechts twintig kandidaten zichtbaar). Op basis van dit document kan niet worden vastgesteld dat de betreffende kandidaat instemt met diens kandidatuur, de vermelding van de naam op de lijst, de positionering op de lijst en de plaatsing van de andere kandidaten. De instemmingsverklaring ontbreekt daarom. Ten aanzien van de kandidaat Van Poppelen is geconstateerd dat de instemmingsverklaring volledig ontbreekt. Daarnaast is de kopie van het identiteitsbewijs opnieuw onvolledig. Zo is het BSN van de kopie niet af te lezen, terwijl dit gegeven onderdeel is van het identiteitsbewijs. Hierdoor wordt, gelet op artikel H 9, derde lid, van de Kieswet, de instemmingsverklaring geacht te ontbreken.

Het centraal stembureau had, gelet op artikel I 6, eerste lid, onder b, van de Kieswet, geen andere mogelijkheid dan de kandidaten Van Wetten en Van Poppelen te schrappen van de lijst, aldus het verweerschrift.

9.2.     Trots op Nederland heeft bij e-mail van 12 februari 2021 een reactie op het verweerschrift ingediend, maar daarbij volstaan met de stelling dat op 1 februari 2021 de juiste kandidatenlijst is ingediend en het verzuim met betrekking tot de legitimaties op tijd is hersteld.

9.3.    Deze reactie is geen weerlegging van het door het centraal stembureau in het verweerschrift toegelichte standpunt, dat ter zitting met de betreffende documenten is ondersteund. De Afdeling ziet in het betoog van Trots op Nederland dan ook geen grond voor het oordeel dat het centraal stembureau de kandidaten Van Wetten en Van Poppelen ten onrechte van de kandidatenlijst heeft geschrapt.

Het betoog faalt.

reactie

10.    Trots op Nederland betoogt ten slotte dat het centraal stembureau ten onrechte geen rekening heeft gehouden met de reactie die zij tijdens de schorsing van de openbare zitting van 5 februari 2021 heeft ingediend.

10.1.    In het verweerschrift en ter zitting van de Afdeling heeft het centraal stembureau uiteengezet dat de schorsing van de openbare zitting op 5 februari 2021 om 10.43 uur heeft plaatsgevonden, dat kiezers daarna de mogelijkheid hadden om zich binnen een kwartier (dus: uiterlijk om 10.58 uur) per e-mail aan te melden voor het inbrengen van een reactie, dat dit tijdens de openbare zitting ook meermaals is uitgelegd en dat vervolgens van Trots op Nederland binnen de aldus gestelde termijn geen reactie is ontvangen.

10.2.    Trots op Nederland heeft niet aannemelijk gemaakt dat zij, anders dan het centraal stembureau stelt, tijdig een reactie heeft ingediend. In het betoog is geen grond te vinden voor het oordeel dat het bestreden besluit niet met de vereiste zorgvuldigheid is voorbereid.

Het betoog faalt.

Conclusie

11.    Het beroep is ongegrond.

12.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

verklaart het beroep ongegrond.

Aldus vastgesteld door mr. D.A.C. Slump, voorzitter, en mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen en mr. A.W.M. Bijloos, leden, in tegenwoordigheid van mr. R.J.R. Hazen, griffier.

De voorzitter is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.

De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.

Uitgesproken in het openbaar op 15 februari 2021

452.

BIJLAGE - Wettelijk kader

Kieswet

Artikel H 1

1.    Op de dag van de kandidaatstelling kunnen bij het centraal stembureau van negen tot zeventien uur kandidatenlijsten worden ingeleverd.

Artikel H 4

1.    Bij de lijst worden, voor iedere kieskring waarvoor de lijst wordt ingeleverd, schriftelijke verklaringen van ondersteuning overgelegd, waarop de kandidaten op dezelfde wijze en in dezelfde volgorde worden vermeld als op de lijst. Het minimum aantal te overleggen verklaringen bedraagt:

a.    voor kieskring 20 (Bonaire): tien.

(…).

d.    voor iedere andere kieskring: dertig.

2.    Verklaringen van ondersteuning voor een kieskring kunnen slechts worden afgelegd door personen die binnen die kieskring als kiezer zijn geregistreerd voor de desbetreffende verkiezing.

3.    De kiezer die een verklaring van ondersteuning wenst af te leggen, ondertekent binnen een termijn van veertien dagen voorafgaand aan of op de dag van de kandidaatstelling deze verklaring in het gemeentehuis van de gemeente waar hij als kiezer is geregistreerd, in aanwezigheid van de burgemeester of een door deze daartoe aangewezen ambtenaar. De kiezer overhandigt aan de burgemeester of de ambtenaar een document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht.

Artikel H 9

1.    Bij de lijst wordt overgelegd een schriftelijke verklaring van iedere daarop voorkomende kandidaat dat hij instemt met zijn kandidaatstelling op deze lijst voor de kieskring of de kieskringen waarvoor zij is ingeleverd.

2.    (…).

3.    Bij de lijst wordt van iedere kandidaat die geen zitting heeft in het vertegenwoordigend orgaan waarvoor de verkiezing wordt gehouden, tevens een kopie van een document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht overgelegd. Indien van een dergelijke kandidaat een kopie van een document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ontbreekt, wordt de verklaring van instemming van de betreffende kandidaat geacht te ontbreken.

(…).

Artikel I 2

1.    Indien bij het onderzoek van een kandidatenlijst voor een kieskring blijkt van een of meer van de volgende verzuimen, geeft het centraal stembureau onverwijld bij aangetekende brief of tegen gedagtekend ontvangstbewijs kennis aan degene die de lijst heeft ingeleverd:

a.     dat, indien bij de lijst verklaringen van ondersteuning moeten worden overgelegd, niet ten minste het aantal verklaringen voor deze kieskring, genoemd in artikel H 4, eerste lid, is overgelegd, waarbij niet meetellen de verklaringen die niet aan het bepaalde in artikel H 4, eerste lid, tweede volzin, en tweede lid, voldoen, de verklaringen waarop niet een aantekening als bedoeld in artikel H 4, vierde lid, voorkomt en de verklaringen van een kiezer die meer dan één verklaring heeft ondertekend;

(…);

d.    dat voor een kandidaat ontbreekt de verklaring dat hij instemt met zijn kandidaatstelling op de lijst voor deze kieskring;

(…).

2.    Binnen de termijn van drie dagen na de zitting, bedoeld in artikel I 1, eerste lid, kan degene die de lijst heeft ingeleverd, het verzuim of de verzuimen, in de kennisgeving aangeduid, herstellen bij het centraal stembureau, op de eerste en tweede dag van negen tot zeventien uur en op de derde dag van negen tot vijftien uur.

(…).

Artikel I 5

Voor een kieskring is ongeldig de lijst:

(…)

c. waarbij, indien bij de lijst verklaringen van ondersteuning moeten worden overgelegd, niet ten minste het aantal geldige verklaringen voor deze kieskring, genoemd in artikel H 4, eerste lid, is overgelegd;

(…)

Artikel I 6

1.    Het centraal stembureau schrapt, in de volgorde in dit lid aangewezen, van de lijst voor een kieskring de naam van de kandidaat:

(…).

b.    van wie niet uit de overgelegde verklaring blijkt dat hij instemt met zijn kandidaatstelling op de lijst voor deze kieskring;

(…).

Tijdelijke wet verkiezingen covid-19

Artikel 2

In afwijking van artikel H 4, derde lid, eerste volzin, van de Kieswet bedraagt de termijn voor de ondertekening van een verklaring van ondersteuning vier weken.

Artikel 2a

In afwijking van artikel I 2, tweede lid, van de Kieswet kan degene die de lijst heeft ingeleverd binnen een termijn van twee dagen na de zitting, bedoeld in artikel I 1, eerste lid, van de Kieswet het verzuim of de verzuimen, in de kennisgeving aangeduid, herstellen bij het centraal stembureau, tussen negen en zeventien uur.