Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 120.593
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

202000760/1/R2

Bij besluit van 21 mei 2019 heeft het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant aan [vergunninghouder] een vergunning verleend op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming voor het uitbreiden/wijzigen van een industrieel bedrijf aan de [locatie] te Helmond. [vergunninghouder] exploiteert op het perceel aan de [locatie] in Helmond een bedrijf voor het op- en overslaan en het bewerken van meststoffen. Op 16 november 2018 heeft [vergunninghouder] een Wnb-vergunning aangevraagd voor een wijziging en uitbreiding van het bedrijf. Bij besluit van 21 mei 2019 heeft het college deze vergunning verleend. [appellanten] vinden dat deze vergunning ten onrechte is verleend, omdat zij vrezen dat de emissies ten gevolge van de vergunde activiteit schade zullen veroorzaken aan natuurgebieden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:70
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak202000760/1/R2

202002396/1/R3

Bij besluit van 14 december 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag aan [vergunninghouder] een omgevingsvergunning verleend voor het uitbreiden van een bed & breakfast tot hotel op het perceel [locatie] te Den Haag. Op 19 juli 2017 heeft [vergunninghouder] een omgevingsvergunning aangevraagd voor het verbouwen en uitbreiden van een bed & breakfast bij een woning op het perceel. Omdat het bouwplan volgens het college in strijd is met het ter plaatse geldende bestemmingsplan, heeft het college bij besluit van 14 december 2017 een omgevingsvergunning verleend voor de activiteiten ‘bouwen’ en ‘strijdig gebruik’ als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. De VvE behartigt de belangen van eigenaren van woningen naast het perceel. Vanuit die woningen bestaat zicht op het bouwplan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:71
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202002396/1/R3

202003219/1/A2

Bij besluit van 1 maart 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Albrandswaard een aanvraag van [appellante] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen. [appellante] is eigenares van het perceel met opstallen aan de [locatie 1] en [locatie 2] te Rhoon. Zij heeft bij het college een aanvraag ingediend om tegemoetkoming in planschade die zij in de vorm van waardevermindering van het object heeft geleden als gevolg van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan Rhoon Dorp 2009 en een besluit van 8 april 2009, waarbij met toepassing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening vrijstelling is verleend van het bestemmingsplan Plan Dorp Herziening 1958 van 3 februari 1958. Aan de aanvraag is ten grondslag gelegd dat de planologische verandering het mogelijk heeft gemaakt om op ten westen en zuiden van het object gelegen gronden een winkelhaakvorming gebouwencomplex met parkeerdek ten behoeve van appartementen, winkels en een supermarkt te realiseren.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:75
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202003219/1/A2

202004654/1/A2

Bij besluit van 9 oktober 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oss het pand aan de [locatie] te Oss aangewezen als gemeentelijk monument. [appellante] is eigenaresse van het pand aan de [locatie] te Oss (hierna: het pand). Dit pand dateert van omstreeks 1895 en heeft dienst gedaan als lederwarenfabriek. [appellante] was voornemens het te slopen en op dat perceel 24 appartementen te (laten) bouwen. Zij heeft, ter realisering van dat plan, bij het college een zogenoemd principeverzoek ingediend. Hierop heeft het college het pand bij het besluit van 9 oktober 2019 als gemeentelijk monument aangewezen. Aan dit besluit heeft het college een advies van 12 februari 2019 van de Monumentenkamer van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit, dat op 24 september 2019 door die commissie (desgevraagd) is bevestigd, en een redengevende omschrijving ten grondslag gelegd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:54
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Monumenten
  • uitspraakin de zaak202004654/1/A2

202004708/1/R3

Bij besluit van 22 juni 2020 heeft de raad van de gemeente Veendam het bestemmingsplan "Leer- en Sportpark Veendam" vastgesteld. Het plangebied bevindt zich ten westen van de kern Veendam en wordt begrensd door de Raadsgildenlaan aan de noordzijde en de Robijnlaan aan de oostzijde. Volgens paragraaf 1.2 van de plantoelichting heeft de raad in 2006 de intentie uitgesproken tot het fasegewijs realiseren van een onderwijscampus voor leerlingen van de Scholengemeenschap Winkler Prins aan de Raadsgildenlaan 1 te Veendam. Als eerste fase, van wat later het Leer- en Sportpark is genoemd, is in 2011 het zogenoemde techniekgebouw op de noordzijde van het plangebied gerealiseerd. Het plan "Leer- en Sportpark Veendam" voorziet in de voltooiing van het Leer- en Sportpark door nieuwe, toekomstbestendige onderwijs- en sportvoorzieningen mogelijk te maken. [appellant] en anderen kunnen zich niet met het bestemmingsplan verenigen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:73
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • RO - Groningen
  • uitspraakin de zaak202004708/1/R3

202004911/1/A2

Bij besluit van 8 januari 2019 heeft de raad voor rechtsbijstand de aan [appellant] voor verleende rechtsbijstand toegekende vergoeding ingetrokken. [appellant] is rechtsbijstandverlener en neemt deelt aan het High Trust-programma van de raad. Uitgangspunt van dit programma is dat de vraag of een zaak toevoegingswaardig is niet langer door de raad naar aanleiding van een toevoegingsaanvraag, maar door de rechtsbijstandverlener voorafgaande aan het indienen van de aanvraag wordt beoordeeld. Afgegeven toevoegingen en vastgestelde vergoedingen worden vervolgens achteraf steekproefsgewijs gecontroleerd. De eerste toevoeging is verstrekt voor een vordering tot toegang tot de huurwoning van [cliënt], die gedwongen is ontruimd. De tweede toevoeging is verstrekt voor een vordering tot afgifte van de persoonlijke eigendommen van [cliënt] na die gedwongen ontruiming en een betwisting van de vordering tot betaling van de transport-/verhuiskosten en opslagkosten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:58
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak202004911/1/A2

202005202/1/A2

Bij besluit van 5 juni 2019 heeft het bestuur van de raad voor rechtsbijstand de aan [appellant] toegekende vergoeding voor door hem verleende rechtsbijstand lager vastgesteld. [appellant] is rechtsbijstandverlener en neemt deelt aan het High Trust-programma van de raad. Uitgangspunt van dit programma is dat de vraag of een zaak toevoegingswaardig is niet langer door de raad naar aanleiding van een toevoegingsaanvraag, maar door de rechtsbijstandverlener voorafgaande aan het indienen van de aanvraag wordt beoordeeld. Afgegeven toevoegingen en vastgestelde vergoedingen worden vervolgens achteraf steekproefsgewijs gecontroleerd. Op 23 oktober 2017 heeft [appellant] ten behoeve van zijn cliënte [persoon] een toevoeging Civiel aangevraagd voor het voeren van verweer tegen een door BasicFit jegens zijn cliënte ingestelde vordering.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:57
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak202005202/1/A2

202005649/1/R4

Bij besluit van 4 oktober 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht een aanvraag van [appellante] om een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen en gebruiken van drie chalets op het perceel [locatie] te Vleuten, afgewezen. Op het bedrijfsperceel van [appellante] aan de [locatie] in Vleuten staan drie chalets ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten die bij [appellante] werken. De chalets zijn al enkele jaren geleden gebouwd en in gebruik genomen, zonder de vereiste omgevingsvergunning. De aanvraag ziet op een tijdelijke omgevingsvergunning voor het bouwen en gebruiken van de drie chalets in strijd met de beheersverordening, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Niet in geschil is dat de bouw en het gebruik van de chalets op het bedrijfsperceel ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten in strijd is met de beheersverordening.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:69
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202005649/1/R4

202005684/1/R2

Bij besluit van 10 oktober 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Moerdijk het verzoek van [appellant] om handhavend op te treden tegen de erfafscheiding met schuifhek op het perceel [locatie 1] te Zevenbergen, afgewezen. [appellant] woont op het perceel [locatie 2] te Zevenbergen. Hij kan zijn woning alleen bereiken door middel van een weg die loopt over het naastgelegen perceel [locatie 1], het perceel van [partij]. Bij besluit van 21 maart 2019 heeft het college aan [partij] een omgevingsvergunning verleend voor het plaatsen van een erfafscheiding inclusief schuifhek (hierna: de erfafscheiding) op diens perceel. [appellant] is niet opgekomen tegen dit besluit. [appellant] heeft het college, nu de erfafscheiding is geplaatst, om handhaving verzocht. Volgens hem zorgt de erfafscheiding, in combinatie met de betonnen muur die langs diezelfde weg loopt, voor een onveilige situatie.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:79
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202005684/1/R2

202006026/1/R1

Bij besluit van 10 september 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zeewolde besloten over te gaan tot invordering van de door [appellant sub 1] verbeurde dwangsom ter hoogte van € 25.000,00. [appellant sub 1] is eigenaar van een recreatiewoning op het vakantiepark Buitenplaats Horsterwold, aan de [locatie] in Zeewolde. [appellant sub 1] verhuurde de recreatiewoning via Madiba Verhuur B.V.. Op 3 april 2017 heeft het college [appellant sub 1] onder dreiging van verbeurte van een dwangsom van € 25.000,00 gelast om voor 1 september 2017 het niet-recreatieve gebruik van de recreatiewoning te beëindigen en beëindigd te houden. Het college heeft het door [appellant sub 1] hiertegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard en de last in stand gelaten. [appellant sub 1] heeft hiertegen geen rechtsmiddelen aangewend, zodat de in bezwaar gehandhaafde last in rechte vaststaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:56
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202006026/1/R1

202006088/1/R3

Bij besluit van 15 januari 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden aan Paihia een omgevingsvergunning verleend voor het verbouwen, wijzigen en gebruiken van het rijksmonument op het perceel Oostersingel 38 t/m 62, 62a en 62b te Leeuwarden. Het in deze procedure aan de orde zijnde pand is een rijksmonument en was sinds 1976 in gebruik als kantoor. Het pand bestaat uit vijf bouwlagen. Paihia wil het pand verbouwen en op elke bouwlaag drie appartementen realiseren. De Stichting is het niet eens met de vergunningverlening. Volgens de Stichting is het woon- en leefklimaat in de wijk waarin het pand ligt al ernstig verstoord. Als gevolg van dit bouwplan zal dit erger worden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:68
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202006088/1/R3

202006664/1/R1

Bij besluit van 22 oktober 2020 heeft de raad van de gemeente Haarlem het bestemmingsplan "Boerhaavewijk" vastgesteld. Het plan voorziet in een actueel juridisch-planologisch kader voor een groot deel van de Boerhaavewijk, gelegen in het noordoostelijke deel van het stadsdeel Schalkwijk in Haarlem. Daarnaast voorziet het plan in beperkte mate in ruimtelijke ontwikkelingen. Lidl exploiteert een supermarkt in een gedeelte van het gebouw "Boerhaavepassage" op de hoek van de Professor Donderslaan en de Floris van Adrichemlaan. Zij wil uitbreiden en de begane grond volledig gebruiken ten behoeve van een supermarkt. Lidl kan zich dan ook niet met het plan verenigen voor zover op deze locatie een maximale bruto vloeroppervlak van 1.500 m² voor supermarkten is opgenomen op de begane grond.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:77
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202006664/1/R1

202100306/1/R1

Bij besluit van 14 juli 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Waalre vier lasten onder bestuursdwang opgelegd aan [appellant A] en [appellant B] vanwege een plaatsgevonden hebbende bodemverontreiniging. Daarbij heeft het college bepaald dat de kosten van de bestuursdwang voor rekening komen van [appellant A] en [appellant B]. Aan de Broekweg te Waalre ligt een woonwagencentrum met 16 percelen. [appellant A] en [appellant B] wonen op het perceel [locatie 1]. Op 3 september 2019 hebben toezichthouders van de gemeente, ondersteund door de politie, in het centrum een bestuurlijke controle verricht. De bevindingen van die controle, ook over het perceel, zijn neergelegd in bestuurlijke rapportages van de politie van 9 en 20 september 2019. Volgens het college blijkt uit deze rapportages dat op het perceel voorwerpen zijn aangetroffen die bedoeld waren voor de productie van drugs.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:81
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Bodembescherming
  • uitspraakin de zaak202100306/1/R1

202100375/1/R1

Bij besluit van 26 november 2020 heeft de raad van de gemeente Uithoorn het bestemmingplan "Bedrijventerrein Uithoorn 2020" vastgesteld. Het voorliggende plan gaat over het bedrijventerrein van Uithoorn. De voorheen geldende bestemmingsplannen dateren vanaf 1996. Deze bestemmingsplannen zijn volgens de raad al geruime tijd aan herziening toe. Het voorliggende bestemmingsplan is een actualisatie van voorgaande bestemmingsplannen en heeft als hoofddoel dat het bedrijventerrein Uithoorn in de toekomst een aantrekkelijke vestigingslocatie blijft voor nieuwe en gevestigde ondernemers. Hercules is gevestigd aan de Molenlaan 29 in Uithoorn (hierna: het perceel) en is een metaalconstructiebedrijf en apparatenbouwer. Hercules kan zich niet met het plan verenigen omdat met het plan het bedrijf wordt beperkt in zijn bedrijfsvoering.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:74
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202100375/1/R1

202100690/1/R1

Bij besluit van 14 juli 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Waalre vier lasten onder bestuursdwang opgelegd aan [appellante] en [partij] vanwege een geconstateerde bodemverontreiniging. Daarbij heeft het college bepaald dat de kosten van de bestuursdwang voor rekening komen van [partij] en [appellante]. Aan de Broekweg in Waalre bevindt zich een woonwagencentrum met 16 percelen. [appellante] woont op het perceel [locatie 1] (hierna: het perceel). Op 3 september 2019 hebben toezichthouders van de gemeente, ondersteund door de politie, in het centrum een bestuurlijke controle verricht. De bevindingen van die controle zijn neergelegd in bestuurlijke rapportages van de politie van 9 en 20 september 2019. Volgens het college blijkt uit deze rapportages dat in een bijgebouw op het perceel stoffen en voorwerpen zijn aangetroffen waarvan bekend is dat deze gebruikt worden voor de productie van synthetische drugs en voor het opzetten van synthetische drugslabs.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:80
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Bodembescherming
  • uitspraakin de zaak202100690/1/R1

202100821/1/R1

Bij besluit van 15 december 2020 heeft het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost van Amsterdam de locatie met het nummer 1087NA-121 nabij het adres [locatie] te Amsterdam aangewezen voor het inzamelen van grof afval. [appellant] woont op het adres [locatie], op de hoek van de Peter Martensstraat en de Ben van Meerendonkstraat. De aangewezen plek waar het grof afval zal worden ingezameld, ligt op enkele meters afstand van de woning van [appellant], op diezelfde hoek. [appellant] betoogt dat de locatie onevenredig bezwarende gevolgen voor hem met zich brengt. Hij voert aan dat het dagelijks bestuur in zijn belangenafweging niet heeft meegewogen dat zijn woning al onevenredig wordt belast door diverse nutsvoorzieningen in de omgeving. Daarmee wordt een ongerechtvaardigd onderscheid gemaakt tussen zijn woning en andere woningen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:64
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202100821/1/R1

202101475/1/R1

Bij besluit van 30 november 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht de locatie ter hoogte van het perceel de Neude 5 te Utrecht definitief aangewezen voor de plaatsing van vier ondergrondse restafvalcontainers. De orac’s zullen worden geplaatst op de Neude, in een zogeheten functievak, dat voor twee gebouwen in eigendom van Watertorkruid B.V. ligt. Stayokay en ABN-AMRO huren deze gebouwen, waarbij Stayokay in het dichtst bij de locatie gelegen gebouw een hostel exploiteert. Naast de orac’s in dat functievak is ook ruimte voor een invalidenparkeerplaats en het parkeren van fietsen. Drie van de vier orac’s zullen worden uitgerust met een zogenoemde klikokantelaar en zullen alleen voor het inzamelen van afval van bedrijven worden gebruikt. De vierde orac kan ook worden gebruikt voor het inzamelen van afval van huishoudens. Stayokay en andere betogen dat de orac’s niet voor de inzameling van bedrijfsafval konden worden aangewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:66
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202101475/1/R1

202102552/1/R1

Bij besluit van 9 februari 2021 heeft het het college van burgemeester en wethouders van Hillegom het locatieplan "Ondergrondse containers voor restafval bij hoogbouw" vastgesteld. [appellant] woont op het perceel [locatie]. Hij kan zich niet verenigen met het besluit, voor zover daarbij in het locatieplan de locatie "OC locatie Sportlaan thv nr. 84" is aangewezen om een ondergrondse restafvalcontainer te plaatsen. Het college heeft met de aanwijzing van deze locatie beoogd te voorzien in een orac in een groenstrook achter de achtertuin van [appellant]. [appellant] betoogt dat onduidelijk is waar de container zal worden geplaatst. Hij wijst er op dat in het locatieplan voor deze locatie een kaart en een luchtfoto zijn opgenomen. Op de luchtfoto is een vierkant weergegeven dat de nieuwe locatie voor de orac aangeeft. Op de kaart is echter met een rode stip een andere plek aangegeven, namelijk de plek in de groenstrook achter de tuin.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:65
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202102552/1/R1

202103096/1/A2

Bij besluit van 21 mei 2019 heeft de directie van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen het rijbewijs van [appellant] vanaf 28 mei 2019 ongeldig verklaard. Op 14 februari 2018 heeft de politie aan het CBR schriftelijk mededeling gedaan van het vermoeden dat [appellant] niet langer beschikt over de rijvaardigheid dan wel de lichamelijke of geestelijke geschiktheid, vereist voor het besturen van de categorieën van motorrijtuigen waarvoor het rijbewijs is afgegeven. Volgens de korpschef is het voertuig van [appellant] op 14 februari 2018 betrokken geweest bij een aanrijding met een ander voertuig. Daarbij is geen schade ontstaan, maar heeft [appellant] de inzittenden van het andere voertuig uitgescholden. Vervolgens is [appellant] weer in zijn voertuig gestapt en nogmaals, expres, tegen het andere voertuig aangereden. Voorts heeft de korpschef in de mededeling uiteengezet dat verbalisanten [appellant] op 11 februari 2018 op de snelweg A2 zagen rijden met een snelheid van circa 150 km/uur.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:59
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202103096/1/A2

202103127/1/R1

Bij besluit van 9 maart 2021 heeft het dagelijks bestuur van het stadsdeel Oost van Amsterdam de locatie met het nummer 1091TK-16, nabij het adres [locatie] te Amsterdam aangewezen voor het inzamelen van grof afval. [appellant] woont op het adres [locatie] te Amsterdam, nabij de locatie 1091TK-16. [appellant] betoogt dat het dagelijks bestuur bij het bepalen van de geschiktheid van de locatie heeft miskend dat de locatie niet alleen vlak voor de deur van zijn berging, maar ook vlak voor de voordeur van het appartementencomplex waarin hij woont, ligt. Verder stelt hij dat de aanbiedplek onder zijn slaapkamerraam is. Aangezien met name in de nacht het grof afval wordt doorzocht, zal dit een onaanvaardbare geluidhinder opleveren.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:63
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202103127/1/R1

202103617/1/A2

Bij besluit van 18 december 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Ouder-Amstel de boerderij aan de [locatie] in Ouderkerk aan de Amstel als gemeentelijk monument aangewezen. [appellanten] zijn de eigenaren van de boerderij aan de [locatie] in Ouderkerk aan de Amstel, gemeente Ouder-Amstel. De boerderij is als gemeentelijk monument aangewezen, onder verwijzing naar de redengevende beschrijving van 4 oktober 2017 van MOOI Noord-Holland. Hierin is, samengevat weergegeven, gesteld dat de boerderij een zichtbaar bewaard gebleven en sober onderdeel vormt van de agrarische geschiedenis van de polder de Ronde Hoep en daardoor cultuurhistorisch van waarde is. Ook is de boerderij, die onderdeel uitmaakt van een ensemble van historische boerderijen die de polder de Ronde Hoep markeren en omsluiten, van stedenbouwkundige waarde vanwege haar ligging aan de dijk.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:61
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Monumenten
  • uitspraakin de zaak202103617/1/A2

202103780/1/A2

Bij besluit van 6 augustus 2019 heeft de algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen een aanvraag van [appellant] tot het verkrijgen van een verklaring van rijgeschiktheid afgewezen. Op 2 januari 2019 heeft [appellant] het CBR, door het indienen van een zogeheten Gezondheidsverklaring (ofwel: Eigen Verklaring), verzocht om aan hem een verklaring van rijgeschiktheid voor de rijbewijscategorieën B, BE, C, CE, D, DE en T te verstrekken. Gelet op de informatie die [appellant] daarin heeft gegeven over zijn medische situatie en het verslag van de (bedrijfs)arts G.J. van Halewijn van 9 januari 2019, heeft het CBR voor de beoordeling van het voormelde verzoek onderzoek door (een) medisch specialist(en) nodig geacht. Bij het besluit van 6 augustus 2019, als gehandhaafd bij het besluit van 28 januari 2020, heeft het CBR het verzoek van [appellant] om aan hem een verklaring van rijgeschiktheid voor de rijbewijscategorieën B, BE, C, CE, D en DE en T te verstrekken, afgewezen.

Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202103780/1/A2

202103971/1/R4

Bij besluit van 29 april 2021 heeft de raad van de gemeente Nunspeet het bestemmingsplan "Elspeet - Noordwest" vastgesteld. Het bestemmingsplan regelt de ontwikkeling van de derde fase van een woonwijk aan de noordwestzijde van de kern Elspeet. De eerste en tweede fase van die woonwijk zijn al gerealiseerd. Het plan maakt de bouw van 85 nieuwe woningen mogelijk. Daarbij gaat het om grondgebonden woningen en om een gebouw met maximaal 12 appartementen aan de noordwestzijde van het plangebied. De woningen zullen onder meer worden gebouwd door ASB. [appellant] woont aan de [locatie] in Elspeet, ten noordwesten van het plangebied. Hij heeft zijn woning in 2017 gekocht. [appellant] komt op tegen de mogelijkheid om een appartementengebouw te realiseren aan de noordwestzijde van het plangebied, op de hoek van de Stakenbergweg en de Nachtegaalweg. Dit is de hoek waarop hij vanuit zijn woning uitkijkt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:60
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202103971/1/R4

202105095/1/R4

Bij besluit van 15 juni 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn het uitwerkings- en wijzigingsplan "Sprenkelaar en Anklaar, uitwerking en wijziging 2" vastgesteld. Het plan maakt de bouw van 43 woningen met bijbehorende openbare voorzieningen, waaronder parkeerplaatsen, mogelijk op de plek van het voormalige noodwinkelcentrum Anklaar. De woningen worden verdeeld over zes blokken. Tussen deze woonblokken is een parkeerterrein gepland. [appellant] woont aan de Turandotstraat, in het woongebouw De Parel. Het plangebied ligt ten noorden van dat woongebouw. Het plan is gebaseerd op de artikelen 19 en 29 van de regels van het bestemmingsplan "Sprenkelaar en Anklaar". [appellant] stelt dat de bestaande parkeerplaatsen direct ten noorden van woongebouw De Parel zullen verdwijnen door de bouw van de nieuwe woningen. Dit is volgens hem nadelig voor de bewoners van De Parel, die niet allen even goed ter been zijn.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:55
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202105095/1/R4

202108026/1/A2

Het beroep richt zich tegen het besluit van het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht van 21 december 2021, waarbij voor de politieke groepering Maastricht Vooruit de aanduiding ‘Maastricht Vooruit’ is ingeschreven in het register voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:83
Datum uitspraak
12 januari 2022
  • Mondelinge uitspraak
  • Kieswet
  • uitspraakin de zaak202108026/1/A2

202200071/2/R1

Bij besluit van 5 oktober 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Heumen besloten over te gaan tot invordering van door [verzoeker] verbeurde dwangsommen. Het college heeft [verzoeker] op 6 april 2020 en 9 oktober 2020 een last onder dwangsom onderscheidenlijk een last onder bestuursdwang opgelegd wegens bodemverontreiniging op zijn perceel. Die verontreiniging is ontstaan nadat op het perceel een schuur met daarin een drugslaboratorium was afgebrand. [verzoeker] voert in beroep aan dat zich bijzondere omstandigheden voordoen die aan invordering van de verbeurde dwangsommen in de weg staan. Naar zijn mening kon hij redelijkerwijs niet (volledig) aan de last onder dwangsom voldoen omdat zijn financiële middelen daartoe niet toereikend waren en zijn bank niet bereid bleek krediet te verstrekken. Voor het uitvoeren van de last onder bestuursdwang geldt volgens [verzoeker] hetzelfde.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:52
Datum uitspraak
11 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202200071/2/R1

202108026/2/A2

Het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht heeft bij besluit van 21 december 2021 besloten Maastricht Vooruit te registreren in het register voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Maastricht. [appellant] heeft beroep ingesteld tegen dit besluit.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:53
Datum uitspraak
11 januari 2022
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202108026/2/A2

202101241/1/V1

Bij besluit van 19 februari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:78
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202101241/1/V1

202107577/1/V1

Bij besluit van 20 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:49
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107577/1/V1

202107997/2/V1

Bij besluit van 8 maart 2019 heeft de staatssecretaris staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:48
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107997/2/V1

202200108/2/V2

Bij besluit van 30 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, buiten behandeling gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:51
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202200108/2/V2

202105710/4/A3

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Holland Vlees Service en [appellant sub 3] hebben hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Midden­-Nederland van 8 juli 2021 in zaak nr. 18/4637.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:32
Datum uitspraak
10 januari 2022
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202105710/4/A3

202004792/1/V2

Bij besluit van 24 januari 2020 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:45
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202004792/1/V2

202101285/1/V3

Bij besluit van 2 september 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:44
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202101285/1/V3

202107489/1/V1

Bij besluit van 10 september 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:43
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107489/1/V1

202107947/2/V1

Bij besluit van 17 mei 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:42
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202107947/2/V1

202200082/2/V2

Bij besluit van 28 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:47
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202200082/2/V2

202004269/2/A2, 202004270/2/A2, 202004272/2/A2, 202004273/2/A2, 202004274/2/A2, 202004276/2/A2 en 202102141/2/A2.

Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 13 december 2021, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van de staatsraden mr. E.J. Daalder als voorzitter, en mr. D.A.C. Slump en mr. J. Hoekstra als leden van de meervoudige kamer, belast met de behandeling van de zaaknrs. 202004269/1/A2, 202004270/1/A2, 202004272/1/A2, 202004273/1/A2, 202004274/1/A2, 202004276/1/A2 en 202102141/1/A2 (hierna: de staatsraden).

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:50
Datum uitspraak
7 januari 2022
  • Wraking
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202004269/2/A2, 202004270/2/A2, 202004272/2/A2, 202004273/2/A2, 202004274/2/A2, 202004276/2/A2 en 202102141/2/A2.

202103700/1/V1

Bij besluiten van 30 april 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:41
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202103700/1/V1

202105457/2/V3

De vreemdeling heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, van 21 juli 2021 in zaak nr. 20/3072. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties heeft, op verzoek van de Afdeling met toepassing van artikel 8:45 van de Awb, de vertrouwelijke onderliggende stukken van een individueel ambtsbericht van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (hierna: de AIVD) overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:21
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202105457/2/V3

202106472/1/V2

Bij besluiten van 25 augustus 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdelingen om hen een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:40
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202106472/1/V2

202107669/1/V1

Bij besluit van 8 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:38
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107669/1/V1

202107764/1/V3

Bij besluit van 18 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:37
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202107764/1/V3

202107932/1/V1 en 202107932/2/V1

Bij besluit van 2 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:36
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107932/1/V1 en 202107932/2/V1

202107968/1/V1 en 202107968/2/V1

Bij besluit van 16 oktober 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:35
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107968/1/V1 en 202107968/2/V1

202108160/1/V1 en 202108160/2/V1

Bij besluit van 25 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:34
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108160/1/V1 en 202108160/2/V1

202102334/2/A3

[verzoeker] heeft verzocht om wraking van de staatsraden mr. N. Verheij en mr. C.M. Wissels als leden van de meervoudige kamer, belast met de behandeling van de zaak nr. 202102334/1/A3. [verzoeker] heeft aan het verzoek om wraking ten grondslag gelegd dat hij geen vertrouwen heeft in de rechterlijke onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de staatsraden. Hij wijst erop dat staatsraad Verheij in het verleden wetgevingsjurist is geweest bij het ministerie van Justitie. [verzoeker] stelt zich op het standpunt dat dit ministerie een zeer bedenkelijke rol speelt in de samenleving, zodat ten aanzien van ambtenaren die daar werkzaam zijn of zijn geweest niet mag worden uitgegaan van een onpartijdige opstelling. Staatsraad Wissels is in het verleden advocaat geweest. Gelet op artikel 10a, eerste lid, van de Advocatenwet, is vereist dat een advocaat steeds partijdig is. Daarom zijn zowel wetgevingsjuristen als advocaten per definitie niet geschikt voor de functie van rechter, aldus [verzoeker].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:46
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Wraking
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202102334/2/A3

202102760/3/V6

[appellant] heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 4 maart 2021 in zaak nr. 20/1021. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft, op verzoek van de Afdeling met toepassing van artikel 8:45 van de Awb, de vertrouwelijke versies van een aantal gedingstukken overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:22
Datum uitspraak
6 januari 2022
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Nederlanderschap
  • uitspraakin de zaak202102760/3/V6

202101048/5/R2

Bij het besluit van 18 december 2020 hebben het college van gedeputeerde staten van Limburg het inpassingsplan "Uitbreiding VDL Nedcar" vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:31
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak202101048/5/R2

202105804/1/V1 en 202105804/2/V1

Bij besluit van 12 december 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:19
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105804/1/V1 en 202105804/2/V1

202105805/1/V1 en 202105805/2/V1

Bij besluit van 25 oktober 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:20
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202105805/1/V1 en 202105805/2/V1

202107659/2/V2

Bij besluit van 15 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:39
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107659/2/V2

202107788/2/V2

Bij besluit van 17 juni 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen, geweigerd hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen en geweigerd hem krachtens artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:18
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107788/2/V2

202107889/2/V2

Bij besluit van 4 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:15
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107889/2/V2

202108115/2/V2

Bij besluit van 30 juni 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:14
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108115/2/V2

202108132/2/V2

Bij besluiten van 28 februari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om aan hen een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:13
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108132/2/V2

202108134/2/V2

Bij besluit van 26 april 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, opnieuw afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:16
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108134/2/V2

202108188/2/V2

Bij besluit van 11 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:12
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108188/2/V2

202108207/2/V3

Bij besluit van 31 mei 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:33
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108207/2/V3

202006592/1/R4

Bij besluit van 24 september 2020 heeft de raad van de gemeente Winterswijk het bestemmingsplan "Jachthuisweg 18" vastgesteld. Het bestemmingsplan geldt uitsluitend voor het perceel aan de Jachthuisweg 18 te Winterswijk (hierna: het perceel). Op dit perceel is de manege van Stal Jachthuis gevestigd. Op grond van het voorheen op dit perceel geldende bestemmingsplan "Integrale herziening buitengebied Winterswijk" had het perceel de bestemming "Agrarisch - cultuurlandschap" met de dubbelbestemming "Waarde - Archeologische verwachting 4". Een manege was in dat bestemmingsplan niet toegestaan. Op grond van het bestemmingsplan, waarbij aan het perceel de bestemming "Sport" is toegekend, is het gebruik van het perceel als manege mogelijk gemaakt. [appellant] is de eigenaar van een tegenover het perceel gelegen perceel. Op het perceel van [appellant] staat een schuur. Hij komt op tegen het besluit van 24 september 2020, omdat hij bezwaren heeft tegen de aanwezigheid van de manege.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:23
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202006592/1/R4

202102356/1/R4

Bij besluit van 16 februari 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Montferland het wijzigingsplan "Zeddam, Delweg-Padevoortseallee" vastgesteld. Het besluit voorziet in een wijziging van het bestemmingsplan "Kom Zeddam" (hierna: het moederplan), waarbij de bestemming van een onbebouwd, met gras en struiken begroeid terrein dat ten oosten van de Roncallischool ingesloten ligt tussen de Delweg en de Padevoortseallee, wordt omgezet van "Maatschappelijk" met de gebiedsaanduiding "wro-zone - wijzigingsgebied-3" in de bestemming "Wonen". Deze wijziging maakt het planologisch mogelijk dat maximaal zes patiowoningen worden gebouwd op het terrein. Het college heeft bij het vaststellen van het wijzigingsbesluit gebruik gemaakt van de wijzigingsbevoegdheid die het moederplan in artikel 24.4 van de planregels aan het college toekent. [appellant] woont aan de Padevoortseallee, tegenover het terrein. Hij kan zich niet verenigen met het wijzigingsplan en heeft daartegen beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:24
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202102356/1/R4

202105451/1/R4

Bij besluit van 9 juli 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag zijn beslissing om op 14 juni 2021 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een doos die op 14 juni 2021 is aangetroffen naast een bovengrondse papierbak ter hoogte van de Vrouw Avenweg 694 in Den Haag. Het college is ervan uitgegaan dat [appellante] de doos verkeerd heeft aangeboden, omdat haar adres op het adreslabel op de doos staat. [appellante] betwist niet dat de doos van haar afkomstig is, maar stelt dat zij de doos in de papiercontainer heeft gedaan. Volgens haar moet de doos buiten haar schuld om naast de container zijn beland.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:25
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202105451/1/R4

202105883/1/R4

Bij besluit van 21 november 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag zijn beslissing om op 27 oktober 2020 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. Daarbij heeft het college vermeld dat een gedeelte van de kosten van de toepassing van bestuursdwang, te weten € 126,00, voor rekening van [appellante] komt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:27
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202105883/1/R4

202106180/1/R4

Bij besluit van 12 juli 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag zijn beslissing om op 16 juni 2021 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een doos die op 16 juni 2021 is aangetroffen naast een ondergrondse restafvalcontainer (hierna: ORAC) ter hoogte van het Hofwijckplein 8 in Den Haag. Het college is ervan uitgegaan dat [appellant] de doos verkeerd heeft aangeboden, omdat zijn naam en adres op het adreslabel op de doos staan. [appellant] betwist dat de aangetroffen doos van hem afkomstig is. Hij stelt dat hij nooit iets heeft besteld online. Hij vermoedt dat er fraude is gepleegd met zijn adres en naam.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:26
Datum uitspraak
5 januari 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202106180/1/R4

202106805/2/R3

Bij besluit 20 maart 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Oldambt geweigerd om [verzoekster] een omgevingsvergunning te verlenen voor het realiseren van een kinderopvang op het perceel [locatie 1] te Scheemda. [verzoekster] woont op het perceel en exploiteert hier [kinderopvang]. In de feitelijk al bestaande situatie worden zes kinderen opgevangen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. [verzoekster] wil de kinderopvang uitbreiden tot een kleinschalig kindercentrum (kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang) voor maximaal 10 kinderen in de leeftijd van 0 tot 13 jaar. Zij wil hiervoor de kantoorruimte gebruiken die aan haar woning grenst. Omdat een kinderopvang hier niet is toegestaan op grond van het bestemmingsplan, heeft [verzoekster] een omgevingsvergunning aangevraagd. Zij wil met haar verzoek bereiken dat het vergunningvoorschrift over het geluidwerend scherm wordt geschorst totdat de Afdeling uitspraak doet op haar hoger beroep.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:9
Datum uitspraak
4 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202106805/2/R3

202107347/2/R3

Bij besluit van 28 september 2021 heeft de raad van de gemeente Steenwijkerland het bestemmingsplan "Onna, Onnase Doodweg 2 - trafostation Steenwijk" vastgesteld. Ten zuidoosten van de kern Steenwijk en ten noorden van het dorp Onna ligt het transformatorstation Steenwijk-Onna, op de hoek van de Onnaweg en het Bedelaarspad. Het bestemmingsplan voorziet in aanpassingen en uitbreiding van het terrein van het bestaande transformatorstation in zuidelijke richting. Enexis wil hier gebouwde elektriciteitsvoorzieningen realiseren. Ook wenst Enexis twee bestaande transformatoren met een vermogen van 40 megavoltampère te vervangen door twee transformatoren met een vermogen van maximaal 90 MVA. [verzoeker] en anderen wonen in de omgeving van het plangebied op ongeveer 250 m afstand of meer. Zij verzetten zich tegen uitbreiding van het bestaande transformatorstation en vrezen vooral voor een verkeersonveilige situatie op het Bedelaarspad en een aantasting van het landschap.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:10
Datum uitspraak
4 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak202107347/2/R3

202200006/2/V3

Bij besluit van 17 augustus 2021 heeft de staatssecretaris Bij besluit van 17 augustus 2021 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:17
Datum uitspraak
4 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202200006/2/V3

202101105/1/V1

Bij besluit van 22 november 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:1
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202101105/1/V1

202103524/1/V2

Bij besluit van 13 april 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:3
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202103524/1/V2

202106824/1/V2

Bij besluit van 11 december 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202106824/1/V2

202107777/1/V1 en 202107777/2/V1

Bij besluit van 21 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:8
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107777/1/V1 en 202107777/2/V1

202107794/1/V1

Bij besluit van 14 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:7
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107794/1/V1

202107826/1/V1 en 202107826/2/V1

Bij besluit van 19 april 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:6
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107826/1/V1 en 202107826/2/V1

202107970/2/V2

Bij besluit van 1 mei 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:5
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107970/2/V2

202108100/2/V2

Bij besluit van 13 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:4
Datum uitspraak
3 januari 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108100/2/V2

202106135/2/R1, 202106138/2/R1 en 202106201/2/R1

Bij besluit van 7 juli 2021 heeft de raad van de gemeente Gooise Meren het bestemmingsplan "Buurtschap Crailo" vastgesteld. Bij besluit van 7 juli 2021 heeft de raad van de gemeente Laren het bestemmingsplan "Buurschap Crailo" vastgesteld. Bij besluit van 6 juli 2021 heeft de raad van de gemeente Hilversum het bestemmingsplan "Buurtschap Crailo" vastgesteld. Crailo is een voormalig defensieterrein dat is gelegen op gezamenlijk grondgebied van de gemeenten Gooise Meren, Laren en Hilversum. Deze gemeenten hebben ieder voor hun eigen grondgebied een bestemmingsplan vastgesteld waarbij wordt uitgegaan van een integrale ontwikkeling voor Crailo, met onder meer bedrijvigheid en de bouw van maximaal 590 woningen. GEM Crailo B.V. is eigenaar en ontwikkelaar van het overgrote deel van het plangebied, dat circa 40 hectare omvat. De bestemmingsplannen hebben een verbrede reikwijdte op grond van de Crisis- en herstelwet.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3032
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202106135/2/R1, 202106138/2/R1 en 202106201/2/R1

202107158/1/R1

Bij besluit van 13 oktober 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zundert een last onder bestuursdwang opgelegd aan [verzoeker] vanwege bodemverontreiniging. [verzoeker] is eigenaar van een perceel en een aantal naastgelegen percelen, die samen een bebouwd en geheel omheind terrein gelegen tussen de Hellegatweg en de Pater Taksweg te Rijsbergen vormen. Na meldingen over stank in de omgeving van een watergang haaks gelegen op de Pater Taksweg, heeft het Waterschap Brabantse Delta onderzoek ingesteld. Omdat dit onderzoek uitwees dat het ging om zeer hoge waarden aan vluchtige, mogelijk drugsgerelateerde stoffen, heeft het waterschap een water(bodem)onderzoek laten uitvoeren. Naar aanleiding hiervan stelt het college zich op het standpunt dat als gevolg van de lozing/dumping van bodem verontreinigde stoffen op het terrein van [verzoeker] nadelige gevolgen voor het milieu en de omgeving zijn ontstaan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3034
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Milieu - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202107158/1/R1

202107192/1/R1 en 202107192/2/R1

Bij besluit, bekendgemaakt op 11 augustus 2021, heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam besloten tot aanwijzing van onder meer locatie 1.051 ter hoogte van Bergselaan 328 te Rotterdam voor het plaatsen van een ondergrondse restafvalcontainer. [appellante] is met haar bedrijf als gecertifieerde leverancier van medische artikelen op het adres [locatie] te Rotterdam gevestigd in de nabijheid van de locatie. Ter zitting is gebleken dat inmiddels is begonnen met voorbereidende werkzaamheden tot plaatsing van de ondergrondse container op een parkeerplaats. [appellante] kan zich niet met de aanwijzing van de locatie verenigen, omdat zij vreest voor belemmering in de bereikbaarheid en toegankelijkheid van haar bedrijf voor klanten die slecht ter been zijn als gevolg van de geplaatste container. Het college betoogt dat het beroep van [appellante] niet-ontvankelijk is, omdat het buiten de termijn waarbinnen beroep kon worden ingesteld bij de Afdeling is ingediend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3033
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202107192/1/R1 en 202107192/2/R1

202107417/2/V2

Bij besluit van 30 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3035
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107417/2/V2

202107839/2/V3

Bij besluit van 14 december 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3036
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202107839/2/V3

202108041/2/V3

Bij besluit van 21 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, buiten behandeling gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3038
Datum uitspraak
31 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108041/2/V3

202107598/2/V3

Bij besluit van 1 juli 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid vastgesteld dat de vreemdeling geen verblijfsrecht als gemeenschapsonderdaan in Nederland meer heeft.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3031
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107598/2/V3

202107729/2/V2

Bij besluit van 29 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3030
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107729/2/V2

202107803/2/V3

Bij besluit van 26 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3029
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107803/2/V3

202107855/2/V1

Bij besluit van 16 oktober 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdelingen om hun een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3028
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107855/2/V1

202107895/2/V1

Bij besluit van 21 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3027
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107895/2/V1

202108006/2/V3

Bij besluiten van 22 februari 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3026
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108006/2/V3

202108136/2/V1

Bij besluit van 20 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3037
Datum uitspraak
30 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202108136/2/V1

202107859/2/V2

Bij besluit van 15 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:2999
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107859/2/V2

202107880/2/V2

Bij besluit van 11 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:2998
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107880/2/V2

202107929/1/V3

Bij besluit van 18 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling een vrijheidsontnemende maatregel opgelegd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:2997
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107929/1/V3

201901888/2/R3

Bij tussenuitspraak van 31 maart 2021, ECLI:NL:RVS:2021:664 (hierna: de tussenuitspraak), heeft de Afdeling de raad van de gemeente Enschede binnen 26 weken na de verzending van deze tussenuitspraak de daar omschreven gebreken in het besluit van de raad van de gemeente Enschede van 17 december 2018 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Noordwest - Christinalust" te herstellen. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak, onder 5.4.2, overwogen dat de raad zich door het ontbreken van een daartoe strekkende deugdelijke motivering niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de door het plan mogelijk gemaakte padenstructuur en ophoging niet zullen leiden tot een significante aantasting van de wezenlijke kenmerken en waarden, of tot een significante vermindering van de oppervlakte van die gebieden, of van de samenhang tussen die gebieden, als bedoeld in artikel 2.7.3, vierde lid, van de Omgevingsverordening Overijssel 2017 van 26 september 2018.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3007
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak201901888/2/R3

202000354/1/R4

Bij besluit van 12 november 2019 hebben de minister van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit en de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat aan Stichting Greenpeace Council een vergunning verleend krachtens de Wet bescherming Antarctica voor het verrichten van activiteiten in het Antarctisch gebied. De vergunning is verleend voor expedities van Greenpeace naar het Antarctisch gebied, bestaande uit drie afzonderlijke reizen, waarvan twee met de Esperanza en één met de Arctic Sunrise. In de vergunning staat dat bij het Antarctische schiereiland flora en fauna zullen worden gefilmd, gefotografeerd en gedocumenteerd. Daarnaast worden er twee kleinschalige, tijdelijke onderzoeksstations opgericht van waaruit meteorologisch en ecologisch onderzoek wordt uitgevoerd. Vanaf het schip worden plastics en "eDNA" verzameld en wordt de aanwezigheid van zeezoogdieren gemonitord. Ook wordt Greenpeace mogelijk uitgenodigd door een schip dat op krill vist om de werkwijze te bestuderen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3020
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Milieu - Overige
  • uitspraakin de zaak202000354/1/R4

202000861/1/A2

Bij besluit van 2 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch kenbaar gemaakt vijf nieuwe bushaltes aan te leggen en vijf bushaltes op te heffen in ’s-Hertogenbosch. In artikel 20 van de Wegenverkeerswet 1994 is bepaald dat een belanghebbende tegen een verkeersbesluit tot plaatsing of verwijdering van verkeerstekens en onderborden of tot het treffen van maatregelen op of aan de weg ter regeling van het verkeer beroep kan instellen bij de rechtbank. Het gaat in deze zaak om de vraag of [appellant sub 1] en anderen en [appellant sub 2] en anderen belanghebbenden zijn bij het verkeersbesluit. In het verkeersbesluit heeft het college overwogen dat de bussen van openbaar vervoersbedrijf Arriva op 10 december 2017 gaan rijden volgens een nieuwe dienstregeling. De wijziging in de busroute heeft volgens het college gevolgen voor een aantal bushaltes in de stad.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3004
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202000861/1/A2

202002389/1/R3

Bij besluit van 17 januari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht de aanvraag van [appellante] om een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan op het perceel [locatie] te Dordrecht afgewezen. [appellante] is huurder van het pand aan de [locatie]1 te Dordrecht, waar zij het [bedrijf] exploiteert. [appellante] gebruikt het pand op het perceel ten behoeve van een dienstverlenende functie. Dit is in strijd met het bestemmingsplan "Historische Binnenstad", vastgesteld op 22 februari 2011. In dat bestemmingsplan is aan de gronden het perceel de bestemming "Centrum" toegekend. Op grond van artikel 4, lid 4.4, aanhef en onder a, van de planregels mag de begane grond van het pand uitsluitend worden gebruikt ten behoeve van detailhandel en dus niet ten behoeve van dienstverlening. [appellante] heeft daarom op 22 november 2017 een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3013
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak202002389/1/R3

202002949/1/A2

Bij besluit van 1 februari 2018, gewijzigd bij besluit van 13 november 2018, heeft het college van burgemeester en wethouders van Losser aan [appellant] een tegemoetkoming in planschade toegekend van € 4.950, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 26 juli 2017 tot aan de dag van uitbetaling, en bepaald dat het door [appellant] betaalde drempelbedrag van € 300 wordt teruggestort en de toegekende tegemoetkoming wordt verhaald op [bedrijf] op grond van de tussen [bedrijf] en de gemeente gesloten planschadevergoedingsovereenkomst. [appellant] is sinds 20 februari 2009 eigenaar van het achterhuis van de woonboerderij met bijgebouw op het perceel aan de [locatie 1] in De Lutte. Hij heeft bij aanvraagformulier van 24 juli 2017 een aanvraag om een tegemoetkoming in planschade ingediend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3002
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202002949/1/A2

202003024/2/R1

Bij tussenuitspraak van 28 april 2021, ECLI:NL:RVS:2021:891, heeft de Afdeling de raad van de gemeente Haarlem opgedragen om binnen 20 weken na verzending van de tussenuitspraak het daarin omschreven gebrek in het besluit van 9 april 2020 tot vaststelling van het bestemmingsplan "De Koepel" te herstellen. Het bestemmingsplan dat de raad op 9 april 2020 heeft vastgesteld, heeft betrekking op de herontwikkeling van het terrein van de voormalige Koepelgevangenis aan de Oostvest te Haarlem. Het college heeft bij besluit van 9 april 2020 een omgevingsvergunning verleend voor het verbouwen van het Koepelgebouw. Het college heeft verder bij besluit van 5 maart 2020 hogere waarden als bedoeld in artikel 110a van de Wet geluidhinder vastgesteld voor in het plangebied te realiseren woningen. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling overwogen dat het bestemmingsplan wat de parkeerbehoefte van de voorziene ontwikkeling betreft niet zorgvuldig is voorbereid en niet berust op een deugdelijke motivering.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3000
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202003024/2/R1

202004024/1/A3

Bij besluit van 1 juni 2017 heeft de burgemeester van Groningen een aanvraag van [appellanten sub 2] (hierna in enkelvoud: [appellant sub 2]) om verlening van een vergunning voor een seksbedrijf afgewezen. [appellant sub 2] is de eigenaar van een seksbedrijf dat al twintig jaar bestaat. Hij heeft vanwege een wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Groningen 2009 de burgemeester op 28 september 2016 verzocht een vergunning af te geven om een seksbedrijf uit te oefenen. Dat wil hij doen aan [7 locaties] te Groningen. Die panden zijn eigendom van [partij] en worden aan [appellant sub 2] verhuurd via twee aan [partij] gelieerde bedrijven. De burgemeester heeft de aanvraag bij het besluit van 1 juni 2017 afgewezen en die afwijzing bij het besluit van 30 mei 2018 gehandhaafd. Volgens hem is [appellant sub 2] niet de exploitant van het seksbedrijf als bedoeld in artikel 3:2 van de APVG 2009. Volgens de burgemeester wordt het seksbedrijf immers niet voor zijn rekening en risico uitgeoefend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3024
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202004024/1/A3

202004084/1/A3

Bij besluit van 10 augustus 2017 heeft de burgemeester van Groningen een aanvraag van [appellant sub 2] om verlening van een vergunning voor een seksbedrijf afgewezen. [appellant sub 2] heeft sinds 2009 een seksbedrijf geëxploiteerd in Groningen en huurt de panden waarin dat seksbedrijf zit van [partij]. [appellant sub 2] heeft de burgemeester verzocht hem een nieuwe vergunning voor de seksinrichting op de [locatie 1] af te geven. [appellant sub 2] heeft ook seksinrichtingen op de locaties [locatie 2], [locatie 3] en [locatie 4]. Omdat de Algemene Plaatselijke Verordening Groningen 2009 op 1 juni 2016 is gewijzigd, moest elke exploitant voor 14 december 2016 een nieuwe aanvraag voor een seksbedrijf indienen. [appellant sub 2] heeft de burgemeester daarnaast medegedeeld dat hij ook op [locatie 5] en [locatie 6] een seksbedrijf wil uitoefenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3023
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202004084/1/A3

202004113/1/R3

Bij besluit van 11 juni 2020 heeft de raad van de gemeente Ommen het bestemmingsplan "Buitengebied, herziening Hammerweg 64" vastgesteld. Het plan voorziet onder meer in de bouw van een nieuwe woning op het perceel Hammerweg 64 te Ommen in verband met de sloop van de ter plaatse aanwezige agrarische bedrijfsbebouwing. Net als in het vorige bestemmingsplan, is aan de gronden van het plangebied de gebiedsaanduiding "Vrijwaringszone - Molenbiotoop" toegekend. Stichting Ommer Molens is beheerder van onder meer de Besthmenermolen aan de Hammerweg 59a te Ommen. Zij komt op voor het behoud van onder meer deze molen en vreest dat door de op grond van het bestreden plan maximaal toegestane bouwhoogte van 10 m voor de woning en 8 m voor bijgebouwen en overkappingen de windvang voor de molen wordt beïnvloed.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2021:3009
Datum uitspraak
29 december 2021
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak202004113/1/R3
vorige pagina1...178179180...1.206volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon