Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 121.787
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

202200148/1/A2

Bij besluit van 23 april 2020 heeft de RDW naar aanleiding van een verzoek van [wederpartij] de tenaamstelling van het voertuig met kenteken [..-..-..] met ingang van die datum vervallen verklaard. [wederpartij] is vennoot van de [vennootschap onder firma] en werkzaam als taxichauffeur. Hij heeft op 21 april 2020 verzocht om de tenaamstelling van het voertuig, een taxi, met terugwerkende kracht vervallen te verklaren. Op 3 juli 2017 heeft [wederpartij] het voertuig bij een autobedrijf in Duitsland ingeruild voor een touringcar met kenteken [..-…-.]. Op 15 augustus 2017 heeft hij de touringcar laten keuren bij het RDW-keuringsstation Schiedam. De rechtbank heeft geoordeeld dat [wederpartij] aannemelijk heeft gemaakt dat hij op 15 augustus 2017 de papieren en kentekenplaten van het voertuig bij het keuringsstation heeft ingeleverd en dat de RDW zich onder die omstandigheid niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat zich hier geen uitzonderlijk geval voordoet.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:3034
Datum uitspraak
19 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202200148/1/A2

202200161/1/R1

Bij besluit van 21 december 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Midden-Delfland onder meer de locatie ter hoogte van [locatie] (locatie DX-8) in Den Hoorn aangewezen als clusterplaats voor minicontainers voor huishoudelijk afval. [appellant] woont aan [locatie] en kan zich niet verenigen met de aanwijzing van deze locatie voor zijn woning. Bij de keuze van een locatie voor een clusterplaats voor minicontainers moet het college een afweging maken van alle belangen die betrokken zijn bij de vaststelling van het locatieplan. Daarbij heeft het college beleidsruimte. De Afdeling beoordeelt, aan de hand van de beroepsgronden, of de nadelige gevolgen van de aanwijzing van de locatie niet onevenredig zijn in verhouding tot de met de aanwijzing te dienen doelen. Daarbij beoordeelt zij of het college de locatie geschikt heeft mogen achten voor de clustering.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:3035
Datum uitspraak
19 oktober 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202200161/1/R1

202200347/1/R1

Bij besluit van 22 december 2021 heeft het dagelijks bestuur van de Regio Gooi en Vechtstreek de locatie aangeduid met de locatiecode WE5.2, aangewezen als afvalvoorziening voor de inzameling van huishoudelijke afval- en grondstoffen. Het algemeen bestuur van de Regio Gooi en Vechtstreek heeft op 7 april 2016 ingestemd met het aanpassen van de structuur van inzameling van afvalstoffen. Een onderdeel van die aanpassing is om bij laagbouw met beperkte ruimte, hoogbouw en in centrumgebieden afval- en grondstofstromen gescheiden in te zamelen met behulp van verzamelcontainers. In het bestreden besluit heeft het dagelijks bestuur de locatie WE5.2 tegenover Nieuwstraat 39 nabij de kruising met Het Grote Plein in Weesp aangewezen voor de plaatsing van vier containers voor de inzameling van huishoudelijke afval- en grondstoffen. Dit zijn drie ondergrondse afvalcontainers, waarvan twee voor restafval en één voor papier, en een bovengrondse container.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2998
Datum uitspraak
19 oktober 2022
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202200347/1/R1

202200609/1/A3

Bij besluit van 14 juli 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg ambtshalve in de basisregistratie Personen het gegeven van vertrek van [appellant] uit Nederland opgenomen. [appellant] stond in de brp ingeschreven op het adres [locatie] in Tilburg. Naar aanleiding van de inschrijving van een nieuw gezin bestaande uit vijf personen op dit adres is het college een onderzoek gestart naar de verblijfplaats van [appellant]. Op 2 april 2020 is de woning bezocht door twee toezichthouders. Zij hebben vastgesteld dat de woning vier slaapkamers heeft. Twee slaapkamers waren in gebruik als slaapkamer voor de ouders en grootouders, één kamer werd nog verbouwd tot slaapkamer voor het kind en één kamer was een rommelkamer. Van de verschillende kamers zijn foto’s gemaakt. Verder heeft de huurster tijdens het huisbezoek verklaard dat [appellant] niet in de woning woont.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:3000
Datum uitspraak
19 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Basisregistratie
  • uitspraakin de zaak202200609/1/A3

202200893/1/R2

Bij besluit van 14 december 2021 heeft de raad van de gemeente Helmond het bestemmingsplan "Molenbunders II" vastgesteld. Het bestemmingsplan voorziet in de bouw van 12 vrijstaande woningen en een appartementencomplex met maximaal 24 appartementen en een ondergrondse parkeerkelder. Ook maakt het plan de aanleg van een nieuwe ontsluitingsweg en de aanleg van groenvoorzieningen rond de woningen en het appartementencomplex mogelijk. Het plangebied ligt ten noorden van de Europaweg in Helmond. De nieuwe woningen zijn gepland ten oosten van de Goorloop. Dit is een waterloop die onderdeel uitmaakt van de provinciale ecologische verbindingszone. [appellant] en anderen wonen in de omgeving van het plangebied. Zij kunnen zich niet met het plan verenigen. Zij vrezen voor een aantasting van hun woon- en leefklimaat. Volgens appellanten zijn de bij het plan betrokken belangen niet op een juiste manier afgewogen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:3031
Datum uitspraak
19 oktober 2022
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202200893/1/R2

202100675/1/V1

Bij besluit van 9 oktober 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de aan de vreemdeling verleende verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd ingetrokken en de vreemdeling ongewenst verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2984
Datum uitspraak
18 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202100675/1/V1

202101796/1/V2

Bij besluit van 3 februari 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2991
Datum uitspraak
18 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202101796/1/V2

202104291/1/V3

Bij besluit van 10 augustus 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2983
Datum uitspraak
18 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202104291/1/V3

202204461/2/R3

Bij besluit van 22 februari 2022 heeft de raad van de gemeente Noordwijk het bestemmingsplan "Bronsgeest 2021" vastgesteld. Het plangebied is gelegen ten oosten van de woonwijk Noordwijk-Binnen en is een agrarisch gebied. Het plan bevat onder meer een nog uit te werken woonbestemming ten behoeve van de bouw van woningen op de zuidwestelijke zijde van het plangebied. Het plan voorziet daar met de bestemming "Woongebied - Uit te werken" in de bouw van maximaal 350 (zorg)woningen. De stichting en de werkgroep kunnen zich niet verenigen met de bestemming "Woongebied - Uit te werken". Zij hebben verzocht om schorsing van dit plandeel om te voorkomen dat kan worden aangevangen met voorbereidende werkzaamheden, waaronder het bouwrijp maken van de gronden, en het bouwen van de woningen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2987
Datum uitspraak
18 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202204461/2/R3

202204542/2/R3

Bij besluit van 17 mei 2022 heeft het college van burgemeester en wethouders van Barendrecht het wijzigingsplan "Natuurgoed Ziedewij" vastgesteld. Het wijzigingsplan ziet op de realisatie van Natuurgoed Ziedewij. Aan de gronden van het plangebied is grotendeels de bestemming "Recreatie - Natuur" toegekend. Op deze gronden zijn onder meer extensieve dagrecreatie, verblijfsrecreatie voor ten hoogste 50 personen, een werkhof, een recreatiehof en een parkeerterrein toegestaan op grond van artikel 3.1, aanhef en onder b, c, d, e en f van de planregels. [verzoeker] en anderen wonen aan [7 locaties] te Barendrecht. Zij verwachten dat de beoogde ontwikkeling van het plangebied grote negatieve gevolgen zal hebben voor hun woon- en leefklimaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2986
Datum uitspraak
18 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202204542/2/R3

202205212/2/R3

Bij besluit van 11 december 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag aan BRECOD Den Haag Maanplein II B.V. een omgevingsvergunning verleend voor het realiseren van een woontoren op het perceel aan het Maanplein 110 te Den Haag en het uitbreiden van de parkeergarage aan het Maanplein 128 t/m 133. Op 28 juli 2020 heeft BRECOD een omgevingsvergunning aangevraagd voor het realiseren van een woontoren met hierin 183 woningen, 300 m² detailhandel, 299 m² maatschappelijke dienstverlening en een parkeergarage op het perceel aan het Maanplein 110 te Den Haag. De aanvraag ziet ook op het uitbreiden van de parkeergarage aan het Maanplein 128 t/m 133. Het verzoek richt zich op de vergunning voor de activiteiten op het perceel Maanplein 110. Het college heeft een omgevingsvergunning verleend voor de activiteiten "bouwen" en "handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening". [verzoeker] woont aan de [locatie] te Voorburg.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2992
Datum uitspraak
18 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202205212/2/R3

202205891/1/V3 en 202205891/2/V3

Bij besluit van 6 september 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2990
Datum uitspraak
18 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205891/1/V3 en 202205891/2/V3

202006256/1/V2

Bij besluit van 17 april 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2974
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202006256/1/V2

202102220/1/V2

Bij besluit van 9 november 2020, aangevuld op 22 december 2020, heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2975
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202102220/1/V2

202104995/1/V2

Bij besluit van 1 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard en een verzoek van de vreemdeling om heroverweging van het eerdere besluit van 8 maart 2018, waarbij de staatssecretaris geweigerd heeft hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2976
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104995/1/V2

202105587/1/V2

Bij besluit van 7 september 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2977
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202105587/1/V2

202106492/1/V2

Bij besluit van 2 september 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de aan de vreemdeling verleende verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd ingetrokken, hem opgedragen de Europese Unie onmiddellijk te verlaten en tegen hem een inreisverbod uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2978
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202106492/1/V2

202202894/1/V3

Bij besluit van 28 juni 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2979
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202202894/1/V3

202203014/3/R1

Bij besluit van 5 mei 2022 heeft het college van burgemeester en wethouders van Bergen (NH) aan Bot Bouw Initiatief B.V. een omgevingsvergunning verleend voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van het slopen van bestaande bebouwing en het realiseren van nieuwbouw met 20 woningen, detailhandel met horeca en een ondergrondse parkeergarage met 46 parkeerplekken op het Plein (sectie C2309) in Bergen. [verzoeker] verzet zich tegen de voorziene ontwikkeling die met de verleende omgevingsvergunningen mogelijk wordt gemaakt. [verzoeker A] en [verzoeker B] zijn gezamenlijk eigenaar van de panden op de naast het projectgebied gelegen percelen [locatie A] en [locatie B]. Hun zoon, [verzoeker C], is exploitant van het restaurant [naam restaurant] dat is gevestigd aan de [locatie A]. [verzoeker] verzoekt om schorsing van de twee verleende afwijkingsvergunningen totdat de Afdeling uitspraak heeft gedaan in de hoofdzaak.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2973
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202203014/3/R1

202203758/1/V2

Bij besluit van 10 augustus 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2968
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202203758/1/V2

202205409/2/V3

Bij besluit van 1 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2965
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205409/2/V3

202205552/1/V2 en 202205552/2/V2

Bij besluit van 4 maart 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2980
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205552/1/V2 en 202205552/2/V2

202205666/1/V3

Bij besluit van 1 september 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2963
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202205666/1/V3

202205816/1/V3

Bij besluit van 9 juni 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling opgedragen de Europese Unie binnen 28 dagen te verlaten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2981
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202205816/1/V3

202205819/1/V3

Bij besluit van 26 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, ingewilligd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2982
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205819/1/V3

202205906/1/V3 en 202205906/2/V3

Bij besluit van 8 september 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2988
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205906/1/V3 en 202205906/2/V3

202205948/2/V2

Bij besluit van 3 februari 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2985
Datum uitspraak
17 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205948/2/V2

202006649/1/V2

Bij besluit van 12 oktober 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2971
Datum uitspraak
14 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202006649/1/V2

202104243/1/V2

Bij besluit van 21 mei 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2969
Datum uitspraak
14 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202104243/1/V2

202104726/1/V1

Bij besluit van 5 september 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdelingen een machtiging tot voorlopig verblijf (hierna: mvv) te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2960
Datum uitspraak
14 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202104726/1/V1

202105628/7/R1

Bij besluit van 19 juli 2021 heeft de minister, op een verzoek daartoe van TenneT TSO B.V., krachtens artikel 2, vijfde lid, van de Belemmeringenwet Privaatrecht aan de in het besluit genoemde rechthebbenden een plicht opgelegd tot het gedogen van de aanleg en instandhouding van de hoogspanningsverbinding Zuid-West 380kV-West-Borssele-Rilland (ZWW) met bijkomende werken op de in het besluit vermelde percelen, zoals op de als bijlage bij het besluit aangehechte situatietekening is aangegeven. Op 8 november 2021 is TenneT aangevangen met de werkzaamheden voor de aanleg van de hoogspanningsverbinding op de percelen van [verzoeker]. De werkzaamheden, waarbij een hoogspanningsmast op één van zijn percelen wordt geplaatst, vinden momenteel nog steeds plaats. Daarom is naar het oordeel van de voorzieningenrechter sprake van een spoedeisend belang bij de gevraagde voorziening.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2967
Datum uitspraak
14 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Overige
  • uitspraakin de zaak202105628/7/R1

202203532/1/A3 en 202203532/2/A3

Bij besluit van 26 maart 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag de door [verzoekster] gevraagde urgentieverklaring geweigerd. [verzoekster] en [persoon] zijn samen ouders van inmiddels vier kinderen. Zij woonden samen in Den Haag. Na de geboorte van hun oudste zoon, [zoon], is [verzoekster] naar Amsterdam verhuisd om nabij het ziekenhuis te zijn waar [zoon] werd behandeld. Zij heeft in Amsterdam een woning gekregen op grond van medische urgentie. Die woning is geschikt voor haar en [zoon] en haar andere kinderen. [zoon] heeft ernstige hersenbeschadiging en beperkingen op motorisch en verstandelijk gebied. [verzoekster] heeft op grond van artikel 4:6, eerste lid, aanhef en onder b, van de Huisvestingsverordening een urgentieverklaring voor woonruimtebemiddeling gevraagd op de urgentiegrond mantelzorg. Zij wil met voorrang een woning in Den Haag, omdat de vader en tante van [zoon] daar ook wonen. Zij wil dichtbij de mantelzorgers wonen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2970
Datum uitspraak
14 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202203532/1/A3 en 202203532/2/A3

202205728/2/V2

Bij besluit van 10 juni 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2962
Datum uitspraak
14 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205728/2/V2

202103593/1/V1

Bij besluit van 20 april 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem krachtens artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2957
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202103593/1/V1

202105700/1/V2

Bij besluit van 12 augustus 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2961
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202105700/1/V2

202106592/1/V1

Bij besluit van 27 december 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdelingen een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2959
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202106592/1/V1

202107570/1/V3

Bij besluit van 26 juni 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2917
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107570/1/V3

202107624/1/V1

Bij besluit van 2 november 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2958
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202107624/1/V1

202205157/1/V3

Bij besluit van 3 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2955
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202205157/1/V3

202205371/1/V3

Bij besluit van 16 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2954
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202205371/1/V3

202205507/1/V3

Bij besluit van 24 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2953
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202205507/1/V3

202205584/2/V3

Bij besluit van 17 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2964
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205584/2/V3

202205707/1/V3 en 202205707/2/V3

Bij besluit van 25 februari 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2952
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205707/1/V3 en 202205707/2/V3

202205803/1/V3 en 202205803/3/V3

Bij besluit van 12 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard en haar opgedragen zich onmiddellijk naar het grondgebied van Cyprus te begeven.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2948
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205803/1/V3 en 202205803/3/V3

202000776/4/A2

Ten aanzien van zaak nr. 202000776/3/A2, die op 21 oktober 2022 op zitting zal worden behandeld, heeft staatsraad Scholten-Hinloopen, die als lid van de enkelvoudige kamer belast is met de behandeling van deze zaak, op 11 oktober 2022 het verzoek gedaan zich te mogen verschonen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2945
Datum uitspraak
13 oktober 2022
  • Verschoning
  • Geld
  • uitspraakin de zaak202000776/4/A2

202106051/1/V2

Bij besluit van 16 maart 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2908
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202106051/1/V2

202106878/1/V3

Bij besluit van 6 oktober 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem krachtens artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2912
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202106878/1/V3

202202474/1/V3 en 202202932/1/V3

Bij besluiten van 1 april 2022 heeft de staatssecretaris de vreemdeling opgedragen de Europese Unie onmiddellijk te verlaten en hem in vreemdelingenbewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2918
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202202474/1/V3 en 202202932/1/V3

202202546/1/V3

Bij besluit van 7 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2956
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202202546/1/V3

202203724/2/R3

Bij besluit van 19 april 2022 heeft de raad van de gemeente Zuidplas het bestemmingsplan "[tuincentrum] te Zevenhuizen" vastgesteld. Vast is komen te staan dat [partij] en anderen zo snel mogelijk willen beginnen met de realisatie van de uitbreiding van het tuincentrum op de locatie [locatie] te Zevenhuizen, waarin het bestemmingsplan voorziet, en dat zij op korte termijn zullen overgaan tot het indienen van een aanvraag om omgevingsvergunning voor die ontwikkeling.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2910
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202203724/2/R3

202204417/1/V2

Bij besluit van 21 juni 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2915
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202204417/1/V2

202205664/2/V2

Bij besluit van 15 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2947
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205664/2/V2

202205762/1/V1 en 202205762/2/V1

Bij besluit van 25 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2911
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205762/1/V1 en 202205762/2/V1

202205763/1/V1

Bij besluit van 9 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2907
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205763/1/V1

202205822/1/V3 en 202205822/2/V3

Bij besluit van 31 augustus 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2949
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205822/1/V3 en 202205822/2/V3

202205844/2/V2

Bij besluit van 12 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2951
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205844/2/V2

202205854/2/V3

Bij besluit van 5 september 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2950
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205854/2/V3

202006288/1/A3

Bij besluit van 8 mei 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag een aanvraag van [appellante] om een voorrangsverklaring afgewezen. [appellante] heeft een aanvraag ingediend voor een voorrangsverklaring. Zij huurt sinds 30 november 2016 de woning aan de [locatie] in Den Haag van de gemeente Den Haag. Zij woont daar met haar gezin, dat ten tijde van de aanvraag bestond uit haarzelf, haar echtgenoot en haar twee kinderen. [appellante] heeft de aanvraag ingediend omdat sprake is van onderhoudsklachten, wateroverlast, vocht- en schimmelproblematiek en ongedierte in de woning. Zij wil door middel van een voorrangsverklaring met voorrang een andere woning krijgen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2928
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202006288/1/A3

202101197/1/A3

Bij besluit van 2 december 2019 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat [bedrijf] een boete van € 20.750,00 opgelegd wegens het niet-registreren van de rust- en arbeidstijden op grond van de Arbeidstijdenwet. Bij besluit van 2 december 2019 heeft de minister [bedrijf] een boete van € 20.750,00 opgelegd wegens het niet-registreren van de rust- en arbeidstijden op grond van de Arbeidstijdenwet. Aan de boeteoplegging heeft hij een door toezichthouders van de Inspectie Leefomgeving en Transport (hierna: ILT) opgesteld boeterapport van 24 mei 2019 ten grondslag gelegd. Het boeterapport vermeldt dat de werknemers [werknemer 1], [werknemer 2] en [werknemer 3] in de periode 16 april 2018 tot 13 mei 2018 op 34 dagen vervoerswerkzaamheden voor het koeriersbedrijf [bedrijf] hebben verricht zonder dat [bedrijf] op die dagen hun arbeids- en rusttijden heeft geregistreerd. De minister heeft daarom vastgesteld dat [bedrijf] als werkgever 34 maal artikel 4:3, eerste lid, van de Atw heeft overtreden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2921
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak202101197/1/A3

202101648/1/A2

Bij besluit van 7 januari 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam de aanvraag van [appellante] om schulddienstverlening afgewezen. Op grond van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening is het college verantwoordelijk voor de schuldhulpverlening aan de inwoners van zijn gemeente. Het college heeft ter uitvoering van die taak de Beleidsregels schulddienstverlening Rotterdam 2016 (Herziene versie) (hierna: de Beleidsregels) vastgesteld. [appellante] heeft eerder in 2014 een aanvraag ingediend. Die aanvraag is destijds toegewezen. Het schulddienstverleningstraject is echter tussentijds beëindigd omdat [appellante] niet had gemeld dat zij een periode had gewerkt. Ook in 2017 heeft [appellante] een aanvraag voor schulddienstverlening gedaan. Deze aanvraag is afgewezen omdat [appellante] meerdere fraudevorderingen had bij de gemeente.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2926
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak202101648/1/A2

202102197/1/R3

Bij besluit van 10 september 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tytsjerksteradiel het verzoek van [appellant] om handhavend op te treden tegen de bedrijfsactiviteiten op het perceel aan de [locatie 1] in Gytsjerk, afgewezen. [appellant] woont aan de [locatie 2] in Gytsjerk. Bij brief van 16 juli 2018 heeft hij het college verzocht om handhavend op te treden tegen de bedrijfsactiviteiten op het perceel van zijn buurman [partij] aan de [locatie 1] in Gytsjerk. [partij] exploiteert een eenmanszaak onder de handelsnaam "[appellant] grondverzet, handel en machineverhuur". [appellant] vermeldt in zijn handhavingsverzoek dat op het perceel handelsactiviteiten plaatsvinden, bestaande uit de verkoop van materiaal voor bestrating en zand. Ook wordt volgens hem groot materiaal, zoals (mini-) kranen, op de oprit gestald en worden er met grote regelmaat in de vroege ochtenduren machines vanaf het perceel op aanhangers geladen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2925
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202102197/1/R3

202102372/1/R3

Bij besluit van 2 oktober 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tynaarlo aan [vergunninghouder] een omgevingsvergunning verleend voor het plaatsen van een opbouw op een bestaande aanbouw op het perceel [locatie A] te Zuidlaren. [appellante] woont op het perceel [locatie B]. Dit perceel ligt naast het betrokken perceel. Zij kan zich niet verenigen met de verlening van de omgevingsvergunning voor de bouw van de opbouw. Volgens haar leidt deze opbouw tot schaduwwerking op haar woning. Dit heeft tot gevolg dat zij financiële schade ondervindt vanwege een verminderde opbrengst van de op haar woning geplaatste zonnepanelen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2934
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202102372/1/R3

202102732/1/R3

Bij afzonderlijke besluiten van 20 augustus 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Schiedam [appellanten] onder oplegging van een dwangsom gelast om de bedrijfsactiviteiten op het perceel aan de [locatie] in Schiedam binnen vier maanden te (laten) staken en gestaakt te houden. [appellant A] is eigenaar van het perceel aan de [locatie] in Schiedam (hierna: het perceel). [appellant A] verhuurt het perceel aan [appellant B], die het perceel gebruikt voor de exploitatie van het stallen van auto’s en bestelbussen die bestemd zijn voor export naar het buitenland. Omdat dit gebruik volgens het college in strijd is met het bestemmingsplan "Kethelse Venen", heeft het college [appellant A] en [appellant B] een last onder dwangsom opgelegd vanwege strijd met artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2923
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202102732/1/R3

202102826/1/A3

Bij besluit van 2 mei 2019 heeft de korpschef van politie geweigerd [appellant] toestemming te verlenen voor het verrichten van beveiligingswerkzaamheden. [appellant] wil beveiligingswerkzaamheden verrichten voor [bedrijf]. Dit bedrijf heeft de korpschef hier toestemming voor gevraagd overeenkomstig artikel 7, tweede lid, van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus. De korpschef heeft de aanvraag afgewezen op grond van artikel 7, vierde lid, van de Wpbr en paragraaf 2.3, onder c, van de Beleidsregels particuliere beveiligingsorganisatie en recherchebureaus. Vanaf het besluit op bezwaar golden nieuwe Beleidsregels en was de aan paragraaf 2.3, onder c, gelijke paragraaf 3.3, onder b, van de nieuwe Beleidsregels (hierna: de b-grond) van toepassing.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2929
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Beveiligingswerkzaamheden
  • uitspraakin de zaak202102826/1/A3

202104108/1/A3

Bij besluit van 31 januari 2019 heeft de burgemeester van Oude IJsselstreek aan [vergunninghouder] een exploitatievergunning verleend. [vergunninghouder] is eigenaar van het perceel [locatie 1] en [locatie 2] in Ulft. Op dit perceel staat een groot pand dat voorheen dienst deed als schoolgebouw. Op 30 juli 2018 heeft [vergunninghouder] een aanvraag voor een exploitatievergunning voor een horecabedrijf in de vorm van een logiesgebouw ingediend. Bij besluit van 31 januari 2019 heeft de burgemeester de exploitatievergunning verleend. [appellant] woont in de buurt van het perceel, op een afstand van zo’n 50 meter, en heeft bezwaar gemaakt tegen de vergunningverlening. De burgemeester heeft het bezwaar bij besluit van 28 juni 2019 ongegrond verklaard, onder verwijzing naar het advies van de bezwaarschriftencommissie. De rechtbank heeft het beroep van [appellant] tegen dit besluit ongegrond verklaard. [appellant] is het hier niet mee eens en heeft daarom hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2922
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202104108/1/A3

202105291/1/A2

Bij besluit van 1 oktober 2019 heeft het dagelijks bestuur van het Waterschap Limburg het verzoek van 31 december 2018 om nadeelcompensatie van [appellant] afgewezen. [appellant] exploiteert een agrarische onderneming aan de [locatie] te [plaats] en is eigenaar van drie percelen die zich nabij de Eckeltsebeek bevinden. Het waterschap heeft in 2005 de Eckeltsebeek heringericht, waardoor het waterpeil is gewijzigd. Ter uitvoering van het plan Herinrichting Eckeltsebeek van 18 februari 2004, is de beek meanderend gemaakt. [appellant] heeft op 31 december 2018 het dagelijks bestuur verzocht om nadeelcompensatie. [appellant] stelt vanaf 2005 schade te lijden aan drie percelen door het te hoge beekpeil van de Eckeltsebeek. Door de stijging van het beekpeil is ook het grondwaterpeil op zijn percelen gestegen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2942
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak202105291/1/A2

202105657/1/R3

Bij besluit van 7 juli 2021 heeft de gemeenteraad van Súdwest-Fryslân besloten om het bestemmingsplan "Hemelum, De Soal 4" niet vast te stellen. Bij besluit van 13 juli 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders geweigerd aan Hemelumer Hoeve B.V. een omgevingsvergunning te verlenen voor het realiseren van twee varkensstallen en het emissiearm uitvoeren van bestaande stallen op het adres De Soal 4 te Hemelum. De bestreden besluiten zijn genomen naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling van 24 maart 2021, ECLI:NL:RVS:2021:619. In deze uitspraak is het besluit van de raad van 4 april 2019 tot het niet vaststellen van het bestemmingsplan vernietigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2941
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Friesland
  • Vee e.a. dieren
  • uitspraakin de zaak202105657/1/R3

202105689/1/A2

Bij besluit van 31 oktober 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zwolle het verzoek van [appellant] om schulddienstverlening afgewezen. Op 18 september 2019 heeft [appellant] het college verzocht om schulddienstverlening. Het college heeft dit verzoek bij besluit van 31 oktober 2019, zoals gehandhaafd bij het besluit van 13 februari 2020, afgewezen. Volgens het college heeft [appellant] onvoldoende medewerking verleend, omdat hij zich - kort gezegd - bij het intakegesprek op 17 oktober 2019, intimiderend zou hebben gedragen, als gevolg waarvan de medewerker de alarmknop heeft gebruikt. De Afdeling heeft het hoger beroep van [appellant] tegen de uitspraak van de rechtbank bij uitspraak van 2 juni 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1166, gegrond verklaard. De Afdeling heeft aannemelijk geacht dat het intakegesprek onprettig is verlopen en dat dit aan het gedrag van [appellant] te wijten is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2935
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak202105689/1/A2

202105758/1/R1

Bij besluit van 7 juni 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam geweigerd aan [appellant] omgevingsvergunning te verlenen voor het wijzigen van het gebruik van de eerste bouwlaag van het pand aan de [locatie] voor onder meer winkel/bedrijfsruimte naar wonen. Bij besluit van 6 augustus 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard en zijn verzoek om toekenning van een dwangsom wegens het niet tijdig nemen van een besluit op bezwaar afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2924
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202105758/1/R1

202105836/1/A3

Bij besluit van 17 april 2020 heeft de minister voor Rechtsbescherming een aanvraag van [moeder van de zoon] om de geslachtsnaam van haar minderjarige zoon te wijzigen van "[achternaam appellant]" naar "[achternaam moeder]", ingewilligd. [appellant] (vader) en [naam moeder] (moeder) hebben samen een zoon, [naam zoon]. [zoon] was ten tijde van het besluit op bezwaar nog geen twaalf jaar oud. Sinds zijn geboorte woont hij bij [moeder]. [appellant] heeft nooit in gezinsverband met [zoon] samengewoond. De minister heeft de aanvraag van [moeder] om de geslachtsnaam van [zoon] te wijzigen van "[achternaam appellant]" naar "[achternaam moeder]" ingewilligd. [appellant] kan zich hier niet in vinden. De minister heeft zijn bezwaar ongegrond verklaard. De rechtbank heeft dit besluit in stand gelaten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2937
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202105836/1/A3

202106792/1/R4

Bij besluit van 18 december 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Lochem aan de vereniging Lochemse IJsclub en Schaatstrainingsgroep (hierna: de vereniging) een last onder dwangsom opgelegd, omdat bezoekers van de vereniging het perceel aan het adres De Elzelaan 2 in Lochem in strijd met het bestemmingsplan als parkeerplaats gebruikten. [appellant] en anderen wonen aan de [locatie 1], [locatie 2] en [locatie 3]. Achter hun woningen bevindt zich de ijsbaan van de vereniging. [appellant] en anderen ervaren overlast, doordat bezoekers van de vereniging op het terrein van de ijsbaan parkeren. Het nieuwe bestemmingsplan maakt het mogelijk om op de gronden met de aanduiding "overige zone - parkeren 1" 20 auto’s te parkeren. Hierdoor is er niet langer sprake van gebruik in strijd met het bestemmingsplan. Daarom heeft het college bij besluit van 16 maart 2021 de aan de vereniging opgelegde last onder dwangsom ingetrokken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2938
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202106792/1/R4

202106793/1/R4

Bij besluit van 16 oktober 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Lochem het door [partij] en anderen tegen het besluit van 15 mei 2017 gemaakte bezwaar gegrond verklaard en besloten om handhavend op te treden tegen de vereniging in verband met de lichtmast op het krabbelbaantje. [partij] en anderen wonen aan de [locatie 1], [locatie 2] en [locatie 3] en [locatie w in Lochem. Achter deze woningen bevindt zich de ijsbaan van de vereniging. [partij] en anderen ervaren overlast door een lichtmast van de ijsbaan met een hoogte van 10 meter met drie lichtarmaturen. De lichtmast staat op ongeveer 50 meter van de percelen van [partij] en anderen. De lichtmast staat in het midden van het zogenoemde krabbelbaantje. Het krabbelbaantje bevindt zich naast de grote ijsbaan. [partij] en anderen hebben het college op 12 december 2016 verzocht om handhavend op te treden tegen de lichtoverlast. Op 15 mei 2017 heeft het college dit handhavingsverzoek afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2936
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202106793/1/R4

202106901/1/R2

Bij besluit van 1 oktober 2020 heeft het college van gedeputeerde staten van Utrecht aan [vergunninghouder A] en [vergunninghouder B] een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming verleend voor de wijziging van de melkveehouderij aan de [locatie] in ’t Goy en geweigerd voor het weiden van het vee. [vergunninghouder A] en [vergunninghouder B] exploiteren een melkveehouderij aan de [locatie] in ’t Goy. Zij hebben een natuurvergunning aangevraagd voor de bouw van een nieuwe rundveestal en het aanpassen van de dieraantallen in stal 2, 3 en 4. Volgens de aanvraag zullen 114 melkkoeien in een emissiearm stalsysteem (A1.13) en 15 melkkoeien, 60 stuks vrouwelijk jongvee en 4 paarden in een ander stalsysteem worden gehouden. Het melkvee zal worden beweid. De totale stalemissie is 1119,1 kg/NH3/jr, en de emissies van verkeer, intern transport en verwarming zijn 108,67 kg/NOx/jr.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2930
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak202106901/1/R2

202106903/1/R2

Bij besluit van 1 oktober 2020 heeft het college van gedeputeerde staten van Utrecht aan [appellante sub 3A] een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming verleend voor de wijziging van de melkveehouderij aan de [locatie] in Baambrugge en geweigerd voor het weiden van het vee. Deze zaak gaat over de uitstoot van stikstof (emissie) uit een emissiearm stalsysteem dat voor de melkveehouderij is ontwikkeld (A1.23) en over de uitstoot van stikstof van melkkoeien die in de wei staan. [appellante sub 3A] exploiteert een melkveehouderij aan de [locatie] in Baambrugge. Zij heeft een natuurvergunning aangevraagd voor de bouw van een nieuwe rundveestal ter vervanging van de bestaande rundveestal, het plaatsen van kalveriglo’s naast de nieuwe rundveestal en het huisvesten van dieren in stal C. Volgens de aanvraag zullen 78 melkkoeien in een emissiearm stalsysteem (A1.23) en 148 stuks jongvee worden gehouden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2874
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak202106903/1/R2
  • persberichtbij de uitspraak in de zaak202106903/1/R2

202106905/1/R2

Bij besluit van 1 oktober 2020 heeft het college van gedeputeerde staten van Utrecht aan [maatschap] een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming verleend voor de wijziging van de melkveehouderij aan de [locatie] in Breukelen en geweigerd voor het weiden van het vee. [maatschap] exploiteert een melkveehouderij aan de [locatie] in Breukelen. De maatschap heeft een natuurvergunning aangevraagd voor de bouw van een nieuwe rundveestal naast de bestaande rundveestal. Volgens de aanvraag zullen 146 melkkoeien in een emissiearm stalsysteem (A1.13) en 46 stuks vrouwelijk jongvee en 1 paard worden gehouden. Het melkvee zal worden beweid. De totale stalemissie is 1039,6 kg/NH3/jr, en de emissies van verkeer, intern transport en verwarming zijn 100,29 kg/NOx/jr. De referentiesituatie is ontleend aan de op 14 april 1988 verleende Hinderwetvergunning voor het houden van 70 melkkoeien en 130 vleesvarkens met een totale stalemissie van 1300 kg/NH3/jr.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2932
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak202106905/1/R2

202106912/1/R2

Bij besluit van 9 oktober 2020 heeft het college van gedeputeerde staten van Utrecht aan [maatschap] een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming verleend voor de wijziging van de melkveehouderij aan de [locatie] in Kedichem en geweigerd voor het weiden van het vee. [maatschap] exploiteert een melkveehouderij aan de [locatie] in Kedichem. De maatschap heeft een natuurvergunning aangevraagd voor de wijziging van het stalsysteem van en de dieraantallen in de bestaande stal en de bouw van een nieuwe jongveestal. Volgens de aanvraag zullen 99 melkkoeien in een emissiearm stalsysteem (A1.13) en 66 stuks jongvee en 1 fokstier worden gehouden. Het melkvee zal worden beweid. Het college heeft de natuurvergunning verleend voor het houden van het aangevraagde veebestand in de aangevraagde stalsystemen. Het college heeft de vergunning geweigerd voor het weiden van het vee, omdat daarvoor geen vergunning nodig is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2940
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak202106912/1/R2

202106916/1/R2

Bij besluit van 14 oktober 2020 heeft het college van gedeputeerde staten van Utrecht aan [vergunninghoudster] een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming verleend voor de wijziging van de melkveehouderij aan de [locatie] in Kedichem en geweigerd voor het weiden van het vee. [vergunninghoudster] exploiteert een melkveehouderij aan de [locatie] in Kedichem. Zij heeft een natuurvergunning aangevraagd voor het houden van meer jongvee, het realiseren van een aanbouw aan stal 2 en het wijzigen van het stalsysteem in een deel van de bestaande stal. Volgens de aanvraag zullen 88 melkkoeien in een emissiearm stalsysteem (A1.13) en 52 melkkoeien, 73 stuks vrouwelijk jongvee en 20 schapen en 2 paarden in een ander stalsysteem worden gehouden. Het melkvee zal worden beweid. De totale stalemissie is 1489 kg/NH3/jr, en de emissies van verkeer, intern transport en verwarming zijn 90,65 kg/NOx/jr.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2933
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak202106916/1/R2

202108045/1/R4

Bij besluit van 26 mei 2021 heeft de raad van de gemeente Renkum besloten het bestemmingsplan "Hartenseweg 7, 2021" niet vast te stellen. Op het perceel aan de [locatie] te Renkum (hierna: het perceel) bevindt zich een (paarden)schuur. [appellant] wil de schuur slopen en op dezelfde plek een woning bouwen. Het is de bedoeling dat de nieuwe woning zorgvuldig in het landschap wordt ingepast en dat de natuurlijke inrichting van het perceel in stand wordt gehouden en versterkt. Op het perceel rust nu de bestemming natuur met agrarisch medegebruik. Om de woning planologisch mogelijk te maken, heeft [appellant] de gemeente verzocht een bestemmingsplan vast te stellen. Het college van burgemeester en wethouders van Renkum heeft een ontwerpbestemmingsplan in procedure gebracht dat voorziet in een planologische inpassing van de door [appellant] gewenste ruimtelijke ontwikkeling.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2920
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202108045/1/R4

202200320/1/R4

Bij besluit van 25 november 2021 heeft de raad van de gemeente De Bilt het bestemmingsplan "Melkweg 3 Bilthoven" vastgesteld. Het plan voorziet in de bouw van een appartementencomplex met 30 woningen. Het is verder de bedoeling dat 28 parkeerplaatsen op het eigen terrein worden gerealiseerd. Appellanten zijn woonachtig in de omgeving van het plangebied en vrezen voor een aantasting van hun woon- en leefklimaat als gevolg van het plan. [appellant sub 3] en [appellant sub 4] betogen dat geen overleg dan wel burgerparticipatie over het bestemmingsplan heeft plaatsgevonden voorafgaand aan de vaststelling daarvan terwijl het bestemmingsplan voorziet in een grote ruimtelijke verandering. [appellant sub 4] verwijst hierbij naar de Nota Participatiebeleid van april 2019.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2939
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak202200320/1/R4

202201624/1/A3

Bij besluit van 8 september 2020 heeft de burgemeester van Eindhoven gelast het pand aan de [locatie] in Eindhoven te sluiten voor de duur van vier maanden. [appellant] is huurder van het pand aan de [locatie] in Eindhoven, waar hij zijn eenmanszaak [bedrijf] exploiteert. De zaak staat geregistreerd bij de Kamer van Koophandel als winkel in bloemen, planten, zaden en tuinbenodigdheden. Op 12 juni 2020 heeft de politie een onderzoek in het pand ingesteld, zo blijkt uit een hennepbericht van de politie. De burgemeester heeft op grond van wat is aangetroffen in het pand geconcludeerd dat de aangetroffen stoffen of voorwerpen bestemd waren voor het opzetten van een grootschalige of bedrijfsmatige hennepkwekerij. De rechtbank heeft geoordeeld dat de burgemeester bevoegd was het pand te sluiten op grond van artikel 13b, eerste lid, aanhef en onder b, van de Opiumwet. De burgemeester heeft redelijkerwijs kunnen aannemen dat de aangetroffen voorwerpen gebruikt zouden worden voor de teelt van hennep.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2919
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Drugs
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202201624/1/A3

202201827/1/A2

Bij besluit van 18 augustus 2021 heeft het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen de aanvraag van [appellant] tot het verkrijgen van een verklaring van rijgeschiktheid afgewezen. [appellant] heeft een aanvraag ingediend bij het CBR voor verkrijging van een verklaring van geschiktheid. Het CBR heeft [appellant] doorverwezen voor een ‘75+ keuring’ en een keuring voor hart- en vaatziekten. Uit het rapport van de keuringsarts blijkt dat beide ogen van [appellant] een visus hebben van 0,5. Het CBR heeft [appellant] daarom verwezen naar een oogarts voor nader onderzoek. Het CBR heeft [appellant] herinnerd aan de verwijzing naar de oogarts bij brief van 23 juni 2021. [appellant] heeft geen gehoor gegeven aan deze verwijzing. Daarop heeft het CBR bij het besluit van 18 augustus 2021 de aanvraag afgewezen, omdat het niet over alle benodigde gegevens beschikt en daarom geen besluit kan nemen over de rijgeschiktheid van [appellant].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2931
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202201827/1/A2

202202002/1/A2

Bij besluit van 1 april 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch de schulddienstverlening aan [appellanten] met onmiddellijke ingang beëindigd. Bij besluit van 25 juni 2018 is de aanvraag van [appellanten] om schulddienstverlening ingewilligd, waarna een schuldregeling in het kader van de Minnelijke Schuldsanering Natuurlijke Personen is getroffen. Naar aanleiding van een hercontrole op 2 oktober 2020 heeft het college vastgesteld dat [appellanten] hun afdrachtverplichting en hun inlichtingenverplichting hebben geschonden. [appellanten] hebben € 22.073,04 meer inkomsten ontvangen dan bij het college bekend was en zij hebben deze inkomsten niet gemeld bij het college. Dat heeft ertoe geleid dat het college de schulddienstverlening bij het besluit van 1 april 2021 per die datum heeft beëindigd. Ook heeft het college in dit besluit medegedeeld dat [appellanten] vanaf 1 april 2021 voor een periode van drie jaar zijn uitgesloten van een nieuwe schuldregeling.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2927
Datum uitspraak
12 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak202202002/1/A2

202101494/1/V2

Bij besluit van 9 oktober 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2909
Datum uitspraak
11 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202101494/1/V2

202202344/1/V2

Bij besluit van 11 februari 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2884
Datum uitspraak
11 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202202344/1/V2

202103135/1/V3

Bij besluit van 28 mei 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2897
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202103135/1/V3

202106953/1/V2

Bij besluiten van 22 april 2021, aangevuld op 11 augustus 2021, heeft de staatssecretaris aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, ingewilligd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2898
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202106953/1/V2

202107413/3/R2

Bij besluit van 30 september 2021 heeft de raad van de gemeente Meierijstad het bestemmingsplan "Sint-Oedenrode, verplaatsing AH" vastgesteld. Het plan voorziet in de bouw van een Albert Heijn (hierna: AH)-supermarkt met daarboven 6 woningen en een parkeerterrein aan de [locatie 1] en aangrenzende percelen in Sint-Oedenrode. Hiervoor zijn de bestemmingen "Centrum - 3" en "Groen" toegekend. Volgens de plantoelichting heeft de beoogde supermarkt een bruto winkeloppervlak van ca. 1.500 m2 en een bruto vloeroppervlak van 1.900 m2. Met het plan is een bestaande AH-supermarkt aan de Markt 18 in Sint-Oedenrode met een omvang van 840 m2 wvo bij recht niet meer toegestaan. Daarmee voorziet het plan in verplaatsing en uitbreiding van de supermarkt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2896
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202107413/3/R2

202107938/1/V2

Bij besluit van 8 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2901
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202107938/1/V2

202200427/1/V1

Bij besluit van 2 september 2020 heeft de staatssecretaris een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2906
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202200427/1/V1

202202368/1/V3

Bij besluit van 22 maart 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling opgedragen de Europese Unie onmiddellijk te verlaten en een inreisverbod tegen hem uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2905
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202202368/1/V3

202204965/1/V3

Bij besluit van 30 oktober 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, voor zover nu van belang, een inreisverbod tegen de vreemdeling uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2904
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202204965/1/V3

202205165/1/V2

Bij besluit van 27 juli 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2903
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205165/1/V2

202205456/1/V1

Bij besluit van 29 juli 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2902
Datum uitspraak
10 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202205456/1/V1

202102596/1/V1

Bij besluit van 22 februari 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid vastgesteld dat hij geen dwangsom is verschuldigd wegens het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2879
Datum uitspraak
7 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202102596/1/V1

202103045/1/V1

Bij besluit van 15 april 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om [de vreemdeling] een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2880
Datum uitspraak
7 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202103045/1/V1

202104874/1/V1

Bij besluit van 27 mei 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem krachtens artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2881
Datum uitspraak
7 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202104874/1/V1

202108121/2/A2

[verzoeker] heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen die inhoudt dat het besluit van het bestuur van de raad voor rechtsbijstand tot terugvordering van € 849,22 aan tegemoetkoming van advocaatkosten wordt geschorst, totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2914
Datum uitspraak
7 oktober 2022
  • Mondelinge uitspraak
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak202108121/2/A2

202200866/1/V3

Bij besluit van 25 augustus 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2883
Datum uitspraak
7 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202200866/1/V3

202205052/1/V3

Bij besluit van 17 september 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2886
Datum uitspraak
7 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202205052/1/V3

202205099/1/V3

Bij besluit van 9 maart 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2022:2885
Datum uitspraak
7 oktober 2022
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202205099/1/V3
vorige pagina1...161162163...1.218volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon