Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 120.266
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

202406352/2/V2

Bij besluit van 14 juni 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4560
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406352/2/V2

202406486/2/V1

De vreemdelingen hebben beroepen ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op aanvragen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4561
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406486/2/V1

202406614/1/V3 en 202406614/2/V3

Bij besluit van 25 september 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4576
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406614/1/V3 en 202406614/2/V3

BRS.24.000315

Bij besluit van 25 juli 2024 heeft de minister de vreemdeling een vrijheidsontnemende maatregel opgelegd. Bij uitspraak van 15 augustus 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard en schadevergoeding toegekend. Tegen deze uitspraak heeft de minister hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4535
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaakBRS.24.000315

BRS.24.000356

Bij besluit van 20 september 2024 heeft de minister de vreemdeling een vrijheidsontnemende maatregel opgelegd. Bij uitspraak van 8 oktober 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. M. Woudwijk, advocaat in Amsterdam, hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4532
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaakBRS.24.000356

BRS.24.000357

Bij besluit van 20 september 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie de vreemdeling een vrijheidsontnemende maatregel opgelegd. Bij uitspraak van 8 oktober 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. M. Woudwijk, advocaat in Amsterdam, hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4533
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaakBRS.24.000357

BRS.24.000388

Bij besluiten van 20 augustus 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4531
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.24.000388

202300428/1/R2

Het beroep richt zich tegen het besluit van de raad van de gemeente Boekel van 23 november 2022, waarbij de raad het bestemmingsplan "Veegplan Kommen" heeft vastgesteld. Het bestemmingsplan maakt meerdere initiatieven mogelijk verspreid over de kommen Boekel en Venhorst. In het ontwerpbestemmingsplan was ook een plandeel opgenomen dat zag op de locatie Zandhoek 1B in Boekel. In het vastgestelde plan is die locatie niet meegenomen. Volgens [appellant] heeft het bestemmingsplan ten onrechte geen betrekking op de gronden aan de Zandhoek 1B. Ook is er volgens hem niet inhoudelijk gereageerd op zijn zienswijze.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4657
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Mondelinge uitspraak
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202300428/1/R2

202301226/1/R2

[appellante] heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig bekend maken van een van rechtswege verleende vergunning. Bij uitspraak van 6 februari 2023 heeft de rechtbank het beroep van [appellante] tegen het niet tijdig nemen van een van rechtswege gegeven vergunning, niet-ontvankelijk verklaard. Volgens [appellante] heeft het college van burgemeester en wethouders van Borsele niet tijdig op haar aanvraag voor een omgevingsvergunning voor de verbouw van haar bedrijfspand tot bedrijfswoning op het perceel [locatie] in Kwadendamme beslist en is de gevraagde omgevingsvergunning van rechtswege verleend. In deze procedure gaat het om de vraag of de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat het standpunt van het college juist is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4658
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Mondelinge uitspraak
  • RO - Zeeland
  • uitspraakin de zaak202301226/1/R2

202307833/1/R2

Bij besluit van 19 december 2022 heeft het college van burgemeester en wethouders van Loon op Zand het door [appellant] ingediende verzoek om handhavend op te treden op onder meer het adres [locatie] in Loon op Zand, afgewezen. Op het perceel is het bestemmingsplan "Bedrijvenpark De Hoogt 2014" van toepassing. Voor het perceel geldt de bestemming "Bedrijventerrein". Aan de zuidzijde van het perceel bevindt zich een strook grond met onder andere de aanduiding "specifieke vorm van groen - afschermend groen" (hierna: groenstrook). [appellant] heeft een handhavingsverzoek ingediend, omdat het gebruik van de groenstrook door voertuigen gedurende de dag op de strook te parkeren en daar weer vanaf te halen, volgens hem, in strijd is met het bestemmingsplan. Op de groenstrook zijn volgens [appellant] namelijk alleen afschermende groenvoorzieningen toegestaan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4669
Datum uitspraak
11 november 2024
  • Hoger beroep
  • Mondelinge uitspraak
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202307833/1/R2

202404627/1/V2

Bij brief van 19 april 2022 heeft de Dienst Terugkeer & Vertrek de vreemdeling uitgenodigd voor een presentatie bij de diplomatieke vertegenwoordiger van Nigeria.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4547
Datum uitspraak
8 november 2024
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202404627/1/V2

202406009/1/V1

Bij besluit van 27 september 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4536
Datum uitspraak
8 november 2024
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202406009/1/V1

BRS.24.000364

Bij besluit van 20 september 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie de vreemdeling een vrijheidsontnemende maatregel opgelegd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4512
Datum uitspraak
8 november 2024
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaakBRS.24.000364

202406513/3/A3

De korpschef van politie heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank van 1 oktober 2024 in zaak nr. 23/5920. De korpschef heeft de vertrouwelijke versies van een aantal gedingstukken overgelegd en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Awb medegedeeld dat uitsluitend de Afdeling kennis zal mogen nemen van deze stukken. Het betreft twee mutatierapporten en twee documenten van de Justitiële Informatiedienst. De korpschef heeft de Afdeling wegens het bestaan van gewichtige redenen verzocht te bepalen dat alleen de Afdeling van de stukken kennis zal nemen. Volgens de korpschef zijn de gegevens vertrouwelijk van aard, omdat deze uit het politiesysteem Basisvoorziening Handhaving komen en politiegegevens zijn. Daarnaast zijn gegevens door de Justitiële Informatiedienst ter beschikking gesteld aan de korpschef. Het zijn grotendeels gegevens van anderen dan [wederpartij].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4550
Datum uitspraak
8 november 2024
  • Geheimhoudingsbeslissing
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202406513/3/A3

202204326/1/V3

Bij besluit van 24 november 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen, en een inreisverbod tegen hem uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4517
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202204326/1/V3

202301617/1/V2

Bij besluit van 20 april 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, met ingang van 8 september 2020 ingewilligd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4518
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202301617/1/V2

202303642/1/V1

De vreemdeling heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4519
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202303642/1/V1

202305618/1/V1

De vreemdeling heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4520
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202305618/1/V1

202306763/1/V2

Bij besluit van 14 juni 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om de vreemdelingen een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4521
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202306763/1/V2

202401764/1/V1

Bij besluit van 2 november 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4522
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202401764/1/V1

202405349/1/V3

Bij besluit van 8 juli 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4523
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202405349/1/V3

202406152/1/V3

Bij besluit van 13 september 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4524
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202406152/1/V3

202406413/1/V3

Bij besluit van 2 oktober 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4525
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202406413/1/V3

202406417/2/V2

Bij besluit van 8 augustus 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4526
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406417/2/V2

202406472/1/V3 en 202406472/2/V3

Bij besluit van 10 juli 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4527
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406472/1/V3 en 202406472/2/V3

202406516/2/V1

De vreemdeling heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4528
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406516/2/V1

202406619/1/V1 en 202406619/2/V1

Bij besluit van 19 december 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4529
Datum uitspraak
7 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406619/1/V1 en 202406619/2/V1

202301834/1/V3

Bij besluit van 23 juli 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid het duurzaam verblijfsrecht als gemeenschapsonderdaan van de vreemdeling ingetrokken en vastgesteld dat zij geen verblijfsrecht als gemeenschapsonderdaan in Nederland meer heeft.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4462
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202301834/1/V3

202304457/1/V2

Bij besluiten van 19 april 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4463
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202304457/1/V2

202400550/1/V1

Bij besluiten van 3 december 2020, aangevuld op 21 december 2022, en 21 december 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4464
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202400550/1/V1

202403219/1/V2

Bij besluit van 12 maart 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4465
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202403219/1/V2

202404738/2/R3

Bij besluit van 9 april 2024 heeft de raad van de gemeente Hellendoorn het bestemmingsplan "Herziening bestemmingsplan [locatie] te Daarle" gewijzigd vastgesteld. Met het plan wordt de al aanwezige zorgboerderij van [verzoeker] aan de [locatie] in Daarle gelegaliseerd. [verzoeker] kan zich niet verenigen met het feit dat het vastgestelde bestemmingsplan, anders dan het ontwerpbestemmingsplan, niet voorziet in de mogelijkheid om de zorgboerderij uit te breiden met drie wooneenheden voor beschermd wonen binnen de bestaande bebouwing. [verzoeker] heeft de voorzieningenrechter verzocht de voorlopige voorziening te treffen dat de mogelijkheid uit het ontwerpbestemmingsplan om de zorgboerderij uit te breiden met drie wooneenheden voor beschermd wonen alsnog op te nemen in het vastgestelde bestemmingsplan, dan wel het bestemmingsplan te schorsen, voor zover het gaat om artikel 4.3.1, onder b, van de planregels waarin is bepaald dat een woonzorgvoorziening voor de huisvesting van bewoners/cliënten met bijbehorende 24 uurs zorg in ieder geval tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt gerekend, totdat de Afdeling op het beroep heeft beslist.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4471
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak202404738/2/R3

202405922/1/V3

Bij besluit van 28 augustus 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4466
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202405922/1/V3

202406294/2/V2

Bij besluit van 16 december 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen, hem opgedragen Nederland onmiddellijk te verlaten en tegen hem een inreisverbod uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4467
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406294/2/V2

202406386/1/V2

Bij besluit van 18 juli 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4468
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406386/1/V2

202406481/1/V3 en 202406481/2/V3

Bij besluit van 27 oktober 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4514
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406481/1/V3 en 202406481/2/V3

202406585/1/V3 en 202406585/2/V3

Bij besluit van 22 juli 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4515
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406585/1/V3 en 202406585/2/V3

202406679/1/V2 en 202406679/2/V2

Bij besluit van 27 september 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4516
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406679/1/V2 en 202406679/2/V2

202406738/2/V2

Bij besluit van 15 augustus 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4537
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406738/2/V2

202100122/2/R2

Bij tussenuitspraak van 8 december 2021, ECLI:NL:RVS:2021:2767, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven opgedragen binnen 16 weken na verzending van de tussenuitspraak het in overweging 12.3 omschreven gebrek in het besluit van 10 november 2020, waarbij het uitwerkingsplan "1e uitwerking Grasrijk (Hooglanden)" is vastgesteld, te herstellen. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak onder 12.3 overwogen: "[appellant A] en anderen wonen aan de Graslook, tegenover de voorziene woningen aan de noordzijde van het plangebied. Het komt de Afdeling aannemelijk voor dat de geluidbelasting bij de woningen van [appellant A] en anderen ten gevolge van de verkeerstoename door het uitwerkingsplan toeneemt. De woonclusters van het plangebied worden namelijk ontsloten via de erftoegangswegen Graslook en Grasbloem. Hoeveel deze extra geluidbelasting bij de woningen van [appellant A] en anderen bedraagt, is echter onduidelijk, omdat dit niet is onderzocht. (…) In dit geval moeten de gevolgen van het uitwerkingsplan voor de geluidbelasting bij de woningen van [appellant A] en anderen in die beoordeling worden betrokken.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4488
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202100122/2/R2

202107613/1/R4

Bij besluit van 18 november 2021 hebben de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan Stichting Greenpeace Council een vergunning verleend op grond van de Wet bescherming Antarctica voor een expeditie naar het Antarctisch gebied gedurende de periode van 5 januari tot en met 14 maart 2022. De staatssecretaris en de minister hebben aan Greenpeace een vergunning verleend op grond van artikel 8 en 9 van de Wet bescherming Antarctica voor een expeditie met haar schip "Arctic Sunrise" naar het Antarctisch gebied. De activiteiten betreffen het maken van opnames van flora en fauna, het gebruiken van hydrofoons onder water, en het bezoeken van historische locaties en onderzoeksstations. De expeditie heeft plaatsgevonden in de periode van 5 januari tot en met 14 maart 2022. Greenpeace heeft al eerder in 2020 een expeditie gemaakt waarvoor de staatssecretaris en de minister ook een vergunning hadden verleend. Volgens RKNAV is Greenpeace een organisatie die systematisch de wet overtreedt en zijn haar expedities een gevaar voor het Antarctisch milieu en de veiligheid van opvarenden in het Antarctisch gebied.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4487
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Milieu - Overige
  • uitspraakin de zaak202107613/1/R4

202108206/1/A3

Bij besluit van 6 juli 2020 heeft de voorzitter van de Veiligheidsregio Groningen bepaald, dat demonstraties waarbij landbouwvoertuigen worden ingezet op wegen, daaraan liggende parkeerterreinen en andere openbare plaatsen, verboden zijn in het gebied van de Veiligheidsregio Groningen van maandag 6 juli 2020 15:00 uur tot maandag 13 juli 2020 07:00 uur. Begin juli 2020 reden landbouwvoertuigen, zoals tractoren, over wegen in de stad en de provincie Groningen om te protesteren tegen stikstofplannen van het kabinet. Ook blokkeerden zij wegen. Dat leverde volgens de voorzitter gevaarlijke situaties op. Hij heeft daarom bepaald dat in de Veiligheidsregio Groningen een week lang niet met landbouwvoertuigen op openbare wegen mag worden gedemonstreerd. De rechtbank heeft geoordeeld dat de voorzitter die beperking van het recht om te demonstreren aan FDF mocht opleggen. FDF is het niet eens met de uitspraak van de rechtbank en vindt dat de voorzitter het recht om te demonstreren te vergaand heeft beperkt door het inzetten van landbouwvoertuigen bij demonstraties te verbieden. In deze uitspraak zal de Afdeling beoordelen of die stelling juist is.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4479
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202108206/1/A3

202200141/1/R3

Bij besluit van 5 oktober 2021 heeft de raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg het bestemmingsplan "Glastuinbouwgebied Meeslouwerpolder" vastgesteld. Het bestemmingsplan voorziet in een uitbreiding van het glastuinbouwoppervlak in het kernglastuinbouwgebied (overeenkomstig de Omgevingsverordening Zuid-Holland) en beoogt een nieuwe, bredere, toekomstbestendige bestemmingsregeling voor alle glastuinbouwers in de Meeslouwerpolder mogelijk te maken. Hierbij geldt als uitgangspunt dat glastuinbouw de hoofdfunctie blijft binnen de Meeslouwerpolder. De raad wil met het plan ook mogelijk maken dat twee voormalige bedrijfswoningen aan de [locatie 1] en de [locatie 2] als burgerwoning kunnen worden gebruikt en dat een extra woning aan de [locatie 3] kan worden gebouwd in ruil voor de sloop van bestaande verouderde kassen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4503
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202200141/1/R3

202200724/1/R2

Bij besluit van 21 december 2021 heeft de raad van de gemeente Veldhoven het bestemmingsplan "Slot-Oost" vastgesteld. Zoals in paragraaf 1.1 van de plantoelichting is beschreven, wordt al sinds eind jaren ’80 gezocht naar een invulling van het gebied, dat nu nog onbebouwd is. Aanvankelijk werd de mogelijkheid verkend daar kantoren te bouwen. In de loop van de jaren ’90 zijn deze plannen overgegaan in plannen voor woningbouw. Eind 2017 is concreet gestart met de huidige planontwikkeling. Het bestemmingsplan maakt de bouw van 59 grondgebonden woningen mogelijk. Belangenvereniging Wijk ’t Slot en een aantal omwonenden kunnen zich niet vinden in het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan. Daarom hebben zij beroep ingesteld tegen dat besluit.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4504
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202200724/1/R2

202201285/2/R2

Bij tussenuitspraak van 11 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3768, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de raad van de gemeente Venlo opgedragen om binnen 20 weken na verzending van de tussenuitspraak het daarin omgeschreven gebrek in het besluit van 22 december 2021 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Bestemmingsplan met verbrede reikwijdte Tegelen" te herstellen. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak onder 5.2 overwogen dat de raad niet heeft gemotiveerd dat artikel 6.3 van de planregels voldoet aan de eisen van artikel 15, derde lid, van de Dienstenrichtlijn. Uit het derde lid van dat artikel, onder a, volgt dat moet worden vastgesteld dat de planregeling niet discrimineert. Onder b van dat artikel is bepaald dat de planregeling noodzakelijk moet zijn in die zin dat de eisen zijn gerechtvaardigd om een dwingende reden van algemeen belang. Ten slotte volgt uit artikel 15, derde lid, onder c, dat de planregeling evenredig moet zijn: de eisen moeten geschikt zijn om het nagestreefde doel te bereiken; zij gaan niet verder dan nodig is om dat doel te bereiken en dat doel kan niet met andere, minder beperkende maatregelen worden bereikt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4480
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak202201285/2/R2

202201756/1/R3

Bij besluit van 1 februari 2022 heeft de raad van de gemeente Hellendoorn het bestemmingsplan "Groenstrook vakantiepark Hellendoorn" vastgesteld. Het plan heeft betrekking op een bos/beplantingsstrook tussen vakantiepark Hellendoorn en de Nieuwe Twentseweg. In de plantoelichting staat dat de bestemming van deze strook grond in het vorige bestemmingsplan "Buitengebied 2009" per abuis is gewijzigd van "beplantingsstrook" in "Recreatie". Ook staat in de plantoelichting dat de kwaliteit van de strook grond de afgelopen jaren achteruit is gegaan. Het plan heeft als doel om een verdere aantasting van de aanwezige structuur en natuurwaarden te voorkomen. Daarom is aan de strook grond de bestemming "Natuur" toegekend. [appellant sub 2] is eigenaar van een onbebouwd perceel aan de Nieuwe Twentseweg met de kadastrale aanduiding 3566. Hij komt in beroep, omdat op het gedeelte van zijn perceel dat aan de openbare weg grenst - anders dan op grond van het vorige plan - geen uitrit bij recht is toegestaan. [appellant sub 1] en anderen zijn eigenaren van recreatiewoningen op villapark Hellendoorn. Ook zij komen in beroep.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4481
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Overijssel
  • uitspraakin de zaak202201756/1/R3

202203327/1/A3

Bij besluit van 11 december 2020 heeft de burgemeester van Utrecht aan Restaurant Opium Utrecht B.V. een exploitatievergunning verleend voor een terras aan de Voorstraat 80 in Utrecht. Daar bevindt zich restaurant Tiger Mama, voorheen restaurant Opium. Aan de voorzijde van het restaurant bevond zich een terras dat was opgesplitst in drie delen, met daartussen vrije doorgangen naar de boven het restaurant gelegen woningen. Opium heeft met het bevoegd gezag afgesproken dat deze terrassen worden verplaatst naar de hoek van de Voorstraat en de Wijde Begijnstraat. Met een stalen spijlenhekwerk zal op de locatie een erfafscheiding worden gemaakt. Op het nieuwe terras zal terrasmeubilair worden geplaatst. De burgemeester en het college hebben respectievelijk een exploitatievergunning en een omgevingsvergunning verleend voor het verwezenlijken van dit terras. In deze fase van de procedure gaat het alleen nog om de exploitatievergunning die de burgemeester heeft verleend aan de exploitant van restaurant Tiger Mama, Opium. De stichting is het niet eens met de verleende exploitatievergunning.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4482
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Drank en horeca
  • uitspraakin de zaak202203327/1/A3

202204362/2/R4

Bij tussenuitspraak van 28 februari 2024, ECLI:NL:RVS:2024:847, heeft de Afdeling de raad van de gemeente Nijkerk opgedragen om binnen 12 weken na de verzending van de tussenuitspraak de daarin geconstateerde gebreken in het besluit van 30 mei 2022 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Nijkerk 2017, veegplan 2" te herstellen. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling geoordeeld dat de raad het bestemmingsplan, waarbij de bestemming van het perceel [locatie 1] dat grenst aan de voorzijde van [locatie 2] in Nijkerkerveen, is gewijzigd van een woonbestemming naar een agrarische bestemming, zonder de vereiste zorgvuldigheid heeft voorbereid en geen deugdelijke motivering aan het plan ten grondslag heeft gelegd. [appellante] heeft onweersproken toegelicht dat zij het perceel in overeenstemming met de woonbestemming gebruikt als tuin. Door het perceel een agrarische bestemming te geven, is het huidige gebruik van het perceel onder de beschermende werking van het overgangsrecht komen te vallen. Het uitgangspunt is echter dat legaal bestaand gebruik als zodanig in het bestemmingsplan wordt bestemd, tenzij ruimtelijke inzichten en zwaarwegende belangen nopen tot een andere bestemming.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4485
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202204362/2/R4

202204572/1/R3

Bij besluit van 27 augustus 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Kaag en Braassem [appellant A] onder oplegging van een dwangsom gelast de bewoning van het bedrijfspand aan het [locatie] in Leimuiden binnen twaalf weken te (laten) beëindigen en beëindigd te houden en het bedrijfspand terug te brengen in de staat waarin deze bij bouwvergunning van 29 juni 1981 is vergund. [appellant A] is eigenares van het bedrijfspand. Bij een inspectie op 28 november 2018 hebben toezichthouders van de gemeente Kaag en Braassem vastgesteld dat de eerste verdieping van het pand was verbouwd naar drie wooneenheden, waarvan er twee geschikt waren voor zelfstandige bewoning. [appellant A] verhuurde deze wooneenheden, die ieder een eigen ingang hadden en beschikten over een keuken, een toilet en een douche of een bad. In wooneenheid 1 verbleven meerdere personen in wisselende samenstellingen en voor wisselende periodes. Wooneenheid 2 werd gehuurd en bewoond door [appellant B]. In wooneenheid 3 woonde een andere persoon. De verbouwing van het bedrijfspand was volgens het college zonder vergunning en in strijd met het geldende bestemmingsplan "Kernen Leimuiden-Rijnsaterwoude" uitgevoerd. Ook de bewoning was volgens het college in strijd met het bestemmingsplan, omdat de bewoning niet noodzakelijk was voor een op het terrein aanwezig bedrijf.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4502
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202204572/1/R3

202205178/1/A3

Bij besluit van 22 februari 2021 heeft de burgemeester van Velsen een deel van het pand aan de Kanaalstraat 38 - 40 te IJmuiden met ingang van vrijdag 26 februari 2021 gesloten voor onbepaalde tijd. Het pand aan de Kanaalstraat 38 - 40 te IJmuiden bestaat uit een clubhuis, het café Oud IJmuiden en een woning. De vereniging heeft dit pand gekocht op 15 mei 2000 en sindsdien is de motorclub Hells Angels Westport MC op dit adres gevestigd. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft in zijn beschikking van 15 december 2020 geconcludeerd dat de activiteiten van Hells Angels MC, waar de vereniging deel van uitmaakte, verboden zijn. De burgemeester heeft naar aanleiding van de beschikking van het gerechtshof de politie verzocht om informatie over de vereniging die is gevestigd in zijn gemeente. In de bestuurlijke rapportage heeft de politie geadviseerd om op te treden tegen de vereniging vanwege verstoring van de openbare orde. De vereniging heeft zich vanaf het begin geuit als Hells Angels Westport en maakt daarom deel uit van Hells Angels MC en Hells Angels MC Holland, aldus de rapportage.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4507
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202205178/1/A3

202205289/1/A2

Bij besluit van 1 juni 2021 heeft het Instituut Mijnbouwschade Groningen de aanvraag van [appellant] om vergoeding van waardedaling van zijn woning afgewezen. [appellant] is sinds 1 oktober 2004 eigenaar van de woning aan de [locatie] te Wildervank. [appellant] heeft op 27 april 2021 een aanvraag om vergoeding voor de waardedaling van de woning ingediend. Het Instituut heeft die aanvraag afgewezen, omdat de woning valt buiten het gebied waarvan is vastgesteld dat de waardedaling door gaswinning uit het Groningenveld of de gasopslag Norg wordt veroorzaakt. Dit besluit van 1 juni 2021 is gehandhaafd bij besluit van 10 maart 2022. De rechtbank heeft overwogen dat de besluitvorming van het Instituut ziet op waardedaling van de woning als gevolg van ligging in het aardbevingsgebied. De door [appellant] gestelde waardedaling als gevolg van fysieke schade is geen onderwerp van deze procedure.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4489
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202205289/1/A2

202206081/1/A2

Bij besluiten van 11 en 12 mei 2021 heeft het Instituut Mijnbouwschade Groningen aan [appellant A] en [appellant B] ieder een schadevergoeding van € 2080,66, vermeerderd met wettelijke rente, voor waardedaling van hun woning toegekend. [appellant A] en [appellant B] zijn ieder voor 50% eigenaar van de woning aan de [locatie] te Noordbroek. Het Instituut heeft bij besluiten van 11 mei 2021 en 12 mei 2021 aan [appellant A] en [appellant B] ieder een vergoeding voor de waardedaling van hun woning toegekend voor een bedrag van € 2080,66, vermeerderd met wettelijke rente. Bij besluiten van 15 oktober 2021 heeft het Instituut de bezwaren ongegrond verklaard. Volgens [appellant A] en [appellant B] moet de waardedalingsvergoeding € 56.000,- bedragen. Dit is het verschil tussen de WOZ-waarde van de woning in de huidige (klus)staat van € 110.000,- en de WOZ-waarde in de afgebouwde staat van € 166.000,-. Daartoe stellen zij dat zij voor aanvang van de aardbevingen met de renovatiewerkzaamheden zijn begonnen, maar deze niet af hebben kunnen maken omdat [appellant A] volledig arbeidsongeschikt is geworden als gevolg van de afhandeling van de bevingsschade.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4490
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202206081/1/A2

202207043/3/R3

Bij tussenuitspraak van 13 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1036 (hierna: de tussenuitspraak), heeft de Afdeling de raad van de gemeente Vlaardingen opgedragen om binnen 16 weken na verzending van de tussenuitspraak de daarin omschreven gebreken in het besluit van de raad van 13 oktober 2022 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Maasboulevard-Westhavenkade (locatie Pietersen)", te herstellen. De raad heeft meerdere bestemmingsplannen vastgesteld om een gebied tussen het oude centrum en de Nieuwe Maas te transformeren naar een gemengd gebied voor wonen en werken. Over de beroepen daartegen heeft de Afdeling bij de eerder genoemde tussenuitspraak van 13 maart 2024 geoordeeld. Deze uitspraak bouwt voort op deze tussenuitspraak. Het bestemmingsplan "Maasboulevard-Westhavenkade", dat door de raad op 13 oktober 2022 werd vastgesteld, voorziet in de ontwikkeling van het deelgebied op de hoek van de Westhavenkade en de Maasboulevard naar wonen. Alleen het herstelbesluit ligt in deze procedure nog ter beoordeling voor. De bestaande bedrijfsbebouwing wordt gesloopt en het plan maakt een nieuw appartementengebouw met maximaal 79 woningen mogelijk.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4478
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202207043/3/R3

202300023/1/A2

Bij besluit van 13 april 2021 heeft het Instituut Mijnbouwschade Groningen het verzoek van [appellant] om schadevergoeding voor waardedaling van zijn woning afgewezen. [appellant] is van 16 oktober 2014 tot 1 oktober 2015 eigenaar geweest van de woning aan de [locatie], [postcode] te Groningen. Op 7 april 2014 heeft [appellant] de woning gekocht van [persoon]. appellant] is van 16 oktober 2014 tot 1 oktober 2015 eigenaar geweest van de woning aan de [locatie], [postcode] te Groningen (hierna: de woning). Op 7 april 2014 heeft [appellant] de woning gekocht van [persoon]. Bij besluit van 13 februari 2021 heeft het Instituut aan de vorige eigenaar een vergoeding wegens waardedaling van de woning toegekend over de periode dat hij eigenaar was van de woning. De vergoeding is berekend over de verkoopwaarde (€ 119.500,-) van de woning. Op 8 maart 2021 heeft [appellant] een aanvraag voor schadevergoeding voor de waardedaling van de woning ingediend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4492
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202300023/1/A2

202300381/1/R4

Bij besluit van 15 september 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Bergeijk besloten over te gaan tot invordering van een volgens het college door [appellante] verbeurde dwangsom van € 50.000,00. [appellante] is eigenares van het perceel en de opstallen aan de [locatie] te Westerhoven. Bij het onherroepelijk geworden besluit van 20 april 2021 heeft het college een last onder dwangsom aan [appellante] opgelegd van € 50.000,00 ineens wegens overtreding van de Woningwet, het Asbestverwijderingsbesluit 2005 en het Bouwbesluit 2012. [appellante] verbeurt deze dwangsom indien: (a) sloopwerkzaamheden worden verricht anders dan door een gecertificeerd bedrijf; (b) sloopwerkzaamheden worden uitgevoerd zonder dat een volledige melding, inclusief een actueel asbestinventarisatierapport, is gedaan en deze melding is geaccepteerd; (c) [appellante] het met asbest besmette gedeelte van het perceel weer betreedt of toestaat dat dit wordt betreden voordat sanering genoemd onder b is uitgevoerd. In dat besluit staat dat toezichthouders door het spannen van afzetlinten kenbaar hebben gemaakt wat het besmette gebied is dat niet mag worden betreden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4486
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202300381/1/R4

202300394/1/A2

Bij besluiten van 20 augustus 2021 heeft het Instituut Mijnbouwschade Groningen aan [appellant A] en [appellant B] ieder een schadevergoeding van € 1.891,12, vermeerderd met wettelijke rente, voor waardedaling van hun woning toegekend. Lefier heeft op 3 maart 1977 de eigendom verkregen van een perceel grond, met de daarop aanwezige opstallen van een ééngezinswoning met toebehoren, adres [locatie] te Groningen. Op 13 november 2009 hebben Lefier en [appellant A] en [appellant B] een notariële akte ‘vestiging erfpacht koopgarant (eengezinswoning)’ getekend (verder: de akte). Door inschrijving van de akte in de openbare registers van het Kadaster is een (eeuwigdurend) recht van erfpacht op het perceel ten behoeve van [appellant A] en [appellant B] voor het gebruik van de woning gevestigd. Op 6 november 2020 heeft het Instituut de aanvragen van [appellant A] en [appellant B] ontvangen om vergoeding van waardedaling dan wel verminderde waardestijging (verder: waardedaling) voor de woning.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4491
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202300394/1/A2

202300896/1/A2

Bij besluiten van 30 mei 2021, 7 juni 2021, 17 mei 2022, 19 mei 2022 en 30 mei 2022 hebben de colleges van burgemeester en wethouders van Bloemendaal, Zandvoort en Haarlem, en het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland diverse verkeersmaatregelen getroffen ten behoeve van de (verkeers)veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid tijdens de Dutch Grand Prix 2021, Dutch Grand Prix 2022, de daarbij behorende Side Events (Zandvoort Beyond) en de camping. Parnassia exploiteert een horecaonderneming, een strandpaviljoen, aan de Parnassiaweg 1 in Overveen. Het paviljoen ligt op een duin in het nationaal park de Kennemerduinen nabij Bloemendaal aan Zee. Het strandpaviljoen is met de auto uitsluitend over de doodlopende Parnassiaweg bereikbaar, circa twee kilometer vanaf de provinciale weg N200 (de Zeeweg), die overgaat in de Boulevard Barnaart. Het strandpaviljoen is door de afgelegen ligging in de duinen grotendeels afhankelijk van gasten die lopend vanaf het strand of met de fiets of auto komen. Direct naast het strandpaviljoen ligt het parkeerterrein Parnassia. Parnassia stelt dat het strandpaviljoen door de verkeersbesluiten niet of moeilijk bereikbaar was voor potentiële klanten. Daardoor is de omzet gedaald en heeft zij inkomensschade geleden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4493
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202300896/1/A2

202300983/1/A2

Bij besluit van 13 februari 2020 heeft de burgemeester van Zandvoort aan Dutch Grand Prix B.V. een vergunning verleend voor het evenement Formula 1 Heineken Dutch Grand Prix 2020 - race Festival. Parnassia exploiteert een horecaonderneming, een strandpaviljoen, aan de Parnassiaweg 1 in Overveen. Het paviljoen ligt op een duin in het nationaal park de Kennemerduinen nabij Bloemendaal aan Zee. Het strandpaviljoen is met de auto uitsluitend over de doodlopende Parnassiaweg bereikbaar, circa twee kilometer vanaf de provinciale weg N200 (de Zeeweg), die overgaat in de Boulevard Barnaart. Het strandpaviljoen is door de afgelegen ligging in de duinen grotendeels afhankelijk van gasten die lopend vanaf het strand of met de fiets of de auto komen. Direct naast het strandpaviljoen ligt het parkeerterrein Parnassia. In de jaren 2020, 2021 en 2022 heeft de burgemeester aan DGP B.V. verschillende evenementenvergunningen verleend. Parnassia stelt dat zij door de evenementenvergunningen schade heeft geleden. Tijdens de evenementen was zij door de daartoe genomen verkeersmaatregelen verminderd tot niet bereikbaar voor bezoekers.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4494
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202300983/1/A2

202301117/1/A2

Bij uitspraak van 21 juli 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:1599) heeft de Afdeling het hoger beroep van [verzoeker] tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 19 maart 2020 in zaak nr. 18/3796 ongegrond verklaard. De Afdeling heeft in de uitspraak van 21 juli 2021 onder 19.6 overwogen dat niet in geschil is dat de schade aan de woning van [verzoeker] is ontstaan in de periode voor 4 maart 2009. De onrechtmatige besluiten van 4 maart 2009 en 2 februari 2011 geven slechts aanleiding voor schadevergoeding voor zover na 4 maart 2009 een verergering van de schade is opgetreden. De Afdeling heeft in de uitspraak van 21 juli 2021 voorts geoordeeld dat [verzoeker] met de door hem overgelegde rapporten niet aannemelijk heeft gemaakt dat deze besluiten tot verergering van de schade hebben geleid. Omdat niet is komen vast te staan dat de onrechtmatige besluiten van 4 maart 2009 en 2 februari 2011 tot schade hebben geleid, bestaat er geen grond voor vergoeding daarvan, aldus de Afdeling in de uitspraak van 21 juli 2021. [verzoeker] heeft de Afdeling verzocht die uitspraak herzien.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4505
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Herziening
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202301117/1/A2

202301655/1/A2

Bij besluit van 29 maart 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zwijndrecht de aanvraag van [appellante] om een voorrangsverklaring afgewezen. [appellante] woonde vanaf 29 mei 2017 met haar - inmiddels - ex-partner en hun vijf kinderen in een huurhuis in Dordrecht. In februari 2020 is zij gescheiden en tijdelijk vertrokken naar Syrië. Bij besluit van 17 augustus 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht [appellante] per 20 juli 2020 uitgeschreven uit de basisregistratie personen (hierna: brp). Hiertegen heeft [appellante] geen rechtsmiddelen aangewend, waardoor dit besluit in rechte vaststaat. Per september 2020 heeft zij zich in Zwijndrecht laten inschrijven bij het gezin van een vriendin. De kinderen zijn bij hun vader blijven wonen. [appellante] heeft op 8 maart 2021 een voorrangsverklaring aangevraagd. In haar aanvraag stelt zij dat zij voor een langere periode is bedreigd en mishandeld door haar ex-partner. Ook stelt zij dat zij niet meer welkom of veilig is in het huis van haar ex-partner, waardoor zij nauwelijks contact heeft met haar kinderen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4496
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Verordeningen
  • uitspraakin de zaak202301655/1/A2

202302356/1/R2

Bij besluit van 14 februari 2023 heeft het college van burgemeester en wethouders van Son en Breugel het wijzigingsplan "Buitengebied; Hooijdonk 7" vastgesteld. Het wijzigingsplan gaat over het beëindigen van het aanwezige bedrijf (tuincentrum en hoveniersbedrijf) waarbij de bedrijfsbestemming wordt omgezet naar een woonbestemming en natuurbestemming. [appellant] woont direct naast het plangebied en is het niet eens met de maximaal toegestane oppervlakte voor bijgebouwen dat het wijzigingsplan mogelijk maakt. [appellant] betoogt dat het college ten onrechte heeft bepaald dat de gezamenlijke oppervlakte voor bijgebouwen maximaal 200 m² mag zijn. Volgens [appellant] heeft het college bij de berekening ervan ten onrechte de in het bestemmingsplan standaard toegestane 100m² niet afgetrokken van de extra vierkante meters die zijn toegestaan op grond van de wijzigingsbevoegdheid. Ook heeft het college ten onrechte de niet-gerealiseerde vierkante meters van een loods die is vergund, maar niet gebouwd, betrokken bij de bebouwde oppervlakte van de voormalige bedrijfsgebouwen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4495
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202302356/1/R2

202302613/1/A2

Bij besluit van 21 januari 2021 heeft de Belastingdienst/Toelagen een verzoek van [appellant] om toepassing van de compensatieregeling in het kader van de kinderopvangtoeslagaffaire afgewezen. De Belastingdienst/Toeslagen heeft onderzoek gedaan naar aanleiding van de kinderopvangtoeslagaffaire. Het onderzoek strekt mede tot de beoordeling van de aanspraak die toeslagenouders kunnen maken op compensatie omdat zij te streng zijn behandeld bij eerdere aanvragen om kinderopvangtoeslag. De Belastingdienst/Toeslagen heeft hierover een brief gestuurd aan [appellant], waarna zij een verzoek om herbeoordeling heeft ingediend. De Belastingdienst/Toeslagen heeft een besluit genomen over de jaren 2013 en 2014. In bezwaar heeft [appellant] zich op het standpunt gesteld dat zij het verzoek heeft gedaan over de jaren 2009 en 2010. Zij is het met de Belastingdienst/Toeslagen eens dat zij geen aanspraak maakt op tegemoetkoming over de jaren 2013 en 2014.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4484
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak202302613/1/A2

202302761/1/R2

Bij besluit van 23 augustus 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Tilburg aan recreatiepark Duinhoeve een omgevingsvergunning verleend voor twee geluidsschermen aan de Oude Bossche Baan 4 in Udenhout. Recreatiepark Duinhoeve is een camping met standplaatsen voor kampeermiddelen en stacaravans. [appellant sub 1A] en [appellant sub 2] wonen in de directe omgeving van het recreatiepark en ervaren overlast door geluid en inkijk. Om de geluidoverlast te verminderen is ervoor gekozen om twee geluidschermen te plaatsen. De geluidschermen voldoen aan de bouwvoorschriften voor bouwwerken uit het geldende bestemmingsplan, maar niet aan de gebruiksvoorschriften. De schermen passen namelijk niet in de recreatieve bestemming die de grond heeft. Het college heeft hiervoor een omgevingsvergunning verleend in afwijking van het bestemmingsplan. [appellant sub 1A] en [appellant sub 2] zijn het niet eens met deze omgevingsvergunning. Zij vinden dat de geluidschermen het geluid niet voldoende verminderen, lelijk zijn en niet passen in de omgeving.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4497
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202302761/1/R2

202302932/1/R4

Bij besluit van 24 februari 2022 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht aan [appellante] een last onder dwangsom opgelegd voor het zonder omgevingsvergunning aanbrengen en in stand houden van wijzigingen aan een gemeentelijk monument aan de [locatie] in Utrecht. [appellante] is eigenaresse en bewoonster van de woning. Tussen partijen is niet in geschil dat [appellante], zonder over een daartoe noodzakelijke omgevingsvergunning te beschikken, wijzigingen aan de woning heeft laten aanbrengen door houten kozijnen met enkel glas, al dan niet samen met de bijbehorende waterdorpels, te laten vervangen door kunststof kozijnen met HR++glas. Het gaat om raamkozijnen en waterdorpels op de eerste en tweede verdieping in de voor- en achtergevel, het deurkozijn op de eerste verdieping in de achtergevel en twee raamkozijnen op de begane grond in de achtergevel. Het college heeft vastgesteld dat [appellante] artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo, artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo, gelezen in samenhang met artikel 6 van de Monumentenverordening Utrecht 2010, en artikel 2.3a, eerste lid, van de Wabo heeft overtreden door zonder de daartoe vereiste omgevingsvergunning wijzigingen aan te brengen aan een monument.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4501
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202302932/1/R4

202304149/1/R4

Bij besluit van 13 januari 2022 heeft het college van burgemeester en wethouders van Arnhem [appellante] onder oplegging van een dwangsom van € 2.500,00- ineens gelast een reclamekar en drie vlaggenmasten te verwijderen. [appellante] is gevestigd in een kantoorpand aan de [locatie] in Arnhem. Het college heeft op 19 november 2021 het voornemen kenbaar gemaakt om handhavend op te treden tegen op het perceel zonder de daartoe vereiste omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wabo aanwezige reclameobjecten, te weten drie vlaggenmasten en één reclamekar. Het college heeft [appellante] bij besluit van 13 januari 2022 gelast de drie vlaggenmasten en de reclamekar te verwijderen voor 1 maart 2022. Het college heeft aan dit besluit ten grondslag gelegd dat de reclameobjecten in strijd zijn met artikel 1.2, eerste lid, van de planregels van het bestemmingsplan "Alteveer- t’ Cranevelt", waardoor [appellante] in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo heeft gehandeld. Volgens het college bevinden de reclameobjecten zich in de onbebouwbare zone buiten het bouwvlak, waardoor daar geen bouwwerken zijn toegestaan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4500
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202304149/1/R4

202305682/1/R1

Bij besluit van 18 augustus 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Simpelveld [appellant], onder oplegging van een dwangsom, gelast binnen vier weken na de verzendatum van dat besluit de overtreding van artikel 2.1, eerste lid, onder a en c en artikel 2.3a, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht op het kadastrale perceel gemeente Simpelveld, sectie M, nummer 458, plaatselijk bekend als [locatie] te beëindigen en beëindigd te houden. De overtreding betreft een zonder omgevingsvergunning voor de activiteiten bouwen en afwijken van het bestemmingsplan "Buitengebied 2016" gerealiseerde overkapping aan de achterzijde van de woning op het perceel [locatie]. Volgens het college is de overkapping in strijd met artikel 27.2.3, onder a, van de planregels. Gelet op de redactie van deze planregel geldt volgens het college de maximale bebouwingsoppervlakte van 150 m² voor bijbehorende bouwwerken op het gehele perceel waarop de bestemming "Wonen" rust, zowel binnen als buiten het bouwvlak.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4475
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202305682/1/R1

202400391/1/R4

Het beroep richt zich tegen het besluit van de raad van de gemeente Soest van 23 november 2023, waarbij de raad van de gemeente Soest het bestemmingsplan [locatie] te Soest, heeft vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4785
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Mondelinge uitspraak
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak202400391/1/R4

202401014/1/R4

Bij besluiten van 13 december 2023 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam zijn beslissing om op 3 december 2023 tweemaal spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening Rotterdam 2009 en het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffen Rotterdam 2018 aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van twee dozen, gevuld met andere dozen, die zijn aangetroffen naast een inzamelvoorziening aan de Rijnwaterstraat ter hoogte van nummer 10 in Rotterdam. Het college is ervan uitgegaan dat [appellant] de dozen verkeerd heeft aangeboden, omdat daarop adreslabels zijn aangetroffen waarop zijn adres [locatie 1] te Rotterdam staat aangegeven. [appellant] woont in een studentenwoning. Volgens hem is sprake van één woning met twee huisnummers, [locatie 1] en [locatie 2]. Behalve de eerder genoemde twee dozen heeft de toezichthouder van het college op dezelfde datum ook een doos aangetroffen met daarop een adreslabel met de naam [partij] en het adres [locatie 2].

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4477
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202401014/1/R4

202401181/1/R1

Bij besluit van 8 november 2023 heeft de raad van de gemeente Veere het bestemmingsplan "De Biezenweie" vastgesteld. Het bestemmingsplan maakt de bouw van 98 woningen mogelijk, waarvan 64 zorgwoningen in het zuiden van het plangebied. Ten zuiden van de geplande zorgwoningen bevinden zich binnen het plangebied twee agrarische percelen, kadastraal aangeduid als [nummers] (hierna: de percelen). Deze percelen behouden hun agrarische bestemming, maar aan een deel van deze agrarische gronden is de functieaanduiding "specifieke vorm van agrarisch - milieuzone chemische gewasbeschermingsmiddelen" toegekend. [appellanten] zijn de eigenaren van die agrarische percelen. Zij verhuren deze percelen op dit moment aan een derde die daar hobbymatig paarden op houdt. Zij zijn het niet eens met de nieuwe milieuzone. Binnen de milieuzone is het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen verboden. [appellanten] vrezen dat het agrarisch gebruik van hun percelen daardoor ernstig wordt beperkt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4506
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Zeeland
  • uitspraakin de zaak202401181/1/R1

202401250/1/A2

Bij besluit van 22 december 2022 heeft de Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven de aanvraag van [appellante] om een tegemoetkoming op basis van de Tijdelijke regeling financiële tegemoetkoming voor slachtoffers van geweld in de jeugdzorg afgewezen. In geschil is of de CSG de aanvraag van [appellante] om een tegemoetkoming op basis van de Tijdelijke regeling terecht heeft afgewezen, omdat zij als nabestaande niet onder het bereik ervan valt. De zoon van [appellante], [zoon], geboren op [geboortedatum] 1989, is op 29 januari 2009 overleden. Het is niet in geschil dat hij slachtoffer is geweest van geweld in jeugdzorginstellingen waarin hij onder verantwoordelijkheid van de overheid was geplaatst. [appellante] heeft op 22 november 2022 een aanvraag ingediend voor een tegemoetkoming op grond van de Tijdelijke regeling. De CSG heeft aan de afwijzing van de aanvraag ten grondslag gelegd dat de aanvraag van [appellante] niet onder het bereik van de Tijdelijke regeling valt. De Tijdelijke regeling is bedoeld voor slachtoffers. Nabestaanden kunnen bij wijze van uitzondering alleen een aanvraag indienen in de periode tussen 21 februari 2020 en 1 januari 2021.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4499
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202401250/1/A2

202401853/1/R4

Bij besluit van 1 maart 2024 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam zijn beslissing om op 20 februari 2024 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening Rotterdam 2009 en het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffen Rotterdam 2018 aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. Het college heeft daarbij vermeld dat de kosten van de toepassing van bestuursdwang, te weten € 187,00, voor rekening van [appellante] komen. De toepassing van bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van huisvuil dat op 20 februari 2024 is aangetroffen naast een inzamelvoorziening aan de Meyenhage ter hoogte van huisnummer 59 in Rotterdam. Het college is ervan uitgegaan dat [appellante] het huisvuil, bestaande uit een kartonnen doos, verkeerd heeft aangeboden, omdat hierop een adreslabel is aangetroffen met daarop de naam en adresgegevens van [appellante]. [appellante] betoogt dat het college haar ten onrechte als overtreder heeft aangemerkt. Zij ontkent dat zij de doos naast de inzamelvoorziening heeft geplaatst en voert aan dat zij haar huisvuil nooit naast een vuilnisbak zou zetten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4498
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202401853/1/R4

202402633/1/R4

Bij besluit van 19 maart 2024 heeft de raad van de gemeente Rhenen het bestemmingsplan "[locatie], Rhenen" vastgesteld. Het plan voorziet in legalisatie van de recreatiewoning aan de [locatie] en in de aanleg van natuur op de gronden ten noordwesten van de recreatiewoning. [partij] is de eigenaar van deze gronden en de recreatiewoning. [appellant] is de eigenaar van een onverharde privéweg waarmee een aantal woningen worden ontsloten op de openbare weg. Het perceel waarop de recreatiewoning zich bevindt wordt - tegen de wens van [appellant] - ook via de privéweg ontsloten. [appellant] en anderen betogen dat zij onvoldoende hebben kunnen participeren bij de voorbereiding van het plan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4483
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • RO - Utrecht
  • uitspraakin de zaak202402633/1/R4

202403026/1/R1

Bij besluit van 26 maart 2024 heeft de raad van de gemeente Maastricht het bestemmingsplan "Mosa Porselein" vastgesteld. Tegen dit besluit heeft [appellant] beroep ingesteld. De raad heeft een verweerschrift ingediend. De Afdeling stelt vast dat het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan is voorbereid met toepassing van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. In overeenstemming met deze procedure is een ieder in dat kader in de gelegenheid gesteld om een zienswijze over het ontwerpbesluit naar voren te brengen. Anders dan [appellant] stelt, bestaat er geen aanleiding te oordelen dat het plan in zoverre onzorgvuldig tot stand is gekomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4553
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Mondelinge uitspraak
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak202403026/1/R1

202405231/1/A2

Bij beslissing van 29 maart 2024 heeft een examinator van het vak "What Is a Film Culture?" van de masteropleiding Kunst- en Cultuurwetenschappen van de faculteit der letteren aan [appellant] medegedeeld dat zijn verslag niet wordt nagekeken, omdat [appellant] dat verslag te laat heeft ingeleverd. [appellant] volgt de masteropleiding Kunst- en Cultuurwetenschappen met de richting Film and Contemporary Audiovisual Media aan de faculteit der letteren aan de Universiteit Groningen. Onderdeel van de masteropleiding is het vak "What Is a Film Culture?", dat een studielast heeft van 10 ECTS. Voor een succesvolle afronding van dit vak dienen studenten meerdere opdrachten in te leveren. [appellant] heeft voor één van de opdrachten, een verslag dat voor 60% meetelt in het eindcijfer, eerder een onvoldoende gehaald. De herkansing van deze opdracht heeft hij niet op de uiterste inleverdatum 28 maart 2024, maar op 29 maart 2024 ingeleverd. Bij de beslissing van 29 maart 2024 heeft een examinator van het vak aan [appellant] medegedeeld dat hij het ingeleverde werk daarom niet accepteert en dat dit betekent dat [appellant het vak niet heeft gehaald.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4476
Datum uitspraak
6 november 2024
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Studentenzaken
  • uitspraakin de zaak202405231/1/A2

202200432/1/V1

Bij besluit van 29 april 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar krachtens artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4451
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202200432/1/V1

202200828/1/V2

Bij besluit van 8 november 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Ook heeft hij de vreemdeling opgedragen om de Europese Unie onmiddellijk te verlaten (hierna: het terugkeerbesluit) en een inreisverbod tegen hem uitgevaardigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4452
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202200828/1/V2

202404068/2/V3

Bij besluit van 15 april 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4461
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202404068/2/V3

202404708/1/V3

Bij besluit van 18 oktober 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4453
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202404708/1/V3

202405412/1/V3 en 202405412/2/V3

Bij besluit van 20 juni 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen. Bij uitspraak van 20 augustus 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. A. Kurt, advocaat in 's-Hertogenbosch, hoger beroep ingesteld. Ook heeft hij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4442
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202405412/1/V3 en 202405412/2/V3

202405466/2/R2

Het verzoek richt zich tegen het besluit van 27 juni 2024, waarbij het bestemmingsplan "Warande 8" is vastgesteld. [verzoeker] en anderen hebben de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen. Op de zitting is desgevraagd vastgesteld dat het verzoek zich beperkt tot de vraag of sprake is van een evidente privaatrechtelijke belemmering die aan de vaststelling van het plan aan de weg staat, of niet. [verzoeker] en anderen hebben gesteld dat het plan deels is voorzien op gronden die mede in hun eigendom zijn.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4552
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Mondelinge uitspraak
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202405466/2/R2

202406168/1/V3

Bij besluit van 13 september 2024 heeft de minister een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen. Bij uitspraak van 27 september 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. M.B. Ullah, advocaat in Rotterdam, hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4443
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406168/1/V3

202406168/2/V3

Bij besluit van 13 september 2024 heeft de minister een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen. Bij uitspraak van 27 september 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld. Ook heeft hij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4444
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406168/2/V3

202406236/1/V2 en 202406236/2/V2

Bij besluit van 3 januari 2024, aangevuld bij besluit van 23 mei 2024, heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Bij uitspraak van 1 oktober 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard en het besluit van 23 mei 2023 gedeeltelijk vernietigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4448
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406236/1/V2 en 202406236/2/V2

202406259/1/V2 en 202406259/2/V2

Bij besluit van 20 juli 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om afgifte van een document als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Vw 2000, waaruit rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan blijkt, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4454
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202406259/1/V2 en 202406259/2/V2

202406314/1/V1 en 202406314/2/V1

Bij besluit van 13 mei 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4455
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406314/1/V1 en 202406314/2/V1

202406323/1/V3 en 202406323/2/V3

Bij besluit van 27 februari 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4456
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406323/1/V3 en 202406323/2/V3

202406412/1/V3

Bij besluit van 2 oktober 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4457
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202406412/1/V3

202406603/1/V2 en 202406603/2/V2

Bij besluit van 29 augustus 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4458
Datum uitspraak
5 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406603/1/V2 en 202406603/2/V2

202305764/1/V3

Bij besluit van 15 juni 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4437
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202305764/1/V3

202307348/1/V3

Bij besluit van 23 mei 2023, aangevuld op 11 augustus 2023, heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, ingewilligd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4438
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202307348/1/V3

202401214/1/V2

Bij besluit van 27 december 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4449
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202401214/1/V2

202402801/1/V1

De vreemdeling heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen. Bij uitspraak van 26 april 2024 heeft de rechtbank dat beroep niet-ontvankelijk verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. P.J. Schüller, advocaat in Amsterdam, hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4441
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202402801/1/V1

202404543/1/V3

Bij besluit van 21 november 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen. Bij uitspraak van 15 juli 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. H.T Gerbrandy, advocaat in Leeuwarden, hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4447
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202404543/1/V3

202404869/1/V3

Bij besluiten van 2 mei 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanvragen van de vreemdelingen om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen. Bij uitspraak van 29 juli 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdelingen ingestelde beroep gegrond verklaard, die besluiten vernietigd en bepaald dat de rechtsgevolgen daarvan geheel in stand blijven.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4445
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202404869/1/V3

202405079/2/R1

Bij besluit van 4 juli 2024 heeft de raad van de gemeente Haarlemmermeer het bestemmingsplan "Hoofddorp Hoofdweg 583 ca" vastgesteld. Het plan en de omgevingsvergunning maken de bouw van circa 600 woningen mogelijk op de locatie van een voormalig bedrijventerrein aan de Wijkermeerstraat in Hoofddorp. Evast is de initiatiefnemer van de ontwikkeling. Medamco is gevestigd aan de Wijkermeerstraat 25/25A direct ten westen van het plangebied. Haar beroep richt zich tegen het verdwijnen van het parkeerterrein dat zij op basis van een huurovereenkomst gebruikt. [verzoeker sub 2] woont aan het [locatie] in Hoofddorp. Zijn beroep richt zich tegen het stap-3 besluit. Verder richt zijn beroep zich tegen het bestemmingsplan voor zover het gaat om de wijze waarop onderzoek is gedaan naar beschermde soorten in het kader van de Wet natuurbescherming.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4430
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Natuurbescherming
  • RO - Noord-Holland
  • uitspraakin de zaak202405079/2/R1

202405759/1/V3

Bij besluit van 14 augustus 2024 heeft de minister de vreemdeling in bewaring gesteld. Bij uitspraak van 5 september 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4446
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202405759/1/V3

202406278/1/V1 en 202406278/2/V1

Bij besluit van 19 augustus 2024 heeft de minister een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, buiten behandeling gesteld. Bij uitspraak van 8 oktober 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep niet-ontvankelijk verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. R.S. Frickus, advocaat in Zoetermeer, hoger beroep ingesteld. Ook heeft hij de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4440
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406278/1/V1 en 202406278/2/V1

202406355/2/R1

Bij besluit van 14 november 2023 heeft het college aan Vodafone Libertel B.V. een omgevingsvergunning verleend voor het oprichten van een antenneopstelpunt aan de Nachtegaalstraat in Berg en Terblijt. Bij besluit van 14 november 2023 heeft het college aan Vodafone een omgevingsvergunning verleend voor het oprichten van een antenneopstelpunt met bijbehorende omheining aan de Nachtegaalstraat in Berg en Terblijt naast het gemeenschapshuis. Omdat het bouwplan in strijd is met het bestemmingsplan, is de omgevingsvergunning ook verleend voor het gebruik van gronden in strijd met het bestemmingsplan. [verzoeker] woont aan de [locatie], op ongeveer 70 m afstand tot de beoogde locatie van de zendmast. [verzoeker] is het hoofdzakelijk niet eens met de locatie van de zendmast, omdat hij vreest voor belemmering van zijn uitzicht. Vodafone heeft laten weten dat de zendmast op 6 november 2024 geplaatst zal worden.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4433
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Voorlopige voorziening
  • Bouwen
  • uitspraakin de zaak202406355/2/R1

202406475/1/V2 en 202406475/2/V2

Bij besluit van 17 mei 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Bij uitspraak van 16 oktober 2024 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. R.A.J. van der Leeuw, advocaat in Roermond, hoger beroep ingesteld. Ook heeft hij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4439
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406475/1/V2 en 202406475/2/V2

BRS.24.000342

Bij besluit van 19 augustus 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie de vreemdeling in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2024:4417
Datum uitspraak
4 november 2024
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaakBRS.24.000342
vorige pagina1...444546...1.203volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon