Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 120.716
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

202000248/1/V6

Bij besluit van 8 oktober 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid het verzoek van [appellant] om hem het Nederlanderschap te verlenen afgewezen. [appellant], met de Liberiaanse nationaliteit, verblijft bij zijn minderjarig kind met de Nederlandse nationaliteit. [appellant] heeft sinds 29 juli 2014 een verblijfsdocument met de aantekening 'Familielid van een burger van de Unie', ontleend aan artikel 20 van het VWEU (een Chavez-Vilchez verblijfsrecht). De staatssecretaris heeft zich op het standpunt gesteld dat dit verblijfsrecht een tijdelijk karakter heeft. Daarom bestaan er bedenkingen tegen zijn verblijf in Nederland voor onbepaalde tijd als bedoeld in artikel 8, eerste lid, aanhef en onder b, van de Rijkswet op het Nederlanderschap.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2272
Datum uitspraak
23 september 2020
  • Hoger beroep
  • Nederlanderschap
  • uitspraakin de zaak202000248/1/V6

202000481/1/R4

Bij besluit van 11 december 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Huizen het verzoek van [appellant] om handhavend op te treden tegen de verhoging van de erfscheiding tussen de percelen [locatie 1] en [locatie 2] te Huizen afgewezen. [belanghebbende] heeft een overkapping achter zijn huis, waarvan hij de zijkant op de erfgrens heeft dichtgemaakt. Daarbij heeft hij deels gebruik gemaakt van de constructie van de schutting die aan zijn kant staat. De schutting betreft de gezamenlijke schutting met [appellant]. [appellant] kijkt tegen de dicht gebouwde zijkant van de overkapping aan. Die zijkant steekt uit boven de gezamenlijke schutting. [appellant] is het daar niet mee eens en heeft het college verzocht om daartegen handhavend op te treden. Het college heeft dat verzoek afgewezen omdat het zich niet bevoegd acht om handhavend op te treden. Naar het oordeel van het college is er geen sprake van een overtreding. De rechtbank is het college hierin gevolgd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2274
Datum uitspraak
23 september 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202000481/1/R4

202000512/1/A3

Bij besluit van 8 november 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam [appellante] uitgeschreven uit de Basisregistratie Personen (hierna: de brp) per 3 september 2018. [appellante] stond ingeschreven op het adres [locatie] in Rotterdam. Bij besluit van 8 november 2018 heeft het college haar op grond van artikel 2.22 van de Wet brp per 3 september 2018 uitgeschreven uit de brp. Daaraan heeft het college ten grondslag gelegd dat zij geen aangifte van adreswijziging heeft doorgegeven en er na onderzoek geen feitelijke verblijfplaats van haar bekend is. Het college heeft het door [appellante] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Omdat in bezwaar vast is komen te staan dat [appellante] gedurende elf maanden op Curaçao verbleef, heeft het college de rechtsgrondslag van de uitschrijving gewijzigd en haar op grond van artikel 2.21, tweede lid, van de Wet brp uitgeschreven wegens verblijf in het buitenland.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2270
Datum uitspraak
23 september 2020
  • Hoger beroep
  • Basisregistratie
  • uitspraakin de zaak202000512/1/A3

202000540/1/A3

Bij besluit van 2 december 2019 heeft de burgemeester van Den Haag [appellant] gelast de woning gelegen aan de [locatie] in Den Haag onmiddellijk te verlaten en voor een periode van tien dagen niet te betreden, noch daarin aanwezig te zijn of zich daarbij op te houden. Tevens heeft de burgemeester [appellant] gelast om gedurende deze periode geen contact op te nemen met de in de woning wonende personen, te weten zijn [ex-vrouw] en de drie minderjarige kinderen van [appellant] en die vrouw. [appellant] en [ex-vrouw] waren echtgenoten en hebben drie minderjarige kinderen. Nadat zij hebben besloten te scheiden, zijn problemen ontstaan in de omgang met elkaar en het maken van afspraken met betrekking tot de kinderen. [ex-vrouw] heeft de echtelijke woning verlaten en is ingetrokken bij haar broer aan de [locatie] in Den Haag. De burgemeester heeft aan [appellant] op grond van artikel 2 van de Wet tijdelijk huisverbod een tijdelijk huisverbod opgelegd van 2 tot en met 12 december 2019.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2279
Datum uitspraak
23 september 2020
  • Hoger beroep
  • Huisverbod
  • uitspraakin de zaak202000540/1/A3

202000568/1/A3

Bij besluit van 19 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Groningen beslist op een verzoek van [appellant sub 1] om openbaarmaking van informatie op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. [appellant sub 1] zat vanaf april 2012 in een werkervaringstraject/re-integratietraject bij het Martiniziekenhuis met behoud van zijn bijstandsuitkering. De uitvoering van dit traject heeft het college uitbesteed aan Saaksumborg Advies. Eind maart 2013 is het traject beëindigd. Naar aanleiding van een in 2015 ingediende klacht bij de gemeentelijke ombudsman heeft [appellant sub 1] een e-mailbericht van 20 maart 2015 met een bijlage, genaamd "[appellant sub 1] [...]docx", ontvangen. Op 11 juni 2018 heeft [appellant sub 1] een Wob-verzoek ingediend over het re-integratietraject.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2276
Datum uitspraak
23 september 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202000568/1/A3

202000645/1/A3

Bij besluit van 28 februari 2019 heeft de minister van Buitenlandse Zaken een aanvraag van [appellant] om een Nederlands paspoort afgewezen. Bij het in bezwaar gehandhaafde besluit van 28 februari 2019 heeft de minister de aanvraag van [appellant] om verlening van een Nederlands paspoort afgewezen krachtens de artikelen 22, aanhef, onder a en slot, en artikel 45, tweede lid, van de Paspoortwet. Gebleken is dat [appellant]’ persoonsgegevens zijn opgenomen in het Register Paspoortsignalering van de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De persoonsgegevens zijn opgenomen omdat hij een betalingsachterstand heeft bij de Belastingdienst. De minister heeft geïnformeerd bij de Belastingdienst en heeft zich daarna op het standpunt gesteld dat de gronden die tot de paspoortsignalering hebben geleid nog aanwezig zijn. Volgens de minister leidt de paspoortweigering niet tot onevenredige benadeling.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2275
Datum uitspraak
23 september 2020
  • Hoger beroep
  • Paspoort
  • uitspraakin de zaak202000645/1/A3

201706119/1/V3

Bij besluit van 23 januari 2017 heeft de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie de vreemdeling opgedragen de Europese Unie binnen 28 dagen te verlaten (hierna: het terugkeerbesluit).

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2267
Datum uitspraak
22 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201706119/1/V3

201804508/1/V3

Bij besluit van 29 augustus 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling opgedragen de Europese Unie binnen 28 dagen te verlaten en tegen hem een inreisverbod uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2263
Datum uitspraak
22 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201804508/1/V3

201808659/1/V3

Bij besluit van 4 juli 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling opgedragen de Europese Unie binnen 28 dagen te verlaten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2264
Datum uitspraak
22 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201808659/1/V3

202002151/1/V3

Bij besluiten van 18 december 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, opnieuw niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2262
Datum uitspraak
22 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202002151/1/V3

202003993/2/R4

Bij besluit van 28 mei 2020 heeft de raad van de gemeente Woudenberg het bestemmingsplan "Koningin Julianaplein 1" vastgesteld. Het plan voorziet in de herontwikkeling van het Koningin Julianaplein. Het gebouw van de voormalige bibliotheek zal in verband hiermee worden gesloopt en de huidige parkeerplaats zal deels verdwijnen. Daarvoor in de plaats zal een appartementencomplex met 30 appartementen worden gerealiseerd. Onder het appartementencomplex is een parkeergarage voorzien met 32 parkeerplaatsen voor de bewoners van het appartementencomplex. [verzoeker] en anderen zijn omwonenden van het Koningin Julianaplein. Hun verzoek strekt ertoe het bestemmingsplan te schorsen zodat geen omgevingsvergunningen kunnen worden verleend op grond van het bestemmingsplan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2259
Datum uitspraak
22 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak202003993/2/R4

202004423/2/R4

Bij besluit van 18 juni 2020 heeft de raad van de gemeente Winterswijk het bestemmingsplan "Logistiek Centrum Obelink Vrijetijdsmarkt" vastgesteld. Het plangebied ligt aan de westzijde van de bebouwde kom van de kern Winterswijk. Het bestaat grotendeels uit braakliggend terrein waarop voorheen de kaasfabriek van Coberco was gevestigd. Obelink wil ter plaatse een logistiek centrum realiseren gericht op haar eigen activiteiten (retail in de fysieke winkel en via internet). Het plangebied wordt daarom herontwikkeld van kaasfabriek naar logistiek centrum. Het college heeft aan Obelink een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van een logistiek centrum met een bruto vloeroppervlakte van ongeveer 26.150 m2 en het vellen van 10 bomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2260
Datum uitspraak
22 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202004423/2/R4

202004875/2/V3

Bij besluit van 18 juni 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2265
Datum uitspraak
22 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004875/2/V3

202005004/1/V3

Bij besluit van 26 mei 2020 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2266
Datum uitspraak
22 september 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202005004/1/V3

201909148/1/V3

Bij besluit van 26 februari 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2258
Datum uitspraak
21 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201909148/1/V3

202003555/1/V3

Bij besluit van 30 april 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2261
Datum uitspraak
21 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202003555/1/V3

202004322/2/R4

Bij besluit van 30 juni 2020 heeft de raad van de gemeente De Bilt het bestemmingsplan "Bedrijvenpark Larenstein, 1e herziening" vastgesteld. Het bestemmingsplan maakt onder meer de uitbreiding van het bedrijfspand gelegen aan de [locatie] op bedrijvenpark Larenstein op het naastgelegen perceel planologisch mogelijk. Voor het uitbreiden van het bedrijfsgebouw, het veranderen van een bestaande uitweg, het plaatsen van een erf- of perceelafscheiding en het kappen van bomen op het perceel heeft het college een omgevingsvergunning verleend. Stichting Milieuzorg Zeist en [verzoeker sub 2] en anderen willen met hun verzoeken voorkomen dat van de verleende omgevingsvergunning gebruik wordt gemaakt voordat het bestemmingsplan onherroepelijk is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2252
Datum uitspraak
18 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak202004322/2/R4

202004717/2/V2

Bij besluiten van 22 september 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van vreemdelingen 1 en 2 om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2256
Datum uitspraak
18 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004717/2/V2

202005081/2/V2

Bij besluit van 2 juni 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2257
Datum uitspraak
18 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202005081/2/V2

201905044/1/V1

Bij besluit van 25 mei 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om krachtens artikel 64 van de Vw 2000 te bepalen dat zijn uitzetting achterwege blijft, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2253
Datum uitspraak
17 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201905044/1/V1

202003196/2/A2

Bij besluit van 26 september 2019 heeft de RDW de keuringsbevoegdheid van [verzoeker] voor het uitvoeren van algemene periodieke keuringen voor de categorie voertuigen tot en met 3500 kg voor twaalf weken ingetrokken. Het verzoek strekt ertoe dat de intrekking voor bepaalde tijd van de bevoegdheid voor het uitvoeren van algemene periodieke keuringen voor de categorie motorvoertuigen tot en met 3500 kg niet zal worden geëffectueerd, totdat in de bodemprocedure zal zijn beslist.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2250
Datum uitspraak
17 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202003196/2/A2

202004683/2/V3

Bij besluit van 29 juni 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2251
Datum uitspraak
17 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004683/2/V3

202004792/2/V2

Bij besluit van 24 januari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2254
Datum uitspraak
17 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004792/2/V2

201901634/1/V1

Bij besluit van 7 november 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd van de vreemdeling ingetrokken en tegen hem een inreisverbod uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2223
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak201901634/1/V1

201905525/4/R2 en 201905525/3/R2

Bij besluit van 6 juni 2019 heeft de raad van de gemeente Roermond het bestemmingsplan "Paraplubestemmingsplan kamerverhuur en ministudio's" vastgesteld. Bij besluit van 4 juni 2020 heeft de raad het bestemmingsplan "Herziening paraplubestemmingsplan kamerverhuur en ministudio's" vastgesteld. Het paraplubestemmingsplan van 6 juni 2019 voorzag in een regeling voor het hele grondgebied van de gemeente Roermond voor nieuwe kamerwoningen en ministudio’s (kleine appartementen tot 60 m2) waardoor het realiseren van dergelijke nieuwe woningen niet was toegestaan. RR Real Estate Restructuring en andere waren het niet eens met het verbod op ministudio’s. Zij zijn eigenaren van panden in de binnenstad van Roermond en zijn bezig met het verbouwen daarvan tot ministudio’s, zodat zij die kunnen verhuren. Zij hebben de voorzieningenrechter daarom verzocht om het verbod op ministudio’s in dat plan te schorsen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2214
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak201905525/4/R2 en 201905525/3/R2

202001335/2/R4

Bij besluit van 17 december 2019 heeft de raadd van de gemeente Amersfoort het bestemmingsplan "Groot Weede Noord" vastgesteld. Het plan ziet op het perceel aan de Hamseweg 70 en kent aan dit perceel de bestemmingen "Wonen-1" en "Waarde-Archeologie 2" toe. Daardoor is het mogelijk om op het perceel woningbouw te realiseren. Op 23 juni 2020 is aan Frontdoor B.V. bij primair besluit een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van 9 woningen. [verzoeker] en zijn broer zijn eigenaren van het aan de Hamseweg 70 grenzende perceel aan de [locatie], waar een veehouderij wordt geëxploiteerd. In deze veehouderij worden 50 stuks melkvee, 40 stuks jongvee, 2 stieren, 50-100 kippen, 2 varkens en 2 paarden gehouden. Blijkens de stukken en gelet op wat op de zitting naar voren is gekomen, woont [verzoeker] in Frankrijk en exploiteert zijn broer het bedrijf aan de [locatie]. [verzoeker] is het niet met het besluit eens en is daarom tegen het plan opgekomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2221
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak202001335/2/R4

202004662/2/V1

Bij besluit van 8 juni 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2224
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202004662/2/V1

201803820/2/R3

Bij tussenuitspraak van 18 december 2019, ECLI:NL:RVS:2019:4340, heeft de Afdeling de raad van de gemeente Alphen aan den Rijn opgedragen om binnen 16 weken na de verzending van de tussenuitspraak, met inachtneming van hetgeen daarin onder 14 en 23 is overwogen, de daar omschreven gebreken in het besluit van de raad van 22 februari 2018, waarbij het bestemmingsplan "Alphen Stad" is vastgesteld, te herstellen. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak onder 12.3 overwogen dat niet duidelijk uit de verbeelding in samenhang gezien met de planregels blijkt dat geen evenementen zijn toegestaan op de locatie Zegerplas. Nu blijkt dat de raad niet heeft bedoeld op de Zegerplas al evenementen toe te staan, moet worden geoordeeld dat het bestreden besluit in zoverre niet met de vereiste zorgvuldigheid is voorbereid, aldus de Afdeling.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2249
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak201803820/2/R3

201900888/1/R4

Bij besluit van 7 juli 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zwijndrecht aan Februari een omgevingsvergunning verleend voor het optoppen en verbouwen van de watertoren op het perceel Westerschelde 1 te Zwijndrecht. Het bestemmingsplan is op 27 september 2016 vastgesteld en heeft betrekking op de watertoren en het daarbij behorende terrein. Met het bestemmingsplan is beoogd het plangebied maatschappelijk, cultureel en toeristisch-recreatief toegankelijk te maken. De watertoren, een rijksmonument uit 1897, zal daartoe worden gerestaureerd en geschikt worden gemaakt voor zakelijke, culturele en maatschappelijke functies, aldus de toelichting bij het bestemmingsplan. Ingevolge het bestemmingsplan heeft het perceel de bestemming "Gemengd". Op 22 juni 2016 is een aanvraag voor het optoppen en intern verbouwen van de watertoren ingediend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2242
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201900888/1/R4

201903453/5/R3

Bij tussenuitspraak van 11 maart 2020, ECLI:NL:RVS:2020:725 (hierna: de tussenuitspraak), heeft de Afdeling de raad van de gemeente Tynaarlo opgedragen binnen 12 weken na verzending van de tussenuitspraak het daar omschreven gebrek in het besluit van de raad van de gemeente Tynaarlo van 12 maart 2019 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Schelfhorst Natuurwonen" te herstellen. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak onder 10.2 overwogen dat in de planregels een concrete verwijzing naar de voorwaarden uit het beeldkwaliteitsplan "Schelfhorst Natuurwonen" - zoals deze invulling onder meer bleek uit de elementen genoemd in de weergave op de pagina’s 17, 18 en 31 - over de inrichting en de instandhouding van de gronden van het plangebied met de bestemming "Natuur" en de landschappelijke inpassing en de instandhouding van de gronden met de bestemming "Wonen - Wonen in natuur" had moeten worden opgenomen. Dat was ten onrechte niet gebeurd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2241
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Drenthe
  • uitspraakin de zaak201903453/5/R3

201903940/1/R1

Bij besluit van 30 maart 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede aan Safari Trading B.V. een omgevingsvergunning verleend voor het vestigen van een supermarkt op het perceel Molenstraat 198 in Ede. In het pand op het perceel waar de supermarkt zich bevindt, bevinden zich tevens een bakkerij, acht appartementen en een kapper. [appellant] woont aan de Van Heemskerckstraat in één van die appartementen boven de supermarkt. De laad- en losplaats van de supermarkt aan de Van Heemskerckstraat bevindt zich op korte afstand van zijn balkon. [appellant] heeft tegen het besluit van 30 maart 2016 tot verlening van de omgevingsvergunning voor de supermarkt bezwaar gemaakt en het college heeft naar aanleiding van dit bezwaar op 31 januari 2017 besloten dat de omgevingsvergunning ondanks zijn bezwaren in stand kan blijven, maar het heeft wel de motivering aangevuld en een voorschrift aan de omgevingsvergunning verbonden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2225
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201903940/1/R1

201905096/1/R1

Bij besluit van 17 januari 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam geweigerd Florwel B.V. een omgevingsvergunning te verlenen voor het gebruiken van de begane grond, met inbegrip van een aanbouw, ten behoeve van wonen van het gebouw op het perceel [locatie] in Amsterdam. Florwel is eigenaar van het perceel en heeft op 28 oktober 2015 een omgevingsvergunning aangevraagd om de begane grond van het gebouw op het perceel, met inbegrip van de aan de tuinzijde gelegen aanbouw, te gebruiken ten behoeve van wonen. Op 25 januari 2016 heeft Florwel een omgevingsvergunning voor bouwen aangevraagd om het voormalig atelier op de begane grond van het gebouw op het perceel aan te passen ten behoeve van een woning voor kamergewijze verhuur.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2231
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak201905096/1/R1

201905654/1/R1

Bij besluit van 31 mei 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Bergen (NH) bekendgemaakt dat op 18 maart 2017 van rechtswege omgevingsvergunning is gegeven voor het realiseren van een uitrit ten behoeve van de dienstwoning en het realiseren van parkeerplaatsen op het perceel Heereweg 77 te Schoorl. Zuidhof Projecten wilde op het perceel zeven recreatiewoningen en een dienstwoning realiseren. Het college heeft de voor dit bouwplan van rechtswege gegeven omgevingsvergunning bij besluit op bezwaar van 12 december 2017 in stand gelaten. De rechtbank Noord-Holland heeft dat besluit vernietigd in de einduitspraak van 22 oktober 2018. Bij uitspraak van 11 september 2019, ECLI:NL:RVS:2019:3118, heeft de Afdeling deze rechtbankuitspraak bevestigd. Verder heeft de Afdeling in deze uitspraak de omgevingsvergunning voor de bouw van de zeven recreatiewoningen zonder de dienstwoning op het perceel weliswaar vernietigd, maar de rechtsgevolgen daarvan in stand gelaten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2247
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201905654/1/R1

201905917/1/A3

Bij besluit van 25 oktober 2018 heeft de burgemeester van Oldambt de Drank- en Horecawetvergunning (hierna: DHW-vergunning) van [wederpartij] ingetrokken. [wederpartij] exploiteert verschillende horecagelegenheden in Winschoten, waaronder [bedrijf]. De burgemeester heeft op 3 februari 2018, 22 juni 2018, 7 juli 2018 en 8 september 2018 controles laten uitvoeren bij dat café. Van deze controles zijn rapportages opgemaakt. Uit deze controles is gebleken dat er telkens geen leidinggevende in het café aanwezig was die vermeld stond op het aanhangsel bij de vergunning, terwijl het op grond van artikel 24, eerste lid, aanhef en onder a, van de Drank- en Horecawet verboden is een horecagelegenheid open te hebben zonder dat die leidinggevende aanwezig is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2238
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Drank en horeca
  • uitspraakin de zaak201905917/1/A3

201907128/1/A3

Bij besluiten van 16 mei 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam [appellant A] en [appellant B] beiden een bestuurlijke boete opgelegd van €20.500,00. Naar aanleiding van een melding van verhuur aan toeristen heeft het college een onderzoek ingesteld naar het feitelijk gebruik van de woning aan de [locatie]. Uit administratief onderzoek blijkt dat [appellant A] eigenaar is van de woning. [appellant B] stond samen met drie anderen in de basisregistratie personen als bewoner van de woning geregistreerd. De woning heeft de bestemming ‘bewoning’. De woning werd op de website www.airbnb.com aangeboden als ‘Large room in center Ams close to the old center'. Naar aanleiding van de melding hebben toezichthouders van de Afdeling Wonen van de gemeente op 8 februari 2018 een bezoek gebracht aan de woning. Tijdens het bezoek zijn zij ontvangen en rondgeleid door [persoon]. Zij heeft verklaard dat [appellant B] verblijft in de slaapkamer op de begane grond.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2229
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201907128/1/A3

201907323/1/A3

Bij besluit van 27 juli 2018 heeft de korpschef van politie een aanvraag van [appellant] om afgifte van een verklaring van betrouwbaarheid afgewezen. [appellant] heeft een aanvraag ingediend om afgifte van een verklaring van betrouwbaarheid als bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus, omdat hij wil werken als alarminstallateur. Hij werkt sinds november 2018 bij het betreffende bedrijf. De korpschef heeft deze verklaring onthouden, omdat uit het Justitieel Documentatie Systeem blijkt dat [appellant] is gedagvaard voor vernieling en belaging. Hiervoor heeft de politierechter hem op 3 augustus 2018 veroordeeld tot honderd uur taakstraf, twee maanden voorwaardelijke gevangenisstraf en een contactverbod voor de duur van twee jaar.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2230
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Beveiligingswerkzaamheden
  • uitspraakin de zaak201907323/1/A3

201908217/1/A3

Bij besluit van 4 december 2017 heeft de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid [appellante] een bestuurlijke boete van € 8.100,- opgelegd wegens overtreding van de Arbeidsomstandighedenwet en het Arbeidsomstandighedenbesluit. In beroep heeft [appellante] onder meer aangevoerd dat de staatssecretaris op 5 november 2018 geen besluit op het door haar gemaakte bezwaar meer kon nemen. De staatssecretaris had dit immers al op 25 oktober 2018 gedaan. [appellante] heeft aangevoerd dat het besluit van 5 november 2018 alleen al daarom moet worden vernietigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2243
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201908217/1/A3

201908226/1/A3

Bij besluit van 11 september 2019 heeft de (loco-)burgemeester van Zeist [appellant] gelast de woning gelegen aan de [locatie] in Huis ter Heide onmiddellijk te verlaten en voor een periode van tien dagen niet te betreden, noch daarin aanwezig te zijn of zich daarbij op te houden. Tevens heeft de burgemeester van Zeist [appellant] gelast om gedurende deze periode geen contact op te nemen met de achterblijvers. [appellant] en zijn vrouw hebben twee minderjarige kinderen. De (loco-)burgemeester heeft aan [appellant] op grond van artikel 2 van de Wet tijdelijk huisverbod een tijdelijk huisverbod opgelegd van 11 tot en met 21 september 2019, voor de woning aan de [locatie] in Huis ter Heide. Tevens heeft de burgemeester [appellant] een contactverbod opgelegd met de achterblijvers, te weten zijn vrouw en kinderen. Aanleiding voor het opleggen van een huis- en contactverbod is een geweldsincident tussen [appellant] en zijn vrouw, in het bijzijn van hun kinderen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2228
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Huisverbod
  • uitspraakin de zaak201908226/1/A3

201908358/1/R1

Bij besluit van 8 oktober 2019 heeft het college van gedeputeerde staten van Flevoland vergunning verleend voor het realiseren en exploiteren van Windplan Groen. Het inpassingsplan voorziet in 90 windturbines. Hiervan zijn er 71 windturbines waarvan de maximale tiphoogte 249 meter is, 7 windturbines met een maximale tiphoogte van 220 meter en 12 windturbines met een maximale tiphoogte van 156 meter. Initiatiefnemers zijn een aantal afzonderlijke bedrijven die vertegenwoordigd zijn in de vereniging Windkoepel Groen. Doel van het plan is om bij te dragen aan het opwekken van duurzame energie in Nederland en invulling te geven aan de wens van de provincie om te voorzien in een sanering en opschaling van de windenergie in het gebied. Op dit moment zijn in het gebied 98 windturbines aanwezig met een totaal opgesteld vermogen van circa 168 MW. De ontwikkeling voorziet in de realisatie van 90 turbines in lijnopstellingen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2226
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Inpassingsplan
  • uitspraakin de zaak201908358/1/R1

201908537/1/R2

Bij besluit van 10 oktober 2019 heeft de raad van de gemeente Breda het bestemmingsplan "Buitengebied Oost, herziening Tervoortseweg" vastgesteld. Het plan voorziet in de bouw van 3 woningen aan de Tervoortseweg te Bavel in het kader van de Ruimte voor Ruimte-regeling. De gronden hadden hiervoor een agrarische bestemming. Het plan voorziet in de bouw van 3 woningen aan de Tervoortseweg te Bavel in het kader van de Ruimte voor Ruimte-regeling. De gronden hadden hiervoor een agrarische bestemming.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2246
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201908537/1/R2

201908615/1/A2

Bij besluit van 24 december 2018 heeft de RDW de tenaamstelling van het voertuig met kenteken [...] vervallen verklaard, waardoor het kentekenbewijs zijn geldigheid heeft verloren. [appellant] is eigenaar van een aanhangwagen met kenteken [...]. Op het kentekenbewijs staat dat het voertuigidentificatienummer [...] is. Tijdens een politiecontrole heeft de politie geen VIN op het hoofdonderdeel van de aanhangwagen kunnen traceren. Daarom heeft de RDW op 18 oktober 2018 een inspectieonderzoek naar de identiteit van de aanhangwagen ingesteld. In het verslag van dat onderzoek staat dat het ingeslagen VIN ontbreekt en dat het typeplaatje dat bevestigd is aan de aanhangwagen en waar het VIN op staat, verwijderd is geweest.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2236
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak201908615/1/A2

201908677/1/R2

Bij besluit van 10 oktober 2019 heeft de raad van de gemeente Breda het bestemmingsplan "Buitengebied Oost" vastgesteld. Het plan voorziet in een reparatie van het bestemmingsplan "Buitengebied Oost", zoals dat eerder werd vastgesteld op 13 juli 2017. [appellant] kon zich niet verenigen met het plandeel met de bestemming "Bedrijf" ten noorden van zijn woning aan de [locatie] te Bavel. Bij uitspraak van de Afdeling van 10 april 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1117) is, voor zover van belang, het plandeel met de bestemming "Bedrijf" ten noorden van het woonperceel van [appellant] vernietigd. [appellant] verzet zich tegen het plan, omdat volgens hem nog altijd onvoldoende is onderbouwd dat een bedrijfsbestemming ten noorden van zijn woning passend is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2232
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201908677/1/R2

201908681/1/R1

Bij besluit van 9 oktober 2019 heeft de raad van de gemeente Amsterdam het bestemmingsplan "Groot Waterloo" vastgesteld. [appellante sub 1] is eigenaar van een pand aan [locatie] en verhuurt de begane grond van dit pand aan een winkel. Zij vreest dat deze winkel niet als zodanig is bestemd. Wijkcentrum d’Oude Stadt en de Bewonersraad zijn organisaties die de belangen van de bewoners in het plangebied behartigen. Zij zijn bezorgd over de luchtkwaliteit en de geluidhinder in het plangebied. Zij achten het van groot belang dat maatregelen worden genomen om de luchtkwaliteit te verbeteren en de geluidhinder te verminderen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2245
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak201908681/1/R1

201908700/1/R4

Bij besluit van 8 september 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht aan de voormalig beheerder van het pand gelegen op de hoek van het perceel Maliebaan 41 in Utrecht een omgevingsvergunning verleend voor de activiteiten slopen en bouwen voor het legaliseren van een tuinmuur met deur op het perceel. Een aantal omwonenden heeft tegen de verleende omgevingsvergunning bezwaar gemaakt. In eerste instantie heeft het college dit bezwaar in zijn besluit op bezwaar van 6 april 2017 ongegrond verklaard. Tegen dit besluit heeft een omwonende beroep ingesteld bij de rechtbank.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2227
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201908700/1/R4

201908711/1/R1

Bij besluit van 3 september 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam hogere waarden vastgesteld voor de ten hoogste toelaatbare geluidbelasting voor een aantal panden in het gebied van het bestemmingsplan "Groot Waterloo". Wijkcentrum d’Oude Stadt en de Bewonersraad zijn organisaties die de belangen van de bewoners in het plangebied behartigen. Zij zijn onder meer bezorgd over de geluidhinder in het plangebied. Zij achten het van groot belang dat maatregelen worden genomen om geluidhinder te verminderen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2211
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Geluid
  • uitspraakin de zaak201908711/1/R1

201908721/1/R2

Bij besluit van 24 september 2019 heeft de raad van de gemeente Leudal het bestemmingsplan "Aan de Watermolen 1 en Speckerweg ong." vastgesteld. Het plan voorziet in de herontwikkeling van de locaties Aan de Watermolen 1 en Speckerweg ongenummerd. Voor zover van belang voorziet het plan in een woning en een recreatiebedrijf ten behoeve van verblijfsrecreatie met bedrijfswoning. [appellante] verzet zich tegen het plan, omdat zij vreest voor een beperking van de door haar geëxploiteerde helikopterhaven en andere bedrijfsactiviteiten in de omgeving van het plangebied.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2233
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak201908721/1/R2

201908765/1/A3

Bij besluit van 21 maart 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad de aanvraag van [appellant] om een urgentieverklaring afgewezen. [appellant] heeft op 15 februari 2019 een urgentieverklaring aangevraagd. In het besluit van 21 maart 2019 heeft het college die aanvraag afgewezen. Daarbij heeft het college zich gebaseerd op een door een arts van Argonaut uitgebracht medisch advies van 1 mei 2018. Hoewel dit advies is gegeven in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning en niet in het kader van de aanvraag om een urgentieverklaring, is het volgens het college wel bruikbaar bij de beoordeling van de aanvraag. In het medisch advies is volgens het college opgenomen dat [appellant] ondersteuning nodig heeft voor verbetering van zijn sociale interactie, dat de mate van ondersteuning die nodig is, meer is dan bij gewone ambulante begeleiding mogelijk is en dat [appellant] in het verleden laagdrempelige ambulante begeleiding buiten de deur heeft gehouden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2235
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak201908765/1/A3

201908797/1/A3

Bij besluit van 19 juni 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen [appellante] als eigenaresse van de Australische herder, genaamd Ace, onder aanzegging van bestuursdwang gelast dat Ace kort aangelijnd en gemuilkorfd dient te zijn op alle voor het publiek toegankelijke plaatsen en terreinen toebehorende aan een ander, met uitzondering van het eigen terrein van [appellante]. [appellante] is eigenaresse van de Australische herder. In het besluit is opgenomen dat bij de politie meerdere aangiftes zijn gedaan over agressief gedrag van Ace. Uit onderzoek van de politie en uit gesprekken met [appellante] is volgens het college gebleken dat [appellante] Ace niet voldoende onder controle heeft en dat verschillende honden zijn gebeten of aangevallen waardoor maatschappelijke onrust is ontstaan. Het college heeft Ace daarom aangemerkt als gevaarlijk.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2240
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201908797/1/A3

201908864/1/A3

Bij besluit van 2 november 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden de aanvraag van [appellant] voor een vergunning voor het innemen van een ligplaats met zijn [schip] aan de [locatie 1] te Leeuwarden, afgewezen. [appellant] is eigenaar van het [schip]. Dit is een historisch schip dat wordt gebruikt als kantoor en niet geschikt is voor bewoning. In april 2012 heeft het college aan [appellant] een vergunning verleend om met [schip] ligplaats in te nemen aan de [locatie 2] in Leeuwarden. Op verzoek van [appellant] heeft het college [appellant] op 12 november 2015 op de wachtlijst geplaatst voor het verkrijgen van een nieuwe ligplaats voor [schip]. Bij brief van 5 juli 2018 heeft het college te kennen gegeven dat er een ligplaats was vrijgekomen aan de [locatie 1]. Het college heeft [appellant] in de gelegenheid gesteld om binnen tien dagen een ligplaatsvergunning aan te vragen voor deze locatie. Op 6 juli 2018 heeft [appellant] deze aanvraag ingediend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2244
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak201908864/1/A3

201909054/1/A3

Bij besluit van 29 juni 2018 heeft de minister voor Rechtsbescherming de aanvraag van [appellant] om afgifte van een Verklaring Omtrent het Gedrag afgewezen. [appellant] heeft op 18 april 2018 een VOG aangevraagd ten behoeve van de aanvraag van een chauffeurskaart. Deze chauffeurskaart heeft hij nodig, omdat hij een bedrijf in limousinevervoer wil overnemen. Bij de beoordeling van de aanvraag beoordeelt de minister aan de hand van eventuele gegevens van de aanvrager in het Justitieel Documentatie Systeem aan de hand van een objectief en een subjectief criterium of de afgifte van een VOG gerechtvaardigd is. Bij het objectieve criterium bekijkt de minister of de in het JDS opgenomen feiten, indien herhaald en gelet op het risico voor de samenleving, een belemmering vormen voor een behoorlijke uitoefening van de functie, taak of bezigheid waarvoor de VOG is aangevraagd.

Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Verklaring omtrent gedrag
  • uitspraakin de zaak201909054/1/A3

201909088/1/A3

Bij besluit van 23 november 2018 heeft de minister voor Rechtsbescherming de aanvraag van [appellant] om afgifte van een Verklaring Omtrent het Gedrag afgewezen. [appellant] heeft een VOG aangevraagd voor de aanvraag van een chauffeurskaart. Bij de beoordeling van die aanvraag beoordeelt de minister aan de hand van eventuele gegevens van de aanvrager in het Justitieel Documentatie Systeem aan de hand van een objectief en een subjectief criterium of de afgifte van een VOG gerechtvaardigd is. Bij het objectieve criterium bekijkt de minister of de in het JDS opgenomen feiten, indien herhaald en gelet op het risico voor de samenleving, een belemmering vormen voor een behoorlijke uitoefening van de functie, taak of bezigheid waarvoor de VOG is aangevraagd. Bij het subjectieve criterium beoordeelt de minister of, indien is voldaan aan het objectieve criterium, omstandigheden van het geval ertoe moeten leiden dat een VOG toch moet worden afgegeven.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2237
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Verklaring omtrent gedrag
  • uitspraakin de zaak201909088/1/A3

201909163/1/A3

Bij besluit van 19 september 2018 heeft GS van Flevoland op grond van de Wet natuurbescherming aan Staatsbosbeheer de opdracht gegeven om in de Oostvaardersplassen edelherten te doden met gebruikmaking van het geweer tot een doelstand van 490 edelherten in het belang van de bescherming van wilde flora en fauna en van de instandhouding van natuurlijke habitats, ter beperking van de omvang de populatie van dieren in verband met de maximale draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden en ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren. Deze procedure gaat over de opdracht van GS aan Staatsbosbeheer om de populatie edelherten door afschot terug te brengen tot het aantal van 490. Deze opdracht liep tot 1 januari 2020. De rechtbank heeft de opdracht op 12 november 2019 herroepen, waardoor vanaf die datum geen edelherten meer geschoten mochten worden. Er waren op dat moment nog ongeveer 1.500 edelherten in het gebied aanwezig.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2210
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak201909163/1/A3
  • persberichtbij de uitspraak in de zaak201909163/1/A3

202000516/1/V6

Bij besluit van 30 oktober 2018 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het verzoek van [appellant] om ontheffing van de inburgeringsplicht afgewezen. De minister heeft het verzoek van [appellant] om ontheffing van de inburgeringsplicht afgewezen, omdat hij niet aantoonbaar voldoende is ingeburgerd. De minister heeft zich op het standpunt gesteld dat [appellant] niet voldoet aan het in artikel 2.4a van de Regeling inburgering gestelde vereiste dat hij ten minste tien jaar onafgebroken als ingezetene in de basisregistratie personen ingeschreven moet zijn geweest. [appellant] staat namelijk ingeschreven in de BRP van 2 oktober 1995 tot 9 april 1998 en van 21 september 2012 tot heden, dus minder dan 10 jaar onafgebroken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2248
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202000516/1/V6

202000586/1/R4 en 202000589/1/R4

Bij besluit van 4 juni 2019 heeft de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat aan Afvalfonds vier lasten onder dwangsom opgelegd. Recycling Netwerk heeft bij brief van 20 juli 2017 verzocht om oplegging van een last onder dwangsom aan Afvalfonds om te bewerkstelligen dat in de jaren 2018 en 2019 wordt voldaan aan het Besluit beheer verpakkingen 2014 opgenomen recyclingnorm voor glazen verpakkingen. De staatssecretaris heeft dit verzoek bij besluit van 26 oktober 2017 afgewezen. Op 28 februari 2019 heeft Recycling Netwerk een hernieuwd handhavingsverzoek ingediend. Het verzoek behelst het opleggen van een dwangsom aan Afvalfonds om te bewerkstelligen dat in de periode 2019-2025 wordt voldaan aan de recyclingnorm.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2234
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Milieu - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202000586/1/R4 en 202000589/1/R4

202002358/3/R1 en 202002359/3/R1

De beroepen richten zich tegen: 1) het besluit van de raad van de gemeente Amsterdam van 13 februari 2020, waarbij het bestemmingsplan "Elzenhagen Zuid" is vastgesteld, en 2) het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam van 14 januari 2020 om ten behoeve van het bestemmingsplan "Elzenhagen Zuid" hogere waarden als bedoeld in artikel 110a van de Wet geluidhinder vast te stellen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2288
Datum uitspraak
16 september 2020
  • Mondelinge uitspraak
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202002358/3/R1 en 202002359/3/R1

202004418/2/V2

Bij besluit van 30 april 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2222
Datum uitspraak
15 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004418/2/V2

202004940/1/V3 en 202004940/2/V3

Bij besluit van 4 augustus 2020 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2220
Datum uitspraak
15 september 2020
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004940/1/V3 en 202004940/2/V3

201908917/1/V2

Bij besluit van 3 november 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2216
Datum uitspraak
14 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201908917/1/V2

202004988/2/V3

Bij besluit van 7 augustus 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2218
Datum uitspraak
14 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004988/2/V3

202005030/2/V2

Bij besluit van 29 juni 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2217
Datum uitspraak
14 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202005030/2/V2

202005016/2/V3

Bij besluit van 17 juli 2020 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2219
Datum uitspraak
12 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202005016/2/V3

202004726/1/V3

Bij besluit van 12 juli 2020 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2213
Datum uitspraak
11 september 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202004726/1/V3

202004791/1/V3

Bij besluit van 9 juli 2020 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2212
Datum uitspraak
11 september 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202004791/1/V3

202005001/2/V3

Bij besluit van 5 augustus 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2215
Datum uitspraak
11 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202005001/2/V3

202004544/2/R2

Het hoger beroep richt zich tegen de uitspraak van de rechtbank van 26 juni 2020. Het geding gaat over een aan By Roots B.V., rechtsvoorgangster van [bedrijf], bij besluit van 11 maart 2019 verleende omgevingsvergunning voor het bouwen van een filterinstallatie op het pand, gelegen aan de [locatie] te Breda, het gebruik van dat pand voor "horeca-2 (restaurant)" en het gebruik van de binnentuin ten behoeve van een terras (ca. 35 m2) behorende bij de horecafunctie, in strijd met het geldende bestemmingsplan. Het college heeft daarbij toepassing gegeven aan artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, gelezen in samenhang met artikel 4, onderdeel 1 en 9 van bijlage II van bet Besluit omgevingsrecht.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2287
Datum uitspraak
11 september 2020
  • Mondelinge uitspraak
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202004544/2/R2

202004478/1/R4

Bij besluit van 20 juli 2020 heeft het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland Wagro onder oplegging van een dwangsom gelast om, voor zover hier van belang, bij acceptatie van afvalstoffen de juiste benaming en Euralcodes te gebruiken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2208
Datum uitspraak
10 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Milieu - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202004478/1/R4

201903257/2/A2

Bij besluit van 22 oktober 2017 heeft de Belastingdienst/Toeslagen de voorschotten huurtoeslag en zorgtoeslag van [appellant] voor het jaar 2017 vastgesteld op nihil. [appellant] heeft in 2017 voorschotten huur- en zorgtoeslag ontvangen. Bij besluit van 22 oktober 2017 heeft de Belastingdienst/Toeslagen de toegekende voorschotten herzien en op nihil gesteld. Bij besluit van 14 februari 2018 heeft de dienst het daartegen door [appellant] ingediende bezwaar gegrond verklaard, aangezien uit bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst opgevraagde gegevens gebleken is dat [appellant] en zijn toeslagpartner beschikken over een geldige verblijfstitel. Als gevolg hiervan heeft hij voor het hele jaar recht op huurtoeslag. De zorgtoeslag wordt echter alleen toegekend voor de periode 1 januari 2017 tot en met 30 september 2017, omdat gebleken is dat de zorgverzekering van zijn toeslagpartner per 26 september 2017 is beëindigd, zodat vanaf 1 oktober 2017 geen recht meer bestaat op zorgtoeslag.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2209
Datum uitspraak
10 september 2020
  • Vereenvoudigde behandeling
  • Geld
  • uitspraakin de zaak201903257/2/A2

201901967/1/V2

Bij besluit van 11 januari 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2139
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201901967/1/V2

201903653/1/V1

Bij besluit van 26 oktober 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2153
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201903653/1/V1

201906935/1/V1

Bij besluiten van 19 juli 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2140
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201906935/1/V1

201907266/1/V2

Bij besluit van 15 augustus 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2138
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201907266/1/V2

201907645/1/V2

Bij besluit van 5 september 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid vastgesteld dat de vreemdeling geen rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan heeft gehad.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2151
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201907645/1/V2

201907806/1/V2

Bij besluiten van 27 maart 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2149
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201907806/1/V2

201908202/1/V1

Bij besluit van 30 september 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2157
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201908202/1/V1

201909183/1/V3

Bij besluit van 10 september 2018 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen (hierna: een mvv), afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2150
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201909183/1/V3

202000342/1/V3

Bij besluit van 27 juli 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2154
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202000342/1/V3

202000342/3/V3

Bij besluit van 27 juli 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2155
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202000342/3/V3

202001245/1/V1

Bij besluit van 16 januari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2129
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202001245/1/V1

202001659/1/R2 en 202001659/2/R2

Bij besluit van 29 januari 2019, verzonden 7 februari 2019, heeft het college van burgemeester en wethouders van Rucphen [appellant] onder oplegging van twee afzonderlijke dwangsommen van € 15000,- ineens, gelast om voor 1 juni 2019 zowel het met het bestemmingsplan strijdige gebruik van de bedrijfswoning, als dat van het bedrijfsgebouw op het perceel [locatie] te Sprundel (hierna: het perceel), te staken en gestaakt te houden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2078
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202001659/1/R2 en 202001659/2/R2

202001708/1/V2

Bij besluit van 21 januari 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2145
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202001708/1/V2

202002429/1/V2

Bij besluit van 12 oktober 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2156
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202002429/1/V2

202002459/2/R2

Bij besluit van 18 februari 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Boxmeer het wijzigingsplan "Vlaamse Gaai" vastgesteld. Het wijzigingsplan maakt de bouw van 16 vrijstaande en/of half vrijstaande woningen aan de Vlaamse Gaai in Boxmeer mogelijk. Met het wijzigingsplan heeft het college toepassing gegeven aan een wijzigingsbevoegdheid die was opgenomen in het bestemmingsplan "Boxmeer Zuidwest" uit 2014. [verzoeker] en anderen wonen aan het Bladkoninkje en de Tapuit. Hun percelen grenzen aan het plangebied of liggen op korte afstand daarvan. Nebuvast is als ontwikkelaar betrokken bij de uitvoering van het plan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2142
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202002459/2/R2

202003282/1/V3

Bij besluit van 8 mei 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag voor de vreemdeling om verlenging van de aan hem verleende verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2147
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202003282/1/V3

202004100/1/V3

Bij besluit van 6 april 2020 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2137
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202004100/1/V3

202004579/2/V2

Bij besluit van 11 september 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2146
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004579/2/V2

202004584/2/V2

Bij besluit van 11 september 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2148
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004584/2/V2

202004588/2/V2

Bij besluiten van 11 september 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid geweigerd om de vreemdelingen ambtshalve een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2143
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202004588/2/V2

201601168/5/R2

Bij besluit van 16 december 2015 heeft de raad van de gemeente Rucphen het bestemmingsplan "Buitengebied Rucphen 2012, 3e herziening" vastgesteld. Het bestemmingsplan voorziet in een planologische regeling voor het buitengebied van de gemeente Rucphen. In de derde herziening van het bestemmingsplan is naar aanleiding van een eerdere uitspraak van de Afdeling van 21 mei 2014, ECLI:NL:RVS:2014:1783, een aantal wijzigingen aangebracht ten opzichte van de tweede herziening, in het bijzonder voor zover het gaat om recreatieobjecten in het buitengebied van Rucphen. Ook zijn wijzigingen aangebracht in de regeling voor agrarische bedrijven. BMF kan zich niet verenigen met de regeling die in de plannen is opgenomen voor veehouderijen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2170
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201601168/5/R2

201804258/2/R2 en 201903742/2/R2

Bij besluit van 6 maart 2018 heeft de raad van de gemeente Eersel het bestemmingsplan "Buitengebied 2017" vastgesteld. [appellant sub 1] woont aan de [locatie 1]/[locatie 2] in Wintelre. De daar aanwezige woonboerderij is al meerdere jaren feitelijk gesplitst, maar dat is planologisch nooit vastgelegd. Daarom heeft [appellant sub 1] verzocht om de woning in het plan "Buitengebied 2017, eerste herziening" van 29 januari 2019 te splitsen, ook omdat een deel van de woning noodgedwongen moet worden verkocht. Aan dat verzoek is in het ontwerpplan gehoor gegeven, maar naar aanleiding van een zienswijze van een varkenshouderij aan de [locatie 3] in Wintelre is de woningsplitsing bij vaststelling van het plan ongedaan gemaakt. Het beroep van [appellant sub 1] richt zich daartegen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2203
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201804258/2/R2 en 201903742/2/R2

201807981/2/A2

Bij besluit van 5 oktober 2017 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat [appellant] een tegemoetkoming in geleden nadeel toegekend van € 28.100,00, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 20 november 2015. Het geschil betreft een verzoek om schadevergoeding (nadeelcompensatie) als gevolg van het op 3 maart 2011 in werking getreden "Tracébesluit A4 Dinteloord-Bergen op Zoom, gedeelte Steenbergen" (hierna: het Tracébesluit), waarbij is gekozen voor een autosnelweg ten westen van de kern Steenbergen tussen de aansluiting Halsteren (A4) en de aansluiting Dinteloord (A4/A29). De woning van [appellant] en zijn echtgenote ligt door het Tracébesluit vlakbij het nieuwe gedeelte van de A4 en het onderliggende wegennet en dat levert overlast op. [appellant] stelt dat de woning door het Tracébesluit in waarde is verminderd en moeilijk verkoopbaar is geworden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2195
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201807981/2/A2

201808029/2/A2

Bij tussenuitspraak van 24 juli 2019 heeft de Afdeling de Belastingdienst/Toeslagen opgedragen om binnen acht weken na verzending van de tussenuitspraak en met inachtneming van hetgeen daarin is overwogen het besluit van 21 februari 2018 te herstellen door een nieuw besluit op het door [appellante] gemaakte bezwaar te nemen en dit besluit aan [appellante] en de Afdeling te zenden. [appellante] heeft in 2015 voor kinderopvang van haar [kinderen] in januari gebruikt gemaakt van [kindercentrum A], van 1 februari tot en met 31 mei van [kindercentrum B] en van 1 juni tot en met 31 december van [kindercentrum C]. Bij besluit van 4 mei 2016 heeft de Belastingdienst/Toeslagen het voorschot kinderopvangtoeslag van [appellante] voor het jaar 2015 opnieuw berekend en op nihil gesteld. Bij besluit van 30 juli 2016 heeft de Belastingdienst/Toeslagen het daartegen door [appellante] gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2185
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak201808029/2/A2

201808740/1/A1

Bij afzonderlijke besluiten van 20 december 2017 en 27 december 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Peel en Maas Stille Wille en anderen gelast om binnen vier weken na de verzenddatum van deze besluiten het met het bestemmingsplan strijdige gebruik van de bungalows op het perceel Steenoven 12 te Meijel, nummers […] te beëindigen en beëindigd te houden, onder oplegging van een dwangsom van € 300,00 per recreatiewoning per week met een maximum van € 3600,00 per recreatiewoning voor iedere week dat het strijdige gebruik zou voortduren. Stille Wille en anderen zijn eigenaren/zakelijk gerechtigden van de gronden en de daarop gebouwde recreatiewoningen op het bungalowpark Stille Wille te Meijel. De lasten onder dwangsom hebben betrekking op zeven bungalows. Aan Stille Wille zijn lasten onder dwangsom opgelegd voor de gronden met bungalownummers locatie 1], [locatie 2], [locatie 3], [locatie 4] en [locatie 5].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2188
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201808740/1/A1

201808741/1/A3

Bij besluit van 14 maart 2017 heeft het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland besloten een onderhoudsweg en aansluiting daarvan op de N247 te onttrekken aan het openbaar verkeer. Door Broek in Waterland loopt de provinciale weg de N247. In de toekomst zal deze weg worden heringericht. [appellante] woont in Broek in Waterland naast de N247 aan de [locatie]. In de huidige situatie kan zij haar woning vanaf de N247 met de auto bereiken door gebruik te maken van de toegangsweg. Haar woning is ook te bereiken via de Eilandweg en de Zuiderbrug, maar niet met de auto, omdat de Zuiderbrug daar niet geschikt voor is. Ter plaatse van de toegangsweg ligt een tunnel onder de N247 voor langzaam verkeer als fietsers en voetgangers. De provincie wil deze tunnel vervangen. Hierdoor moet de toegangsweg vanwege ruimtegebrek worden opgeheven. Daarom heeft het college besloten de toegangsweg aan het openbaar verkeer te onttrekken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2191
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Wegenwet
  • uitspraakin de zaak201808741/1/A3

201810190/2/R2

Bij tussenuitspraak van 5 februari 2020, ECLI:NL:RVS:2020:373, heeft de Afdeling de raad van de gemeente Waalwijk opgedragen om binnen 16 weken na verzending van deze uitspraak het daarin omschreven gebrek in het besluit van 11 oktober 2018 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Herziening centrumplan Waalwijk" te herstellen. Deze uitspraak is aangehecht. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak van 5 februari 2020, kort gezegd, overwogen dat onvoldoende is gemotiveerd dat het plan uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening nodig is. De eerder voorziene doorsteek op de locatie, die met het voorliggende plan wordt wegbestemd, acht de raad immers nog steeds wenselijk, terwijl niet draagkrachtig is gemotiveerd dat het plan voor die doorsteek niet uitgevoerd kan worden. Daarom is het voorliggende plan in strijd met artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht vastgesteld. De raad is daarom opgedragen het voorliggende plan alsnog deugdelijk te motiveren, dan wel een ander besluit te nemen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2179
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201810190/2/R2

201900553/1/A3 en 201905539/1/A3

Bij uitspraak van 5 december 2018 heeft de rechtbank de door [appellant A] tegen verschillende besluiten ingestelde beroepen ongegrond verklaard. Bij besluit van 9 januari 2019 heeft Bij besluit van 9 januari 2019 heeft het college de dwangsom ingevorderd ten aanzien van de woning [locatie 1]. de dwangsom ingevorderd ten aanzien van de woning [locatie 1]. Bij uitspraak van 11 juni 2019 heeft de rechtbank de door [appellanten] tegen verschillende besluiten ingestelde beroepen ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak hebben [appellanten] hoger beroep ingesteld. [appellanten] zijn eigenaar van een aantal woningen in Utrecht. Van het pand [locatie 2] zijn zij gezamenlijk eigenaar. De overige woningen waar het hier om gaat zijn in eigendom van [appellant A]. Volgens het college verhuren [appellanten] de woningen in strijd met de Huisvestingsverordening 2015 en de Huisvestingswet 2014 als onzelfstandige woonruimte. Het college heeft daarom lasten onder dwangsom en boetes opgelegd aan [appellanten].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2166
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201900553/1/A3 en 201905539/1/A3

201901886/1/R2

Bij besluit van 13 december 2018 heeft de raad van de gemeente Halderberge het bestemmingsplan "Borchwerf II, herziening veld F" vastgesteld. Het bedrijventerrein Borchwerf II is gesitueerd op gronden gelegen binnen de gemeenten Halderberge en Roosendaal en is verdeeld in verschillende velden. Het plan voorziet, voor zover thans van belang, in de mogelijkheid om een ontsluitingsweg te realiseren op het grondgebied van de gemeente Halderberge ten behoeve van een distributiecentrum op veld B kavel B10/B15, welk kavel zich bevindt op gronden die zijn gelegen in de gemeente Roosendaal. In de huidige situatie - het distributiecentrum is inmiddels gerealiseerd en in gebruik - kan het distributiecentrum alleen worden benaderd vanuit de zuidelijke route, via de Gastelseweg. De voorgenomen ontsluitingsroute van het distributiecentrum loopt in noordelijke richting naar de Roosendaalsebaan en de A17 via bestaande wegen op veld F.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2198
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201901886/1/R2

201903756/1/A3

Bij besluit van 15 september 2017 heeft de minister van Infrastructuur en Milieu aan [appellante] een bestuurlijke boete opgelegd van € 61.500,00. [appellante] is een bedrijf in [plaats] dat transport- en opslagdiensten levert. Op 29 april 2015 is de Inspectie Leefomgeving en Transport van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu in het kader van toezicht op de naleving van de Arbeidstijdenwet (hierna: Atw) en het Arbeidstijdenbesluit vervoer een aangekondigde inspectie gestart naar [appellante]. Uit het daarvan opgemaakte boeterapport van 6 juli 2016 van de Inspectie volgt dat [appellante] 98 keer geen deugdelijke registratie van de arbeids- en rusttijden heeft gevoerd van de chauffeurs. In het besluit van 15 september 2017 heeft de minister het aantal aan [appellante] tegengeworpen overtredingen teruggebracht tot 64 overtredingen ten aanzien van enkele chauffeurs.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2186
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201903756/1/A3

201903823/1/R2

Bij besluit van 14 maart 2019 heeft de raad van de gemeente Dongen het bestemmingsplan "Partiële herziening Dongen Buitengebied, recreatieboerderij Pukkemuk" vastgesteld. Speel- en recreatieboerderij Pukkemuk is een recreatieve voorziening die gevestigd is in het buitengebied van de gemeente Dongen aan de Vaartweg 192a. Het plan maakt de uitbreiding van Pukkemuk op het gebied van dagrecreatie en verblijfsrecreatie mogelijk. Het dagrecreatieve gedeelte van het complex wordt uitgebreid en het verblijfsrecreatieve gedeelte wordt verplaatst naar een perceel aan de overzijde van de Fazantenweg. In het vorige plan "Buitengebied" hadden de desbetreffende gronden de bestemming "Agrarisch". [appellant] exploiteert aan de [locatie 1] een glastuinbouwbedrijf en woont in de bij het bedrijf behorende woning. Hij kan zich niet met het plan verenigen, onder meer omdat hij vreest voor aantasting van zijn woon- en leefklimaat en belemmering van het agrarisch gebruik van zijn gronden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2187
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201903823/1/R2

201904081/3/R3

Bij tussenuitspraak van 27 november 2019, ECLI:NL:RVS:2019:3987 (hierna: de tussenuitspraak), heeft de Afdeling de raad van de gemeente Tynaarlo opgedragen binnen 6 maanden na verzending van de tussenuitspraak de daarin omschreven gebreken te herstellen in het besluit van de raad van de gemeente Tynaarlo van 26 maart 2019 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Minister Cremerstraat 8 te Zeijen". In de tussenuitspraak heeft de Afdeling onder 9 geconcludeerd dat de raad er niet in is geslaagd aan te tonen dat er aan het beoogde woonzorgcomplex een behoefte bestaat als bedoeld in artikel 3.1.6, tweede lid, van het Bro. Verder heeft de Afdeling onder 8.4 geoordeeld dat de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat binnen het bestaand stedelijk gebied geen geschikte locatie beschikbaar is waar de in het plan voorziene ontwikkeling zou kunnen worden gerealiseerd. Dit betekent dat het besluit van 26 maart 2019 is genomen in strijd met artikel 3.1.6, tweede lid, van het Bro.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2183
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Drenthe
  • uitspraakin de zaak201904081/3/R3

201905014/1/R1

Bij besluit van 14 mei 2019 heeft de raad van de gemeente Schagen het bestemmingsplan "Bladstraat" vastgesteld. Het plangebied bestaat uit drie verspreid liggende locaties aan de Bogtmanweg en op de hoek van de Bogtmanweg en de Bladstraat te Tuitjenhorn. Het bestemmingsplan maakt de realisatie van maximaal acht woningen mogelijk. Op het perceel waar de woningen zijn voorzien stond een kleuterschool, die in 2012 is gesloopt. Op dit perceel rustte onder andere een maatschappelijke bestemming. [appellant] woont ten noordwesten van de woningbouwlocatie aan de [locatie], waar ook zijn zaadveredelingsbedrijf gevestigd is. Hij heeft beroep ingesteld, omdat hij het niet eens is met woningbouw op deze locatie.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:2171
Datum uitspraak
9 september 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak201905014/1/R1
vorige pagina1...219220221...1.208volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon