Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 120.763
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

201907250/1/R2

Bij besluit van 20 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Boxtel [appellanten] onder oplegging van lasten onder bestuursdwang en dwangsom gelast om meerdere bouwwerken te verwijderen en verwijderd te houden, omdat sprake is van overtreding van de artikelen 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, b en c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. [appellanten] zijn sinds 1999 eigenaar van het perceel met de bebouwing waarover het handhavingsbesluit gaat. Zij gebruiken het perceel om recreatief paarden te houden. Op grond van het bestemmingsplan "Buitengebied 2011" heeft het perceel de bestemming "Agrarisch met waarden - Landschap" en de dubbelbestemmingen "Waarde - Attentiegebied EHS", "Waarde - Kleinschalig cultuurlandschap" en "Waarde - Leefgebied soorten van kleinschalig cultuurlandschap". Op grond van het vorige bestemmingsplan "Buitengebied 1994" was het perceel bestemd als "Agrarisch gebied". De grond waarop het jachthuisje staat, had de bestemming "Woondoeleinden".

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1759
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201907250/1/R2

201907427/1/R2

Bij besluit van 21 augustus 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Simpelveld [appellant] gelast om de opslag te verwijderen en verwijderd te houden die is gelegen op het (verhoogde) trottoir langs de [locatie] te Simpelveld. Aan de last is een dwangsom verbonden van € 500,00 per geconstateerde overtreding tot een maximum van € 5.000,00. [appellant] woont aan [locatie]. Op het (verhoogde) trottoir langs het perceel heeft [appellant] een aantal privéspullen opgeslagen gehad. De handhavingsbesluiten waar dit hoger beroep over gaat, zijn tegen deze opslag gericht. De rechtbank heeft geoordeeld dat deze opslag door het college terecht is aangemerkt als strijdig met de bestemming "Verkeer" van het op die plaats geldende bestemmingsplan "Buitengebied 2016".

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1756
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201907427/1/R2

201907558/1/A3

Bij besluit van 26 juni 2018 heeft de burgemeester van Rotterdam een aanvraag van Gamestate om een vergunning op grond van de Drank- en Horecawet voor het uitoefenen van een horecabedrijf in de door haar geëxploiteerde arcadehal op het adres Cor Kieboomplein 109 te Rotterdam afgewezen. Gamestate exploiteert een arcadehal met kermisautomaten en behendigheidsautomaten. Omdat Gamestate ook alcoholhoudende dranken wil verstrekken aan de bezoekers van de arcadehal, heeft zij een vergunning voor het uitoefenen van een horecabedrijf aangevraagd. Volgens de burgemeester staat de wet niet toe dat een vergunning wordt verleend voor een horecabedrijf waarin kermisautomaten aanwezig zijn. De rechtbank heeft geoordeeld dat dit standpunt onjuist is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1763
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Drank en horeca
  • uitspraakin de zaak201907558/1/A3

201907605/1/A3

Bij besluit van 29 september 2017 heeft het dagelijks bestuur FlickBike een last onder bestuursdwang opgelegd, inhoudende dat zij alle deelfietsen die door haar te huur worden aangeboden op of aan de weg, binnen drie weken uit de openbare ruimte dient te verwijderen en verwijderd te houden. FlickBike is een bedrijf dat deelfietsen verhuurt. Deze deelfietsen staan in de openbare ruimte gestald. Via een app op de smartphone kan een huurder een beschikbare fiets vinden en die vervolgens huren. Als de huurder op zijn bestemming is, kan hij de deelfiets achterlaten in de openbare ruimte en kan hij de huur via de app beëindigen. De deelfiets is dan beschikbaar voor een volgende huurder. Aan de oplegging van de last heeft het dagelijks bestuur ten grondslag gelegd dat het op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening verboden is op of aan de weg of het openbaar water tegen betaling diensten aan te bieden of te verlenen voor een werkzaamheid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1767
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201907605/1/A3

201907807/1/A3

Bij besluit van 23 februari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Geertruidenberg op verzoek van [appellante] stukken openbaar gemaakt op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. [appellante] is voormalig exploitante van het café El Diablo in Geertruidenberg. Voorafgaand aan een artikel over het café in de krant BN DeStem op 8 maart 2017 is er in februari en maart 2017 contact geweest tussen de journalist en de gemeente. [appellante] heeft het college verzocht om een afschrift van alle op de kwestie betrekking hebbende stukken. Het college heeft stukken verstrekt die hierop zien. Uit de stukken blijkt dat de journalist op 6 maart 2017 nadere vragen aan de gemeente heeft gesteld. Volgens het college zijn geen documenten aangetroffen met antwoorden op die vragen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1745
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201907807/1/A3

201907989/1/R4

Bij besluit van 18 januari 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Berkelland het verzoek van [appellant] om een wijzigingsplan vast te stellen afgewezen. [appellant] heeft het college verzocht om het bestemmingsplan "Buitengebied" uit 1995 ter hoogte van de Broedersweg in Beltrum te wijzigen door op dit perceel een nieuw agrarisch bouwblok te bestemmen waarmee de vestiging van een nieuw grondgebonden niet-veehouderijbedrijf mogelijk wordt gemaakt. Het is de bedoeling dat een neef van [appellant] daar zacht fruit gaat telen. Het college heeft besloten geen medewerking te verlenen aan het vaststellen van het wijzigingsplan, omdat volgens het college niet aan de wijzigingsvoorwaarden uit de planvoorschriften van het bestemmingsplan is voldaan. Bij besluit van 30 juli 2019 heeft het college het door [appellant] tegen dit besluit gemaakte bezwaar ongegrond verklaard en het besluit van 18 januari 2019 in stand gelaten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1734
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201907989/1/R4

201908033/1/A2

Bij besluit van 12 maart 2018 heeft de raad voor rechtsbijstand Amsterdam een aanvraag om een toevoeging van [appellant] afgewezen. [appellant] heeft op 5 december 2017 bij de raad een aanvraag om een toevoeging ingediend voor rechtsbijstand bij aansprakelijkstelling van het Centrum Indicatiestelling Zorg voor het afgeven van een verkeerde indicatie en het nemen van onrechtmatige besluiten ten aanzien van zijn stiefdochter. Bij besluit van 12 maart 2018 heeft de raad de aanvraag om een toevoeging van [appellant] op grond van artikel 12, tweede lid, aanhef en onder g, van de Wet op de rechtsbijstand afgewezen, omdat hij op dat moment geen advocaat nodig had.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1747
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak201908033/1/A2

201908046/1/R2

Bij besluit van 17 september 2019 heeft de raad van de gemeente Peel en Maas het bestemmingsplan "[locatie] te Helden" vastgesteld. Het plan voorziet in short-stay huisvesting van maximaal 32 tijdelijke arbeidskrachten in de op het perceel [locatie] te Helden aanwezige bedrijfsbebouwing (loods). Huisvesting van nog 4 arbeidskrachten in de op het perceel aanwezige bedrijfswoning was reeds planologisch mogelijk en is geen onderwerp van geschil. [partij] is een ondernemer, die via [holding] een agrarisch bedrijf exploiteert, op meerdere locaties. Op het perceel [locatie] worden in de daar aanwezige kas asperges geteeld en in de volle grond blauwe bessen. [appellant] woont in de nabijheid van het perceel. Hij komt op tegen het plan, voor zover daarin de short-stay huisvesting van de in totaal 32 tijdelijke arbeidskrachten mogelijk is gemaakt. Hij vreest voor een toename van overlast.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1764
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak201908046/1/R2

201908169/1/A3

Bij besluit van 17 september 2018 heeft de burgemeester van Utrecht een aanvraag van [appellant] voor het verkrijgen van een drank- en horecavergunning en een exploitatievergunning voor [café] in Utrecht buiten behandeling gesteld. Naar aanleiding van de aanvraag van [appellant] heeft de burgemeester besloten om een onderzoek in te stellen omdat er onduidelijkheid bestond over onder meer de financiering van de onderneming. De burgemeester heeft besloten om het Landelijk Bureau Bibob om advies te vragen. Het LBB heeft in dat kader informatie gevraagd aan [appellant]. Hij had deze informatie uiterlijk 31 augustus 2018 moeten aanleveren. De burgemeester heeft de aanvraag van [appellant] buiten behandeling gesteld omdat hij de door het LBB gevraagde informatie niet tijdig heeft verstrekt. Hierdoor was een volledig onderzoek niet mogelijk en kon de aanvraag van [appellant] niet worden beoordeeld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1762
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Wet Bibob
  • uitspraakin de zaak201908169/1/A3

201908216/1/R4

Bij besluit van 9 april 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Laren [appellant] onder dwangsom gelast om voor 1 januari 2019 de bouwwerken op het perceel [locatie 1] te Laren, te verwijderen en verwijderd te houden en de bewoning van een gebouw op dat perceel te staken. Het perceel waar het over gaat is gelegen achter het perceel aan het [locatie 2] te Laren. [appellant] woont al vele jaren op het perceel. Een toezichthouder van het college heeft bij een bezoek op 13 januari 2017 geconstateerd dat op het perceel diverse bouwwerken staan waarvoor geen vergunningen zijn verleend: paardenstallen, een overdekte paardenbak/manege en een woning.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1754
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201908216/1/R4

201908247/1/A2

Bij brief van 24 mei 2019 heeft het college van gedeputeerde staten van Fryslân een verzoek van [appellant] om vergoeding van schade afgewezen. [appellant] heeft een melkveehouderij te Raerd. De gronden van zijn bedrijf zijn betrokken bij het landinrichtingsproject Baarderadeel. De landinrichtingscommissie heeft de lijst der geldelijke regelingen vastgesteld. [appellant] heeft daartegen bezwaar gemaakt. Bij vonnis van 4 november 2015 heeft de landinrichtingskamer van de rechtbank het bezwaar van [appellant] tegen de vastgestelde verkavelingsklassenindeling gegrond verklaard. De rechtbank heeft daarbij betekenis toegekend aan de negatieve afstandsfactor door grotere rij-afstanden en de verkavelingsklasse ten gunste van [appellant] gewijzigd van 3 naar 1. Daarbij is volgens de rechtbank zodanig rekening gehouden met de afstandsvergroting, dat de vraag of hij daarenboven nog in aanmerking komt voor vergoeding van overige omrijschade, kon worden gepasseerd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1735
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201908247/1/A2

201908280/1/A3

Bij besluit van 12 april 2016 heeft de burgemeester van Utrecht de openingstijden van alle horecabedrijven aan de Amsterdamsestraatweg in Utrecht die vallen binnen de even huisnummers 148-252 en de oneven huisnummers 167-251 vanaf 1 juni 2016 beperkt. De burgemeester heeft de openingstijden van de horecabedrijven van het middenstuk beperkt omdat het woon- en leefklimaat onder druk staat. Het is verboden om het bedrijf voor publiek geopend te hebben op doordeweekse dagen tussen 1:00 uur en 6:00 uur en in het weekend tussen 2:00 uur en 6:00 uur. Deze maatregel heeft hij gebaseerd op artikel 11, vijfde lid, van de Horecaverordening. De Afdeling heeft in haar uitspraak van 13 februari 2019, ECLI:NL:RVS:2019:425, geoordeeld dat de burgemeester zich bij de oplegging van de maatregel ten onrechte heeft gebaseerd op een overzicht met politiegegevens van nachtelijke klachten. In dit overzicht is uitgegaan van een groter gebied dan het gebied waar de maatregel wordt ingevoerd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1749
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak201908280/1/A3

201908403/1/R4

Bij besluit van 13 juni 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Stichtse Vecht aan [vergunninghouder] een omgevingsvergunning verleend voor het verbouwen van de woonboerderij en het bouwen van een erfafscheiding, tevens geluidsscherm, op het perceel aan de [locatie 1] te Nigtevecht. [appellant] woont aan de [locatie 2] en exploiteert daar een groothandel in ijzer- en staalschroot en oude non-ferrometalen. [vergunninghouder] woont in de woonboerderij aan de [locatie 1]. Dit gebouw bestaat uit een voormalige agrarische woning en een aangebouwde voormalige koestal. Op het perceel vinden geen agrarische activiteiten meer plaats. [vergunninghouder] heeft een omgevingsvergunning aangevraagd voor het verbouwen van de woonboerderij. De woonboerderij zal uitsluitend worden gebruikt voor woondoeleinden. Dit is in strijd met de bestemming "Agrarisch met waarden". [vergunninghouder] heeft verder een omgevingsvergunning aangevraagd voor het plaatsen van een erfafscheiding van 3 m hoog.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1732
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201908403/1/R4

201908803/1/R4

Bij besluit van 4 april 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Winterswijk aan [vergunninghoudster] een omgevingsvergunning verleend voor het verbouwen van twee schuren tot een woning met een garage/overkapping aan de [locatie] te Winterswijk. Het bouwplan is inmiddels gerealiseerd. [belanghebbende] is eigenaar van de woning en woont er met zijn gezin. [appellant] woont in de voormalige bedrijfswoning op het aangrenzende perceel. Zijn woning deelt een muur ter hoogte van de berging van [belanghebbende]. In die berging zijn in de gedeelde muur een voormalige deur- en raamopening dichtgemetseld. Die dichtgemetselde raamopeningen bevinden zich ter hoogte van een overkapte buitenruimte en van de berging van [appellant].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1758
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201908803/1/R4

201909100/1/R4

Bij besluit van 10 april 2019, gewijzigd bij besluit van 25 oktober 2019 (hierna tezamen: het besluit van 10 april 2019), heeft het college van burgemeester en wethouders van Goirle aan [vergunninghouder] een omgevingsvergunning verleend voor het verbouwen van de bakkerij en het toevoegen van appartementen op het perceel aan de [locatie 1] in Riel.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1730
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201909100/1/R4

202000017/1/R2

Bij besluit van 25 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Weert aan de gemeente Weert omgevingsvergunning verleend voor het aanleggen van een uitweg vanaf het terrein van Horne Quartier Weert aan de Kazernelaan 1 naar de Ambachtenhof. Het terrein betreft een voormalig militair kazerneterrein. Het terrein is inmiddels voor een deel in gebruik als asielzoekerscentrum. Tevens is er een aantal bedrijven en organisaties gevestigd. De inrit aan de noordoostzijde van het terrein, aan de Ambachtenhof en de Kazernelaan, is in oktober 2017 gerealiseerd met een breedte van 6,20 m. Naast deze inrit zijn er nog vijf andere toegangen van en naar het terrein. Het ten tijde van belang ter plaatse geldende bestemmingsplan "Woongebieden 2014" kent de bestemming "Verkeer", de dubbelbestemming "Waarde - Archeologie middelhoog" en de functieaanduiding "Groen" aan de gronden waarop de inrit is gerealiseerd toe.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1738
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202000017/1/R2

202000063/1/A2

Bij besluit van 9 oktober 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Lelystad een aan de stichting verleende subsidie ingetrokken, de subsidie vastgesteld op nihil en een bedrag van € 4.000,00 aan betaalde subsidie teruggevorderd. De stichting heeft op 26 september 2016 subsidie aangevraagd voor het organiseren van het festival Bondru in 2017. Bij besluit van 14 december 2016 heeft het college voor het organiseren van het festival € 4.000,00 subsidie verleend. Bij brief van 19 februari 2018 heeft het college aan de stichting medegedeeld dat de subsidieverlening bij besluit van 14 december 2016 is geselecteerd voor een jaarlijkse steekproef. Om te kunnen beoordelen of de subsidie terecht is verstrekt, verzoekt het college de stichting om overlegging van het overzicht resultaat 2017, alle facturen en betaalbewijzen en een inhoudelijk verslag.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1746
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Subsidie
  • uitspraakin de zaak202000063/1/A2

202000741/1/V6

Bij besluit van 2 oktober 2018 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het verzoek van [appellante] om verlenging van de inburgeringstermijn afgewezen. De minister heeft [appellante] bij brief van 21 november 2014 meegedeeld dat zij inburgeringsplichtig is en dat haar inburgeringstermijn op 15 september 2014 is gestart. Uit deze brief, in samenhang bezien met een kennisgeving van 1 mei 2015, volgt dat zij vóór 9 november 2017 aan deze plicht moest hebben voldaan. De minister heeft de inburgeringstermijn vervolgens ambtshalve verlengd tot 1 maart 2018. Bij medisch advies van 7 mei 2018 heeft K. Bok, arts van Argonaut, negatief geadviseerd over het verzoek van [appellante] om ontheffing van het inburgeringsexamen. [appellante] heeft de minister daarna verzocht om verdere verlenging van haar inburgeringstermijn wegens haar medische situatie.

Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak202000741/1/V6

202000985/1/R4

Bij besluit van 26 januari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Veenendaal aan [appellante] een omgevingsvergunning verleend voor het afwijken van het bestemmingsplan, tot 31 december 2020. [appellante] produceert en verkoopt zonwering en huurt daarvoor een pand op het perceel aan [locatie] te Veenendaal. Het pand bestaat uit een showroom van ongeveer 450 m2, een productieruimte en een kantoor. Op grond van het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Nijverkamp" rust op het perceel de bestemming "Bedrijf", op grond waarvan onder meer een showroom is toegestaan. Detailhandel is volgens het bestemmingsplan niet toegestaan. Volgens het college gebruikt [appellante] de showroom niet alleen voor verkoop van haar producten aan bedrijven, wat in overeenstemming is met het bestemmingsplan, maar ook voor verkoop aan particuliere klanten. Dat is in strijd met het detailhandelsverbod in het bestemmingsplan, aldus het college.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1731
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak202000985/1/R4

202001436/1/A2

Bij onderscheiden besluiten van 15 oktober 2018 heeft de raad voor rechtsbijstand Amsterdam aanvragen om toevoegingen voor [appellant] afgewezen. [appellant] heeft Zilveren Kruis, de Stichting Philadelphia Zorg (hierna: Philadelphia), de Stichting Cordaan en [belanghebbende] op grond van artikel 15, derde lid, van de Algemene verordening gegevensverwerking verzocht om verstrekking van een kopie van de verwerkte persoonsgegevens van hemzelf en zijn stiefdochter. [appellant] heeft op 30 augustus 2018 en 28 september 2018 zes aanvragen ingediend om een toevoeging voor rechtsbijstand in procedures tegen deze partijen op grond van artikel 35 van de Uitvoeringswet AVG, omdat volgens hem onvoldoende persoonsgegevens zijn verstrekt. De raad heeft de aanvragen van [appellant] afgewezen, omdat het om een probleem gaat waar hij geen advocaat voor nodig heeft. [appellant] bestrijdt dit.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1743
Datum uitspraak
22 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Rechtsbijstand
  • uitspraakin de zaak202001436/1/A2

201907454/2/R4

het college van Westerveld, de stichting GAS DrOvF en de vereniging Milieudefensie hebben beroep ingesteld tegen het instemmingsbesluit gewijzigd winningsplan Diever van de minister van Economische Zaken en Klimaat van 28 augustus 2019.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1719
Datum uitspraak
21 juli 2020
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201907454/2/R4

202002763/2/V3

Bij besluit van 16 augustus 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1712
Datum uitspraak
20 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202002763/2/V3

202003457/2/V3

Bij besluiten van 21 januari 2020 en 26 maart 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1696
Datum uitspraak
20 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202003457/2/V3

202003458/2/A3

Bij besluit van 13 augustus 2019 heeft de burgemeester op grond van artikel 172, derde lid, van de Gemeentewet bevolen tot inbeslagname van Cyra, de hond van [verzoeker]. [verzoeker] is eigenaar van een zwarte keeshond (kruising herder) genaamd Cyra. Bij besluit van 9 april 2019 heeft de burgemeester Cyra als gevaarlijke hond aangewezen. Dat besluit houdt ook in dat een aanlijn- en muilkorfgebod wordt opgelegd. Uit de stukken volgt dat de hond voorafgaand aan het besluit bij meerdere (bijt)incidenten betrokken is geweest. Tegen het besluit van 9 april 2019 zijn geen rechtsmiddelen aangewend. De burgemeester heeft de hond naar aanleiding van een nieuw incident op 6 augustus 2019, waarbij de hond naar buiten is gerend zonder muilkorf en een confrontatie is ontstaan met een andere -aangelijnde- hond, op 13 augustus 2020 in beslag genomen

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1695
Datum uitspraak
20 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202003458/2/A3

202003714/2/V3

Bij besluit van 18 maart 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1697
Datum uitspraak
17 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202003714/2/V3

202003385/2/R2

Bij besluit van 27 september 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Best [verzoeker] gelast om de illegale bewoning/het illegale gebruik van het pand op het perceel aan de [locatie] in Best vóór 1 januari 2020 volledig te hebben beëindigd en beëindigd te houden. Indien [verzoeker] niet of niet tijdig (volledig) aan de last voldoet, gaat het college over tot het toepassen van bestuursdwang. [verzoeker] is sinds 2015 eigenaar van het pand op het perceel [locatie] in Best. Het pand wordt gebruikt voor kamerverhuur voor de huisvesting van arbeidsmigranten. Het college heeft op 13 december 2018 aan [verzoeker] een omgevingsvergunning verleend voor het realiseren van een conferentiegelegenheid met werk-/hotelkamers. Tevens heeft het college aan [verzoeker], in verband met het realiseren van het conferentieoord, een omgevingsvergunning verleend voor het brandveilig gebruik van het pand.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1689
Datum uitspraak
16 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202003385/2/R2

201902766/1/V1

Bij besluit van 14 augustus 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdeling een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1684
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201902766/1/V1

201906011/1/A3 en 201906011/3/A3

Bij drie gelijkluidende besluiten van 9 maart 2018 heeft het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West [appellante] een preventieve last onder dwangsom en een last onder bestuursdwang opgelegd. [appellante] verblijft al geruime tijd in caravans op het grondgebied van de gemeente Amsterdam. Tot 27 februari 2017 stond zij op het terrein aan de Riekerweg, waarvoor met de gemeente een huurovereenkomst voor tien jaar was afgesloten. Omdat [appellante] de huur niet betaalde, is de huurovereenkomst ontbonden en is het terrein aan de Riekerweg ontruimd. Op 18 juli 2017 heeft de politie geconstateerd dat [appellante] op het terrein aan de Noordzeeweg verbleef. Op 10 augustus 2017 heeft de politie een proces-verbaal opgemaakt tegen [appellante] en is haar medegedeeld dat zij niet op de Noordzeeweg mag verblijven. In de periode tussen 10 augustus 2017 en 16 februari 2018 is [appellante] meerdere malen medegedeeld dat zij daar niet mag verblijven.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1618
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201906011/1/A3 en 201906011/3/A3

201906100/1/V3

Bij besluit van 6 juni 2018 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdelingen een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1686
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201906100/1/V3

201908490/1/V1

Bij besluit van 5 juni 2019 heeft het COa de verstrekkingen aan de vreemdeling krachtens de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (hierna: de Rva 2005) voor de duur van een week ingehouden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1622
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Opvang asielzoekers
  • uitspraakin de zaak201908490/1/V1

201908686/1/V1

Bij besluiten van 16 oktober 2017 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen om de vreemdelingen een machtiging tot voorlopig (hierna: mvv) verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1621
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak201908686/1/V1

202001512/1/V1

De vreemdelingen hebben tegen het uitblijven van een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op hun aanvragen om hun een verblijfsvergunning asiel te verlenen beroepen ingesteld bij de rechtbank.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1624
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202001512/1/V1

202001779/2/V2

Bij besluit van 6 februari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1685
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202001779/2/V2

202002907/2/V3

Bij besluit van 19 maart 2020 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1626
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202002907/2/V3

202003487/1/V3

Bij besluit van 26 april 2019 heeft de minister van Buitenlandse Zaken een aanvraag van de vreemdeling om hem een visum voor kort verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1687
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202003487/1/V3

201707275/4/R2

Bij tussenuitspraak van 22 mei 2019, ECLI:NL:RVS:2019:1668 (hierna: de tussenuitspraak) heeft de Afdeling de raad van de gemeente Breda opgedragen om binnen 26 weken na de verzending daarvan de geconstateerde gebreken in het besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Ruitersbosch, Burgemeester Kerstenslaan 20" te herstellen. De Afdeling heeft onder 5.10 van de tussenuitspraak overwogen dat de raad onvoldoende duidelijk heeft gemaakt waarom en op basis van welke toetsingscriteria het hotel zich in kwalitatief opzicht onderscheidt van het aanbod aan nieuwe hotelkamers in de regio, waarmee volgens de maatstaf van de harde plancapaciteit rekening moet worden gehouden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1666
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak201707275/4/R2

201806385/1/R3

Bij besluit van 15 mei 2018 heeft de raad van de gemeente Twenterand het bestemmingsplan "[locatie 1], [locatie 2] & [locatie 3] Vroomshoop" vastgesteld. Sinds 1997 is op het perceel [locatie 1] te Vroomshoop [belanghebbende] gevestigd. Dit is een aannemingsbedrijf gespecialiseerd in sloop-, bouw- en infrawerken. De bedrijfsactiviteiten van [belanghebbende] die op het perceel plaatsvinden bestaan volgens de plantoelichting uit het stallen, het beheer en het onderhoud dan wel de reparatie van motorvoertuigen, werktuigen, machines en materieel. Daarnaast worden daar grondstoffen en afvalstoffen getransporteerd, op- en overgeslagen. Volgens de plantoelichting gaat het daarbij om bouwzand en bouwmaterialen, bouw- en sloopafval en verpakt asbest. Verder wordt binnen de inrichting van [belanghebbende] materiaal gestald waaronder containers, rijplaten, hekken, steigermateriaal en machines. Sinds 2013 is [belanghebbende A] gevestigd op de percelen [locatie 2] en [locatie 3].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1683
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak201806385/1/R3

201806905/1/R4

Bij besluit van 28 juni 2018 heeft de raad van de gemeente Bunnik het bestemmingsplan "BP [locatie 1] (Odijk) en [locatie 2] (Werkhoven)" gewijzigd vastgesteld. Het plan heeft betrekking op twee locaties, de [locatie 2] te Werkhoven en de [locatie 1] te Odijk. Het plan voorziet in de verplaatsing van [belanghebbende] naar [locatie 1] te Odijk en de realisering van woningbouw op [locatie 2] te Werkhoven, waar [belanghebbende] nu is gevestigd. Het perceel aan de [locatie 1] had deels een agrarische bestemming en deels reeds een bedrijfsbestemming met de nadere aanduiding "loonbedrijf". De verplaatsing van het loonbedrijf naar deze locatie vergt een verruiming van de bebouwingsmogelijkheden en het bestemmingsvlak. [appellant] en anderen wonen in de omgeving van de [locatie 1] en hun beroep richt zich uitsluitend tegen dit plandeel. Volgens hen maakt het plan ten onrechte de vestiging en uitbreiding van een bedrijf mogelijk in een kwetsbaar landelijk gebied.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1674
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak201806905/1/R4

201808464/2/R1

Bij tussenuitspraak van 28 augustus 2019, ECLI:NL:RVS:2019:2902, heeft de Afdeling de raad van de gemeente Texel opgedragen om binnen een termijn van 16 weken na de verzending van de tussenuitspraak het daarin geconstateerde gebrek in het besluit van 11 juli 2018 tot vaststelling van het bestemmingsplan "De Waal" te herstellen. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak onder 5.5 overwogen dat de raad onvoldoende heeft gemotiveerd waarom voor de bedrijfsgebouwen van [appellant sub 1] en [appellante sub 2] een goothoogte van 4,5 m is opgenomen. Ook acht de Afdeling onvoldoende gemotiveerd waarom op grond van artikel 5, lid 5.4.2, onder e, sub 1, van de planregels de hoogte voor buitenopslag van materialen gekoppeld is aan de goothoogte van 4,5 m. Hierbij acht de Afdeling van belang dat deze planregeling tot gevolg heeft dat de door [appellant sub 1] en [appellante sub 2] voor buitenopslag gebruikte bedrijfscontainers met een hoogte van 2,80 m ter plaatse niet meer kunnen worden gestapeld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1680
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak201808464/2/R1

201810044/1/A3

Bij besluiten van 3 augustus 2017 en 5 maart 2018 heeft de korpschef van politie een verzoek van [appellant A] en anderen om kennisneming van hen betreffende verwerkte politiegegevens gedeeltelijk toegewezen. [appellant A] en anderen hebben de korpschef verzocht om een opgave van de hen betreffende politiegegevens die verwerking hebben ondergaan en om een opgave of, en zo ja aan wie, deze gegevens gedurende een periode van vier jaar voorafgaand aan het verzoek zijn verstrekt. De korpschef heeft bij het besluit van 3 augustus 2017 een overzicht gegeven van de registraties waarin politiegegevens van [appellant A] en anderen zijn verwerkt. Daarbij heeft de korpschef meegedeeld dat bij navraag bij de Eenheid Noord-Holland is gebleken dat met betrekking tot [appellant A] nog een onderzoek loopt en daarom de kennisneming van de hem betreffende politiegegevens wordt geweigerd in het belang van de goede uitvoering van de politietaak.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1644
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Politiegegevens
  • uitspraakin de zaak201810044/1/A3

201902341/4/A2

Bij tussenuitspraak van 18 maart 2020, ECLI:NL:RVS:2020:793, heeft de Afdeling het college van burgemeester en wethouders van Zuidplas opdragen om binnen twaalf weken na verzending van deze uitspraak alsnog toereikend te motiveren waarom de door [appellant] overgelegde gegevens met betrekking tot de WOZ-waarde het college geen aanleiding geven om aan de juistheid van het nadere advies te twijfelen, dan wel een gewijzigd besluit te nemen. Het college diende de Afdeling en [appellant] de uitkomst mede te delen en een eventueel nieuw besluit op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend te maken en mede te delen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1653
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201902341/4/A2

201902845/1/R4

Bij besluit van 14 februari 2019 heeft de raad van de gemeente Maasdriel het bestemmingsplan "Buitengebied herziening 2017, [locatie B]" vastgesteld. [bedrijf] exploiteert een groothandel in aardappelen en uien en een fabriek waarin aardappelen worden verwerkt tot producten die, onder meer, aan supermarkten worden geleverd. Het bedrijf van [bedrijf] is thans gevestigd in de gemeente Hedel op de percelen [locatie A], [locatie B] en [locatie C]. Het plan maakt de uitbreiding van het bedrijf van [bedrijf] mogelijk met een productiehal met een oppervlakte van 4.550 m2 op het perceel aan de [locatie D], dat ongeveer 10.500 m2 groot is. [appellant A] woont in de woonwijk de Grutakker in de nabije omgeving van het bedrijf van [bedrijf]. Ook [appellant B] woont in de nabije omgeving van het bedrijf van [bedrijf]. [appellanten] kunnen zich niet verenigen met de locatiekeuze voor de uitbreiding van het bedrijf van [bedrijf]. Zij vrezen voor een ernstige aantasting van hun woon- en leefklimaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1670
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201902845/1/R4

201903031/1/R1

Bij besluit van 21 februari 2019 heeft de raad van de gemeente Zaltbommel het bestemmingsplan "Buitengebied Zaltbommel, Maas-Waalweg 15 Zuilichem" vastgesteld. Proscopius is eigenaar van het perceel Maas-Waalweg 15 en exploiteerde tot 1 januari 2018 een partycentrum op dit perceel (De Heeren van Suylichem). Zij heeft het voornemen om op dit perceel en het naastgelegen perceel dat een agrarische bestemming heeft, grootschalige huisvesting voor arbeidsmigranten te realiseren. Het gaat daarbij om zeven gebouwen met in totaal 200 wooneenheden. Het college van burgemeester en wethouders van Zaltbommel heeft op 11 juli 2017 besloten om medewerking te verlenen aan dit initiatief, in lijn met het in 2017 door de raad vastgestelde beleid. Naar aanleiding van maatschappelijke onrust over het initiatief heeft de raad echter besloten om het beleid over huisvesting van arbeidsmigranten te heroverwegen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1639
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201903031/1/R1

201903930/1/R3

Bij besluit van 26 maart 2019 heeft de raad van de gemeente Ooststellingwerf het bestemmingsplan "Buitengebied 2016, Veegplan 2018" vastgesteld. Het Veegplan heeft betrekking op bijna het gehele buitengebied van de gemeente Appelscha. Het ziet op het herstel van enkele omissies in het bestemmingsplan "Buitengebied 2016" (hierna: bestemmingsplan 2016) en enkele herzieningen op perceelsniveau in verband met actuele ontwikkelingen. De raad heeft onder meer in het plan een regeling opgenomen om de op het perceel [locatie] te Appelscha (hierna: het perceel) gevestigde sierheesterkwekerij toe te staan. [belanghebbende] exploiteert dit bedrijf. [appellant] woont naast het perceel. Zij kan zich niet verenigen met het plan, omdat het toestaan van het bedrijf leidt tot aantasting van het milieu en haar woon- en leefklimaat, vooral door het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1649
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Friesland
  • uitspraakin de zaak201903930/1/R3

201904284/1/A2

Bij besluit van 27 september 2018 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat een verzoek van [appellante] om nadeelcompensatie afgewezen. Het geschil tussen partijen gaat over de afwijzing van een verzoek om nadeelcompensatie. Nadeelcompensatie wordt desgevraagd toegekend, indien een bestuursorgaan, in de rechtmatige uitoefening van zijn publiekrechtelijke bevoegdheid of taak, schade veroorzaakt die uitgaat boven het normale maatschappelijke risico of normale ondernemersrisico en die de benadeelde in vergelijking met anderen onevenredig zwaar treft. [appellante] is eigenaar van een aantal percelen te [plaats], (hierna: de percelen) en heeft deze percelen in gebruik ten behoeve van een agrarisch bedrijf. Bij aanvraagformulier van 11 juli 2016, door Rijkswaterstaat ontvangen op 25 juli 2016, heeft zij een verzoek om nadeelcompensatie ingediend, verband houdende met de peilopzet van de Maas.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1656
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Geld
  • uitspraakin de zaak201904284/1/A2

201904334/1/R4

Bij uitspraak van 20 februari 2019 in zaak nr. 201805017/3/A1 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak het verzet van [verzoekster] ongegrond verklaard. De Afdeling heeft op 15 november 2017 in zaak nr. 201609226/1/A1 uitspraak gedaan op het beroep van [verzoekster] tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 26 oktober 2016 in zaak nr. 16/170. De Afdeling heeft de uitspraak van de rechtbank bevestigd. In die zaak was een besluit van het college aan de orde waarbij het een verzoek van [verzoekster] om handhavend optreden tegen de aanplant van struiken op het perceel [locatie] in Lexmond heeft afgewezen.[verzoekster] heeft de Afdeling verzocht om die uitspraak te herzien. Bij uitspraak van 6 juni 2018 in zaak nr. 201709339/1/A1 heeft de Afdeling dat verzoek afgewezen. [verzoekster] heeft de Afdeling verzocht om die uitspraak te herzien. Bij uitspraak van 26 september 2018 in zaak nr. 201805017/2/A1 heeft de Afdeling dat verzoek afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1632
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Herziening
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201904334/1/R4

201904340/1/R4

Bij uitspraak van 20 februari 2019 in zaak nr. 201805020/3/A1, heeft de Afdeling het verzet van [verzoekster] ongegrond verklaard. De Afdeling heeft op 15 november 2017 in zaak nr. 201609224/1/A1 uitspraak gedaan op het beroep van [verzoekster] tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam in zaak nr. 16/169. De Afdeling heeft de uitspraak van de rechtbank bevestigd. In die zaak was een besluit van het college aan de orde waarin het aan [belanghebbende] een omgevingsvergunning heeft verleend voor het bouwen van een garage/berging op het perceel [locatie] in Lexmond.[verzoekster] heeft de Afdeling verzocht om die uitspraak te herzien. Bij uitspraak van 6 juni 2018 in zaak nr. 201709380/1/A1 heeft de Afdeling dat verzoek afgewezen. [verzoekster] heeft de Afdeling verzocht om die uitspraak te herzien. Bij uitspraak van 26 september 2018 in zaak nr. 201805020/2/A1 heeft de Afdeling dat verzoek afgewezen. Het verzoek is in die uitspraak opgevat als een nieuw verzoek om herziening van de oorspronkelijke uitspraak.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1633
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Herziening
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201904340/1/R4

201904417/1/A3

Bij besluit van 5 april 2018 heeft de burgemeester van Rotterdam de woning aan de [locatie] te Rotterdam gesloten voor de duur van zes maanden. [appellant sub 2] huurt de woning aan de [locatie] te Rotterdam. Hij woont hier met zijn vrouw en vier van hun zes kinderen. Op 5 januari 2018 zijn politieagenten naar de woning gegaan vanwege een melding van huiselijk geweld. Uit de door de politie opgemaakte bestuurlijke rapportage blijkt dat de politieagenten, toen ze in de woning aan het praten waren met twee van de kinderen, de vrouw hoorden zeggen: "verstop het snel". De vrouw stond op dat moment in de deuropening naar een slaapkamer. De politieagenten gingen naar de slaapkamer en vonden daar een plastic zak met 14 gripzakjes gevuld met wit en bruin poeder. Uit indicatieve testen is gebleken dat het ging om 4 zakjes met in totaal 0,5 gram heroïne en 10 gripzakjes met in totaal 1,4 gram cocaïne. De burgemeester heeft hierin aanleiding gezien de woning op grond van de Opiumwet voor zes maanden te sluiten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1682
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Drugs
  • uitspraakin de zaak201904417/1/A3

201904701/1/A2

Bij besluit van 23 maart 2018 heeft het CBR geweigerd aan [appellant] een verklaring van geschiktheid voor de rijbewijscategorie A te verstrekken. [appellant] mist zijn volledige linkerbeen als gevolg van een amputatie in 1966. Aan zijn rechterbeen heeft hij geen beperking. [appellant] wil graag op een tweewielige motorfiets, voorzien van een Feetless Bike System, rijden. Het FBS is een in Duitsland ontwikkeld systeem om mensen met een beperking in staat te stellen een (tweewielige) motorfiets te besturen. Om in aanmerking te komen voor een rijbewijs voor de categorie A heeft [appellant] op 30 januari 2017 aan het CBR een verklaring van geschiktheid voor deze categorie gevraagd. Het CBR heeft geweigerd deze verklaring te verstrekken. Vanwege de verkeersveiligheid staat het CBR uitsluitend compensatiemiddelen voor een handicap toe indien deze een volledige compensatie voor de handicap bieden. Na uitvoerig testen van het FBS is gebleken dat het FBS het gebruik van het been op diverse punten niet compenseert.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1681
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak201904701/1/A2

201904972/1/A2

Bij besluit van 16 augustus 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Smallingerland [appellante] een vergoeding van € 20.434,00 als nadeelcompensatie voor het jaar 2012 toegekend en een aanvraag om tegemoetkoming in planschade afgewezen. Het geschil tussen partijen gaat over de hoogte van de toegekende nadeelcompensatie en de afwijzing van de aanvraag om tegemoetkoming in planschade. Op 13 april 2012 heeft [appellante] een aanvraag ingediend om nadeelcompensatie en tegemoetkoming in planschade in verband met de herontwikkeling van het Raadhuisplein. Volgens het college is de planologische situatie voor [appellante] niet verslechterd. De bereikbaarheid van het bedrijfspand is niet verminderd en de parkeervoorzieningen zijn eerder verbeterd dan verslechterd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1669
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201904972/1/A2

201905150/1/R4

Karting Eefde exploiteert een kartbaan, klimpark en survivalbaan op het perceel. [wederpartij] woont op het perceel [locatie 1] en is eigenaar van een perceel, dat voorheen bekend was als het perceel [locatie 2] te Eefde (hierna: perceel [locatie 2]). Bij besluit van 25 juli 2017 heeft het college aan Karting Eefde een omgevingsvergunning verleend als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo voor het bouwen van een klimrots ten behoeve van de survivalbaan op het perceel. De vergunde klimwand is 12 m hoog. De afstand tussen het perceel [locatie 2] en de voorziene klimwand bedraagt ongeveer 15 m. Tussen de locatie van de klimwand en het perceel van [wederpartij] staan loofbomen. [wederpartij] verhuurt het perceel. Het perceel is in gebruik bij een stichting die daarop een landgoed ontwikkelt. Op het perceel staat een yurt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1671
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201905150/1/R4

201905461/1/A2

Bij besluit van 19 september 2017 heeft de Belastingdienst/Toeslagen teveel ontvangen voorschotten huurtoeslag over 2017 ten bedrage van € 1.182,00 van [appellante] teruggevorderd. [appellante] heeft met ingang van 1 april 2017 huurtoeslag aangevraagd voor de woning aan de [locatie] te Zwolle. Zij heeft voorschotten huurtoeslag over dat jaar ontvangen. In het besluit van 21 september 2017 zijn die voorschotten herzien tot nihil, omdat zij niet was ingeschreven op dat adres in de Basisregistratie Personen. [appellante] heeft in bezwaar bewijsstukken overgelegd waarmee zij aannemelijk heeft gemaakt dat zij in de periode van 1 april 2017 tot en met 30 september 2017 daadwerkelijk op dat adres woonde. Bij het besluit op bezwaar is het bezwaar in zoverre gegrond verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1657
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak201905461/1/A2

201905510/1/A2

Bij besluit van 21 december 2015 heeft het college van burgemeester en wethouders van Sint Anthonis een aanvraag van [appellant] om een tegemoetkoming in planschade afgewezen. Het geschil tussen partijen gaat over de afwijzing van een aanvraag om een tegemoetkoming in planschade. Uit artikel 6.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening volgt dat planschade bestaat uit een inkomensderving of een vermindering van de waarde van een onroerende zaak als gevolg van een in het tweede lid vermelde oorzaak. [appellant] is eigenaar van de vrijstaande woning aan de [locatie] te Landhorst. Op 27 januari 2015 heeft hij het college verzocht om een tegemoetkoming in de planschade die hij heeft geleden door de inwerkingtreding van het wijzigingsbesluit van 30 november 2009. Dit wijzigingsbesluit voorziet in de vergroting van het bouwvlak van een ten noordwesten van de woning gelegen agrarisch perceel.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1658
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak201905510/1/A2

201905696/1/A3

Bij besluit van 16 april 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam aan [appellant] een bestuurlijke boete opgelegd van € 18.000,00. Kleiburg is een flatgebouw met woningen in Amsterdam Zuidoost. [appellant] is sinds 2015 eigenaar van de in dit gebouw gelegen woning met nummer [...]. In 2016 heeft [appellant] hierin twee zelfstandige studio’s gemaakt, die beschikken over eigen voorzieningen en een eigen voordeur. [appellant] verkeerde in de veronderstelling dat hij hiervoor geen vergunning nodig had. Naar aanleiding van berichten in de pers en op social media, heeft hij in het najaar van 2017 alsnog informatie ingewonnen bij de gemeente. Toezichthouders van de gemeente hebben op 31 oktober 2017 een controle uitgevoerd en een rapport van bevindingen opgemaakt. Daaruit blijkt dat de woonruimte is omgevormd in twee zelfstandige studio’s en dat die elk zijn verhuurd aan derden

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1654
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201905696/1/A3

201905699/1/R4

Bij besluit van 26 september 2013 heeft het college van burgemeester en wethouders van Bronckhorst het verzoek van [appellant sub 1] om handhavend op te treden tegen de (geluids)overlast en ruimtelijke inpassing van [dierenpension] aan de [locatie 1] te Hengelo (Gelderland), afgewezen. [appellant sub 1] woont aan de [locatie 2]. De afstand tussen zijn woning en het buitenverblijf van de in het dierenpension aan de [locatie 1] verblijvende honden bedraagt ongeveer 200 meter. [appellant sub 1] ondervindt geluidhinder van het dierenpension en wil dat het college daartegen handhavend optreedt. Voor het in werking hebben van een dierenpension is vanaf 1 januari 2016 geen omgevingsvergunning meer nodig. Met ingang van die datum gelden voor het dierenpension de algemene regels van het Activiteitenbesluit milieubeheer, met dien verstande dat de aan de omgevingsvergunning van 6 juli 2010 verbonden voorschriften tot 1 januari 2019 van rechtswege als maatwerkvoorschriften bleven gelden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1638
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201905699/1/R4

201905994/1/A3

Bij besluit van 13 augustus 2018 heeft de minister voor Rechtsbescherming de aanvraag van de [moeder] van de kinderen van [appellant] om een geslachtsnaamswijziging toegewezen. [moeder], tot 3 december 2012 gehuwd geweest met [appellant], heeft de minister op grond van het Besluit geslachtsnaamswijziging gevraagd om de geslachtsnaam van hun [kinderen] te wijzigen van ‘[achternaam appellant]’ in ‘[achternaam moeder]’. [appellant] is onherroepelijk veroordeeld voor het voor zes maanden meenemen van zijn kinderen naar zijn geboorteland Algerije zonder de toestemming van [moeder]. [moeder] wil het door een geslachtsnaamswijziging van de kinderen voor [appellant] moeilijker maken om zonder haar toestemming de kinderen mee te nemen. De minister heeft het verzoek van [moeder] op grond van het toenmalige artikel 6 van het Besluit toegewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1643
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak201905994/1/A3

201906033/1/A3

Bij besluit van 11 juli 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag een bestuurlijke boete van € 10.250,- aan [appellant] opgelegd. Op 22 december 2016 heeft de politie een hennepkwekerij aangetroffen in de woning van [appellant]. Volgens [appellant] kweekte hij deze hennepplanten om er hennepolie van te maken voor een zieke vriend in Polen. Het college heeft naar aanleiding van de ontdekking van de hennepkwekerij een bestuurlijke boete van € 10.250,- aan [appellant] opgelegd wegens overtreding van artikel 21 van de Huisvestingswet 2014.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1645
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201906033/1/A3

201906045/1/A3

Bij besluit van 29 maart 2017 heeft de minister van Economische Zaken beslist op een door de Stichting ingediend verzoek om haar op grond van de Wet openbaarheid van bestuur documenten te verstrekken. Bij brief van 1 februari 2017 heeft Stichting Platform Storm bij de minister een Wob-verzoek ingediend. Dit verzoek is als volgt omschreven: "Namens de stichting, gevestigd te Zuiderdiep 189 in Nieuw Buinen, vraag ik u informatie te verstrekken inzake SDE+-subsidieaanvraag voor windpark De Drentse Monden en Oostermoer. Het windpark is financieel afhankelijk van het toekennen van de SDE+-subsidie. Op 27 september jl. is de najaarsronde 2016 opengesteld met een budget van € 5 miljard. Deze najaarsronde stond tot en met 27 oktober jl. open. De aanvragen moeten worden beoordeeld door de Rijkdienst voor Ondernemend Nederland. Dit zoals u in de kamerbrief van 1 november 2016 aangeeft, om aan te geven op welke aanvragen positief wordt beschikt. […]"

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1647
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak201906045/1/A3

201906127/1/R4

Bij besluit van 19 oktober 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van De Bilt aan [vergunninghouder] een omgevingsvergunning verleend voor de activiteiten bouwen van bouwwerken, het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan en het vellen van houtopstanden op het perceel [locatie 1] te Groenekan en het voor het veranderen of maken van een uitweg op een gemeentelijk weg. Het perceel is ongeveer 4.000 m² groot. Op het perceel staat een villa en rondom de villa ligt een bosrijke tuin. Op het perceel is het bestemmingsplan "Groenekan 2009" van toepassing. Op de verbeelding bij het bestemmingsplan is vermeld dat de bestemming "Wonen" en de bouwaanduiding "gestapeld" op het perceel van toepassing zijn. Ingevolge de regels bij het bestemmingsplan zijn op het perceel zes gestapelde woningen toegestaan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1637
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201906127/1/R4

201906332/1/R4

Bij besluit van 16 juli 2019 heeft de raad van de gemeente Oost Gelre het bestemmingsplan "Dorpskern Lichtenvoorde, herziening Antoniushove Lichtenvoorde" gewijzigd vastgesteld. Het plangebied is gelegen binnen het stedelijk gebied van Lichtenvoorde en wordt begrensd door onder meer de Varsseveldseweg, Rapenburgsestraat en het Fransicanessenpad. In het voorheen geldende plan "Dorskern Lichtenvoorde" had het plangebied grotendeels de bestemming "Maatschappelijk" met de aanduiding "gezondheidszorg". Hier is het gebouw Antoniushove aanwezig, waarin 86 zorg-appartementen zijn ondergebracht. Het thans voorliggende plan voorziet in een herontwikkeling van dit gebouw. Het is de bedoeling dat het bestaande gebouw wordt gesloopt en dat hier een nieuw gebouw wordt gerealiseerd met 104 zelfstandige wooneenheden, bedoeld voor individueel beschut wonen. Hierbij wonen mensen in een eigen appartement, maar binnen een geclusterde woonvorm. Er zal daarbij 24-uurs professionele zorg aanwezig zijn.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1663
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak201906332/1/R4

201906344/1/A3

Bij besluit van 1 maart 2018 heeft de burgemeester van Oldenzaal [appellant] onder aanzegging van bestuursdwang gelast de woning op de locatie [locatie] te Oldenzaal voor de duur van drie maanden te sluiten. Op de zolder van de woning is op 27 februari 2018 een hennepkwekerij ontmanteld. Blijkens het zogenoemde Hennepbericht van de politie zijn daarbij 174 hennepplanten verwijderd. Ook was er sprake van eerdere oogst en diefstal van stroom. De burgemeester heeft daarop de woning laten sluiten. In geschil is of in dit geval sprake is van een ernstige situatie die een directe sluiting van de woning, zonder eerst een waarschuwing te geven, rechtvaardigt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1651
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201906344/1/A3

201906445/1/A3

Bij besluit van 18 januari 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag aan [appellant] een bestuurlijke boete van € 10.250,- opgelegd. Op 2 november 2016 heeft de politie in de woning van [appellant] een hennepkwekerij aangetroffen. Naar aanleiding daarvan heeft het college op grond van artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014 in samenhang gelezen met artikel 35, aanhef en onder a, van de Huisvestingsverordening Den Haag 2015-2019 een bestuurlijke boete aan [appellant] opgelegd wegens het onttrekken van zijn woning aan de woonbestemming zonder een daartoe strekkende vergunning. Het college heeft het bezwaar gegrond verklaard, de boete gematigd en in het besluit op bezwaar een bestuurlijke boete van € 5.000,- opgelegd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1642
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201906445/1/A3

201906468/1/R4

Bij besluit van 27 januari 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Ede een verzoek van [appellanten] om handhavend op te treden tegen het ophogen van het perceel [locatie 1] in Harskamp ten behoeve van een tweede stal op het perceel, afgewezen. Op 17 april 2014 heeft [belanghebbende] een aanvraag ingediend voor de wijziging van het bouwplan. Bij besluit van 28 augustus 2014 is aan Maatschap [belanghebbende] omgevingsvergunning verleend voor het gewijzigd uitvoeren van de op 29 mei 2012 verleende omgevingsvergunning. Hierbij is omgevingsvergunning verleend voor de activiteiten het (ver)bouwen van een bouwwerk, beperkte milieutoets en het gebruik van gronden of bouwwerken in strijd met de regels van ruimtelijke ordening. In de tekst van de omgevingsvergunning is aangegeven dat het bouwpeil is vastgesteld op 17,29 NAP en dat dit heeft te gelden als de in artikel 2 van de planregels bedoelde gemiddelde hoogte van het afgewerkte bouwterrein.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1635
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201906468/1/R4

201906524/1/A3

Bij besluit van 23 februari 2017 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan [appellante] een bestuurlijke boete opgelegd van € 36.000,00. Op 2 februari 2016 hield [appellante] een brandbestrijdingsoefening in een gebouw aan de [locatie] te Amersfoort. Tijdens deze brandbestrijdingsoefening is [slachtoffer], als vrijwilliger werkzaam voor [appellante], een arbeidsongeval overkomen. Het slachtoffer stond op een galerij, ongeveer 3,5 meter boven de begane grond. Een metalen hekwerk diende als randbeveiliging van de galerij. Een deel van het hekwerk was afneembaar en was vastgemaakt aan het andere - niet afneembare - hekwerk. Het slachtoffer heeft zichzelf op een gegeven moment tegen het hekwerk aangedrukt om ruimte vrij te maken voor een aantal naderende collega’s. Door het gewicht van het slachtoffer is het afneembare hekwerk losgekomen en naar beneden gevallen. Hierdoor heeft het slachtoffer zijn evenwicht verloren en is hij naar beneden gevallen op een betonnen vloer.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1655
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201906524/1/A3

201906675/1/R4

Bij besluit van 19 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Vijfheerenlanden het verzoek van [appellante] om handhavend op te treden tegen het door [appellante] gestelde afwijkende gebruik van de bij besluit van 17 augustus 2017 verleende omgevingsvergunning voor de activiteit "brandveilig gebruik", van Hotel aan de Linge op het perceel Lingedijk 2 te Kedichem, afgewezen. De toezichthouder van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid heeft bij de controle van 29 juni 2018 geconstateerd dat alle punten met betrekking tot de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen in orde zijn gemaakt. Het college heeft, mede onder verwijzing naar de rapporten van de Omgevingsdienst, het verzoek van [appellante] om handhaving bij besluit van 19 juli 2018 afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1668
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201906675/1/R4

201906774/1/R1

Bij besluit van 26 januari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad aan [appellant] een last onder dwangsom opgelegd wegens het zonder omgevingsvergunning oprichten van een houten berging op het perceel [locatie] in Zaandam. Het college heeft een dwangsom opgelegd omdat er geen omgevingsvergunning is verleend voor de berging. Nu legalisering van de illegaal gebouwde berging volgens het college niet aan de orde is, heeft het college [appellant] gelast om de berging binnen 12 weken na de verzenddatum van het besluit van 26 januari 2018 te verwijderen en verwijderd te houden. Indien aan de gegeven last niet, niet volledig of niet tijdig wordt voldaan, verbeurt [appellant] een dwangsom van € 2.500,00 ineens. [appellant] kan zich niet met de last onder dwangsom verenigen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1636
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201906774/1/R1

201907017/1/A3

Bij besluit van 12 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Hollands Kroon het verzoek van [appellant] om handhavend op te treden tegen de afsluiting van het pad tussen [locatie 1] en [locatie 2] in Wieringerwerf afgewezen. De percelen [locatie 1] en [locatie 2] waren één perceel. De toenmalige gebruiker had op het huidige nummer [locatie 2] zijn bedrijf en op nummer [locatie 1] woonde hij. Later is het perceel gesplitst. [appellant] heeft winkel met bovenwoning op nummer [locatie 2] en [belanghebbende] woont op nummer [locatie 1]. Tussen het huis van [appellant] en dat van [belanghebbende] ligt het pad. Volgens [appellant] werd het pad lange tijd gebruikt als doorgang naar de achtertuinen van de huizen aan de Planetenlaan en het parkeerterrein en de garages aan de Mercuriusstraat. [belanghebbende] die het huis eerst huurde en in 2010 het perceel heeft gekocht van de verhuurder, heeft het pad afgesloten voor anderen. [appellant] is het daar niet mee eens.

Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Wegenwet
  • uitspraakin de zaak201907017/1/A3

201907208/1/R2

Bij besluit van 27 februari 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Vught geweigerd aan Kindergarden Nederland B.V. een omgevingsvergunning te verlenen voor het verbouwen van een rijksmonumentaal pand ten behoeve van een kinderdagverblijf met buitenschoolse opvang op het perceel aan de Taalstraat 53 te Vught. Sthubati Beheer is eigenaresse van het perceel. Op het perceel staat een monumentaal pand dat ten tijde van belang verhuurd werd aan Kindergarden. Kindergarden wilde in het pand een kinderdagverblijf met buitenschoolse opvang gaan exploiteren. Om dit mogelijk te maken heeft Kindergarden op 1 augustus 2018 een aanvraag ingediend voor het verbouwen van het pand. Het ten tijde van belang ter plaatse geldende bestemmingsplan "Taalstraat/Loyolalaan" kent de bestemming "Dienstverlening" aan het perceel toe.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1648
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201907208/1/R2

201907271/1/R4

Bij besluit van 31 juli 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam zijn beslissing om op 31 juli 2019 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening Rotterdam 2009 aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. Daarbij heeft het college vermeld dat de kosten van de toepassing van bestuursdwang, te weten €125,00, voor rekening van [appellant] komen. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een huisvuilzak die op 31 juli 2019 is aangetroffen naast een ondergrondse inzamelcontainer (hierna: container) ter hoogte van het perceel Goudse Rijweg 18 in Rotterdam. Het college is ervan uitgegaan dat [appellant] de huisvuilzak verkeerd heeft aangeboden, omdat in de huisvuilzak een medicijndoosje is aangetroffen met daarop de adresgegevens van [appellant].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1672
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201907271/1/R4

201907291/1/R1

Bij besluit van 27 augustus 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Lochem de locatie hoek Blauwedijk/Bakkersteeg in Almen aangewezen als locatie voor inzamelvoorzieningen voor papier, PMD, restafval, incontinentiemateriaal, textiel en glas. Het college heeft de locatie hoek Blauwedijk/Bakkersteeg aangewezen als locatie voor inzamelvoorzieningen voor papier, PMD, restafval, incontinentiemateriaal, textiel en glas. [appellant] en anderen zijn eigenaren van de woningen die in de nabijheid van deze locatie liggen en vrezen voor onder meer verkeershinder en aantasting van de landschappelijke waarde ter plaatse van het milieuparkje.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1662
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201907291/1/R1

201907330/1/R1

Bij besluit van 17 september 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Schiedam een plaatsingsplan vastgesteld voor de plaatsing van ondergrondse restafvalcontainers in de wijken Sveaparken, Spaland en Kethel in Schiedam. Het plaatsingsplan voorziet onder meer in de aanwijzing van de locatie Kalixfors naast de parkeerplaats tegenover huisnummer 3. [appellant] en anderen wonen aan de [locaties]. De aangewezen locatie Kalixfors tegenover huisnummer 3, bevindt zich op korte afstand van hun woningen. [appellant] en anderen kunnen zich niet met de aanwijzing van deze locatie verenigen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1676
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201907330/1/R1

201907399/1/R4

Bij besluit van 10 september 2019 (hierna: het bestreden besluit) heeft de minister van Economische Zaken en Klimaat besloten dat de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. de winning van het Groningen gasveld voor het gasjaar 2019-2020 uitvoert overeenkomstig de in de bijlage bij dit besluit opgenomen operationele strategie 1 en zich daarbij houdt aan de in het besluit gestelde regels. Sinds de inwerkingtreding van de Mijnbouwwet hebben de minister van Economische Zaken en daarna de minister een aantal besluiten genomen over instemming met een winningsplan van de NAM voor het Groningenveld, namelijk in 2004, 2007, 2015, 2016, 2017 en in 2018. De in 2015, 2016, 2017 en 2018 genomen besluiten zijn onderwerp geweest van drie eerdere beroepsprocedures bij de Afdeling. De appellanten zijn mensen die persoonlijk gevolgen ondervinden van de gaswinning, en de Groninger Bodem Beweging, die opkomt voor de belangen van mensen die schade ondervinden als gevolg van de gaswinning.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1665
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Milieu - Overige
  • uitspraakin de zaak201907399/1/R4
  • persberichtbij de uitspraak in de zaak201907399/1/R4

201907424/1/R4

Bij besluit van 5 juli 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam zijn beslissing om op 30 juni 2019 spoedeisende bestuursdwang toe te passen jegens [appellante] wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening Rotterdam 2009 aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. Daarbij heeft het college vermeld dat de kosten van de toepassing van bestuursdwang, te weten €125,00, voor rekening van [appellante] komen. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft volgens het college bestaan uit het verwijderen van een platte kartonnen doos van ongeveer A4-formaat (hierna: de doos), die op 30 juni 2019 zou zijn aangetroffen naast een ondergrondse inzamelcontainer ter hoogte van het perceel Cillerhoekstraat 2 te Rotterdam. Het college heeft zich hierbij gebaseerd op een ambtelijke rapportage.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1673
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201907424/1/R4

201907652/1/R1

Bij besluit van 5 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Helder [appellante] een last onder bestuursdwang opgelegd. Volgens het college heeft [appellante] de voor- en achterzijde van haar woning op het perceel [locatie A] in Den Helder geverfd in een kleur die een welstandsexces oplevert. [appellante] handelt daardoor in strijd met artikel 12, eerste lid, van de Woningwet. Het college heeft haar daarom in het in bezwaar gehandhaafde besluit van 5 juli 2018 onder aanzegging van bestuursdwang gelast om voor 1 oktober 2018 de voor- en achtergevel van de woning op het perceel te (laten) verven in een andere kleur dan de fel geelgroene kleur die door haar op deze gevels is aangebracht, zodat het welstandsexces wordt opgeheven. Deze kleur mag niet in ernstige mate in strijd zijn met redelijke eisen van welstand.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1659
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201907652/1/R1
  • persberichtbij de uitspraak in de zaak201907652/1/R1

201907693/1/R1

Bij besluit van 8 mei 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Arnhem een plaatsingsplan vastgesteld voor de plaatsing van ondergrondse afvalcontainers in Arnhem. [appellant] woont aan de [locatie]. Er is een locatie tegenover de woning van [appellant] aangewezen voor twee OAC’s voor plastic en papier. Hij kan zich niet met de aanwijzing van deze locatie verenigen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1677
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201907693/1/R1

201907985/1/R1

Bij besluit van 19 september 2019 heeft de raad van de gemeente Haarlem het bestemmingsplan "Reparatieplan A Haarlem 2019" vastgesteld. Met het reparatieplan wordt beoogd onvolkomenheden in andere bestemmingsplannen te herstellen. Het plangebied bestaat uit verschillende locaties in Haarlem, waaronder de Grote Houtstraat 1A en 1B (tegenwoordig geadresseerd als de Grote Markt 16). Het Frans Hals Museum, De Hallen, is hier gevestigd. Het voorheen geldende plan "Oude Stad" staat een museumfunctie in de Verweyhal op de verdieping van de Grote Houtstraat 1B abusievelijk niet toe. Met het reparatieplan wordt een museum op de Grote Markt 16 (de verdiepingen van de Grote Houtstraat 1A en 1B) toegestaan. [appellant] is deels eigenaar van het appartementsrecht voor het pand Grote Houtstraat 1A en 1B. Hij kan zich niet verenigen met het reparatieplan voor zover het op de verdieping aan de Grote Houtstraat 1A en 1B in een museumfunctie voorziet.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1667
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak201907985/1/R1

201907992/1/R2 en 201908150/1/R2

Bij uitspraak van 23 oktober 2019 in zaak nrs. 201900576/1/R2 en 201901164/1/R2 heeft de Afdeling, voor zover hier van belang, het beroep van [verzoekster] tegen het besluit van de raad van Vijfheerenlanden (voorheen: Zederik) van 29 juni 2015 niet-ontvankelijk verklaard en het beroep tegen het besluit van 19 november 2018 ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1634
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Herziening
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak201907992/1/R2 en 201908150/1/R2

201908016/1/A3

Bij besluit van 31 oktober 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam aan [appellant] een boete opgelegd van € 20.500,00 wegens het zonder vergunning onttrekken van woonruimte. [appellant] stond vanaf 1 maart 2017 ingeschreven op het adres [locatie] te Amsterdam en huurde de woning met ingang van 1 april 2017. Nadat het college meerdere meldingen had ontvangen dat de woning niet wordt bewoond en aan toeristen wordt verhuurd, heeft het een onderzoek ingesteld naar de woning. In het rapport van bevindingen staat dat toezichthouders van de gemeente op 30 april 2017 tijdens een bezoek hebben geconstateerd dat in de woning vier toeristen verbleven, die de woning via www.booking.com hadden geboekt voor vier nachten, en dat er geen persoonlijke spullen in de woning waren. Het college heeft ook een administratief onderzoek gedaan. Hieruit is naar voren gekomen dat de woning op meerdere boekingwebsites wordt aangeboden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1664
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201908016/1/A3

201908186/1/R2

Bij besluit van 23 september 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van 's-Hertogenbosch aan Stichting Zayaz een omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van 83 sociale huurappartementen en 4 groepswoningen met 11 eenheden per groep voor psychogeriatrische zorg op het perceel aan het Sweelinckplein 12-20G te ’s-Hertogenbosch. Volgens het college is het bouwplan in strijd met deze bestemming, omdat de functie wonen daarbinnen niet is toegestaan. Verder wordt de maximaal toegestane bouwhoogte deels overschreden en is het bouwplan deels buiten het bouwvlak voorzien. Het college heeft de gevraagde omgevingsvergunning verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3°, van de Wabo. [appellant] woont op het perceel aan het [locatie] te ’s-Hertogenbosch en kan zich niet met het besluit van 23 september 2019 verenigen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1646
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201908186/1/R2

201908331/1/R1

Bij besluit van 16 mei 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad besloten tot invordering van door [appellant] verbeurde dwangsommen van in totaal € 50.000,00. [appellant] is eigenaar van het pand met de adressen [locatie A], [locatie B] en [locatie C] in Zaandam. De woonruimte op de begane grond heeft huisnummer [locatie A], de bovenwoning heeft huisnummer [locatie B] en de woonruimte in de kelderverdieping heeft huisnummer [locatie C]. Het college heeft bij twee afzonderlijke besluiten van 13 oktober 2017 aan [appellant] in totaal tien lasten onder dwangsom en een preventieve last onder dwangsom opgelegd wegens in het pand geconstateerde overtredingen van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en een aantal voorschriften van het Bouwbesluit 2012. De besluiten van 13 oktober 2017 zijn in rechte onaantastbaar. Met de in bezwaar gehandhaafde besluiten van 16 mei 2018 en 22 mei 2018 is het college tot invordering van verbeurde dwangsommen overgegaan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1660
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak201908331/1/R1

201908394/1/R2

Bij besluit van 13 maart 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Beekdaelen aan vergunninghouder], handelend onder de naam [bedrijf], een omgevingsvergunning verleend voor het uitbreiden van een minicamping met 10 extra plaatsen op het perceel [locatie] te [plaats]. [bedrijf] is een bedrijf, gevestigd aan de [locatie] te [plaats], dat onder andere is gericht op de kleine fruitteelt. [vergunninghouder] en zijn vrouw exploiteren op dit perceel ook een camping, met 15 kampeerplaatsen. Zij willen graag deze met 10 plaatsen uitbreiden naar 25 plaatsen. In verband daarmee heeft [vergunninghouder], namens [bedrijf], een omgevingsvergunning aangevraagd. [appellant] woont in de nabijheid van het perceel. Hij vreest voor een toename van de overlast.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1675
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak201908394/1/R2

201908440/1/R1

Bij besluit van 20 december 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht locatie 223 in de Biltstraat ter hoogte van nummer 119, aangewezen voor het plaatsen van een ondergrondse restafvalcontainer. In de in bezwaar gehandhaafde besluiten van 20 december 2018, 22 januari 2019 en 22 maart 2019 heeft het college in totaal drie locaties aangewezen voor de plaatsing van in totaal vier orac’s. [appellant A] en anderen wonen op Biltstraat [nummer], [nummer], [nummer], [nummer] en [nummer] en hebben tegen de aanwijzingsbesluiten bezwaar gemaakt en vervolgens tegen het besluit op bezwaar beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1661
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak201908440/1/R1

201908580/1/R2

Op 22 augustus 2019 hebben Radrema Auto’s en [appellant] beroep ingesteld tegen het niet tijdig bekendmaken van een beschikking van rechtswege, naar aanleiding van een op 21 februari 2019 ingediende aanvraag om omgevingsvergunning met betrekking tot het perceel Galjoenweg 71 te Maastricht. Op 21 februari 2019 hebben Radrema Auto’s en [appellant] een aanvraag om een omgevingsvergunning bij het college van burgemeester en wethouders van Maastricht ingediend, voor de activiteit handelen in strijd met het bestemmingsplan. Gelet op artikel 3.9, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht diende het college uiterlijk op 18 april 2019 te beslissen op deze aanvraag.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1678
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Project strijd bestemmingsplan
  • uitspraakin de zaak201908580/1/R2

201908641/1/A3

Bij besluit van 30 augustus 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam aan [appellant] een boete opgelegd van € 20.500,00 wegens het zonder vergunning onttrekken van woonruimte. [appellant] beheert voor de eigenaar de woning op het adres [locatie]. Zo heeft hij een account op een website waar de woning wordt aangeboden voor vakantieverhuur. Nadat het college meerdere meldingen had ontvangen dat de woning niet wordt bewoond maar aan toeristen wordt verhuurd, heeft het een onderzoek ingesteld naar de woning. Uit het rapport van bevindingen volgt dat toezichthouders van de gemeente op 20 juni 2018 tijdens een bezoek aan de woning hebben geconstateerd dat in de woning vier toeristen verbleven, die de woning via de website hadden geboekt voor de periode 17 juni tot 23 juni 2018.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1650
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Boete
  • uitspraakin de zaak201908641/1/A3

201908861/1/R2

Bij besluit van 23 juli 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Heeze-Leende een omgevingsvergunning verleend voor de activiteit werk of werkzaamheden uitvoeren, te weten het verharden van een bestaand pad, kadastraal bekend gemeente Heeze, sectie H, nummer 44, locatie Ronde Bleek. Kuba B.V. exploiteert op een perceel, gelegen aan de Ronde Bleek 2a te Sterksel, een bedrijf, dat voornamelijk is gericht op het kweken van vissen en schaaldieren. De Ronde Bleek verbindt de weg "Peelven" met de weg "Turfven". Het gedeelte vanaf Turfven tot aan het perceel is verhard en het gedeelte vanaf het perceel tot aan Peelven is onverhard. Kuba B.V. is eigenaar van het pad. Zij vreest dat nadat het pad is verhard, het aantal verkeersbewegingen en daarmee de verkeersoverlast toeneemt en dat de natuur- en landschapswaarden in het gebied worden aangetast.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1679
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak201908861/1/R2

201909166/1/A3

Bij besluit van 1 mei 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag de aanvraag van [appellante] voor een voorrangsverklaring afgewezen. [appellante] woonde samen met haar vier kinderen bij haar moeder in Den Haag. Volgens haar was de woning niet geschikt voor het aantal personen dat daarin verbleef en leverde dat verblijf veel spanning en stress op. Daarnaast heeft zij borstkanker en voor het herstel tijdens en na de behandeling dient zij volgens de huisarts te beschikken over een stabiele thuissituatie. Zij heeft daarom een voorrangsverklaring aangevraagd. Het college heeft aan de besluitvorming ten grondslag gelegd dat [appellante] niet buiten eigen schuld en toedoen in een situatie verkeerde waarin zij binnen drie maanden andere woonruimte behoefde. Volgens het college kon [appellante] de situatie daarnaast ook op een andere manier oplossen. Zij heeft er zelf voor gekozen haar eigen zelfstandige huurwoning te verlaten en bij haar moeder te gaan inwonen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1641
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak201909166/1/A3

202000738/1/R4

Bij besluit van 4 april 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen aan Stichting Wiek-II een omgevingsvergunning verleend voor het realiseren van een zonnepark. Stichting Wiek-II is voornemens om op de gronden tussen de A15, de Stationsstraat en de Groothandelsweg te Nijmegen een zonnepark van ongeveer 6 hectare op te richten. Dit is in strijd met de ter plaatse geldende beheersverordening "Nijmegen Bedrijventerrein Oosterhout en Rietgraaf e.o.". De in april 2019 verleende omgevingsvergunning voorziet in de bouw van het zonnepark, het afwijken van de beheersverordening en het maken van een uitweg. Een deel van de gronden waarop het zonnepark is voorzien, was in eigendom van de moeder van [appellant]. De gemeente heeft de gronden in 2010 gekocht. Nadien is [appellant] de gronden op basis van een geliberaliseerde pachtovereenkomst met de gemeente gaan gebruiken voor akkerbouw en het houden van vee. [appellant] wil de gronden blijven gebruiken en is het niet eens met de vergunning.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1640
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202000738/1/R4

202001214/3/V6

[appellant] heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 14 februari 2020 in zaak nr. 18/2181. De minister van Buitenlandse Zaken heeft, op verzoek van de Afdeling krachtens artikel 8:45 van de Awb, de vertrouwelijke versie van een aantal gedingstukken overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1625
Datum uitspraak
15 juli 2020
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202001214/3/V6

202003296/2/R3

Bij besluit van 21 april 2020 heeft de raad van de gemeente Steenwijkerland het bestemmingsplan "Giethoorn - Loswal Kerkweg" vastgesteld. Een deel van het dorp Giethoorn is niet of slechts beperkt per weg bereikbaar. De enige mogelijkheid voor het aan- en afvoeren van grotere goederen is via het water. Al sinds vele jaren is een verharde loswal aan de Kerkweg in gebruik als laad- en losplaats van goederen. Deze goederen worden met een voertuig aan- of afgevoerd en op of van een boot of ponton geladen. Deze vaartuigen meren aan bij de woningen, diverse campings en bedrijven die niet of slechts beperkt over de weg bereikbaar zijn. [verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2] wonen aan de [locatie]. De locatie ligt aan het doodlopende deel van de Kerkweg na de laad- en loswal. [verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2] stellen in de bestaande situatie al ernstige geluid- en verkeershinder van de loswal te ondervinden en vrezen toename hiervan ten gevolge van het bestreden plan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1627
Datum uitspraak
14 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak202003296/2/R3

202003760/2/V2

Bij besluit van 5 februari 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1631
Datum uitspraak
14 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202003760/2/V2

202003308/2/V3

Bij besluit van 6 maart 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1620
Datum uitspraak
13 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202003308/2/V3

202003333/1/R3 en 202003333/2/R3

Bij besluit van 20 april 2020 heeft de raad van de gemeente Nissewaard het bestemmingsplan "Koninginnehof, Zuidland" vastgesteld. Het plan voorziet in de realisatie van 49 nieuwe woningen in de dorpskern van Zuidland, gelegen in de gemeente Nissewaard. Het plangebied grenst aan de Julianastraat, de Emmastraat, de Wilhelminastraat en de Welkomkerk. In het plangebied stonden voorheen een schoolgebouw en 27 verouderde seniorenwoningen. Deze gebouwen zijn begin 2017 gesloopt. Het plangebied is nu braakliggend. [appellant] woont aan de Wilhelminastraat nabij het plangebied. Hij vreest onder meer dat de realisatie van de nieuwe woningen leidt tot een toename van de parkeerdruk rondom het plangebied en tot een verslechtering van de verkeersveiligheid. Ook kan hij zich niet verenigen met de bouwhoogte van een deel van de nieuwe woningen en wijst hij op aspecten die betrekking hebben op de waterhuishouding en de flora en fauna.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1619
Datum uitspraak
13 juli 2020
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202003333/1/R3 en 202003333/2/R3

202001389/2/V2

Bij besluit van 6 september 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1623
Datum uitspraak
10 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202001389/2/V2

202002647/2/R4

Bij besluit van 3 maart 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Barneveld het wijzigingsplan "Renswoudsestraatweg IV" vastgesteld. Het wijzigingsplan heeft betrekking op het deel van de gronden op het adres [locatie A] die liggen in [plaats]. De overige gronden op dit adres liggen in [plaats]. Al deze gronden zijn eigendom van [maatschap]. Het wijzigingsplan voorziet in het toevoegen van de aanduiding 'intensieve veehouderij' en in een verkleining van het bouwvlak, zo is in de kennisgeving vermeld. [verzoeker] woont aan de [locatie B] in Lunteren, in de directe nabijheid van het perceel. Hij kan zich niet met het wijzigingsplan verenigen. Hij heeft de voorzieningenrechter gevraagd om een schorsing van het wijzigingsplan totdat uitspraak is gedaan in de hoofdzaak.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1613
Datum uitspraak
10 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202002647/2/R4

202002695/2/V2

Bij besluit van 11 maart 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1617
Datum uitspraak
10 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202002695/2/V2

202002550/2/A3

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 24 maart 2020 in zaak nr. 19/1063. De minister heeft de vertrouwelijke versie van een aantal gedingstukken overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1610
Datum uitspraak
10 juli 2020
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202002550/2/A3

201909083/1/V2

Bij besluit van 1 februari 2019 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, opnieuw afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1612
Datum uitspraak
9 juli 2020
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak201909083/1/V2

202001814/2/A2

Bij brief van 16 juli 2019 heeft het College sanering zorginstellingen de stichting meegedeeld dat voor de vervreemding van zorg- en verblijflocatie De Amerhorst goedkeuring aan het College sanering zorginstellingen moet worden gevraagd. De Amerhorst is een locatie in Amersfoort waar de stichting zorg en verblijf aanbiedt voor bewoners met een verblijfsindicatie. De stichting is eigenaar van De Amerhorst en werkt wat vastgoed betreft al geruime tijd samen met Habion, een woningcorporatie die is gespecialiseerd in ouderenhuisvesting. De stichting en Habion zijn van plan de opstallen op De Amerhorst te slopen en nieuwbouw te realiseren. De stichting zal de nieuwbouw van Habion gaan huren. Bij brief van 29 mei 2019 heeft de stichting het college gevraagd toestemming te verlenen om met Habion hierover tot een transactie te komen. Het college heeft deze brief aangemerkt als een melding en bepaald dat de transactie niet zonder zijn goedkeuring mag plaatsvinden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1567
Datum uitspraak
9 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Gezondheidszorg
  • uitspraakin de zaak202001814/2/A2

202003699/2/V2

Bij besluit van 31 mei 2017, aangevuld bij brieven van 14 april 2020 en 11 mei 2020, heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1616
Datum uitspraak
9 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202003699/2/V2

202003796/2/V3

Bij besluiten van 18 maart 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2020:1615
Datum uitspraak
9 juli 2020
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202003796/2/V3
vorige pagina1...225226227...1.208volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon