Nieuws - Zoekresultaten
Zoeken in de index

De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op verzoek van het ministerie van Asiel en Migratie haar reactie gegeven op het wetsvoorstel Uitvoerings- en implementatiewet EU Asiel- en Migratiepact 2026. Volgens haar vraagt de uitvoering van het Europese Asiel- en Migratiepact vanaf juni 2026 een enorme inspanning van de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de rechtspraak. Het pact betekent een grootscheepse herijking van het asielrecht. Processen moeten opnieuw worden ingericht, termijnen worden korter, nieuwe rechtsvragen moeten worden beantwoord.

Het Hof van Justitie in Luxemburg heeft in een arrest van vandaag (4 februari 2025) antwoord gegeven op zogenoemde prejudiciële vragen van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zij wilde van het Europese Hof weten of het Nederlandse inburgeringsstelsel voldoet aan de Europese Kwalificatierichtlijn. Deze richtlijn verplicht EU-lidstaten om asielstatushouders toegang te bieden tot integratieprogramma’s. De Afdeling bestuursrechtspraak stelde de vragen in maart 2023 in een concrete rechtszaak rondom de inburgering van een man uit Eritrea.

Hoewel asielzoekers in het Justitieel Complex Schiphol (JCS) in november en december 2024 meer werden beperkt in hun vrijheid dan normaal, maakt dat de grensdetentie niet onrechtmatig. Het JCS is ook dan nog aan te merken als zogenoemde gespecialiseerde bewaringsaccommodatie in de zin van de Europese Opvangrichtlijn. Dat oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een uitspraak van vandaag (29 januari 2025).

Ondanks dat de minister van Asiel en Migratie de mobiele telefoons van drie asielzoekers zonder hun toestemming heeft onderzocht, leidt dit niet tot onrechtmatige grensdetentie. Dat oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een uitspraak van vandaag (22 januari 2025).

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een verwijzingsuitspraak van vandaag (18 december 2024) zogenoemde prejudiciële vragen gesteld aan het Hof van Justitie in Luxemburg. Zij wil van het Europese Hof weten of de minister van Asiel en Migratie terugkeerbesluiten kan uitvaardigen tegen vreemdelingen die hier illegaal verblijven, maar door een levenslange of langdurige gevangenisstraf Nederland niet kunnen verlaten en niet kunnen worden uitgezet.

De minister van Asiel en Migratie mag bij de beoordeling van het reële risico op ernstige schade, een verblijf in Syrië na eerder vertrek uit dat land meewegen. Maar niet elke terugkeer naar Syrië betekent dat er geen reëel risico meer is. Dat hangt af van de omstandigheden van het geval. Het beleid van de minister over de zogenoemde teruggekeerde Syriërs wijkt niet af van de gebruikelijke bewijslastverdeling en past binnen de wijze waarop de minister asielverzoeken beoordeelt. Dat oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in twee uitspraken van vandaag (14 augustus 2024).

De minister van Asiel en Migratie hoefde de elfjarige Mikael en zijn moeder geen verblijfsvergunning te verlenen. Mikael en zijn moeder zijn een te lange periode uit beeld geweest bij de vreemdelingrechtelijke instanties en zijn niet beschikbaar geweest voor vertrek naar Armenië na beëindiging van de verblijfsprocedure in Nederland.

De minister van Asiel en Migratie moet voortaan uitdrukkelijker de individuele situatie van een vreemdeling uit een land waar willekeurig geweld is door een gewapend conflict, betrekken bij de beslissing om een vreemdeling asiel te verlenen. Dat oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een uitspraak van vandaag (17 juli 2024).

Twee vreemdelingen hebben met het indienen van aanvragen om toetsing aan het EU-recht misbruik van recht gemaakt, omdat aannemelijk is geworden dat zij dit alleen maar hebben gedaan om vrijgelaten te worden uit vreemdelingenbewaring. Dat oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak in de twee uitspraken van vandaag (3 juli 2024).

Er is geen wettelijke basis voor de werkwijze van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid om een asielaanvraag af te wijzen als de vreemdeling zonder reden niet verschijnt voor het zogenoemde nader gehoor, terwijl hij daar wel voor is uitgenodigd. Dat oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak in een uitspraak van vandaag (26 juni 2024). De staatssecretaris is deze proef gestart vanwege organisatorische problemen en om de asielprocedure efficiënter te laten verlopen, maar de Vreemdelingenwet 2000 biedt hiervoor geen ruimte. De Afdeling bestuursrechtspraak bevestigt hiermee de uitspraak van de rechtbank in Amsterdam van mei 2023 die tot hetzelfde oordeel kwam.
Persvoorlichters
Ben je journalist en heb je een vraag? Onze persvoorlichters staan je graag te woord.