Uitspraak 202100971/1/A2


Volledige tekst

202100971/1/A2.
Datum uitspraak: 12 februari 2021

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

JEZUS LEEFT, gevestigd te Giessenburg, gemeente Giessenlanden,

appellante,

en

de Kiesraad, handelend als centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal (hierna: het centraal stembureau),

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 5 februari 2021 heeft het centraal stembureau de kandidatenlijst van JEZUS LEEFT in de kieskringen 10, 12, 19 en 20 ongeldig verklaard.

Tegen dit besluit heeft JEZUS LEEFT beroep ingesteld.

Het centraal stembureau heeft een verweerschrift ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 12 februari 2021, waar het centraal stembureau, vertegenwoordigd door mr. R.N.A. Al, is verschenen.

Overwegingen

1.    JEZUS LEEFT is ingevolge artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht voor het door haar ingestelde beroep griffierecht verschuldigd. Een beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard, indien storting of bijschrijving van het griffierecht niet heeft plaatsgevonden binnen vier weken na de dag van verzending van de mededeling waarin de indiener van een beroepschrift is gewezen op de verschuldigdheid van het griffierecht, tenzij redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest. Ingevolge artikel I 7, tweede lid, van de Kieswet gelezen in verbinding met artikel D 8, tweede lid, van die wet, kan de voorzitter een kortere termijn stellen, waarbinnen de bijschrijving of storting van het verschuldigde bedrag dient plaats te vinden.

2.    JEZUS LEEFT is bij brief van 10 februari 2020, diezelfde dag per e-mail verzonden, op de verschuldigdheid van het griffierecht gewezen. In die brief is voorts vermeld dat de termijn voor het voldoen van het griffierecht is gesteld op 12 februari 2021om 11:45 uur, zijnde het tijdstip van aanvang van de zitting. Het bedrag is niet binnen de gestelde termijn op de rekening van de Raad van State bijgeschreven of contant op het adres van de Raad van State betaald. Niet is gebleken van feiten of omstandigheden, op grond waarvan redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat JEZUS LEEFT in verzuim is geweest.

3.    Het beroep is niet-ontvankelijk.

4.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

verklaart het beroep niet-ontvankelijk.

Aldus vastgesteld door mr. D.A.C. Slump, voorzitter, en mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen en mr. A.W.M. Bijloos, leden, in tegenwoordigheid van mr. R.J.R. Hazen, griffier.

w.g. Slump    w.g. Hazen
voorzitter    griffier

Uitgesproken in het openbaar op 12 februari 2021

452.