Uitspraken
De Afdeling bestuursrechtspraak is de hoogste algemene bestuursrechter van het land. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de rechterlijke taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.
Toon overzicht van de actuele uitspraken:
Bij besluit van 27 juli 2021 heeft de raad de aanvragen van [appellant] om vergoeding van extra uren rechtsbijstand ten behoeve van [persoon] afgewezen. [appellant] is advocaat en heeft [persoon] bijgestaan in een strafrechtelijke procedure. [persoon] is door de rechtbank Amsterdam voor negen strafbare feiten bij vonnis van 28 juli 2020 veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden, met aftrek van het voorarrest, en tot oplegging van de maatregel terbeschikkingstelling met dwangverpleging. [appellant] heeft in de hoger beroepsprocedure onder meer een bewijsverweer gevoerd en bepleit dat het bij de aanhouding door de politie verrichte geweld aanleiding zou moeten zijn voor strafvermindering. [appellant] heeft daarnaast een strafmaatverweer gevoerd.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1594
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Hoger beroep
- Rechtsbijstand
Verzoek om herziening (artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) van de uitspraak van de Afdeling van 14 september 2022, in zaak nr. ECLI:NL:RVS: 2022:2677. Bij uitspraak van 14 september 2022, ECLI:NL:RVS: 2022:2677, heeft de Afdeling het beroep van [partij] tegen het besluit van 16 september 2021 van de raad van de gemeente Hollands Kroon gegrond verklaard en dat besluit vernietigd. Bij besluit van 16 september 2021 heeft de raad de aanvraag van [partij] om een bestemmingsplan vast te stellen voor het perceel [locatie 1] te Lutjewinkel, afgewezen. Dat bestemmingsplan zou voorzien in de bouw van een tweede vrijstaande woning op het perceel van [partij] ten zuiden van de bestaande woonboerderij. De raad heeft geweigerd het bestemmingsplan vast te stellen omdat de beoogde ontwikkeling een mogelijke belemmering vormt voor de bedrijfsactiviteiten van het naastgelegen bedrijf van [verzoeker] op het perceel [locatie 2]. [partij] heeft tegen dit besluit beroep ingesteld. De Afdeling heeft op dit beroep beslist zoals hiervoor onder "Procesverloop" is vermeld.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1620
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Herziening
- RO - Noord-Holland
[appellant] en andere hebben beroep ingesteld tegen het uitblijven van een besluit van het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant op hun handhavingsverzoek van 10 augustus 2021. [appellant] en andere ondervinden grondwateroverlast op hun percelen door weglekkende kwelstromen uit het Natura 2000-gebied "Deurnsche Peel & Mariapeel" gelegen direct naast hun percelen aan de Dorperpeelweg. Bij brief van 10 augustus 2021 hebben [appellant] en andere daarom verzocht om handhavend op te treden tegen overtredingen van artikel 6 van de Habitatrichtlijn in het natuurgebied. Het college heeft hierop niet gereageerd. Bij brief van 12 november 2021 hebben [appellant] en andere het college in gebreke gesteld wegens het niet tijdig beslissen op hun handhavingsverzoek van 10 augustus 2021. Op 24 mei 2022 hebben [appellant] en andere beroep ingesteld wegens het niet tijdig nemen van een besluit op hun handhavingsverzoek van 10 augustus 2021, en de rechtbank verzocht de hoogte van de door het college verbeurde dwangsom vast te stellen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1598
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Hoger beroep
- Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
Bij besluit van 18 november 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van De Bilt [appellant A] gelast de overtreding van artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, artikel 2.3, aanhef en onder b, en artikel 2.3a, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht te beëindigen en beëindigd te houden. Als hij dat niet doet, verbeurt hij een dwangsom. [appellant A] is eigenaar van het perceel met woning aan de [locatie 1] in Bilthoven. Op 21 oktober 2020 is aan hem een omgevingsvergunning verleend waarmee hij in afwijking van het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Bilthoven Zuid 2009" een eerder door hem gesloopte garage op zijn perceel kan herbouwen. Op 13 juli 2021 heeft een toezichthouder van de gemeente De Bilt een controle verricht. Daarbij is vastgesteld dat in de garage een keuken met fornuis en oven, een badkamer met douche en toilet, een wasruimte, een zitkamer met bank en tv, en een tweepersoonsbed aanwezig waren. Op 21 juli 2021 hebben de buren een verzoek om handhaving gedaan. De garage zou worden bewoond.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1590
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Hoger beroep
- Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
Bij besluit van 18 oktober 2022 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag het definitief plaatsingsplan gewijzigde en aanvullende locaties ondergrondse restafvalcontainers (hierna: ORAC’s) voor de wijk Statenkwartier II (buurt 7) in het stadsdeel Scheveningen in Den Haag vastgesteld. Daarbij is onder meer de locatie 07-42C in de Viviënstraat ter hoogte van huisnummer 29 aangewezen voor de plaatsing van twee ORAC’s. Bij besluit van 14 juni 2020 heeft het college het "Definitief plaatsingsplan ondergrondse restafvalcontainers Statenkwartier (buurt 7), Scheveningen, Den Haag" vastgesteld. Hierin zijn locaties voor de plaatsing van ORAC’s aangewezen, waaronder locatie 07-42B ter hoogte van de overzijde van Viviënstraat 84. De Afdeling heeft in haar uitspraak van 21 juli 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1680, het in die zaak bestreden besluit onder meer vernietigd voor zover het deze locatie betreft. [appellant] en anderen wonen in de directe nabijheid van de aangewezen locatie. Zij zijn het niet eens met de nieuwe locatie, met name vanwege de loopafstandsvoorwaarde die volgens hen wordt overschreden.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1621
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Afval
Bij besluit van 18 oktober 2022 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag het Definitief plaatsingsplan gewijzigde en aanvullende locaties ondergrondse restafvalcontainers (hierna: ORAC’s) voor de wijk Statenkwartier II (buurt 7) in het stadsdeel Scheveningen in Den Haag ) vastgesteld. Daarbij is onder meer de locatie 07-65B in de Frankenstraat ter hoogte van huisnummer 18 aangewezen voor de plaatsing van twee ORAC’s. Bij besluit van 14 juni 2020 heeft het college het ‘Definitief plaatsingsplan ondergrondse restafvalcontainers Statenkwartier (buurt 7), Scheveningen, Den Haag’ vastgesteld. Hierin zijn locaties voor de plaatsing van ondergrondse afvalcontainers aangewezen, waaronder locatie 07-65A aan de lange zijde van het plantsoen ter hoogte van de Van Oldenbarneveltlaan 90. Bij uitspraak van 28 juli 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1680, heeft de Afdeling dat besluit vernietigd voor zover dat ziet op de locaties 07-42B, 07-40B, 07-44B, 07-65A en 07-61A. [appellant] en anderen wonen in de directe nabijheid van de bestreden locatie en zijn het om verschillende redenen niet eens met de aanwijzing van deze locatie.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1624
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Afval
Bij besluit van 18 oktober 2022 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag het Definitief plaatsingsplan gewijzigde en aanvullende locaties ondergrondse restafvalcontainers voor de wijk Statenkwartier II (buurt 7) in het stadsdeel Scheveningen in Den Haag vastgesteld. Daarbij is onder meer de locatie 07-44C in de Ten Hovestraat ter hoogte van huisnummer 22 aangewezen voor de plaatsing van twee ORAC’s. Bij het bestreden besluit heeft het college zes gewijzigde en één aanvullende locatie aangewezen. De locatie 07-44B is hierin gewijzigd. De nieuwe locatie 07-44C dient ter vervanging van locatie 07-44B en is voorzien op de Ten Hovestraat ter hoogte van huisnummer 22. Op deze locatie zullen twee ORAC’s worden geplaatst. Appellanten wonen in de directe nabijheid van de bestreden locatie en zijn het om verschillende redenen niet eens met de aanwijzing van deze locatie.In deze procedure gaat het om de aanwijzing van een locatie voor twee ORAC’s.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1626
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Afval
Bij besluit van 29 september 2022 heeft de raad van de gemeente Rotterdam het bestemmingsplan "Kavel de Machinist" vastgesteld. Het plangebied wordt aan de noord- en noordoostzijde begrensd door het water van de Coolhaven, en aan de zuidzijde door de Willem Buytewechstraat. Direct ten westen van het plangebied ligt het gemeentelijk monument De Machinist, dat in gebruik is voor horeca en als zalencentrum. Het bestemmingsplan maakt de bouw van een woongebouw met een maximale bouwhoogte van 50 m met maximaal 60 woningen en andere functies in de plint, en een deels ondergrondse parkeergarage mogelijk. [appellant sub 2] en [appellant sub 1] wonen in de nabijheid van het plangebied. Zij kunnen zich niet verenigen met het bestemmingsplan, omdat zij vrezen voor een aantasting van hun woon- en leefklimaat.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1611
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- RO - Zuid-Holland
Bij besluit van 18 oktober 2022 heeft de raad van de gemeente Zuidplas het bestemmingsplan "Van ’t Verlaat en Leliestraat, Zevenhuizen" vastgesteld. Het bestemmingsplan voorziet in de herontwikkeling van de gronden van sportpark Van 't Verlaat en woonzorgcentrum De Zevenster. Het bestemmingsplan maakt de bouw van in totaal 359 woningen mogelijk. Het gaat hierbij onder meer om zorgwoningen, aanleunwoningen en woonblokken met grondgebonden woningen en appartementengebouwen. De bestemming "Maatschappelijk" maakt de zorgwoningen mogelijk. De bestemming "Wonen" maakt de bouw van de andere woningen mogelijk. Ten oosten van het plangebied ligt het bedrijventerrein waar [appellant A], [appellant B] en Zevenbouw Beheer gedeeltelijk eigenaar van zijn. Aannemersbedrijf Zevenbouw Beheer is één van de gebruikers van het daar gelegen bedrijfscomplex. Zij vrezen dat zij door de korte afstand van de (zorg-)woningen tot het bedrijventerrein zullen worden belemmerd in de bedrijfsvoering.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1612
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- RO - Zuid-Holland
Bij besluit van 9 maart 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Texel zijn beslissing om op 8 maart 2021 spoedeisende bestuursdwang toe te passen met betrekking tot de werkzaamheden aan [locatie] in Texel op schrift gesteld. Bij dit besluit heeft het college ook een last onder dwangsom opgelegd strekkend tot het stilgelegd houden van de werkzaamheden. Bij besluit van 6 september 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Texel het door [appellante] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. [appellante] is eigenaar van de percelen aan [locatie] in De Koog. Een toezichthouder van het college heeft op 8 maart 2021 geconstateerd dat er kap-, zaag- en snoeiwerkzaamheden werden verricht aan bomen en struiken op de kadastrale percelen T 3620 en 3485 en heeft [appellante] mondeling gelast om deze werkzaamheden stil te leggen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1593
- Datum uitspraak
- 17 april 2024
- Hoger beroep
- Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom