Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 121.777
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

202101475/1/R1

Bij besluit van 30 november 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht de locatie ter hoogte van het perceel de Neude 5 te Utrecht definitief aangewezen voor de plaatsing van vier ondergrondse restafvalcontainers. De orac’s zullen worden geplaatst op de Neude, in een zogeheten functievak, dat voor twee gebouwen in eigendom van Watertorkruid B.V. ligt. Stayokay en ABN-AMRO huren deze gebouwen, waarbij Stayokay in het dichtst bij de locatie gelegen gebouw een hostel exploiteert. Naast de orac’s in dat functievak is ook ruimte voor een invalidenparkeerplaats en het parkeren van fietsen. Drie van de vier orac’s zullen worden uitgerust met een zogenoemde klikokantelaar en zullen alleen voor het inzamelen van afval van bedrijven worden gebruikt. De vierde orac kan ook worden gebruikt voor het inzamelen van afval van huishoudens. Stayokay en andere betogen dat de orac’s niet voor de inzameling van bedrijfsafval konden worden aangewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:66
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202101475/1/R1

202102552/1/R1

Bij besluit van 9 februari 2021 heeft het het college van burgemeester en wethouders van Hillegom het locatieplan "Ondergrondse containers voor restafval bij hoogbouw" vastgesteld. [appellant] woont op het perceel [locatie]. Hij kan zich niet verenigen met het besluit, voor zover daarbij in het locatieplan de locatie "OC locatie Sportlaan thv nr. 84" is aangewezen om een ondergrondse restafvalcontainer te plaatsen. Het college heeft met de aanwijzing van deze locatie beoogd te voorzien in een orac in een groenstrook achter de achtertuin van [appellant]. [appellant] betoogt dat onduidelijk is waar de container zal worden geplaatst. Hij wijst er op dat in het locatieplan voor deze locatie een kaart en een luchtfoto zijn opgenomen. Op de luchtfoto is een vierkant weergegeven dat de nieuwe locatie voor de orac aangeeft. Op de kaart is echter met een rode stip een andere plek aangegeven, namelijk de plek in de groenstrook achter de tuin.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:65
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202102552/1/R1

202103096/1/A2

Bij besluit van 21 mei 2019 heeft de directie van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen het rijbewijs van [appellant] vanaf 28 mei 2019 ongeldig verklaard. Op 14 februari 2018 heeft de politie aan het CBR schriftelijk mededeling gedaan van het vermoeden dat [appellant] niet langer beschikt over de rijvaardigheid dan wel de lichamelijke of geestelijke geschiktheid, vereist voor het besturen van de categorieën van motorrijtuigen waarvoor het rijbewijs is afgegeven. Volgens de korpschef is het voertuig van [appellant] op 14 februari 2018 betrokken geweest bij een aanrijding met een ander voertuig. Daarbij is geen schade ontstaan, maar heeft [appellant] de inzittenden van het andere voertuig uitgescholden. Vervolgens is [appellant] weer in zijn voertuig gestapt en nogmaals, expres, tegen het andere voertuig aangereden. Voorts heeft de korpschef in de mededeling uiteengezet dat verbalisanten [appellant] op 11 februari 2018 op de snelweg A2 zagen rijden met een snelheid van circa 150 km/uur.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:59
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202103096/1/A2

202103127/1/R1

Bij besluit van 9 maart 2021 heeft het dagelijks bestuur van het stadsdeel Oost van Amsterdam de locatie met het nummer 1091TK-16, nabij het adres [locatie] te Amsterdam aangewezen voor het inzamelen van grof afval. [appellant] woont op het adres [locatie] te Amsterdam, nabij de locatie 1091TK-16. [appellant] betoogt dat het dagelijks bestuur bij het bepalen van de geschiktheid van de locatie heeft miskend dat de locatie niet alleen vlak voor de deur van zijn berging, maar ook vlak voor de voordeur van het appartementencomplex waarin hij woont, ligt. Verder stelt hij dat de aanbiedplek onder zijn slaapkamerraam is. Aangezien met name in de nacht het grof afval wordt doorzocht, zal dit een onaanvaardbare geluidhinder opleveren.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:63
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202103127/1/R1

202103617/1/A2

Bij besluit van 18 december 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Ouder-Amstel de boerderij aan de [locatie] in Ouderkerk aan de Amstel als gemeentelijk monument aangewezen. [appellanten] zijn de eigenaren van de boerderij aan de [locatie] in Ouderkerk aan de Amstel, gemeente Ouder-Amstel. De boerderij is als gemeentelijk monument aangewezen, onder verwijzing naar de redengevende beschrijving van 4 oktober 2017 van MOOI Noord-Holland. Hierin is, samengevat weergegeven, gesteld dat de boerderij een zichtbaar bewaard gebleven en sober onderdeel vormt van de agrarische geschiedenis van de polder de Ronde Hoep en daardoor cultuurhistorisch van waarde is. Ook is de boerderij, die onderdeel uitmaakt van een ensemble van historische boerderijen die de polder de Ronde Hoep markeren en omsluiten, van stedenbouwkundige waarde vanwege haar ligging aan de dijk.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:61
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Monumenten
  • uitspraakin de zaak202103617/1/A2

202103780/1/A2

Bij besluit van 6 augustus 2019 heeft de algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen een aanvraag van [appellant] tot het verkrijgen van een verklaring van rijgeschiktheid afgewezen. Op 2 januari 2019 heeft [appellant] het CBR, door het indienen van een zogeheten Gezondheidsverklaring (ofwel: Eigen Verklaring), verzocht om aan hem een verklaring van rijgeschiktheid voor de rijbewijscategorieën B, BE, C, CE, D, DE en T te verstrekken. Gelet op de informatie die [appellant] daarin heeft gegeven over zijn medische situatie en het verslag van de (bedrijfs)arts G.J. van Halewijn van 9 januari 2019, heeft het CBR voor de beoordeling van het voormelde verzoek onderzoek door (een) medisch specialist(en) nodig geacht. Bij het besluit van 6 augustus 2019, als gehandhaafd bij het besluit van 28 januari 2020, heeft het CBR het verzoek van [appellant] om aan hem een verklaring van rijgeschiktheid voor de rijbewijscategorieën B, BE, C, CE, D en DE en T te verstrekken, afgewezen.

Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202103780/1/A2

202103971/1/R4

Bij besluit van 29 april 2021 heeft de raad van de gemeente Nunspeet het bestemmingsplan "Elspeet - Noordwest" vastgesteld. Het bestemmingsplan regelt de ontwikkeling van de derde fase van een woonwijk aan de noordwestzijde van de kern Elspeet. De eerste en tweede fase van die woonwijk zijn al gerealiseerd. Het plan maakt de bouw van 85 nieuwe woningen mogelijk. Daarbij gaat het om grondgebonden woningen en om een gebouw met maximaal 12 appartementen aan de noordwestzijde van het plangebied. De woningen zullen onder meer worden gebouwd door ASB. [appellant] woont aan de [locatie] in Elspeet, ten noordwesten van het plangebied. Hij heeft zijn woning in 2017 gekocht. [appellant] komt op tegen de mogelijkheid om een appartementengebouw te realiseren aan de noordwestzijde van het plangebied, op de hoek van de Stakenbergweg en de Nachtegaalweg. Dit is de hoek waarop hij vanuit zijn woning uitkijkt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:60
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202103971/1/R4

202105095/1/R4

Bij besluit van 15 juni 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn het uitwerkings- en wijzigingsplan "Sprenkelaar en Anklaar, uitwerking en wijziging 2" vastgesteld. Het plan maakt de bouw van 43 woningen met bijbehorende openbare voorzieningen, waaronder parkeerplaatsen, mogelijk op de plek van het voormalige noodwinkelcentrum Anklaar. De woningen worden verdeeld over zes blokken. Tussen deze woonblokken is een parkeerterrein gepland. [appellant] woont aan de Turandotstraat, in het woongebouw De Parel. Het plangebied ligt ten noorden van dat woongebouw. Het plan is gebaseerd op de artikelen 19 en 29 van de regels van het bestemmingsplan "Sprenkelaar en Anklaar". [appellant] stelt dat de bestaande parkeerplaatsen direct ten noorden van woongebouw De Parel zullen verdwijnen door de bouw van de nieuwe woningen. Dit is volgens hem nadelig voor de bewoners van De Parel, die niet allen even goed ter been zijn.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:55
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202105095/1/R4

202108026/1/A2

Het beroep richt zich tegen het besluit van het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht van 21 december 2021, waarbij voor de politieke groepering Maastricht Vooruit de aanduiding ‘Maastricht Vooruit’ is ingeschreven in het register voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:83
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Mondelinge uitspraak
  • Kieswet
  • uitspraakin de zaak202108026/1/A2

202200071/2/R1

Bij besluit van 5 oktober 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Heumen besloten over te gaan tot invordering van door [verzoeker] verbeurde dwangsommen. Het college heeft [verzoeker] op 6 april 2020 en 9 oktober 2020 een last onder dwangsom onderscheidenlijk een last onder bestuursdwang opgelegd wegens bodemverontreiniging op zijn perceel. Die verontreiniging is ontstaan nadat op het perceel een schuur met daarin een drugslaboratorium was afgebrand. [verzoeker] voert in beroep aan dat zich bijzondere omstandigheden voordoen die aan invordering van de verbeurde dwangsommen in de weg staan. Naar zijn mening kon hij redelijkerwijs niet (volledig) aan de last onder dwangsom voldoen omdat zijn financiële middelen daartoe niet toereikend waren en zijn bank niet bereid bleek krediet te verstrekken. Voor het uitvoeren van de last onder bestuursdwang geldt volgens [verzoeker] hetzelfde.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:52
Datum uitspraak
11 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202200071/2/R1

202108026/2/A2

Het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht heeft bij besluit van 21 december 2021 besloten Maastricht Vooruit te registreren in het register voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht. [appellant] heeft beroep ingesteld tegen dit besluit.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:53
Datum uitspraak
11 januari 2022
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202108026/2/A2

202101241/1/V1

Bij besluit van 19 februari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:78
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202101241/1/V1

202107577/1/V1

Bij besluit van 20 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:49
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107577/1/V1

202107997/2/V1

Bij besluit van 8 maart 2019 heeft de staatssecretaris staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:48
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107997/2/V1

202200108/2/V2

Bij besluit van 30 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, buiten behandeling gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:51
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202200108/2/V2

202105710/4/A3

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Holland Vlees Service en [appellant sub 3] hebben hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Midden­-Nederland van 8 juli 2021 in zaak nr. 18/4637.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:32
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202105710/4/A3

202004792/1/V2

Bij besluit van 24 januari 2020 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:45
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004792/1/V2

202101285/1/V3

Bij besluit van 2 september 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:44
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202101285/1/V3

202107489/1/V1

Bij besluit van 10 september 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:43
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107489/1/V1

202107947/2/V1

Bij besluit van 17 mei 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:42
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202107947/2/V1

202200082/2/V2

Bij besluit van 28 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:47
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202200082/2/V2

202004269/2/A2, 202004270/2/A2, 202004272/2/A2, 202004273/2/A2, 202004274/2/A2, 202004276/2/A2 en 202102141/2/A2.

Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 13 december 2021, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van de staatsraden mr. E.J. Daalder als voorzitter, en mr. D.A.C. Slump en mr. J. Hoekstra als leden van de meervoudige kamer, belast met de behandeling van de zaaknrs. 202004269/1/A2, 202004270/1/A2, 202004272/1/A2, 202004273/1/A2, 202004274/1/A2, 202004276/1/A2 en 202102141/1/A2 (hierna: de staatsraden).

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:50
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Wraking
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202004269/2/A2, 202004270/2/A2, 202004272/2/A2, 202004273/2/A2, 202004274/2/A2, 202004276/2/A2 en 202102141/2/A2.

202103700/1/V1

Bij besluiten van 30 april 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:41
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202103700/1/V1

202105457/2/V3

De vreemdeling heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, van 21 juli 2021 in zaak nr. 20/3072. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties heeft, op verzoek van de Afdeling met toepassing van artikel 8:45 van de Awb, de vertrouwelijke onderliggende stukken van een individueel ambtsbericht van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (hierna: de AIVD) overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:21
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202105457/2/V3

202106472/1/V2

Bij besluiten van 25 augustus 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdelingen om hen een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:40
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202106472/1/V2

202107669/1/V1

Bij besluit van 8 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:38
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107669/1/V1

202107764/1/V3

Bij besluit van 18 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:37
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202107764/1/V3

202107932/1/V1 en 202107932/2/V1

Bij besluit van 2 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:36
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107932/1/V1 en 202107932/2/V1

202107968/1/V1 en 202107968/2/V1

Bij besluit van 16 oktober 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:35
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107968/1/V1 en 202107968/2/V1

202108160/1/V1 en 202108160/2/V1

Bij besluit van 25 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:34
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108160/1/V1 en 202108160/2/V1

202102334/2/A3

[verzoeker] heeft verzocht om wraking van de staatsraden mr. N. Verheij en mr. C.M. Wissels als leden van de meervoudige kamer, belast met de behandeling van de zaak nr. 202102334/1/A3. [verzoeker] heeft aan het verzoek om wraking ten grondslag gelegd dat hij geen vertrouwen heeft in de rechterlijke onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de staatsraden. Hij wijst erop dat staatsraad Verheij in het verleden wetgevingsjurist is geweest bij het ministerie van Justitie. [verzoeker] stelt zich op het standpunt dat dit ministerie een zeer bedenkelijke rol speelt in de samenleving, zodat ten aanzien van ambtenaren die daar werkzaam zijn of zijn geweest niet mag worden uitgegaan van een onpartijdige opstelling. Staatsraad Wissels is in het verleden advocaat geweest. Gelet op artikel 10a, eerste lid, van de Advocatenwet, is vereist dat een advocaat steeds partijdig is. Daarom zijn zowel wetgevingsjuristen als advocaten per definitie niet geschikt voor de functie van rechter, aldus [verzoeker].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:46
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Wraking
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202102334/2/A3

202102760/3/V6

[appellant] heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 4 maart 2021 in zaak nr. 20/1021. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft, op verzoek van de Afdeling met toepassing van artikel 8:45 van de Awb, de vertrouwelijke versies van een aantal gedingstukken overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:22
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Nederlanderschap
  • uitspraakin de zaak202102760/3/V6

202101048/5/R2

Bij het besluit van 18 december 2020 hebben het college van gedeputeerde staten van Limburg het inpassingsplan "Uitbreiding VDL Nedcar" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:31
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak202101048/5/R2

202105804/1/V1 en 202105804/2/V1

Bij besluit van 12 december 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:19
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105804/1/V1 en 202105804/2/V1

202105805/1/V1 en 202105805/2/V1

Bij besluit van 25 oktober 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:20
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105805/1/V1 en 202105805/2/V1

202107659/2/V2

Bij besluit van 15 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:39
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107659/2/V2

202107788/2/V2

Bij besluit van 17 juni 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen, geweigerd hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen en geweigerd hem krachtens artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:18
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107788/2/V2

202107889/2/V2

Bij besluit van 4 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:15
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107889/2/V2

202108115/2/V2

Bij besluit van 30 juni 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:14
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108115/2/V2

202108132/2/V2

Bij besluiten van 28 februari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om aan hen een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:13
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108132/2/V2

202108134/2/V2

Bij besluit van 26 april 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, opnieuw afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:16
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108134/2/V2

202108188/2/V2

Bij besluit van 11 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:12
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108188/2/V2

202108207/2/V3

Bij besluit van 31 mei 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:33
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108207/2/V3

202006592/1/R4

Bij besluit van 24 september 2020 heeft de raad van de gemeente Winterswijk het bestemmingsplan "Jachthuisweg 18" vastgesteld. Het bestemmingsplan geldt uitsluitend voor het perceel aan de Jachthuisweg 18 te Winterswijk (hierna: het perceel). Op dit perceel is de manege van Stal Jachthuis gevestigd. Op grond van het voorheen op dit perceel geldende bestemmingsplan "Integrale herziening buitengebied Winterswijk" had het perceel de bestemming "Agrarisch - cultuurlandschap" met de dubbelbestemming "Waarde - Archeologische verwachting 4". Een manege was in dat bestemmingsplan niet toegestaan. Op grond van het bestemmingsplan, waarbij aan het perceel de bestemming "Sport" is toegekend, is het gebruik van het perceel als manege mogelijk gemaakt. [appellant] is de eigenaar van een tegenover het perceel gelegen perceel. Op het perceel van [appellant] staat een schuur. Hij komt op tegen het besluit van 24 september 2020, omdat hij bezwaren heeft tegen de aanwezigheid van de manege.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:23
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202006592/1/R4

202102356/1/R4

Bij besluit van 16 februari 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Montferland het wijzigingsplan "Zeddam, Delweg-Padevoortseallee" vastgesteld. Het besluit voorziet in een wijziging van het bestemmingsplan "Kom Zeddam" (hierna: het moederplan), waarbij de bestemming van een onbebouwd, met gras en struiken begroeid terrein dat ten oosten van de Roncallischool ingesloten ligt tussen de Delweg en de Padevoortseallee, wordt omgezet van "Maatschappelijk" met de gebiedsaanduiding "wro-zone - wijzigingsgebied-3" in de bestemming "Wonen". Deze wijziging maakt het planologisch mogelijk dat maximaal zes patiowoningen worden gebouwd op het terrein. Het college heeft bij het vaststellen van het wijzigingsbesluit gebruik gemaakt van de wijzigingsbevoegdheid die het moederplan in artikel 24.4 van de planregels aan het college toekent. [appellant] woont aan de Padevoortseallee, tegenover het terrein. Hij kan zich niet verenigen met het wijzigingsplan en heeft daartegen beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:24
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202102356/1/R4

202105451/1/R4

Bij besluit van 9 juli 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag zijn beslissing om op 14 juni 2021 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een doos die op 14 juni 2021 is aangetroffen naast een bovengrondse papierbak ter hoogte van de Vrouw Avenweg 694 in Den Haag. Het college is ervan uitgegaan dat [appellante] de doos verkeerd heeft aangeboden, omdat haar adres op het adreslabel op de doos staat. [appellante] betwist niet dat de doos van haar afkomstig is, maar stelt dat zij de doos in de papiercontainer heeft gedaan. Volgens haar moet de doos buiten haar schuld om naast de container zijn beland.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:25
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202105451/1/R4

202105883/1/R4

Bij besluit van 21 november 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag zijn beslissing om op 27 oktober 2020 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. Daarbij heeft het college vermeld dat een gedeelte van de kosten van de toepassing van bestuursdwang, te weten € 126,00, voor rekening van [appellante] komt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:27
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202105883/1/R4

202106180/1/R4

Bij besluit van 12 juli 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag zijn beslissing om op 16 juni 2021 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een doos die op 16 juni 2021 is aangetroffen naast een ondergrondse restafvalcontainer (hierna: ORAC) ter hoogte van het Hofwijckplein 8 in Den Haag. Het college is ervan uitgegaan dat [appellant] de doos verkeerd heeft aangeboden, omdat zijn naam en adres op het adreslabel op de doos staan. [appellant] betwist dat de aangetroffen doos van hem afkomstig is. Hij stelt dat hij nooit iets heeft besteld online. Hij vermoedt dat er fraude is gepleegd met zijn adres en naam.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:26
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202106180/1/R4

202106805/2/R3

Bij besluit 20 maart 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Oldambt geweigerd om [verzoekster] een omgevingsvergunning te verlenen voor het realiseren van een kinderopvang op het perceel [locatie 1] te Scheemda. [verzoekster] woont op het perceel en exploiteert hier [kinderopvang]. In de feitelijk al bestaande situatie worden zes kinderen opgevangen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. [verzoekster] wil de kinderopvang uitbreiden tot een kleinschalig kindercentrum (kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang) voor maximaal 10 kinderen in de leeftijd van 0 tot 13 jaar. Zij wil hiervoor de kantoorruimte gebruiken die aan haar woning grenst. Omdat een kinderopvang hier niet is toegestaan op grond van het bestemmingsplan, heeft [verzoekster] een omgevingsvergunning aangevraagd. Zij wil met haar verzoek bereiken dat het vergunningvoorschrift over het geluidwerend scherm wordt geschorst totdat de Afdeling uitspraak doet op haar hoger beroep.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:9
Datum uitspraak
4 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202106805/2/R3

202107347/2/R3

Bij besluit van 28 september 2021 heeft de raad van de gemeente Steenwijkerland het bestemmingsplan "Onna, Onnase Doodweg 2 - trafostation Steenwijk" vastgesteld. Ten zuidoosten van de kern Steenwijk en ten noorden van het dorp Onna ligt het transformatorstation Steenwijk-Onna, op de hoek van de Onnaweg en het Bedelaarspad. Het bestemmingsplan voorziet in aanpassingen en uitbreiding van het terrein van het bestaande transformatorstation in zuidelijke richting. Enexis wil hier gebouwde elektriciteitsvoorzieningen realiseren. Ook wenst Enexis twee bestaande transformatoren met een vermogen van 40 megavoltampère te vervangen door twee transformatoren met een vermogen van maximaal 90 MVA. [verzoeker] en anderen wonen in de omgeving van het plangebied op ongeveer 250 m afstand of meer. Zij verzetten zich tegen uitbreiding van het bestaande transformatorstation en vrezen vooral voor een verkeersonveilige situatie op het Bedelaarspad en een aantasting van het landschap.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:10
Datum uitspraak
4 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak202107347/2/R3

202200006/2/V3

Bij besluit van 17 augustus 2021 heeft de staatssecretaris Bij besluit van 17 augustus 2021 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:17
Datum uitspraak
4 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202200006/2/V3

202101105/1/V1

Bij besluit van 22 november 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:1
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202101105/1/V1

202103524/1/V2

Bij besluit van 13 april 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:3
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202103524/1/V2

202106824/1/V2

Bij besluit van 11 december 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202106824/1/V2

202107777/1/V1 en 202107777/2/V1

Bij besluit van 21 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:8
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107777/1/V1 en 202107777/2/V1

202107794/1/V1

Bij besluit van 14 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:7
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107794/1/V1

202107826/1/V1 en 202107826/2/V1

Bij besluit van 19 april 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:6
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107826/1/V1 en 202107826/2/V1

202107970/2/V2

Bij besluit van 1 mei 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:5
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107970/2/V2

202108100/2/V2

Bij besluit van 13 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:4
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108100/2/V2

202106135/2/R1, 202106138/2/R1 en 202106201/2/R1

Bij besluit van 7 juli 2021 heeft de raad van de gemeente Gooise Meren het bestemmingsplan "Buurtschap Crailo" vastgesteld. Bij besluit van 7 juli 2021 heeft de raad van de gemeente Laren het bestemmingsplan "Buurschap Crailo" vastgesteld. Bij besluit van 6 juli 2021 heeft de raad van de gemeente Hilversum het bestemmingsplan "Buurtschap Crailo" vastgesteld. Crailo is een voormalig defensieterrein dat is gelegen op gezamenlijk grondgebied van de gemeenten Gooise Meren, Laren en Hilversum. Deze gemeenten hebben ieder voor hun eigen grondgebied een bestemmingsplan vastgesteld waarbij wordt uitgegaan van een integrale ontwikkeling voor Crailo, met onder meer bedrijvigheid en de bouw van maximaal 590 woningen. GEM Crailo B.V. is eigenaar en ontwikkelaar van het overgrote deel van het plangebied, dat circa 40 hectare omvat. De bestemmingsplannen hebben een verbrede reikwijdte op grond van de Crisis- en herstelwet.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3032
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202106135/2/R1, 202106138/2/R1 en 202106201/2/R1

202107158/1/R1

Bij besluit van 13 oktober 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zundert een last onder bestuursdwang opgelegd aan [verzoeker] vanwege bodemverontreiniging. [verzoeker] is eigenaar van een perceel en een aantal naastgelegen percelen, die samen een bebouwd en geheel omheind terrein gelegen tussen de Hellegatweg en de Pater Taksweg te Rijsbergen vormen. Na meldingen over stank in de omgeving van een watergang haaks gelegen op de Pater Taksweg, heeft het Waterschap Brabantse Delta onderzoek ingesteld. Omdat dit onderzoek uitwees dat het ging om zeer hoge waarden aan vluchtige, mogelijk drugsgerelateerde stoffen, heeft het waterschap een water(bodem)onderzoek laten uitvoeren. Naar aanleiding hiervan stelt het college zich op het standpunt dat als gevolg van de lozing/dumping van bodem verontreinigde stoffen op het terrein van [verzoeker] nadelige gevolgen voor het milieu en de omgeving zijn ontstaan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3034
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Milieu - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202107158/1/R1

202107192/1/R1 en 202107192/2/R1

Bij besluit, bekendgemaakt op 11 augustus 2021, heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam besloten tot aanwijzing van onder meer locatie 1.051 ter hoogte van Bergselaan 328 te Rotterdam voor het plaatsen van een ondergrondse restafvalcontainer. [appellante] is met haar bedrijf als gecertifieerde leverancier van medische artikelen op het adres [locatie] te Rotterdam gevestigd in de nabijheid van de locatie. Ter zitting is gebleken dat inmiddels is begonnen met voorbereidende werkzaamheden tot plaatsing van de ondergrondse container op een parkeerplaats. [appellante] kan zich niet met de aanwijzing van de locatie verenigen, omdat zij vreest voor belemmering in de bereikbaarheid en toegankelijkheid van haar bedrijf voor klanten die slecht ter been zijn als gevolg van de geplaatste container. Het college betoogt dat het beroep van [appellante] niet-ontvankelijk is, omdat het buiten de termijn waarbinnen beroep kon worden ingesteld bij de Afdeling is ingediend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3033
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202107192/1/R1 en 202107192/2/R1

202107417/2/V2

Bij besluit van 30 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3035
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107417/2/V2

202107839/2/V3

Bij besluit van 14 december 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3036
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202107839/2/V3

202108041/2/V3

Bij besluit van 21 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, buiten behandeling gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3038
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108041/2/V3

202107598/2/V3

Bij besluit van 1 juli 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid vastgesteld dat de vreemdeling geen verblijfsrecht als gemeenschapsonderdaan in Nederland meer heeft.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3031
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107598/2/V3

202107729/2/V2

Bij besluit van 29 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3030
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107729/2/V2

202107803/2/V3

Bij besluit van 26 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3029
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107803/2/V3

202107855/2/V1

Bij besluit van 16 oktober 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdelingen om hun een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3028
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107855/2/V1

202107895/2/V1

Bij besluit van 21 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3027
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107895/2/V1

202108006/2/V3

Bij besluiten van 22 februari 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3026
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108006/2/V3

202108136/2/V1

Bij besluit van 20 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3037
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108136/2/V1

202107859/2/V2

Bij besluit van 15 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:2999
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107859/2/V2

202107880/2/V2

Bij besluit van 11 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:2998
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107880/2/V2

202107929/1/V3

Bij besluit van 18 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling een vrijheidsontnemende maatregel opgelegd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:2997
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107929/1/V3

201901888/2/R3

Bij tussenuitspraak van 31 maart 2021, ECLI:NL:RVS:2021:664 (hierna: de tussenuitspraak), heeft de Afdeling de raad van de gemeente Enschede binnen 26 weken na de verzending van deze tussenuitspraak de daar omschreven gebreken in het besluit van de raad van de gemeente Enschede van 17 december 2018 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Noordwest - Christinalust" te herstellen. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak, onder 5.4.2, overwogen dat de raad zich door het ontbreken van een daartoe strekkende deugdelijke motivering niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de door het plan mogelijk gemaakte padenstructuur en ophoging niet zullen leiden tot een significante aantasting van de wezenlijke kenmerken en waarden, of tot een significante vermindering van de oppervlakte van die gebieden, of van de samenhang tussen die gebieden, als bedoeld in artikel 2.7.3, vierde lid, van de Omgevingsverordening Overijssel 2017 van 26 september 2018.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3007
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak201901888/2/R3

202000354/1/R4

Bij besluit van 12 november 2019 hebben de minister van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit en de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat aan Stichting Greenpeace Council een vergunning verleend krachtens de Wet bescherming Antarctica voor het verrichten van activiteiten in het Antarctisch gebied. De vergunning is verleend voor expedities van Greenpeace naar het Antarctisch gebied, bestaande uit drie afzonderlijke reizen, waarvan twee met de Esperanza en één met de Arctic Sunrise. In de vergunning staat dat bij het Antarctische schiereiland flora en fauna zullen worden gefilmd, gefotografeerd en gedocumenteerd. Daarnaast worden er twee kleinschalige, tijdelijke onderzoeksstations opgericht van waaruit meteorologisch en ecologisch onderzoek wordt uitgevoerd. Vanaf het schip worden plastics en "eDNA" verzameld en wordt de aanwezigheid van zeezoogdieren gemonitord. Ook wordt Greenpeace mogelijk uitgenodigd door een schip dat op krill vist om de werkwijze te bestuderen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3020
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Milieu - Overige
  • uitspraakin de zaak202000354/1/R4

202000861/1/A2

Bij besluit van 2 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch kenbaar gemaakt vijf nieuwe bushaltes aan te leggen en vijf bushaltes op te heffen in ’s-Hertogenbosch. In artikel 20 van de Wegenverkeerswet 1994 is bepaald dat een belanghebbende tegen een verkeersbesluit tot plaatsing of verwijdering van verkeerstekens en onderborden of tot het treffen van maatregelen op of aan de weg ter regeling van het verkeer beroep kan instellen bij de rechtbank. Het gaat in deze zaak om de vraag of [appellant sub 1] en anderen en [appellant sub 2] en anderen belanghebbenden zijn bij het verkeersbesluit. In het verkeersbesluit heeft het college overwogen dat de bussen van openbaar vervoersbedrijf Arriva op 10 december 2017 gaan rijden volgens een nieuwe dienstregeling. De wijziging in de busroute heeft volgens het college gevolgen voor een aantal bushaltes in de stad.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3004
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202000861/1/A2

202002389/1/R3

Bij besluit van 17 januari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht de aanvraag van [appellante] om een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan op het perceel [locatie] te Dordrecht afgewezen. [appellante] is huurder van het pand aan de [locatie]1 te Dordrecht, waar zij het [bedrijf] exploiteert. [appellante] gebruikt het pand op het perceel ten behoeve van een dienstverlenende functie. Dit is in strijd met het bestemmingsplan "Historische Binnenstad", vastgesteld op 22 februari 2011. In dat bestemmingsplan is aan de gronden het perceel de bestemming "Centrum" toegekend. Op grond van artikel 4, lid 4.4, aanhef en onder a, van de planregels mag de begane grond van het pand uitsluitend worden gebruikt ten behoeve van detailhandel en dus niet ten behoeve van dienstverlening. [appellante] heeft daarom op 22 november 2017 een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3013
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak202002389/1/R3

202002949/1/A2

Bij besluit van 1 februari 2018, gewijzigd bij besluit van 13 november 2018, heeft het college van burgemeester en wethouders van Losser aan [appellant] een tegemoetkoming in planschade toegekend van € 4.950, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 26 juli 2017 tot aan de dag van uitbetaling, en bepaald dat het door [appellant] betaalde drempelbedrag van € 300 wordt teruggestort en de toegekende tegemoetkoming wordt verhaald op [bedrijf] op grond van de tussen [bedrijf] en de gemeente gesloten planschadevergoedingsovereenkomst. [appellant] is sinds 20 februari 2009 eigenaar van het achterhuis van de woonboerderij met bijgebouw op het perceel aan de [locatie 1] in De Lutte. Hij heeft bij aanvraagformulier van 24 juli 2017 een aanvraag om een tegemoetkoming in planschade ingediend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3002
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202002949/1/A2

202003024/2/R1

Bij tussenuitspraak van 28 april 2021, ECLI:NL:RVS:2021:891, heeft de Afdeling de raad van de gemeente Haarlem opgedragen om binnen 20 weken na verzending van de tussenuitspraak het daarin omschreven gebrek in het besluit van 9 april 2020 tot vaststelling van het bestemmingsplan "De Koepel" te herstellen. Het bestemmingsplan dat de raad op 9 april 2020 heeft vastgesteld, heeft betrekking op de herontwikkeling van het terrein van de voormalige Koepelgevangenis aan de Oostvest te Haarlem. Het college heeft bij besluit van 9 april 2020 een omgevingsvergunning verleend voor het verbouwen van het Koepelgebouw. Het college heeft verder bij besluit van 5 maart 2020 hogere waarden als bedoeld in artikel 110a van de Wet geluidhinder vastgesteld voor in het plangebied te realiseren woningen. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling overwogen dat het bestemmingsplan wat de parkeerbehoefte van de voorziene ontwikkeling betreft niet zorgvuldig is voorbereid en niet berust op een deugdelijke motivering.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3000
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202003024/2/R1

202004024/1/A3

Bij besluit van 1 juni 2017 heeft de burgemeester van Groningen een aanvraag van [appellanten sub 2] (hierna in enkelvoud: [appellant sub 2]) om verlening van een vergunning voor een seksbedrijf afgewezen. [appellant sub 2] is de eigenaar van een seksbedrijf dat al twintig jaar bestaat. Hij heeft vanwege een wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Groningen 2009 de burgemeester op 28 september 2016 verzocht een vergunning af te geven om een seksbedrijf uit te oefenen. Dat wil hij doen aan [7 locaties] te Groningen. Die panden zijn eigendom van [partij] en worden aan [appellant sub 2] verhuurd via twee aan [partij] gelieerde bedrijven. De burgemeester heeft de aanvraag bij het besluit van 1 juni 2017 afgewezen en die afwijzing bij het besluit van 30 mei 2018 gehandhaafd. Volgens hem is [appellant sub 2] niet de exploitant van het seksbedrijf als bedoeld in artikel 3:2 van de APVG 2009. Volgens de burgemeester wordt het seksbedrijf immers niet voor zijn rekening en risico uitgeoefend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3024
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202004024/1/A3

202004084/1/A3

Bij besluit van 10 augustus 2017 heeft de burgemeester van Groningen een aanvraag van [appellant sub 2] om verlening van een vergunning voor een seksbedrijf afgewezen. [appellant sub 2] heeft sinds 2009 een seksbedrijf geëxploiteerd in Groningen en huurt de panden waarin dat seksbedrijf zit van [partij]. [appellant sub 2] heeft de burgemeester verzocht hem een nieuwe vergunning voor de seksinrichting op de [locatie 1] af te geven. [appellant sub 2] heeft ook seksinrichtingen op de locaties [locatie 2], [locatie 3] en [locatie 4]. Omdat de Algemene Plaatselijke Verordening Groningen 2009 op 1 juni 2016 is gewijzigd, moest elke exploitant voor 14 december 2016 een nieuwe aanvraag voor een seksbedrijf indienen. [appellant sub 2] heeft de burgemeester daarnaast medegedeeld dat hij ook op [locatie 5] en [locatie 6] een seksbedrijf wil uitoefenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3023
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202004084/1/A3

202004113/1/R3

Bij besluit van 11 juni 2020 heeft de raad van de gemeente Ommen het bestemmingsplan "Buitengebied, herziening Hammerweg 64" vastgesteld. Het plan voorziet onder meer in de bouw van een nieuwe woning op het perceel Hammerweg 64 te Ommen in verband met de sloop van de ter plaatse aanwezige agrarische bedrijfsbebouwing. Net als in het vorige bestemmingsplan, is aan de gronden van het plangebied de gebiedsaanduiding "Vrijwaringszone - Molenbiotoop" toegekend. Stichting Ommer Molens is beheerder van onder meer de Besthmenermolen aan de Hammerweg 59a te Ommen. Zij komt op voor het behoud van onder meer deze molen en vreest dat door de op grond van het bestreden plan maximaal toegestane bouwhoogte van 10 m voor de woning en 8 m voor bijgebouwen en overkappingen de windvang voor de molen wordt beïnvloed.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3009
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak202004113/1/R3

202004339/1/A3

Bij besluit van 12 juni 2019 heeft de burgemeester van Nissewaard de aanvraag van [wederpartij A] en [wederpartij B] van een exploitatievergunning afgewezen. [wederpartij A] en [wederpartij B] hebben op 30 januari 2019 een exploitatievergunning aangevraagd ten behoeve van de exploitatie van een horeca-inrichting, [bedrijf 1], aan de [locatie] te Spijkenisse. De burgemeester heeft de aanvraag afgewezen en de afwijzing, in afwijking van het advies van de Algemene bezwaarcommissie, in bezwaar gehandhaafd. Hij heeft zijn besluit gebaseerd op de ervaringen met het pand in het verleden, toen het [bedrijf 2] daar werd geëxploiteerd, op de adviezen van de politie van 20 maart 2019 en de Milieudienst Rijnmond van 19 maart 2019 en op een notitie van de DCMR van 28 november 2019. Daaruit kan worden opgemaakt dat omwonenden vaak hebben geklaagd over stank- en geluidsoverlast afkomstig van dit adres.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3019
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Drank en horeca
  • uitspraakin de zaak202004339/1/A3

202004448/1/R4

Bij besluit van 3 oktober 2019 heeft de raad van de gemeente Putten geweigerd de woning op het perceel [locatie 1] te Putten te bestemmen als burgerwoning. [appellante] heeft de woning op het perceel blijkens een akte van levering van 5 september 2000 op 6 juni 2000 gekocht en sindsdien woont zij in de woning op het perceel. Het perceel grenst met drie zijden aan het recreatiepark "De Eyckenhoff". De voorgevel van de woning op het perceel ligt aan de zijde waar een weg is gelegen. Deze weg is tevens een toegangsweg naar het recreatiepark. [appellante] heeft op 29 mei 2019 een aanvraag om een omgevingsvergunning ingediend bij het college voor ‘het tijdelijk bewonen van een beheerderswoning door niet-beheerder’. De aanvraag gaat om de tijdelijke legalisering van de huidige bewoning van [locatie 1] in Putten. Deze omgevingsvergunning heeft het college op 1 augustus 2019 verleend voor de duur van tien jaar.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3003
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202004448/1/R4

202004591/1/R3

Op 27 februari 2019 heeft het college aan [appellant] naar aanleiding van diens ingebrekestelling vanwege het niet tijdig bekend maken van een omgevingsvergunning van rechtswege van 24 januari 2019 medegedeeld dat er geen sprake is van een van rechtswege verleende omgevingsvergunning en dat er geen rechtsgrond is voor de door [appellant] ingediende ingebrekestelling. [appellant] heeft op 4 september 2018 bij het college een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor het wijzigen van de bestemming in strijd met het geldende bestemmingsplan op het perceel [locatie] te Stellendam, gemeente Goeree-Overflakkee. Het college heeft [appellant] bij brief van 26 oktober 2018 bericht dat zijn aanvraag niet volledig is. Het college heeft verzocht de ontbrekende gegevens aan te vullen en bij brief van 22 november 2018 [appellant] bericht dat de beslistermijn, die op 24 november 2018 zou eindigen, eenmalig met maximaal zes weken - tot 3 januari 2019 - werd verlengd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3021
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak202004591/1/R3

202004868/1/R3

Bij besluit van 13 juli 2020 heeft de raad van de gemeente Kaag en Braassem het bestemmingsplan "[locatie 1] te Oude Ade" vastgesteld. [partij A] en [partij B] zijn eigenaren van het perceel [locatie 1] in Oude Ade (hierna: het perceel). Het plangebied bestaat uit het perceel en een strook van de watergang aan de noordzijde van het perceel. Op het perceel staan recreatieve appartementen, een kantoor en een expositieruimte/multifunctionele ruimte. Eerder is hiervoor een tijdelijke vergunning verleend. Dit plan voorziet in een juridisch-planologisch kader. Aan de watergang aan de noordzijde van het perceel ligt een boothuis met ruimte voor de aanleg van twee bootjes. Het plan voorziet in ruimte om een derde bootje aan te leggen. [appellante] woont aan de [locatie 2]. Haar woning staat ongeveer 80 m ten westen van het perceel. Zij vreest voor een aantasting van haar woon- en leefklimaat als gevolg van het plan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3008
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202004868/1/R3

202004953/1/A2

Bij besluit van 28 oktober 2019, verzonden op 30 oktober 2019, heeft het bestuur van de raad voor rechtsbijstand een aanvraag om toevoeging ten behoeve van [appellant] afgewezen. Rechtsbijstandverlener Van Balen heeft op 12 september 2019 een aanvraag om een toevoeging voor zijn cliënt [appellant] ingediend bij de raad. De toevoeging is aangevraagd voor het indienen van een klacht bij een regionaal medisch tuchtcollege. In dit geval richt de klacht zich tegen een keuringsarts van de gemeente Groningen. [appellant] is in 2013 betrokken geraakt bij een ongeluk en heeft daardoor blijvend letsel aan zijn been opgelopen. In 2018 heeft [appellant] een gehandicaptenparkeerkaart aangevraagd bij de gemeente Groningen. Om de aanvraag te beoordelen is [appellant] door een keuringsarts van de gemeente onderzocht en deze kwam tot de conclusie dat hij niet voldeed aan de voorwaarden voor een gehandicaptenparkeerkaart. [appellant] ging hiertegen met succes in bezwaar.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3022
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak202004953/1/A2

202006193/1/R2

Bij besluit van 20 november 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Roermond geweigerd aan Huureenwoonruimte.nl een omgevingsvergunning te verlenen voor het omzetten van zelfstandige woonruimte naar onzelfstandige woonruimte op het adres Willem II Singel 37 in Roermond. Huureenwoonruimte.nl heeft op 6 augustus 2018 een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte naar acht onzelfstandige woonruimten van het pand aan de Willem II Singel 37 in Roermond. Bij het besluit van 20 november 2018 heeft het college de aanvraag afgewezen op grond van artikel 2.2, tweede lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, in verbinding met artikel 5, tweede lid, onder a en b, van de Huisvestingsverordening Roermond 2015-2019. Volgens het college heeft de aanvraag betrekking op een pand dat minder dan acht panden verwijderd is van een kamerverhuurpand dat is opgenomen in het register als bedoeld in artikel 7 van de Huisvestingsverordening.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3016
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202006193/1/R2

202006888/1/R4

Bij besluit van 5 november 2020 heeft de raad van de gemeente Vijfheerenlanden het bestemmingsplan ‘Het Bos, Meerkerk’ vastgesteld. Het bestemmingsplan voorziet in de bouw van één vrijstaande woning en tien twee-aaneen woningen. Het plangebied is gelegen tussen de Zouwendijk en Het Bos, ten noordoosten van het centrum van Meerkerk. [appellant sub 1] en [appellant sub 2] wonen naast het plangebied op het perceel [locatie 1], respectievelijk [locatie 2] te Meerkerk. Zij verwachten beiden dat hun woongenot zal worden aangetast door het bestemmingsplan. Zij vrezen met name problemen door een gebrek aan parkeerplaatsen en een afname van de verkeersveiligheid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3001
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak202006888/1/R4

202100007/1/R1

Bij besluit van 20 november 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam aan V.O.F. ZuidPlus een omgevingsvergunning voor de duur van zes jaar verleend voor het realiseren van een werkterrein en het vellen van houtopstand aan de Riekerweg te Amsterdam. Het realiseren van de werkterreinen, en het daarbij vellen van houtopstand, is bedoeld voor de uitvoering van het project "Zuidasdok". Dit project betreft het verbeteren van de bereikbaarheid van de Amsterdamse Zuidas en het noordelijke deel van de Randstad. Bij besluit van 18 maart 2016 heeft de Minister van Infrastructuur en Milieu daartoe het Tracébesluit "Zuidasdok" genomen, dat bij uitspraak van de Afdeling van 15 augustus 2018, ECLI:NL:RVS:2018:2730, onherroepelijk is geworden. De vereniging komt op voor de bescherming van de natuur en het milieu in de Nieuwe Meer en haar noordelijke en zuidelijke Oeverlanden, gelegen in het zuidwestelijke deel van de gemeente Amsterdam.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3018
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202100007/1/R1

202100032/1/R4

Bij besluit van 24 december 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Hilversum geweigerd aan Nedgoed een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen van drie bestaande woningen tot zes woningen, het vervangen van kozijnen en het plaatsen van lichtkoepels op het perceel Langestraat 90 en 92 in Hilversum. Nedgoed wil het pand op het perceel renoveren door de drie bestaande woningen te verbouwen tot zes woningen, de kozijnen te vervangen en lichtkoepels te plaatsen. Het college heeft de door Nedgoed aangevraagde omgevingsvergunning geweigerd, omdat de aanvraag volgens hem in strijd met het geldende bestemmingsplan voorziet in meervoudige bewoning van het pand. Het college wil niet meewerken aan een afwijking van het bestemmingsplan, omdat zijns inziens onvoldoende parkeerplaatsen beschikbaar zijn. Volgens Nedgoed is de aanvraag niet in strijd met het bestemmingsplan en is het mogelijk om voor voldoende parkeergelegenheid te zorgen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3017
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202100032/1/R4

202100159/1/A2

Bij besluit, verzonden op 14 februari 2019, heeft het bestuur van de raad voor rechtsbijstand een aanvraag om vergoeding van extra uren rechtsbijstand ten behoeve van [persoon] afgewezen. Op 10 februari 2014 heeft de raad voor een procedure van [persoon] tegen zorginstelling De Doeven, dat onderdeel uitmaakt van Stichting Philadelphia Zorg, een toevoeging met kenmerk 4KK2492 verstrekt. In overeenstemming met op 27 oktober 2014 door de raad en [appellante] gemaakte afspraken zijn voor deze zaak 50 extra uren toegekend met kenmerk 4KK2492/C. Op 27 oktober 2018 heeft [appellante] extra uren voor de toevoeging met kenmerk 4KK2492 aangevraagd. De raad heeft deze aanvraag bij besluit, verzonden op 14 februari 2019, zoals gehandhaafd bij besluit van 19 juni 2019, afgewezen. Daaraan heeft de raad ten grondslag gelegd dat [appellante] ondanks een verzoek daartoe geen inzicht heeft verschaft in de aan deze zaak gespendeerde tijd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3012
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak202100159/1/A2

202100180/1/A2

Bij besluit, verzonden op 14 februari 2019, heeft het bestuur van de raad voor rechtsbijstand een aanvraag om vergoeding van extra uren rechtsbijstand ten behoeve van [persoon A] afgewezen. Op 14 augustus 2012 heeft de raad voor door [appellante] verleende rechtsbijstand ten behoeve van een procedure van [persoon A] over aansprakelijkstelling wegens ondeugdelijke borstimplantaten een toevoeging met kenmerk 4JL0766 verstrekt. Op 12 juli 2013 heeft de raad voor deze toevoeging 30 extra uren toegekend. Op 28 december 2018 heeft [appellante] een aanvraag ingediend om toekenning van 33 extra uren gesubsidieerde rechtsbijstand. De raad heeft de verzoeken van [appellante] van 28 december 2018 om toekenning van extra uren rechtsbijstand bij onderscheiden besluiten, verzonden op 14 februari 2019, afgewezen en deze besluiten bij onderscheiden besluiten van 19 juni 2019 gehandhaafd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3011
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak202100180/1/A2

202100191/1/A3

Bij besluit van 20 juni 2019 heeft de burgemeester van Rotterdam het bedrijfspand aan de [locatie 1] te Rotterdam voor zes maanden gesloten op grond van artikel 2:35, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening Rotterdam 2012. De burgemeester heeft bij besluit van 27 mei 2019 bevolen tot spoedsluiting voor één maand van de bedrijfspanden aan de [locatie 1] en [locatie 2] en bij besluit van 20 juni 2019, gehandhaafd bij besluit op bezwaar van 21 februari 2020, tot sluiting van die panden voor zes maanden daarbij inbegrepen de spoedsluiting (vervolgsluiting). [appellant] was toen huurder van [locatie 1]. De besluiten zijn genomen naar aanleiding van zogenoemde bestuurlijke rapportages van de politie. Daaruit blijkt dat de politie op 22 mei 2019 in pand [locatie 2] een grote hoeveelheid cocaïne en een groot bedrag aan contant geld heeft aangetroffen. Voor pand [locatie 2] stond een auto met daarin cocaïne, wapens en munitie. De sleutel van deze auto is aangetroffen in [locatie 1].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3006
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Drugs
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202100191/1/A3

202100561/1/R1

Bij besluit van 12 april 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Alkmaar aan [appellant] een omgevingsvergunning verleend voor het realiseren van een dakterras op de aanbouw op het perceel [locatie 1] in Alkmaar. [appellant] is de eigenaar van het pand op het perceel [locatie 1] in Alkmaar. Hij heeft een omgevingsvergunning aangevraagd voor het realiseren van een dakterras op de aanbouw aan de achterkant van het pand. Bij besluit van 12 april 2019 heeft het college hiervoor aan [appellant] een omgevingsvergunning verleend, omdat er zich volgens het college geen weigeringsgronden voordeden. [partij A], destijds eigenaar van het perceel [locatie 2], heeft tegen dit besluit bezwaar, omdat zij vreest voor een aantasting van haar woon- en leefklimaat. De achtertuin van de woning [locatie 2] grenst namelijk aan de achtertuin van het pand [locatie 1]. Voordat het college op haar bezwaar had beslist, heeft [partij A] de woning [locatie 2] verkocht aan [partij C].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3010
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202100561/1/R1

202100859/1/A3

Bij besluit van 12 augustus 2020 heeft de burgemeester van Zuidplas aan [appellant] voor een periode van tien dagen een huisverbod opgelegd. Op 6 en 9 augustus 2020 is de politie naar de woning van [appellant] gekomen wegens meldingen van huiselijk geweld. [appellant] woonde daar met zijn echtgenote, dochter van 17 en zoon van 14 jaar oud. Op 12 augustus 2020 heeft zijn echtgenote wegens een van deze meldingen aangifte van mishandeling tegen hem gedaan. Op dezelfde dag is [appellant] door de politie aangehouden en heeft de burgemeester aan hem met toepassing van artikel 2, eerste lid, van de Wet tijdelijk huisverbod een huisverbod van tien dagen opgelegd. De burgemeester heeft aan het huisverbod een ingevuld Risico-taxatie Instrument Huiselijk Geweld ten grondslag gelegd. De burgemeester is van oordeel dat hieruit blijkt dat de aanwezigheid van [appellant] in de woning een ernstig en onmiddellijk gevaar, dan wel een ernstig vermoeden hiervan, voor de veiligheid van de echtgenot

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3005
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Huisverbod
  • uitspraakin de zaak202100859/1/A3

202102342/1/R1

Bij besluit van 29 oktober 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam geweigerd aan [appellant] een omgevingsvergunning te verlenen voor het uitbreiden van de bestaande uitbouw en het veranderen van het bestaande dakterras op de vierde verdieping en het plaatsen van een dakterras bovenop de uitbouw voor het pand aan de [locatie A] te Amsterdam. [appellant] is eigenaar van de woning aan de [locatie A]. Zij heeft op 30 juli 2018 een aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan voor het uitbreiden van de bestaande uitbouw op de vierde verdieping tot 1,25 m van dakrand, het veranderen van het bestaande dakterras op de vierde verdieping en het plaatsen van een dakterras bovenop de uitbouw van het pand. De aangevraagde omgevingsvergunning ziet op het bouwen van een bouwwerk en het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan. Op het perceel is het bestemmingsplan "Hoofddorpplein- en Schinkelbuurt" van toepassing.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3015
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202102342/1/R1

202102722/1/R1

Bij besluit van 23 mei 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam geweigerd Hans Anders omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een airco-unit op de uitbouw aan de achtergevel van het gebouw Rijnstraat 45 in Amsterdam. Hans Anders heeft op 4 februari 2019 een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor het plaatsen van een airco-unit op de uitbouw aan de achtergevel van het gebouw op het perceel. De gevraagde vergunning is door het college geweigerd, omdat de airco-unit in strijd is met het geldende bestemmingsplan "Rivierenbuurt". De te plaatsen airco-unit overschrijdt de in artikel 8.2.3, aanhef en onder b, van de planregels opgenomen maximale bouwhoogte van 2 m. Op grond van artikel 34, onder a, onder 6, van de planregels is het college bevoegd van het bestemmingsplan af te wijken voor het overschrijden van die maximale bouwhoogte met ten hoogste 3 meter.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3014
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202102722/1/R1
vorige pagina1...190191192...1.218volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon