Sabrina de Koning

Kenniscoördinator bij de directie Bestuursrechtspraak

“Dat ik zou gaan werken bij de Raad van State lag niet voor de hand. Ik had strafrecht gestudeerd, stage gelopen bij het Openbaar Ministerie en werkte als buitengriffier bij de rechtbank Rotterdam. Een rechter attendeerde me erop dat de Afdeling bestuursrechtspraak griffiers zocht. Anders dan ik dacht bleek de functie vanwege het opleidingsprogramma uitermate geschikt voor jonge juristen.

Als griffier bereid je een zaak inhoudelijk voor. Je zoekt jurisprudentie en schrijft de concept-uitspraak. Het is een hele eer wanneer staatsraden dat overnemen. Dat heb ik een jaar of tien gedaan. In die tijd was ik ook lid van het wervingsteam voor nieuwe juristen. Ik bezocht juridische bedrijvendagen en ontving studenten tijdens onze in-housedagen. Ik ben ook blijven werken aan mijn persoonlijke ontwikkeling. Daar zijn binnen de Raad ook mogelijkheden voor. Zo word ik binnenkort een van de twee secretarissen van de werkgroep die zich bezighoudt met de nieuwe Omgevingswet."

De Raad wordt nog meer een kennisorganisatie.

"Sinds april 2021 ben ik kenniscoördinator van de Omgevingskamer, ‘keco’ zoals we dat hier noemen. Een nieuwe functie, er is er ook een bij de Algemene kamer en bij de Vreemdelingenkamer van de Afdeling bestuursrechtspraak. Daarmee worden we nog meer een kennisorganisatie, alles zit in één systeem: uitspraken, interne notities (bijvoorbeeld over wat de Omgevingswet gaat betekenen voor jurisprudentie), handboeken en verslagen van alle overleggen over bijvoorbeeld nieuwe rechtsvragen.

Dat systeem is operationeel, maar nog niet af. Dat ging allemaal minder snel door corona. Door het vele thuiswerken en digitale overleg mis je toch de koffieautomaatmomentjes, die heel inspirerend kunnen zijn. Ik miste de spontane interactie met juristen, dat is wel echt een nadeel van het thuiswerken."

"Maar thuiswerken heeft ook z’n voordelen, zoals dagelijks de verhalen horen van mijn twee schoolgaande jongens van 4 en 6. Het thuisonderwijs zorgde wel voor een uitdaging, maar ook voor bijzondere momenten. Ik herinner me een werkoverleg terwijl mijn zoon van destijds negen maanden in de draagzak aan het slapen was. Gelukkig was er bij alle collega’s in die periode onderling veel begrip, we deden het echt samen.”