Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 121.694
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

202002416/1/R3

Bij besluit van 16 augustus 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Gorinchem besloten tot invordering van een door [appellant A] en [appellant B] verbeurde dwangsom van € 10.000,00. [appellant A] en [appellant B] zijn eigenaars van de woning aan de [locatie] in Gorinchem (hierna: de woning). Zij hebben in 2017 de woning verhuurd aan een organisatie die kamers verhuurt aan arbeidsmigranten en andere werknemers. Bij besluit van 1 maart 2018 (hierna ook: het dwangsombesluit) heeft het college [appellant A] en [appellant B] een last onder dwangsom opgelegd vanwege strijd met de voor kamergewijze bewoning van woningen geldende (brandveiligheids-)voorschriften. In het dwangsombesluit staat dat een draagbaar (gekeurd) blustoestel ter plaatse van de keuken en een schriftelijke bevestiging van goedkeuring op de elektriciteitsvoorziening ontbreken. Ook is er geen melding brandveilig gebruik ingediend en ontbreken op bepaalde plaatsen rookmelders.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1905
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202002416/1/R3

202002476/1/R3

Bij besluit van 8 juni 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Lansingerland besloten tot toepassing van spoedeisende bestuursdwang ter zake van asbestverontreiniging als gevolg van een brand op 1 juni 2018 op het perceel [locatie] in Berkel en Rodenrijs. Op 1 juni 2018 is brand uitgebroken in het [tuinbouwbedrijf] op het perceel [locatie] in Berkel en Rodenrijs. Dit perceel is in eigendom van [appellant]. Bij de brand zijn asbestdeeltjes vrijgekomen. Het college heeft op 8 juni 2018 besloten tot toepassing van spoedeisende bestuursdwang. Het college heeft aan het besluit ten grondslag gelegd dat de asbestdeeltjes die door de brand in de omgeving zijn verspreid, een gevaar voor de volksgezondheid en veiligheid van anderen opleveren en dat [appellant] door dit te laten gebeuren en geen maatregelen te nemen in strijd heeft gehandeld met artikel 1a van de Woningwet.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1906
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202002476/1/R3

202002759/1/A2

Bij onderscheiden besluiten van 18 september 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Wassenaar de aanvragen van [appellante] om leerlingenvervoer voor haar [kinderen] van en naar de Petrus Dondersschool in Den Haag voor het schooljaar 2018-2019 ingewilligd en daarbij een eigen bijdrage van € 530,00 per kind per schooljaar vastgesteld. [appellante] heeft bij het college voor haar [kinderen] aanvragen van 24 juli 2018 ingediend om leerlingenvervoer van en naar de Petrus Dondersschool in Den Haag. Bij onderscheiden besluiten van 18 september 2018 heeft het college aan [appellante] leerlingenvervoer toegekend voor haar kinderen van en naar de Petrus Dondersschool in Den Haag voor de maximale duur van het schooljaar 2018-2019. Omdat het gezamenlijke inkomen van [appellante] en haar partner in peiljaar 2016 gelijk is of hoger dan € 26.100,00 heeft het college voor het leerlingenvervoer een eigen bijdrage van € 530,00 per kind per schooljaar vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1891
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Onderwijs
  • uitspraakin de zaak202002759/1/A2

202002845/1/R2

Bij besluit van 16 mei 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Roerdalen [appellant] onder oplegging van een dwangsom gelast om de caravan, de overkapping, de twee containers en het meterhuisje op het perceel kadastraal bekend gemeente Sint Odiliënberg, sectie [...], nummer […] te verwijderen en verwijderd te houden. [appellant] is (mede)eigenaar van het perceel. Zij heeft het perceel in 2012 in mede-eigendom verkregen, nadat haar vader is overleden. Op het moment dat zij het perceel in mede-eigendom verkreeg, bevonden zich een caravan en een overkapping op het perceel. Deze bouwwerken zijn gerealiseerd door haar vader. Na 2012 heeft zij nog twee containers en een meterhuisje laten realiseren op het perceel. Het college heeft op 12 februari 2018 een verzoek om handhavend optreden ontvangen van [omwonende].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1920
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202002845/1/R2

202003055/1/R3

Bij besluit, verzonden op 30 november 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Nieuwkoop aan [appellant sub 1A] een omgevingsvergunning verleend voor de uitbreiding van bedrijfsactiviteiten, het legaliseren en realiseren van enkele bouwwerken en het aanleggen van een aantal voorzieningen op het perceel plaatselijk bekend als achter Meije 300 te Zegveld. [appellant sub 1A] en anderen exploiteren op het perceel de buitenplaats "De Blauwe Meije". Deze buitenplaats ligt deels op grondgebied van de gemeente Nieuwkoop en deels op grondgebied van de gemeente Woerden. Het Nieuwkoopse deel van de buitenplaats ligt aan weerszijden van de rivier de Meije. Hier is onder meer een beeldentuin gelegen. Deze beeldentuin en zes parkeerplaatsen, beide gelegen op de westelijke oever van de Meije, zijn reeds vergund bij onherroepelijk besluit van 24 februari 2015. Op het Woerdense deel van de buitenplaats staan onder meer een hooimijt die in gebruik is als horecagelegenheid en een expositieruimte.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1884
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202003055/1/R3

202003136/1/R3

Bij besluit van 23 november 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Alphen aan den Rijn een omgevingsvergunning verleend voor het revitaliseren van een woning en de loods op het perceel [locatie A] te Alphen aan den Rijn. Bij besluit van 30 januari 2018 heeft het college een omgevingsvergunning verleend aan [vergunninghouder] voor het gebruik van een gedeelte van het gebouw (de voormalige loods) als sportruimte. Het gebouw wordt ook deels gebruikt als woning door een derde. Verder heeft [vergunninghouder] een omgevingsvergunning aangevraagd voor de bouw van een voetgangersbrug van het perceel [locatie A] naar de Filips van Bourgondiëstraat te Alphen aan den Rijn. [appellant] woont aan de [locatie B] op korte afstand van het perceel [locatie A]. Hij vreest voor een aantasting van zijn woon- en leefklimaat als gevolg van de sportruimte. Daarnaast vreest hij voor oneigenlijk gebruik van de voetgangersbrug.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1915
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202003136/1/R3

202003390/1/A2

Bij besluit van 3 augustus 2018 heeft de raad voor rechtsbijstand het verzoek van [wederpartij] om de toevoeging met kenmerk 3EM6370 (nu: 4HR2713) in te trekken, afgewezen. [wederpartij] is advocaat en heeft op basis van een toevoeging van 7 november 2006 met kenmerk 3EM6370 rechtsbijstand verleend aan [partij] in een beroepsprocedure in het kader van haar echtscheiding. De rechtbank Den Haag heeft bij beschikking van 1 mei 2009 bepaald dat de ex-echtgenoot van [partij] in verband met de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap aan haar een bedrag van € 143.671,09 verschuldigd is. Hiertegen heeft de ex-echtgenoot hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof Den Haag. In de hogerberoepsprocedure heeft een andere advocaat, Loonstein, rechtsbijstand verleend aan [partij]. De raad heeft daarvoor een aparte toevoeging verleend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1909
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak202003390/1/A2

202003520/1/V6

Bij besluit van 25 oktober 2016 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid [appellant] een boete opgelegd van € 72.000,00 wegens overtreding van artikel 2, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingen. De Inspectie SZW heeft een onderzoek ingesteld naar de naleving van de Wav. De arbeidsinspecteurs hebben geconstateerd dat negen Roemeense vreemdelingen in de periode van 20 juli 2013 tot en met 1 augustus 2013 vloerwerkzaamheden hebben verricht voor [appellant]. [appellant] heeft de opdracht tot de werkzaamheden aangenomen van [bedrijf A] en vervolgens uitbesteed aan [bedrijf B]. [bedrijf B] heeft de werkzaamheden vervolgens uitbesteed aan [bedrijf C]. [bedrijf C] heeft de vreemdelingen via [bedrijf D], gevestigd in Roemenië, ingeschakeld. Het UWV Werkbedrijf heeft voor de vloerwerkzaamheden geen tewerkstellingsvergunningen verleend en de vreemdelingen beschikten niet over een gecombineerde vergunning voor de werkzaamheden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1898
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Wet arbeid vreemdelingen
  • uitspraakin de zaak202003520/1/V6

202003575/1/R3

Bij besluit van 18 april 2019 heeft het college aan Brivec B.V. een omgevingsvergunning verleend voor het wijzigen van het Grootwinkelplein aan het Industriepark 1, 3, 5n, 5r, 5v, 8 en 8a in Leek. Het college heeft aan Brivec een omgevingsvergunning verleend voor de activiteit "bouwen" en de activiteit "handelen in strijd met het bestemmingsplan" ten behoeve van, onder andere, het vestigen van een Jumbo supermarkt in de te verbouwen en uit te breiden, bestaande bebouwing aan het Industriepark 5r in Leek (hierna: het perceel) op het Grootwinkelplein. Een deel van de supermarkt wordt gesitueerd op gronden waar het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Bedrijventerreinen Leek en Oldebert" (hierna: het bestemmingsplan) geen supermarkt toestaat. [appellante] is eigenaar van de percelen [locatie A] en [locatie B] in Leek. Deze percelen zijn in de directe nabijheid van het perceel gelegen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1903
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202003575/1/R3

202003706/1/R3

Bij besluit van 16 januari 2019 heeft het het college van burgemeester en wethouders van Groningen [appellant] onder oplegging van een dwangsom gelast de overtreding op het [locatie] te Groningen op te heffen. Bij besluit van 8 juni 2016 heeft het college aan [appellant] een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht verleend voor het realiseren van een afgescheiden kantoorruimte en het intern verbouwen van beide woonruimten in het pand op het perceel. Volgens het college heeft [appellant] de gevelopeningen in de zijgevel van het pand niet uitgevoerd zodanig dat deze een brandwerendheid hebben van 30 minuten. Het heeft daarbij gewezen op de eisen inzake de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag uit het Bouwbesluit 2012. Het college heeft [appellant] gelast de gevelopeningen van een brandwerendheid van 30 minuten te voorzien.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1885
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202003706/1/R3

202004069/1/A3

Bij besluit van 8 maart 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam een aanvraag van [appellant] om hem een vergunning te verlenen voor het aanbieden van alternatief personenvervoer, afgewezen. Bij besluit van 18 maart 2016 heeft het college aan [appellant] een vergunning verleend voor het aanbieden van alternatief personenvervoer met één fietstaxi. Deze vergunning was geldig tot 1 april 2019 en was gebaseerd op artikel 2.51 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2008. Het eerste lid van dit artikel luidde op 18 maart 2016: "Het is verboden zonder vergunning van het college als ondernemer op of aan de weg met een voertuig tegen betaling personenvervoer aan te bieden." Bij besluit van 4 maart 2019 heeft het college de vergunning verlengd tot 1 april 2020. Per 1 april 2020 is artikel 2.51 van de APV gewijzigd. Vanaf die datum luidt het eerste lid van dat artikel: "Het is verboden op of aan de weg met een voertuig tegen betaling personenvervoer aan te bieden."

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1910
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202004069/1/A3

202004646/1/R3

Bij besluit van 4 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Schiedam besloten tot invordering van een dwangsom van € 90.000,00. Bij besluit van 21 juni 2017 heeft het college Tak Invest B.V. gelast om binnen een termijn van 26 weken maatregelen te treffen om geconstateerde overtredingen aan de panden Hoogstraat 176-178, Lombardsteeg 7-9 en Gruttersteeg 10 te Schiedam op te heffen. De overtredingen bestaan uit het bouwen en in stand laten van een bouwwerk zonder omgevingsvergunning en het niet opheffen van een aantal gebreken aan de panden die elk in strijd zijn met het Bouwbesluit 2012. Daarnaast zijn onderdelen van de panden in strijd met redelijke eisen van welstand. De overtredingen dienden uiterlijk 20 december 2017 te zijn weggenomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1892
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202004646/1/R3

202005234/1/R1

Bij besluit van 20 augustus 2018 heeft het college van dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard het verzoek van [appellant] om preventief handhavend op te treden tegen het college vanwege het voornemen om de waterscheiding op zijn gronden op te hogen zonder projectplan op grond van artikel 5.4, eerste lid, van de Waterwet, afgewezen. [appellant] woont op het perceel [locatie A] in Zevenhuizen en is eigenaar van de [percelen] in Zevenhuizen. Deze percelen bevinden zich in de Nessepolder aan de westzijde van watergang de Vliet. Het college is voornemens onderhoudswerkzaamheden uit te voeren aan de waterscheiding die is gelegen aan de westzijde van de Vliet. Het college wenst de waterscheiding ter plaatse met 0,4 m op te hogen. [appellant] vreest voor schade aan zijn percelen door deze werkzaamheden en betoogt dat een projectplan nodig is omdat de constructie van de waterscheiding wijzigt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1912
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • Waterwet
  • uitspraakin de zaak202005234/1/R1

202005367/1/A2

Bij besluit van 12 juni 2020 heeft de minister voor Medische Zorg door CardioZorg verbeurde dwangsommen van € 5.000,00 ingevorderd. Bij aangetekend verzonden brief van 2 juli 2019 heeft de minister het voornemen geuit om CardioZorg een last onder dwangsom op te leggen, omdat zij niet tijdig, te weten vóór 1 juni 2019 de Jaarverantwoording Zorg over het verslagjaar 2018 heeft aangeleverd aan het Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg en daarmee niet heeft voldaan aan de verplichtingen als opgenomen in de artikelen 15 en 16 van de Wet toelating zorginstellingen (WTZi) en artikel 9, eerste lid, van de Regeling verslaglegging WTZi. Bij besluit van 10 september 2019 heeft de minister een last onder dwangsom aan CardioZorg opgelegd op grond van artikel 37 van de WTZi gelezen in samenhang met artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht. Daarbij is aan CardioZorg een begunstigingstermijn van vier weken geboden om alsnog aan haar wettelijke verplichtingen te voldoen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1896
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Gezondheidszorg
  • uitspraakin de zaak202005367/1/A2

202005533/1/R1

Bij besluit van 20 februari 2019 heeft het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden de "Legger Oppervlaktewateren 2018" vastgesteld. Het algemeen bestuur heeft in de Legger 2018 onderhoudsplichtigen aangewezen voor het onderhoud van oppervlaktewateren en daarin aanwezige kunstwerken. [wederpartij A en wederpartij B] zijn eigenaren van percelen die grenzen aan een primaire watergang. Dit is de Tweede Wetering die overgaat in de Achter Wetering. In artikel 4, eerste lid, onder b, van de Legger 2018 en de bijbehorende leggerkaart zijn zij aangewezen als onderhoudsplichtigen voor gewoon onderhoud van een gedeelte van het natte profiel van de watergang. Zij zijn als aangelanden verantwoordelijk voor gewoon onderhoud van het gedeelte grenzend aan de waterkant tot een diepte van 0,4 m. Het algemeen bestuur betoogt dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat de aan [wederpartij A en wederpartij B] opgelegde onderhoudsplicht in strijd is met tijdens de ruilverkaveling gemaakte afspraken

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1886
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Oppervlaktewateren
  • uitspraakin de zaak202005533/1/R1

202005651/1/R1

Bij besluit van 7 september 2020 heeft het college de locatie nabij Molenwerf 14 in Edam, aangewezen voor het plaatsen van een ondergrondse restafvalcontainer. Bij besluit van 29 juni 2020 heeft het college de locatie nabij [locatie] en het Klein Westerbuiten aangewezen voor het plaatsen van een orac. Ten tijde van het plaatsen van deze orac bleek dat in de grond een stroomkabel ligt, waardoor het plaatsen van de orac op deze locatie onmogelijk is. Het college heeft vervolgens op 7 september 2020 een nieuw aanwijzingsbesluit genomen. Hierin is de locatie in de groenstrook vlakbij Molenwerf 14, ongeveer ter hoogte van de oprit van [locatie], als vervangende locatie aangewezen. [appellanten] wonen aan [locatie]. Zij kunnen zich niet verenigen met de plaatsing van de orac op de locatie vlakbij Molenwerf 14, omdat zij onder meer vrezen voor onveilige verkeerssituaties en er volgens hen een geschiktere alternatieve locatie is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1917
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202005651/1/R1

202005741/1/R1

Bij besluit van 31 december 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Haarlem de locatie tegenover Spaarne 3-5, te Haarlem aangewezen voor het verplaatsen van de ondergrondse restafvalcontainers van Spaarne 15-17. Het besluit van 8 september 2020 strekt er toe dat een orac wordt verplaatst van Spaarne 15-17 naar Spaarne 3-5 en dat Spaarne 3-5 wordt aangewezen als locatie voor een container voor PBD-afval. Draw Architecten en anderen wonen dan wel zijn gevestigd in de nabijheid en zijn het niet eens met de aanwijzing van deze locatie. Draw Architecten en anderen betogen dat de aangewezen locatie ongeschikt is voor het verplaatsen van de orac en het plaatsen van een nieuwe container voor PBD. Volgens Draw Architecten en anderen is het algemeen bekend dat orac’s veel overlast veroorzaken. Nu staat de orac nog voor een gebouw dat niet dagelijks wordt gebruikt en ook geen vaste bewoners heeft, dit in tegenstelling tot de locatie Spaarne 3-5.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1893
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202005741/1/R1

202005984/1/R1

Bij besluit van 11 september 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Helder locatie PC01, ter hoogte van de hoek van de Cornelis de Houtmanstraat en de Petrus Planciusstraat, aangewezen voor de plaatsing van een ondergrondse restafvalcontainer. [appellant] woont aan de [locatie] in Den Helder, in de directe nabijheid van de aangewezen locatie. Hij is het niet eens met de aanwijzing van die locatie, die aan de zijkant van zijn woning ligt, en voert aan dat plaatsing van de ORAC zal leiden tot geluid- en geurhinder. Hij wijst op alternatieve locaties in de omgeving die volgens hem geschikter zijn.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1899
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202005984/1/R1

202006017/1/R1

Bij besluit van 17 september 2020 heeft de raad van de gemeente Haarlem het bestemmingsplan "Overdelft" vastgesteld. Het plangebied Overdelft ligt in het noordwesten van Haarlem en bestaat uit de woonwijk De Krim, het sportpark Pim Mulier, het Kennemer Sportcenter en de kunstijsbaan Kennemerland. De aanleiding voor het opstellen van het bestemmingsplan is dat de planologische regelingen voor het plangebied verouderd zijn en alleen te raadplegen zijn door middel van pdf-documenten. Het plan is volgens de raad een zogeheten conserverend bestemmingsplan met als doel het vastleggen van de bestaande ruimtelijke structuur in een actueel juridisch-planologisch kader dat ook digitaal beschikbaar is. Dit ook met het oog op het in werking treden van de Omgevingswet in de nabije toekomst. De bestaande situatie, met de huidige gebruiks- en bouwmogelijkheden, vormt daarbij het uitgangspunt. Wijkraad de Krim is een wijkraad met als oogmerk de belangen van de bewoners te dienen om de wijk leefbaar te maken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1902
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202006017/1/R1

202006023/1/R1

Bij onderscheiden besluiten van 11 september 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Helder locatie PC15, ter hoogte van Huygensstraat 36, en naastgelegen locatie PC16, aangewezen voor de plaatsing van een ondergrondse restafvalcontainer. [appellant] en anderen wonen in de directe nabijheid van de aangewezen locaties. Zij zijn het niet eens met de aanwijzing van de locaties, omdat dit onder meer ten koste gaat van parkeergelegenheid en zal leiden tot geur- en geluidhinder. Zij menen dat er alternatieve locaties zijn die geschikter zijn om te worden aangewezen als locaties voor ORAC’s.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1900
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202006023/1/R1

202006067/1/R3

Bij besluit van 22 september 2020 heeft de raad van de gemeente Midden-Delfland het bestemmingsplan "Hof van Keenenburg" vastgesteld. Het bestemmingsplan maakt de realisatie van 27 woningen in de kern van Schipluiden mogelijk. Deze woningen, tezamen 'Hof Keenenburg' genoemd, zullen worden gebouwd op de locatie waar nu een kas, een parkeerterrein en een plantsoen zijn gelegen. Aan de noordzijde van het plangebied ligt de Singel, waar [appellant sub 2] en [appellant sub 1] wonen. Zij zijn het niet eens is met de vaststelling van dit plan. Zij vrezen een aantasting van hun woon- en leefklimaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1904
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202006067/1/R3

202006078/1/R1

Bij besluit van 18 november 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer [appellanten sub 2] onder oplegging van een dwangsom gelast de objecten die geplaatst zijn vóór de voorgevelrooilijn op het perceel aan het [locatie A] te Hoofddorp, te verwijderen en verwijderd te houden of te verlagen naar een maximale hoogte van 1 m. [appellanten sub 2] zijn de eigenaren van de woning aan [locatie A] in Hoofddorp. Naar aanleiding van een melding over objecten in de voortuin heeft een toezichthouder van de gemeente een controle uitgevoerd bij het perceel. De bevindingen van die inspectie zijn neergelegd in het rapport van 3 juni 2019. Door de toezichthouder is geconstateerd dat in de voortuin negen grijs/zwarte objecten zijn geplaatst. Zes van deze objecten staan voor de voorgevelrooilijn en drie daarvan staan daarachter. De last heeft betrekking op de voor de voorgevelrooilijn geplaatste objecten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1911
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202006078/1/R1

202006130/1/R1

Bij besluit van 6 oktober 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Enschede het plaatsingsplan vastgesteld en locaties aangewezen voor de plaatsing van bovengrondse afvalcontainers bij hoogbouwlocaties in Enschede, waaronder de locatie aan het Roombeekhofje 18. Het college heeft onder meer de locatie aan het Roombeekhofje 18 aangewezen voor de plaatsing van een container voor zogenoemd gfe-afval. [appellant] is het niet eens met de aanwijzing van deze locatie, omdat de afvalcontainer direct voor zijn woning wordt geplaatst. Hij vreest onder meer voor stankoverlast door het gebruik van de afvalcontainer.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1913
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202006130/1/R1

202006189/1/A2

Bij besluit van 16 mei 2019 heeft de algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen aan [appellant] een onderzoek naar de rijgeschiktheid opgelegd en zijn rijbewijs gedurende het onderzoek geschorst. Op 23 maart 2019 werd [appellant] staande gehouden door de politie wegens een snelheidsovertreding. Tijdens het opmaken van de bekeuring hiervoor werd een sterke wietlucht bij hem geroken. Verder constateerde de politie diverse uiterlijke kenmerken bij hem die duidden op het gebruik van drugs zoals opgedroogd speeksel, wijd opengesperde ogen, vergrote pupillen, onrustig gedrag, spreken met een woordenvloed en sloom en te zelfverzekerd gedrag. De politie heeft [appellant] een voorlopig ademonderzoek en een speekseltest afgenomen. De speekseltest gaf een positief resultaat voor cannabis. Vervolgens is [appellant] naar het politiebureau vervoerd en is er bloed afgenomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1895
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202006189/1/A2

202006240/1/R1

Bij besluit van 27 juli 2018 heeft het college van dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Rijnland aan [vergunninghouder] een watervergunning verleend als bedoeld in hoofdstuk 6 van de Waterwet voor het verrichten van handelingen in een watersysteem in de Rietveldse Polder, ter hoogte van Burgemeester Smitweg 49 en Dijkgraafweg 7 te Hazerswoude-Dorp. De watervergunning betreft het aanbrengen en hebben van 13.604 m2 verhard oppervlak en het ter compensatie van de toename van verhard oppervlak aanleggen en hebben van een alternatieve waterberging. [vergunninghouder] heeft inmiddels een hemelwaterbassin gerealiseerd. De rechtbank heeft de watervergunning in stand gelaten. [appellant] heeft gronden in eigendom grenzend aan de gronden waar de watervergunning betrekking op heeft. Hij kan zich niet verenigen met de verleende watervergunning en stelt als gevolg daarvan wateroverlast te ondervinden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1901
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Waterwet
  • uitspraakin de zaak202006240/1/R1

202006528/1/V6

Bij besluit van 12 februari 2020 heeft de raad van bestuur van de Sociale Verzekeringsbank de remigratievoorzieningen die krachtens de Remigratiewet aan [appellante] zijn toegekend, ingetrokken. De raad van bestuur heeft in het besluit van 22 november 2018 krachtens de Remigratiewet aan [appellante] voorzieningen toegekend. In deze procedure gaat het om de intrekking van die voorzieningen, omdat de echtgenoot van [appellante] niet met haar mee is geremigreerd. De raad van bestuur heeft daaraan ten grondslag gelegd dat de echtgenoot weliswaar samen met [appellante] naar Armenië is vertrokken, maar dat zij niet gezamenlijk hun hoofdverblijf naar Armenië hebben verplaatst. Daarvoor heeft de raad van bestuur er op gewezen dat de echtgenoot zijn huurwoning in Hoofddorp heeft aangehouden en slechts kort - minder dan twee maanden - in Armenië heeft verbleven. Ook hebben [appellante] en haar echtgenoot in Armenië geen zelfstandige woning betrokken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1889
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202006528/1/V6

202006686/1/A2

Bij besluit van 5 december 2018 heeft de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek de schulddienstverlening van [appellante] met onmiddellijke ingang beëindigd. Bij besluit van 2 augustus 2016 is [appellante] op grond van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) en de Uitvoeringsregels schulddienstverlening ISD Bollenstreek (de Uitvoeringsregels) onder voorwaarden tot de schulddienstverlening toegelaten. Daarbij is een stabilisatietraject gestart wat inhoudt dat de inkomsten en uitgaven met elkaar in balans worden gebracht. Bij dit besluit is een plan van aanpak gevoegd dat de richting van het traject van de schulddienstverlening in grote lijnen aangeeft en tevens is een overeenkomst voor reservering van de afloscapaciteit bijgevoegd. Omdat [appellante] niet dan wel onvolledig aan haar afdrachtverplichting heeft voldaan, heeft de ISD haar bij brief van 10 augustus 2017 een eerste hersteltermijn geboden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1894
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak202006686/1/A2

202007040/1/R1

Bij besluit van 16 oktober 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam de aanvraag van Kess Corporation om een omgevingsvergunning voor het veranderen en het vergroten van het gebouw aan de Ceintuurbaan 352 te Amsterdam geweigerd. Kess Corporation is eigenaar van het gebouw dat bestaat uit vier bouwlagen. Ter realisering van een vijfde bouwlaag op het gebouw met de bestemming voor twee zelfstandige woningen heeft Kess Corporation op 1 december 2017 bij het college een conceptaanvraag ingediend. Het college heeft bij brief van 27 maart 2018 een positieve voorlopige reactie op de conceptaanvraag gegeven en gesteld dat de conceptaanvraag niet in strijd is met het bestemmingsplan en volgens de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (hierna: de CRK) voldoet aan de redelijke eisen van welstand. Volgens het college zal een in te dienen aanvraag om een omgevingsvergunning waarschijnlijk worden verleend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1919
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202007040/1/R1

202102497/3/A2

De minister van Infrastructuur en Waterstaat heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-­Nederland van 4 maart 2021. De minister heeft de vertrouwelijke versies van een aantal gedingstukken overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb meegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken. het gaat onder andere om de volgende stukken: 1. aanvraag fabrikant om aanwijzing Stint van 28 juli 2011 en besluit minister van 14 november 2011; 2. testrapport RDW over aanwijzing Stint van 20 september 2011; 3. rapport NFI van 28 september 2018; 4. verslag van 3 oktober 2018 van gesprekken op 29 en 30 september 2018 met de fabrikant en diens advocaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1924
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202102497/3/A2

202102529/1/R3

Bij besluit van 18 februari 2021 heeft de raad van de gemeente Heerenveen het bestemmingsplan "Heerenveen Kerkstraat-Nieuwstraat" vastgesteld. Het bestemmingsplan voorziet in de herontwikkeling van de locatie Kerkstraat 44 en omgeving in Heerenveen. Het maakt de bouw van een woongebouw met een maximale bouwhoogte van 13,2 m mogelijk. In het woongebouw mogen maximaal 17 wooneenheden worden gerealiseerd. Het woongebouw zal worden gebouwd op een locatie waar nu twee gebouwen staan en een parkeerterrein is gelegen. [appellant] woont tegenover het te bebouwen parkeerterrein. Hij vreest voor aantasting van zijn woon- en leefklimaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1887
Datum uitspraak
25 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Friesland
  • uitspraakin de zaak202102529/1/R3

201907621/1/V2

Bij besluit van 6 december 2018 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1875
Datum uitspraak
24 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Andere zaken - Overige
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201907621/1/V2

202005456/1/V3

Bij besluit van 7 mei 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:2044
Datum uitspraak
24 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202005456/1/V3

202100415/1/V1

Bij besluit van 25 juni 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, ingewilligd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1878
Datum uitspraak
24 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202100415/1/V1

202104395/2/R2

Bij besluit van 29 oktober 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Bladel [verzoeker] gelast om binnen 6 weken 10 paardenstallen, gemaakt van aluminium profielen, die aanwezig zijn op het perceel De Pan 14 in Hapert, te verwijderen en verwijderd te houden. [verzoeker] is eigenaar van het perceel aan [locatie] in Hapert. Op dit perceel is een paardenstal aanwezig en zijn 10 paardenstallen, gemaakt van aluminium profielen, bijgeplaatst. Na controle heeft het college op 29 oktober 2020 een last onder dwangsom opgelegd aan [verzoeker], omdat de 10 paardenstallen van aluminium profielen zijn geplaatst zonder omgevingsvergunning voor bouwen. [verzoeker] moet de bouwwerken verwijderen en verwijderd houden en verbeurt een dwangsom van € 1.000 per week met een maximum van € 10.000, indien hij hier niet aan voldoet. [verzoeker] heeft verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, zodat de dwangsom niet wordt verbeurd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1874
Datum uitspraak
24 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202104395/2/R2

202104967/2/V2

Bij besluit van 11 november 2020 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1876
Datum uitspraak
24 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104967/2/V2

202006008/1/A3 en 202006008/2/A3

Bij besluit van 31 januari 2020 heeft de minister voor Rechtsbescherming de aanvraag van [appellant] voor een verklaring omtrent het gedrag afgewezen. [appellant] (ex-gedetineerde) is zelfstandig ondernemer en heeft zich toegelegd op training en coaching. Hij rekent tot zijn opdrachtgevers de Reclassering Nederland, het Centrum van Jeugd en Gezin, de Dienst Justitiële inrichtingen en de Hogeschool Utrecht. Hij verricht werkzaamheden zoals het geven van groepstrainingen ontwikkeld en uitgevoerd voor (jong)volwassenen en (ex)gedetineerden, het geven van begeleiding aan deelnemers in een kort en/of lang penitentiair programma, het ontwikkelen en publiceren van een handleiding voor gedetineerden en het nauw samenwerken met onder meer justitiepersoneel en reclasseringsmedewerkers. [appellant] heeft in december 2019 een aanvraag bij de minister ingediend voor de afgifte van een verklaring omtrent het gedrag (VOG) voor een functie als zelfstandige bij de DJI als medewerker hoofdkantoor en inrichting.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1855
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Verklaring omtrent gedrag
  • uitspraakin de zaak202006008/1/A3 en 202006008/2/A3

202101232/1/V3

Bij besluit van 11 november 2020 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1869
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202101232/1/V3

202101244/2/R2

Bij besluit van 14 december 2020 heeft de raad het bestemmingsplan "Tilburg, hoogspanningsverbinding 150 kV Tilburg Noord-Best" vastgesteld. Het plan maakt de vervanging mogelijk van de bovengrondse 150 kV-lijnverbinding. Deze zullen worden vervangen door een ondergrondse 150 kV-kabelverbinding. Het plan voorziet in de gemeente Tilburg in de planologische regeling voor de ondergrondse verbindingen door middel van de dubbelbestemmingen "Leiding-Hoogspanning" en "Leiding-Hoogspanningsverbinding te vervallen". [verzoeker] is gevestigd aan de [locatie] in Berkel-Enschot. Op een deel van haar gronden wordt een gedeelte van het tracé mogelijk gemaakt. [verzoeker] verzet zich tegen het plan, omdat zij vreest voor belemmeringen bij haar bedrijfsvoering.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1865
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202101244/2/R2

202103646/2/A3

Bij besluit van 13 maart 2018 heeft de burgemeester van Vlaardingen een vergunning aan Hommerson verleend voor de exploitatie van een speelautomatenhal aan het Veerplein 132-134 te Vlaardingen. Deze exploitatievergunning heeft een geldigheidsduur van vijf jaar. Bij afzonderlijk besluit van 13 maart 2018 heeft de burgemeester Hommerson ook een vergunning verleend voor de aanwezigheid van 200 kansspelautomaten in de speelautomatenhal. Deze aanwezigheidsvergunning heeft een geldigheidsduur van een jaar. In de gemeente Vlaardingen is de vestiging van één speelautomatenhal mogelijk. Daarvoor heeft de gemeenteraad eerder de Verordening Speelautomaten Vlaardingen 2008 vastgesteld. Bij haar uitspraak van 2 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2927, heeft de Afdeling de bij de Verordening 2008 behorende kaart met het gebied waarin de speelautomatenhal mocht worden gevestigd, onverbindend verklaard. Die kaart stelde beperkingen die in strijd zijn met het beginsel van gelijke kansen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1856
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202103646/2/A3

202103677/2/A3

Bij besluit van 11 februari 2021 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat aan [eigenaar/vennoot] van [vennootschap] een 'Bevel tot staken van de arbeid' opgelegd. [eigenaar/vennoot] heeft samen met een vennoot een onderneming genaamd [naam vennootschap]. [eigenaar/vennoot] verricht voor zijn onderneming werkzaamheden als taxichauffeur, maar ook als belastingadviseur. Hij is de enige taxibestuurder en de onderneming heeft de beschikking over twee taxi’s. Op donderdag 11 februari 2021 is hij in de omgeving van Schiphol gecontroleerd door een inspecteur van de Inspectie Leefomgeving en Transport. De inspecteur heeft geconstateerd dat [eigenaar/vennoot] in een aaneengesloten periode van 14 keer 24 uren geen rusttijd van 72 uur had genoten. Dit levert volgens de inspecteur op grond van artikel 8:1, eerste lid, van het Arbeidstijdenbesluit vervoer een overtreding op. Daarop heeft de inspecteur aan [eigenaar/vennoot] als eigenaar/vennoot van de vennootschap een ‘Bevel tot staken van de arbeid’ opgelegd

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1863
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202103677/2/A3

202103870/2/R3

Bij besluit van 29 april 2021 heeft de raad van de gemeente Súdwest-Fryslân het bestemmingsplan "Sneek - Herontwikkeling locatie It Skûlplak" vastgesteld. Het bestemmingsplan maakt het initiatief van Stichting WoonFriesland tot herontwikkeling van de locatie "It Skûlplak" in Sneek mogelijk. Het plangebied wordt begrensd door de Doctor Bosstraat, de Doctor Kuyperlaan, de Goeman Borgesiuslaan en het te behouden S-vormige wooncomplex aan de Troelstrakade. Het plan voorziet in de vervanging van 48 bestaande sociale huurwoningen in het plangebied door 64 nieuwe sociale huurwoningen. Het gaat daarbij om 19 grondgebonden woningen ten westen van het S-vormige wooncomplex en een appartementencomplex met 45 appartementen ten noorden daarvan. [verzoeker] en anderen wonen in de omgeving van het plangebied. Zij zijn het niet eens met de vaststelling van het bestemmingsplan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1857
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Friesland
  • uitspraakin de zaak202103870/2/R3

202103971/2/R4

Bij besluit van 29 april 2021 heeft de raad van de gemeente Nunspeet het bestemmingsplan "Elspeet Noordwest" (fase 3) vastgesteld. Het plangebied ligt aan de noordwestzijde van de kern Elspeet. In het plangebied wordt de derde fase van een woonwijk ontwikkeld. De eerste en tweede fase van deze woonwijk zijn inmiddels uitgevoerd. In het plangebied worden 85 woningen gerealiseerd. Omgevingsvergunningen zijn aangevraagd voor de bouw van 51 grondgebonden woningen door ASB en 22 grondgebonden woningen door [bedrijf]. ASB heeft ook de bouw gepland van 12 appartementen. Het college heeft nog niet beslist op de aangevraagde omgevingsvergunningen. [verzoeker A] en [verzoeker B] wonen aan de [locatie] in Elspeet. Hun woonperceel grenst aan het plangebied. [verzoeker A] en [verzoeker B] hebben de voorzieningenrechter verzocht het besluit van de raad van 29 april 2021 te schorsen om te voorkomen dat de gevraagde omgevingsvergunningen worden verleend en met de bouw kan worden gestart.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1866
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202103971/2/R4

202104471/2/A3

Bij besluit van 30 september 2020 heeft de burgemeester de op 8 augustus 2017 aan [bedrijf] verleende vergunning voor het exploiteren van een seksinrichting ingetrokken. [bedrijf] exploiteert sinds 2017 een seksinrichting in de vorm van een massagesalon aan de [locatie] te Soest. [bedrijf] is onderdeel van [verzoekster] die op dit moment 5 massagesalons exploiteert. Naar aanleiding van een tip van het Openbaar Ministerie over [persoon A], voorheen een van de aandeelhouders van [verzoekster] heeft de burgemeester van Soest het Landelijk Bureau Bibob op 21 december 2018 verzocht om een advies. Bureau Bibob heeft op 25 januari 2019 advies uitgebracht. Dat advies heeft het aangevuld bij brief van 30 april 2019. Het Bureau heeft op 13 februari 2020 een derde advies uitgebracht. De burgemeester heeft deze drie adviezen aan zijn besluitvorming ten grondslag gelegd en op basis daarvan de aan [bedrijf] verleende exploitatievergunning per 2 november 2020 ingetrokken bij zijn besluit van 30 september 2020.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1858
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Wet Bibob
  • uitspraakin de zaak202104471/2/A3

202104777/1/R1

Bij besluit van 27 januari 2021 heeft het college van gedeputeerde staten van Gelderland aan [verzoekster] twee lasten onder dwangsom opgelegd, waaronder de last om overeenkomstig artikel 13 van de Wet bodembescherming de grond te verwijderen die in strijd met artikel 56 van het Besluit bodemkwaliteit is toegepast. Op 2 februari 2017 hebben twee toezichthouders van de Omgevingsdienst regio Arnhem geconstateerd dat [verzoekster] delen van haar bedrijfsterrein aan de [locatie] in Barneveld (terreinen C, D en E) had afgegraven en weer opgehoogd en geëgaliseerd. Deze terreinen zijn bedoeld voor de realisatie van een nieuwe grondbank en het zogenoemde voorzieningenterrein. Deze werkzaamheden hebben in 2016 plaatsgevonden en zijn niet vooraf met toepassing van artikel 42, eerste lid, van het Bbk gemeld aan het college. Op 28 augustus 2020 heeft [verzoekster] alsnog meldingen van deze toepassing ingediend en deze meldingen op 1 oktober 2020 aangevuld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1864
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Bodembescherming
  • uitspraakin de zaak202104777/1/R1

202104940/2/V2

Bij besluit van 7 juni 2021 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1870
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104940/2/V2

202105039/2/V2

Bij besluit van 13 april 2021 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1871
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105039/2/V2

202105366/2/V2

Bij besluit van 18 juni 2021 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1872
Datum uitspraak
23 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105366/2/V2

202006523/1/V3

Bij besluit van 22 september 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1860
Datum uitspraak
20 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202006523/1/V3

202100970/1/V1

Bij besluit van 14 december 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, opnieuw afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1862
Datum uitspraak
20 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202100970/1/V1

202104880/1/V3

Bij besluit van 12 maart 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1861
Datum uitspraak
20 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202104880/1/V3

202104885/2/V1

Bij besluit van 13 november 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem krachtens artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1868
Datum uitspraak
20 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202104885/2/V1

202105420/2/V2

Bij besluit van 9 september 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1867
Datum uitspraak
20 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105420/2/V2

202104729/2/V2

Bij besluit van 2 oktober 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1831
Datum uitspraak
19 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104729/2/V2

202104943/3/V1

Bij besluit van 1 december 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem krachtens artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1859
Datum uitspraak
19 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202104943/3/V1

202105017/2/V2

Bij besluit van 28 juni 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1854
Datum uitspraak
19 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105017/2/V2

202102695/2/R4

Het hoger beroep richt zich tegen de uitspraak van 10 maart 2021 van de rechtbank Midden-­Nederland. In deze uitspraak heeft de rechtbank het beroep van [verzoeker] tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Soest ongegrond verklaard. [verzoeker] heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen. [partij] heeft ter zitting te kennen gegeven dat binnenkort wordt gestart met de bouw van de aanbouw waarbij de mandelige boom zal moeten worden gekapt. Dit betekent dat een spoedeisend belang bestaat bij behandeling van het verzoek om voorlopige voorziening van [verzoeker].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1879
Datum uitspraak
19 augustus 2021
  • Mondelinge uitspraak
  • Voorlopige voorziening
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202102695/2/R4

202100284/1/V3

Bij besluit van 2 januari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1822
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202100284/1/V3

202100550/1/V3

Bij besluit van 18 augustus 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1823
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202100550/1/V3

202102314/1/V3

Bij besluit van 8 januari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1824
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202102314/1/V3

202102429/1/V3

Bij besluit van 11 december 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1825
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202102429/1/V3

202102976/1/V3

Bij besluit van 11 januari 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1826
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202102976/1/V3

202104860/2/V1

Bij besluit van 4 mei 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1827
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104860/2/V1

202104898/2/V2

Bij besluit van 8 juni 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1828
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104898/2/V2

202104923/2/V2

Bij besluit van 17 juli 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1853
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104923/2/V2

202104953/2/V2

Bij besluit van 4 augustus 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1830
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104953/2/V2

202104969/2/V2

Bij besluit van 9 maart 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1832
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104969/2/V2

201804189/1/R1

Bij besluit van 1 februari 2018 heeft de raad van de gemeente Borsele het bestemmingsplan "Borsels Buiten, 150 kV Ellewoutsdijk, 2018" vastgesteld. Het besluit van 1 februari 2018 bevat de regeling voor de nieuwe ondergrondse 150 kV-kabelverbinding tussen het 150 kV-station Goes de Poel en het 150 kV-station Westdorpe voor het gedeelte dat binnen de grenzen van de gemeente Borsele ligt. De nieuwe ondergrondse kabelverbinding is voorzien in of nabij de gronden van [appellant sub 1], [appellante sub 2], [appellant sub 3] en [appellante sub 4]. Zij kunnen zich niet met het plan verenigen vanwege gevolgen van deze nieuwe kabelverbinding voor hun woon- en leefklimaat en/of hun bedrijfsvoering.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1845
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Zeeland
  • uitspraakin de zaak201804189/1/R1

201907454/1/R4

Bij besluit van 28 augustus 2019 heeft de minister van Economische Zaken en Klimaat met toepassing van artikel 34 van de Mijnbouwwet ingestemd met het door Vermilion Netherlands Energy BV (hierna: Vermilion) ingediende winningsplan Diever. Vermilion wil gas winnen uit het gasveld Diever. Dit gasveld ligt in de geologische formatie Rotliegend-zandsteen en bestaat uit twee deelformaties, namelijk Slochteren en Akkrum. Vermilion heeft de gewenste gaswinning beschreven in het winningsplan Diever. In dit winningsplan staat dat er maximaal 1.360 miljoen Nm3 gas zal worden gewonnen in de periode tot en met 2025. Bij instemmingsbesluit van 21 juli 2017 heeft de minister hiermee ingestemd. Vervolgens is Vermilion tot de conclusie gekomen dat er uit het Dieverveld meer gas gewonnen kan worden dan oorspronkelijk werd gedacht. Om die reden is een nieuw winningsplan opgesteld waarin staat dat er maximaal 3.164 miljoen Nm3 gas gewonnen zal worden in de periode tot en met 2034.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1810
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Milieu - Overige
  • uitspraakin de zaak201907454/1/R4

201909154/1/R1

Bij besluit van 29 oktober 2019 heeft de raad het bestemmingsplan "Enkhuizerzand en IJsselmeergebied" vastgesteld. In de plantoelichting staat dat ondanks de goede ligging tussen de binnenstad en het IJsselmeer op dit moment onvoldoende gebruik wordt gemaakt van de potenties van het recreatiegebied Enkhuizerzand. De uitstraling van bijvoorbeeld de stranden en ligweiden, de versnipperde parkeergelegenheid en de kwaliteit van de openbare voorzieningen bieden onvoldoende verblijfskwaliteit. De betekenis als recreatiegebied voor de regio is daardoor onvoldoende. Er is daarom dringend behoefte aan een kwaliteitsverbetering, uitbreiding van het aanbod aan verblijfsrecreatieve voorzieningen, een betere opbouw van het gebied en een sterkere binding met de historische stad. Het plan strekt tot een samenhangende herontwikkeling van het recreatiegebied teneinde de ruimtelijke kwaliteit ervan te verbeteren. Het plan voorziet in het bijzonder in een vergroting van het strand.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1844
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak201909154/1/R1

202000172/1/R4

Bij besluit van 21 juli 2017 (het instemmingsbesluit) heeft de minister van Economische Zaken met toepassing van artikel 34 van de Mijnbouwwet ingestemd met het door Vermilion Netherlands Energy BV ingediende winningsplan Diever. Vermilion wil gas winnen uit het gasveld Diever. Dit gasveld ligt in de geologische formatie Rotliegend-zandsteen en bestaat uit twee deelformaties, namelijk Slochteren en Akkrum. In het winningsplan Diever heeft Vermilion de door haar gewenste gaswinning beschreven. Het gaat om maximaal 1.360 miljoen Nm3 gas, dat zal worden gewonnen in de periode tot en met 2025. Bij het instemmingsbesluit van 21 juli 2017 heeft de minister met dit winningsplan ingestemd. Het college en Milieudefensie zijn het niet eens met het oordeel van de rechtbank. Zij vinden dat het instemmingsbesluit ook om andere redenen vernietigd had moeten worden en dat de rechtsgevolgen van dat besluit niet in stand konden blijven. Zij hebben daarom hoger beroep ingesteld tegen de uitspraken van de rechtbank.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1808
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Milieu - Overige
  • uitspraakin de zaak202000172/1/R4

202000173/1/R4

Bij besluit van 21 juli 2017 heeft de de minister van Economische Zaken aan Vermilion Energy Netherlands B.V. (hierna: Vermilion) een omgevingsvergunning verleend voor het winnen van 1,5 miljoen Nm3 aardgas per dag op de mijnbouwlocatie Wapse. Bij besluiten van 15 juni 2015 heeft de minister op grond van onder andere artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: de Wabo) aan Vermilion omgevingsvergunningen eerste en tweede fase verleend voor het oprichten en in werking hebben van de mijnbouwlocatie Wapse voor winning van aardgas in het veld Diever. Deze gefaseerde vergunningen maken een maximale aardgasproductie van 480.000 Nm3 aardgas per dag mogelijk. Bij besluit van 21 juli 2017 is vergunning verleend voor het verhogen van het productieplafond van 480.000 Nm3 aardgas per dag naar 1,5 miljoen Nm3 aardgas per dag.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1809
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Milieu - Overige
  • uitspraakin de zaak202000173/1/R4

202000602/1/R1

Op 17 juni 2019 heeft CA Properties B.V. het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam in gebreke gesteld voor het niet tijdig bekendmaken van een aan haar van rechtswege verleende omgevingsvergunning. Op 11 december 2017 is een omgevingsvergunning aangevraagd voor het veranderen, vergroten en gedeeltelijk vernieuwen van het gebouw Keizersgracht 410 in Amsterdam ten behoeve van het realiseren van drie woningen, bergingen en kantoorruimte. CA Properties B.V. betoogt dat de rechtbank haar beroep ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard. Zij stelt dat de rechtbank heeft miskend dat de omgevingsvergunning op 19 juni 2018 van rechtswege is verleend en, omdat deze vergunning niet tijdig bekend is gemaakt, het college een dwangsom is verschuldigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1849
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202000602/1/R1

202001887/1/R3

Bij besluit van 27 januari 2020 heeft de raad van de gemeente Kaag en Braassem het bestemmingsplan "Derde Tuinbouwgebied 2019" vastgesteld. In de toelichting bij het bestemmingsplan "Derde Tuinbouwgebied 2019" staat dat dit bestemmingsplan het "Derde Tuinbouwgebied" van een actueel juridisch-planologisch kader voorziet. Het uitgangspunt van dit bestemmingsplan is het continueren van de bestaande rechten. Het plangebied wordt begrensd door de Ringvaart, de Noordveenweg, de Achterweg, de Molenweg en de Korte Oostweg. Aan de gronden van het perceel [locatie] te Nieuwe Wetering is de bestemming "Bedrijf" met daarbinnen een bouwvlak toegekend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1843
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202001887/1/R3

202002478/1/R1, 202002480/1/R1, 202002481/1/R1, 202002483/1/R1, 202002484/1/R1, 202002485/1/R1, 202002487/1/R1, 202002488/1/R1

Bij besluit van 19 februari 2018 heeft de minister aan [bedrijf] een vergunning verleend als bedoeld in artikel 2 van de Wet beheer rijkswaterstaatwerken (hierna: de Wbr) voor het wijzigen van de op 27 maart 1997 verleende vergunning voor het maken en behouden van een motorbrandstoffenverkooppunt op verzorgingsplaats Ruwiel langs de rijksweg A2 in de gemeente Stichtse Vecht. De vergunning maakt het mogelijk om twee elektrische laadpunten te realiseren, behouden en onderhouden als aanvullende voorziening bij het bestaande benzinestation. [bedrijf], Shell, Tamoil, NRG Value en BP zijn vergunninghoudsters voor een benzinestation op de hiervoor vermelde verzorgingsplaatsen (hierna: vergunninghoudsters). [bedrijf] heeft de locatie verhuurd aan Shell, die het benzinestation exploiteert. Het benzinestation is een van de basisvoorzieningen die zich op de verzorgingsplaatsen bevinden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1837
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202002478/1/R1, 202002480/1/R1, 202002481/1/R1, 202002483/1/R1, 202002484/1/R1, 202002485/1/R1, 202002487/1/R1, 202002488/1/R1

202002745/1/R3

Bij besluit van 21 februari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zoetermeer [appellant] en [partij] gelast om binnen vier weken de kamerverhuur met zorg in de panden aan de [locatie 1] en [locatie 2] te Zoetermeer te staken en gestaakt te houden, onder verbeurte van een dwangsom van € 2.500,00 per (deel van de) week dat de overtreding niet ongedaan is gemaakt met een maximum van € 10.000,00. [appellant] is sinds 2003 eigenaar van de panden aan de [locatie 1] en [locatie 2] te Zoetermeer. Deze panden bestaan uit verschillende aaneen gebouwde gebouwen, oorspronkelijk een woning, voormalig kantoor/showroom, schuur met erf en tuin. [appellant] woont zelf in een deel van deze panden. In deze panden zijn verder 12 kamers/studio’s aanwezig, die [appellant] tot medio 2018 aan particulieren verhuurde.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1851
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202002745/1/R3

202003314/1/R3

Bij besluit van 23 april 2020 heeft de raad van de gemeente Tytsjerksteradiel van de gemeente Tytsjerksteradiel het bestemmingsplan "Eastermar - It Heechsân" vastgesteld. Het plan voorziet in een actueel planologisch kader voor de kernen Eastermar en It Heechsân en is conserverend van aard. Het plan voorziet op enkele locaties, waaronder op de [locatie] te Eastermar, in een regeling ter bescherming van archeologische waarden. [appellant] kan zich niet verenigen met de toekenning van de bestemming "Waarde - Archeologie 2" aan zijn perceel [locatie] te Eastermar. Volgens hem zijn er geen archeologische waarden aanwezig op dat perceel. [appellant] betoogt dat hij als gevolg van de toekenning van de bestemming "Waarde - Archeologie 2" aan zijn perceel onevenredig wordt belemmerd in de gebruiksmogelijkheden van dat perceel. Ook vreest hij voor waardevermindering als gevolg van de toekenning van de bestemming "Waarde - Archeologie 2".

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1841
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Friesland
  • uitspraakin de zaak202003314/1/R3

202003344/1/R3

Bij besluit van 8 april 2020 heeft de raad van de gemeente Hardenberg het bestemmingsplan "Sibculo, woningbouw Kloosterterrein" vastgesteld. Bij besluit van 8 april 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Hardenberg een omgevingsvergunning verleend aan Bouwbedrijf Westerhof B.V. voor de bouw van tien geschakelde woningen aan de Monnikshof 3-12 te Sibculo. Het plan maakt de realisatie van maximaal veertien nieuwe woningen mogelijk nabij het voormalige klooster, gelegen in het zuidelijke gedeelte van Sibculo. Voor de realisatie van tien geschakelde woningen in het plangebied heeft het college bij besluit van 8 april 2020 een omgevingsvergunning verleend. [appellant sub 1] en anderen en [appellant sub 2A] en [appellant sub 2B] wonen in de directe omgeving van het plangebied. Zij vrezen als gevolg van de in het plangebied voorziene woningen voor een aantasting van hun woon- en leefklimaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1842
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak202003344/1/R3

202003628/1/R1

Bij besluit van 6 januari 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht locaties voor de plaatsing van ondergrondse restafvalcontainers in de wijk West aangewezen. Bij brief van 14 oktober 2019 heeft het college de bewoners van de wijk West onder meer medegedeeld dat het voornemens is de locatie Leidseweg 30 F-G in Utrecht aan te wijzen als locatie voor een ORAC. De bewoners zijn in de gelegenheid gesteld hierover een schriftelijke reactie naar voren te brengen. Bij besluit van 6 januari 2020 heeft het college de locatie Leidseweg 30 F-G aangewezen voor het plaatsen van een ORAC. Deze locatie wordt in het besluit aangeduid als locatie 38. De VvE kan zich niet met de aanwijzing van deze locatie verenigen, omdat zij vreest dat door de komst van de ORAC stank- en geluidhinder zal optreden en als gevolg van het plaatsen van de ORAC de riolering zal verzakken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1847
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202003628/1/R1

202004574/1/R3

Bij besluit van 27 juni 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tytsjerksteradiel aan [vergunninghouder A] en [vergunninghouder B] een omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van een schutting op het perceel [locatie 1] te Hurdegaryp. [vergunninghouder A] en [vergunninghouder B] wonen op het perceel. Zij hebben een aanvraag om omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen bij het college ingediend, om een gedeelte van een al gebouwde schutting van 2 m hoog op het perceel te legaliseren. De aanvraag ziet op het deel van de schutting dat is gebouwd aan de westzijde van het perceel. Het college heeft de gevraagde omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht verleend. [appellante] woont aan de overkant van de straat, op het perceel [locatie 2] te Hurdegaryp. Zij kan zich met de verleende omgevingsvergunning niet verenigen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1838
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202004574/1/R3

202004589/1/R4

Bij besluit van 22 januari 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag [appellanten] onder oplegging van een dwangsom gelast om geen bedrijfsafval in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 en de Regeling uitvoering Afvalstoffenverordening 2010 Den Haag 2018 aan de weg te plaatsen. [appellanten] exploiteren sinds 2016 een horecagelegenheid op het perceel [locatie] in Den Haag. Tijdens een controle op 18 december 2018 heeft een toezichthouder van de gemeente geconstateerd dat er een bedrijfsafvalcontainer tegen de voorgevel van de horecagelegenheid was geplaatst en dat er op dat moment geen afvalverwerkingsbedrijf bezig was de container te ledigen. Tussen partijen is niet in geschil dat dit in strijd is met artikel 14, eerste en tweede lid, van de Afvalstoffenverordening, gelezen in verbinding met artikel 11, eerste en tweede lid, van de Regeling.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1840
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202004589/1/R4

202005083/1/A3

Bij besluit van 10 juli 2018 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat aan [appellante] een bestuurlijke boete opgelegd van € 4.400,00 wegens overtreding van artikel 2.4:13, tweede lid, van het Arbeidstijdenbesluit vervoer, gelezen in samenhang met artikel 32, derde lid, van de Verordening (EU) nr. 165/2014 (hierna: de Verordening 165/2014). Een toezichthouder van de politie heeft een voertuig gecontroleerd op naleving van de Arbeidstijdenwet en het Abtv. De chauffeur van het voertuig verrichtte ten tijde van de inspectie vervoer ten behoeve van [appellante]. Naar aanleiding van deze inspectie is het voertuig bij een erkende werkplaats nader onderzocht. Hierbij is een voorziening in het voertuig aangetroffen die volgens de minister kan worden aangewend voor manipulatie van de tachograaf. Dit is volgens de minister in strijd met artikel 2.4:13, tweede lid, van het Abtv, gelezen in samenhang met artikel 32, derde lid, van de Verordening 165/2014.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1839
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak202005083/1/A3

202005243/1/A2

Bij besluit van 23 oktober 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Lopik een aanvraag van [appellant] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen. [appellant] is sinds 13 januari 1989 eigenaar van het perceel met opstallen aan de [locatie] te Lopik. Bij brief van 23 juni 2014 heeft hij het college verzocht om tegemoetkoming in de planschade die hij heeft geleden als gevolg van de inwerkingtreding van een bij raadsbesluit van 12 juni 2007 vastgesteld bestemmingsplan. Aan de aanvraag heeft hij ten grondslag gelegd dat de planologische mogelijkheden van het perceel zijn beperkt en dat dit tot waardevermindering van het perceel heeft geleid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1833
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202005243/1/A2

202005660/1/R1

Bij besluit van 20 maart 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Haarlem besloten tot aanwijzing van containerlocaties in de Leidsebuurt. Het college heeft op 20 maart 2020 het Aanwijzingsbesluit definitieve locaties afvalcontainers Leidsebuurt inclusief een locatiekaart vastgesteld. Het besluit voorziet onder meer in de plaatsing van twee gft-rolcontainers op standaards op locatie G41 en de plaatsing van één papiercontainer en één container voor plastic, blik en drinkpakken (hierna: pbd) op locatie N22. De locaties G41 en N22 bevinden zich in de Leidsestraat in Haarlem. [appellante] woont op de [locatie]. Zij kan zich niet verenigen met de plaatsing van de containers op locaties G41 en N22 omdat de containers leiden tot een aantasting van haar woon- en leefklimaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1846
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202005660/1/R1

202005979/1/R1

Bij besluit van 3 december 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag het plaatsingsplan vastgesteld voor de plaatsing van ondergrondse restafvalcontainers in het stadsdeel Scheveningen in de wijk Geuzenkwartier (buurt 8) te Den Haag. Bij het bestreden besluit heeft het college, door vaststelling van het plaatsingsplan, concrete locaties in het Geuzenkwartier aangewezen waar ORAC’s worden geplaatst. Onder meer wordt voorzien in de plaatsing van drie ORAC’s ter hoogte van de [locatie 2] in Den Haag (locatie 08-16A). [appellant sub 1] woont aan de [locatie 1]. De tuin aan de zijkant van haar woning ligt op enkele meters van de locatie 08-16A. [appellant sub 2] woont aan de [locatie 2] direct tegenover de locatie 08-16A. [appellant sub 1] en [appellant sub 2] kunnen zich niet met de aanwijzing van de locatie 08-16A verenigen. In het ontwerp-plaatsingsplan waren deze drie ORAC’s voorzien aan de overzijde van de Douzastraat schuin tegenover de Jan van Houtstraat 96.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1848
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202005979/1/R1

202006250/1/A2

Bij besluit van 26 juli 2019 heeft de directie van de Dienst Wegverkeer (hierna: de RDW) het verzoek van [appellant] om wijziging van de datum eerste toelating van het voertuig met kenteken [...] afgewezen. [appellant] is eigenaar van een Jaguar XJ12 Series 2 XJC 5.3 liter met kenteken [...]. Het gaat om een geïmporteerd voertuig. Bij de eerste afgifte van het kentekenbewijs op 28 november 1987 is voor het kenteken [...] onder bijzonderheden als bouwjaar 1978 opgenomen. De DET van dit voertuig is op 30 juni 1978 vastgesteld. [appellant] heeft gevraagd om wijziging van de DET van 30 juni 1978 in 22 maart 1976. Ten bewijze dat de geregistreerde DET onjuist is, heeft [appellant] een certificaat van de Jaguar Daimler Heritage Trust van 20 mei 2019 overgelegd waarin staat dat de afleverdatum 22 maart 1976 is. Bij wijziging van de DET kan [appellant] aanspraak maken op blauwe kentekenplaten. [appellant] betoogt dat de DET van het voertuig in het kentekenregister dient te worden gewijzigd in 1976.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1836
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202006250/1/A2

202006644/1/R3

Bij besluit van 30 november 2020 heeft de raad van de gemeente Zoetermeer het bestemmingsplan "Martin Luther Kinglaan" vastgesteld. Bij besluit van 7 december 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zoetermeer een omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van 218 woningen aan de Martin Luther Kinglaan. Het bestemmingsplan voorziet in 218 woningen in een deel van de wijk Oosterheem in Zoetermeer. Het gaat om 177 appartementen en 41 eengezinswoningen. Het plangebied grenst aan de oostzijde aan de HSL-spoorlijn en de provinciale weg N209 en aan de west- en noordzijde aan bestaande woningen. [appellant] en anderen wonen in de wijk Oosterheem, veelal in de straten die grenzen aan het plangebied, en de meesten van hen hebben vanuit hun woningen ook zicht op het plangebied. Zij kunnen zich niet verenigen met het plan en de omgevingsvergunning, omdat zij te weinig inspraak hebben gehad bij de planvorming, het bestaande openbaar groen verloren gaat en daarmee ook het uitzicht.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1850
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202006644/1/R3

202100680/1/A2

Bij besluit van 29 oktober 2019 heeft de directie van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen aan [appellant] een Educatieve Maatregel Alcohol en verkeer opgelegd. De Politie Eenheid Noord-Holland heeft het CBR op grond van artikel 130, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 medegedeeld dat het vermoeden bestaat dat [appellant] niet langer beschikt over de rijvaardigheid dan wel geschiktheid om een motorrijtuig van de categorieën A, AM, B en T te besturen. Aan deze mededeling ligt ten grondslag dat [appellant] volgens het door verbalisanten op ambtsbelofte opgemaakt proces-verbaal van 23 september 2019 op deze datum is aangehouden op verdenking van overtreding van artikel 8 van de Wvw 1994 en dat daarbij een ademalcoholgehalte van 480 µg/l is geconstateerd. Omdat het geconstateerde ademalcoholgehalte tussen de 435 µg/l en 785 µg/l ligt, heeft het CBR [appellant] een EMA opgelegd. In geschil is of het bij [appellant] gemeten ademalcoholgehalte voldoende is komen vast te staan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1835
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202100680/1/A2

202100783/1/A2

Bij besluit van 17 februari 2020 heeft de directie van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen het rijbewijs van [appellant] ongeldig verklaard vanaf 24 februari 2020. Op 17 juni 2019 heeft de politie van de eenheid Noord-Nederland aan het CBR mededeling gedaan als bedoeld in artikel 130, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994. Er is opgemerkt dat [appellant] op 23 februari 2019 een aanrijding veroorzaakte op een kruising. [appellant] reed meerdere verkeersborden omver en eindigde op een bewegwijzeringsbord/paal. [appellant] verklaarde later dat hij werd achtervolgd en dat hij voor de kruising zijn gordel had afgedaan. De verbalisanten waren ten tijde van de aanrijding op de kruising en hebben de aanrijding zien gebeuren. Zij constateerden echter dat er geen sprake was geweest van een achtervolging. Het CBR heeft aan [appellant] een onderzoek naar de geschiktheid opgelegd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1834
Datum uitspraak
18 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202100783/1/A2

202006012/1/V1

Bij besluit van 8 juli 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1821
Datum uitspraak
17 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202006012/1/V1

202006427/1/V2

Bij besluit van 8 november 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1819
Datum uitspraak
17 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202006427/1/V2

202100553/1/V2

Bij besluiten van 29 april 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om aan hen een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1820
Datum uitspraak
17 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202100553/1/V2

202105110/2/V1

Bij besluit van 1 juni 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1852
Datum uitspraak
17 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105110/2/V1

202103677/3/A3

Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 30 juli 2021 heeft [verzoeker] verzocht om wraking van staatsraad mr C.H.M. van Altena (hierna: de staatsraad) belast met de behandeling van het verzoek om een voorlopige voorziening, in de zaak nr. 202103677/2/A3.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1818
Datum uitspraak
17 augustus 2021
  • Wraking
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202103677/3/A3

202006665/1/V3

Bij besluit van 30 september 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1811
Datum uitspraak
16 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202006665/1/V3

202104818/2/V2

Bij besluit van 6 april 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1812
Datum uitspraak
16 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104818/2/V2

202105328/2/V2

Bij besluit van 18 juni 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1829
Datum uitspraak
16 augustus 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105328/2/V2

202005899/2/A3

Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 12 juli 2021, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van de staatsraden E. Steendijk, P.H.A. Knol en G.M.H. Hoogvliet (hierna: de staatsraden) als leden van de meervoudige kamer belast met de behandeling van de zaak nr. 202005899/1/A3.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1817
Datum uitspraak
16 augustus 2021
  • Wraking
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202005899/2/A3

202006276/1/V3

Bij besluit van 9 september 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1816
Datum uitspraak
13 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202006276/1/V3

202100470/1/V3

Bij besluiten van 3 januari 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling opgedragen de Europese Unie onmiddellijk te verlaten, een inreisverbod tegen hem uitgevaardigd en hem in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1813
Datum uitspraak
13 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202100470/1/V3

202100510/1/V3

Bij besluiten van 3 januari 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling opgedragen de Europese Unie onmiddellijk te verlaten, een inreisverbod tegen hem uitgevaardigd en hem in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:1815
Datum uitspraak
13 augustus 2021
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202100510/1/V3
vorige pagina1...201202203...1.217volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon