Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 121.694
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

BRS.25.001305

Bij besluit van 27 augustus 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4859
Datum uitspraak
14 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001305

BRS.25.001387

Bij besluiten van 28 augustus 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie aanvragen van appellanten om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4879
Datum uitspraak
14 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001387

202201923/5/R3

Bij besluit van 15 februari 2022 heeft de raad van de gemeente Schiermonnikoog het bestemmingsplan "Verbrede reikwijdte Schiermonnikoog - Dorp" vastgesteld. [verzoekers] bewonen de woning aan de [locatie] op Schiermonnikoog. Aan deze woning is in het herstelbesluit de bestemming "Wonen" met de aanduiding "overige zone - voorwaardelijk recreatief gebruik 2" toegekend. Op de zitting van 22 september 2025 is komen vast te staan dat de redactie van artikel 28.5.3 van de planregels tot rechtsonzekerheid leidt, zoals ook door [verzoekers] in hun verzoek om voorlopige voorziening is betoogd. In dit artikel zijn twee verschillende peilmomenten opgenomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4908
Datum uitspraak
14 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Friesland
  • uitspraakin de zaak202201923/5/R3

202304139/1/V3

Bij besluit van 16 maart 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4837
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202304139/1/V3

202402040/1/V1

Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. S. Thelosen, advocaat in Amsterdam, heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 8 maart 2024 in zaak nr. NL24.4838. De minister van Asiel en Migratie heeft een nader stuk ingediend. Verzoeker heeft het hoger beroep ingetrokken en de Afdeling verzocht om de minister te veroordelen in de bij hem opgekomen proceskosten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4888
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202402040/1/V1

202403097/1/V3

Bij besluit van 5 april 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen. Bij uitspraak van 10 mei 2024 heeft de rechtbank het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. E. Berger, advocaat in Zwolle, hoger beroep ingesteld. De staatssecretaris heeft een nader stuk ingediend, waarop appellant heeft gereageerd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4893
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202403097/1/V3

202502514/1/V3

Bij besluit van 9 april 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld. Bij uitspraak van 28 april 2025 heeft de rechtbank het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tegen deze uitspraak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. M.C. de Jong, advocaat in Rotterdam, hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4892
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202502514/1/V3

202504116/2/R2

Bij besluit van 23 januari 2024 heeft het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal [verzoeker] onder oplegging van een dwangsom gelast de garageloods op het perceel [locatie A] in Heerle te verwijderen of zodanig uit te voeren dat deze vergunningsvrij is. [verzoeker] woont op het perceel [locatie A] in Heerle. Hij heeft op zijn perceel een garageloods gebouwd. [belanghebbende], die naast [verzoeker] woont, heeft een verzoek om handhaving ingediend. Het college heeft zich op het standpunt gesteld dat de garageloods zoals deze is gebouwd niet omgevingsvergunningvrij is. [verzoeker] is het niet eens met de opgelegde last onder dwangsom. Hij doet een beroep op het vertrouwensbeginsel. Hij heeft meerdere bouwtekeningen aan het college voorgelegd en het college heeft volgens hem op meerdere momenten aangegeven dat de garageloods zonder omgevingsvergunning gebouwd mocht worden. Het college had dan ook van handhavend optreden moeten afzien.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4885
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202504116/2/R2

202505057/2/V2

Bij besluit van 8 mei 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van verzoekster om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4877
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202505057/2/V2

202505101/1/V3

Bij besluit van 26 augustus 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld. Bij uitspraak van 9 september 2025 heeft de rechtbank het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tegen deze uitspraak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. D. Matadien, advocaat in Rotterdam, hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4890
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202505101/1/V3

202505103/1/V3

Bij besluit van 26 augustus 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld. Bij uitspraak van 9 september 2025 heeft de rechtbank het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tegen deze uitspraak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. D. Matadien, advocaat in Rotterdam, hoger beroep ingesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4889
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202505103/1/V3

BRS.25.001209

Bij besluit van 24 juli 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4861
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001209

BRS.25.001238

Bij besluit van 11 juni 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van verzoeker om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4862
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001238

BRS.25.001251

Bij besluit van 27 mei 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van betrokkene om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4882
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001251

BRS.25.001292

Bij besluit van 20 november 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van verzoeker om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4865
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001292

BRS.25.001325

Bij besluit van 11 augustus 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4846
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001325

BRS.25.001497

Bij besluit van 28 juli 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van verzoeker om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4884
Datum uitspraak
13 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001497

202403275/1/V1

Bij besluit van 8 oktober 2021 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag om betrokkene een machtiging tot voorlopig verblijf (hierna: een mvv) te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4868
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202403275/1/V1

202404567/1/R2 en 202404567/2/R2

Bij besluit van 24 oktober 2023 heeft het college van gedeputeerde staten van Limburg het verzoek van de Dassenwerkgroep en anderen om handhavend op te treden tegen de afbraak van het foerageergebied van de dassen op grond van de Wet natuurbescherming (Wnb) in het gebied Parc Zaarderheiken afgewezen. Stichting Heyerhoven legt in Parc Zaarderheiken een golfbaan aan en ook nieuwe natuur. In het gebied zijn bewoonde dassenburchten aanwezig. Voor een deel van de werkzaamheden bij de aanleg heeft het college een ontheffing verleend, omdat de werkzaamheden de vaste voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van de das opzettelijk beschadigen of vernielen. Aan die ontheffing heeft het college voorschriften verbonden. De Dassenwerkgroep en anderen maken zich zorgen over de dassen in het gebied en stellen dat Stichting Heyerhoven de voorschriften van de ontheffing niet goed naleeft. Zij hebben daarom het college gevraagd om daartegen handhavend op te treden. Het college heeft dat verzoek afgewezen, omdat het in verschillende controles niet heeft vastgesteld dat Stichting Heyerhoven de voorschriften van de ontheffing overtreedt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4874
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • Natuurbescherming
  • uitspraakin de zaak202404567/1/R2 en 202404567/2/R2

202405172/2/R2

Bij besluit van 13 juni 2024 heeft de raad van de gemeente Laarbeek het bestemmingsplan "Helmondseweg 41 (Malthezer Hoeve), Aarle-Rixtel" vastgesteld. Het plan voorziet in de herontwikkeling van het perceel Helmondseweg 41 (Malthezer Hoeve). Beoogd is om de bestaande villawoning uit te breiden en te renoveren. Ook is beoogd om op het perceel maximaal 36 woningen voor één- en tweepersoonshuishoudens te realiseren in vier boerderijvolumes. De collectieve voorzieningen worden ondergebracht in de bestaande villawoning. Omdat het voorheen geldende bestemmingsplan "Buitengebied" slechts één woning op het perceel toestaat, is een herziening van het bestemmingsplan nodig. Het voorliggende bestemmingsplan voorziet in de juridisch-planologische mogelijkheden voor de beoogde herontwikkeling van de Malthezer Hoeve.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4871
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202405172/2/R2

202407765/1/V1

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4869
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202407765/1/V1

202500808/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4870
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202500808/1/V1

202501234/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4872
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202501234/1/V1

202502756/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4873
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202502756/1/V1

202502890/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4875
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202502890/1/V1

BRS.25.000938

Bij besluit van 22 februari 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van appellant om afgifte van een document als bedoeld in de artikelen 18 en 19 van het Terugtrekkingsakkoord, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4797
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaakBRS.25.000938

BRS.25.001203

Bij besluit van 16 juni 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van appellant om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4864
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001203

BRS.25.001299

Bij besluit van 20 februari 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van betrokkene om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4832
Datum uitspraak
10 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001299

202300054/1/V2

Bij besluit van 14 februari 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4836
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202300054/1/V2

202406804/1/V1

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4838
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202406804/1/V1

202407135/1/V2

Bij besluit van 28 augustus 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4839
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202407135/1/V2

202407531/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4840
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202407531/1/V1

202500024/1/V1

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4841
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202500024/1/V1

202500632/1/V1

Appellanten hebben beroepen ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op aanvragen om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4842
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202500632/1/V1

202500695/1/V1

Bij besluit van 4 oktober 2024 heeft het COa appellant overgeplaatst naar de Handhavings- en Toezichtlocatie in Hoogeveen. Bij besluit van 4 oktober 2024 heeft de minister appellant een vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4844
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202500695/1/V1

202500908/3/V1

Bij besluit van 28 september 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van verzoeker om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4845
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202500908/3/V1

202501137/1/V2

Bij besluit van 16 januari 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet-ontvankelijk verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4848
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202501137/1/V2

202502912/1/V2

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4849
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202502912/1/V2

202503003/1/V3

Bij besluit van 15 augustus 2024 heeft de minister appellant opgedragen de Europese Unie binnen 28 dagen te verlaten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4851
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202503003/1/V3

202503411/1/V1

Betrokkenen hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4853
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202503411/1/V1

202504146/1/V2

Bij besluit van 10 oktober 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4854
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202504146/1/V2

202504643/2/R1

Bij besluit van 13 november 2024 heeft het college van burgemeester en wethouders van Schouwen-Duiveland aan [verzoeker] een last onder dwangsom opgelegd wegens het verbouwen van het pand aan de [locatie 1] te Zierikzee in afwijking van de daarvoor verleende omgevingsvergunning. [verzoeker] is eigenaar van het pand aan de [locatie 1] in Zierikzee, dat is aangewezen als rijksmonument. De benedenverdieping van [locatie 2] is een winkel. De rest van het pand is woonruimte. Om de woonruimte te vergroten heeft [verzoeker] op 4 november 2022 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. Bij besluit van 18 januari 2023 heeft het college de gevraagde omgevingsvergunning voor de verbouwing van het pand verleend. Nadat een toezichthouder van de gemeente constateerde dat het pand werd verbouwd in afwijking van de verleende omgevingsvergunning, is een bouw- en een gebruikstop opgelegd, die het college op 29 december 2023 op schrift heeft gesteld. Daartegen heeft [verzoeker] bezwaar gemaakt. Op 9 april 2024 heeft het college geweigerd om omgevingsvergunning te verlenen voor een gewijzigd bouwplan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4835
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202504643/2/R1

202504647/1/V3

Bij besluit van 23 juli 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4855
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202504647/1/V3

202504739/1/V3

Bij besluit van 29 juli 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4856
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202504739/1/V3

202504885/1/V1 en 202504885/2/V1

Bij besluit van 10 januari 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, opnieuw afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4876
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202504885/1/V1 en 202504885/2/V1

202505123/2/V2

Bij besluit van 22 maart 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van verzoeker om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4857
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202505123/2/V2

202505193/1/V3

Bij besluit van 29 augustus 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4858
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaak202505193/1/V3

202505215/2/V3

Bij besluiten van 9 juli 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie de aanvragen van verzoekers om hun een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4878
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202505215/2/V3

BRS.25.000257

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4779
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaakBRS.25.000257

BRS.25.000291

Bij besluit van 6 april 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Bij besluit van 5 juni 2024 heeft de staatssecretaris het daartegen door appellant gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Bij uitspraak van 21 februari 2025 heeft de rechtbank het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4772
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaakBRS.25.000291

BRS.25.000824

Bij besluit van 10 december 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van betrokkene om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4774
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.000824

BRS.25.001256

Bij besluit van 22 juli 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4787
Datum uitspraak
9 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001256

202306123/5/R2

Bij besluit van 29 juni 2023 heeft de raad van de gemeente Sint-Michielsgestel het bestemmingsplan "Buitengebied Sint-Michielsgestel, 3e actualisatie" vastgesteld. Het bestemmingsplan voorziet onder meer in het bouwen van een Ruimte voor Ruimte-woning aan de [locatie 1] in Den Dungen. [verzoekers] wonen aan de [locatie 2]. Zij vrezen onder meer voor schaduwhinder en verlies aan privacy. Met het verzoek om een voorlopige voorziening willen [verzoekers] voorkomen dat de Ruimte voor Ruimte-woning al wordt gebouwd op de [locatie 1] voordat de Afdeling uitspraak heeft gedaan op hun beroep tegen het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4796
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202306123/5/R2

202400200/1/V1

Bij besluit van 29 november 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van betrokkene om hem een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4790
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202400200/1/V1

202402892/1/V1

Bij ‘kennisgeving gewijzigde identiteitsgegevens’ (hierna: de kennisgeving) van 2 januari 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aan de Afdeling Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel laten weten de geboortedatum van betrokkene te hebben gewijzigd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4791
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202402892/1/V1

202403048/1/V1

Bij besluit van 4 december 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, ingewilligd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4792
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaak202403048/1/V1

202500713/1/V1

[appellant 2] heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4793
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202500713/1/V1

202501501/1/V1

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4795
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202501501/1/V1

202501974/1/V1

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4798
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202501974/1/V1

202502060/1/V1

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4819
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202502060/1/V1

202502267/1/V1

Bij besluit van 4 november 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag om appellant een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen, ingewilligd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4821
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202502267/1/V1

202503423/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4822
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202503423/1/V1

202504658/1/V3

Bij besluit van 22 juli 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie appellant in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4827
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202504658/1/V3

BRS.24.000200

Bij besluit van 12 mei 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid betrokkene in bewaring gesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4715
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Bewaring
  • uitspraakin de zaakBRS.24.000200

BRS.25.000980

Bij besluit van 19 november 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van betrokkene om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, opnieuw afgewezen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4769
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.000980

BRS.25.001368

Bij besluit van 8 augustus 2025 heeft de minister een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen. Bij uitspraak van 17 september 2025 heeft de rechtbank het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. D.W.M. van Erp, advocaat in Utrecht, hoger beroep ingesteld. Ook heeft hij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4770
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening / hoofdzaak
  • Asiel
  • uitspraakin de zaakBRS.25.001368

202003468/12/R2

Bij tussenuitspraak van 10 juli 2024, ECLI:NL:RVS:2024:2823 heeft de Afdeling de raad van de gemeente Oss opgedragen om binnen zesentwintig weken na verzending van de uitspraak: a. met inachtneming van overweging 45 de daarin omschreven gebreken in het besluit van 16 april 2020 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Oss - 2020" te herstellen; b. de Afdeling en de partijen de uitkomst mee te delen en een eventueel gewijzigd besluit op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend te maken en mee te delen. Bij besluit van 12 december 2024 heeft de raad het bestemmingsplan "Buitengebied Oss" gewijzigd vastgesteld. [appellant sub 7] betoogt dat de raad alsnog aanleiding had moeten zien om de caravanstalling in loods 1 positief te bestemmen en, als dat niet mogelijk is, om te voorzien in een uitsterfregeling of persoonsgebonden overgangsrecht. Hij voert, onder verwijzing naar een op 10 augustus 1994 op grond van de Wet milieubeheer verleende vergunning, aan dat loods 1 al sinds 1994 in gebruik is als caravanstalling.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4610
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202003468/12/R2

202003468/13/R2

Bij tussenuitspraak van 10 juli 2024, ECLI:NL:RVS:2024:2823 heeft de Afdeling de raad van de gemeente Oss opgedragen om binnen zesentwintig weken na verzending van de uitspraak: a. met inachtneming van overweging 45 de daarin omschreven gebreken in het besluit van 16 april 2020 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Oss - 2020 te herstellen; b. de Afdeling en de partijen de uitkomst mee te delen en een eventueel gewijzigd besluit op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend te maken en mee te delen. Bij besluit van 12 december 2024 (het herstelbesluit) heeft de raad het bestemmingsplan "Buitengebied Oss" gewijzigd vastgesteld. De raad en de gemeente Oss hebben beroep ingesteld tegen het eigen herstelbesluit van de raad.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4611
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Noord-Brabant
  • uitspraakin de zaak202003468/13/R2

202200611/1/A2

Bij besluit van 14 november 2018 heeft de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking de aan K2 Coatings verstrekte subsidie vastgesteld op € 13.584,00 en een bedrag van € 343.400,00 teruggevorderd. In 2010 heeft de minister op grond van het Private Sector Investeringsprogramma aan Terraco Egypt Chemical Industries een subsidie verleend van € 637.360,00 voor het in samenwerking met een lokale partner oprichten van een fabriek voor duurzame verf in Ethiopië. Op 14 februari 2012 hebben Terraco en K2 Coatings de minister toestemming gevraagd voor het oprichten van een "joint venture" tussen K2 Coatings en een Ethiopisch bedrijf. De minister heeft deze toestemming verleend onder de voorwaarde dat Terraco technisch en financieel verantwoordelijk blijft voor het project. In 2014 heeft de minister een voorschot van € 356.984,00 overgemaakt aan K2 Coatings. In 2018 was het project nog steeds niet gerealiseerd. De minister heeft bij besluit van 3 april 2018 K2 Coatings aangewezen als subsidieontvanger en deze in de gelegenheid gesteld om een nieuw projectplan in te dienen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4802
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Subsidie
  • uitspraakin de zaak202200611/1/A2

202202375/2/R3

Bij tussenuitspraak van 23 april 2025, ECLI:NL:RVS:2025:1846 heeft de Afdeling de raad en het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam opgedragen om binnen zestien weken na verzending van de tussenuitspraak de daarin omschreven gebreken in het besluit van 24 februari 2022 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Hoofdweg 480-490", en het besluit van 19 februari 2024 tot wijziging van de verleende omgevingsvergunning, te herstellen. Ter uitvoering van de tussenuitspraak heeft de raad bij besluit van 19 juni 2025 het bestemmingsplan "Hoofdweg 480-490" gewijzigd vastgesteld, en heeft het college bij besluit van 25 juni 2025 de omgevingsvergunning opnieuw gewijzigd verleend. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak geoordeeld dat het bestemmingsplan niet met de vereiste zorgvuldigheid is voorbereid, omdat het vereiste inzicht in de gevolgen van het plan voor het verkeer ontbreekt.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4806
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Bouwen
  • RO - Zuid-Holland
  • uitspraakin de zaak202202375/2/R3

202300783/1/R3

Bij besluit van 4 juli 2022 heeft de raad van de gemeente Dantumadiel het bestemmingsplan "Damwâld-kom" vastgesteld. Het plan voorziet in een actuele planologisch-juridische regeling voor de gronden binnen de bebouwde kom van Damwâld. In de plantoelichting staat dat het plan conserverend is en geen grootschalige nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt. Het plan voorziet in een actuele planologisch-juridische regeling voor de gronden binnen de bebouwde kom van Damwâld. In de plantoelichting staat dat het plan conserverend is en geen grootschalige nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt. De ondernemingen van Multigaz Damwâld B.V. en [appellant] zijn gevestigd in het plangebied. Multigaz Damwâld B.V. is, onder meer, eigenaar van de kadastrale percelen met nummers 42 en 587 in Damwâld. [appellant] is eigenaar van het kadastrale perceel met nummer 588. Multigaz Damwâld B.V. en [appellant] kunnen zich niet met het bestemmingsplan verenigen, voor zover het perceel van [appellant] daarin niet is bestemd voor bedrijvigheid in categorie 3 van de bij de planregels behorende Staat van Bedrijven.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4808
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • RO - Friesland
  • uitspraakin de zaak202300783/1/R3

202305192/1/R2

Bij besluit van 13 december 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Land van Cuijk de aan [partij A] verleende revisievergunning voor de inrichting, gelegen aan de [locatie] in Rijkevoort, wat betreft stal 5 en de daarin te huisvesten 33.600 vleeskuikens, ingetrokken. [partij A] voerde ten tijde van het besluit van 13 december 2021 een vleeskuikenbedrijf aan de [locatie] in Rijkevoort. Op 30 augustus 2011 is aan [partij A] een revisievergunning op grond van de Wet milieubeheer verleend voor een pluimveehouderij en akkerbouwbedrijf. Op 22 februari 2021 heeft de milieuvereniging het college verzocht om de revisievergunning gedeeltelijk in te trekken, omdat het bedrijf de laatste jaren substantieel lagere aantallen vleeskuikens houdt dan is vergund. Ook is de vergunde stal 5 nog niet in zijn geheel gerealiseerd. Om te voorkomen dat ongebruikte rechten alsnog worden ingezet, heeft de milieuvereniging het college verzocht om de revisievergunning gedeeltelijk in te trekken. Dat heeft het college vervolgens gedaan bij besluit van 13 december 2021.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4812
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Milieu - Overige
  • Vee e.a. dieren
  • uitspraakin de zaak202305192/1/R2

202306352/1/A3

Bij besluit van 4 november 2022 heeft de minister voor Rechtsbescherming, thans: de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de aanvraag van [appellant] om afgifte van een verklaring omtrent het gedrag afgewezen. [appellant] heeft op 29 augustus 2022 verzocht om afgifte van een VOG voor de functie van persoonlijk begeleider bij Unique People Wonen B.V. in Riel. De minister heeft het verzoek afgewezen. Hij heeft zich daarbij gebaseerd op de Beleidsregels VOG-NP-RP 2022 en het algemene screeningsprofiel met de risicogebieden informatie, geld en personen. Uit het Justitieel Documentatiesysteem is naar voren gekomen dat op 18 maart 2016 een zaak tegen [appellant] wegens ontucht met een wilsonbekwame voorwaardelijk is geseponeerd op grond van ‘gering feit’. [appellant] betoogt dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat de minister de VOG heeft mogen weigeren. Daartoe voert [appellant] aan dat de rechtbank ten onrechte heeft aangenomen dat op 15 mei 2015 een strafbaar feit vermeld staat in het JDS, omdat die aanname ongefundeerd is, en in strijd met de onschuldpresumptie van artikel 6, tweede lid, van het Verdrag voor de Rechten van de Mens.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4815
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Verklaring omtrent gedrag
  • uitspraakin de zaak202306352/1/A3

202306952/1/A3

Bij besluit van 19 september 2019 heeft de minister van Defensie de verklaring van geen bezwaar van [appellant] ingetrokken. [appellant] is op 14 juli 2017 aangemeld bij de Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst voor een hernieuwd veiligheidsonderzoek op veiligheidsmachtigingsniveau B. [appellant] vervulde een vertrouwensfunctie van Instructeur Zware Wapens bij het Commando Landstrijdkrachten. [appellant] heeft bij een eerder veiligheidsonderzoek verklaard dat hij lid was van Satudarah Motorcycle Club. De minister heeft toen een verklaring van geen bezwaar afgegeven. Met het arrest van de Hoge Raad van 13 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1789, is het cassatieberoep tegen de beschikkingen van het gerechtshof Den Haag (over de beschikking van de rechtbank van 18 juni 2018 waarbij Satudarah verboden is verklaard en is ontbonden) verworpen. De verbodenverklaring en ontbinding van Satudarah staan daarmee in rechte vast. Volgens de minister volgt uit het veiligheidsonderzoek naar [appellant] dat onvoldoende is komen vast te staan dat hij, wegens zijn verbondenheid aan Satudarah, zijn functie onafhankelijk kan uitoefenen, volledig loyaal is jegens Defensie en een integere vervulling van de vertrouwensfunctie kan garanderen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4805
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202306952/1/A3

202306953/1/A3

Bij besluit van 19 september 2019 heeft de minister van Defensie de verklaring van geen bezwaar van [appellant] ingetrokken. [appellant] is op 6 maart 2018 aangemeld bij de Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst voor een hernieuwd veiligheidsonderzoek op veiligheidsmachtigingsniveau B. [appellant] vervulde een vertrouwensfunctie van Plaatsvervangend Commandant Pantserinfanteriepeloton. [appellant] heeft bij een eerder veiligheidsonderzoek verklaard dat hij lid was van Satudarah Motorcycle Club. De minister heeft toen een verklaring van geen bezwaar afgegeven. Met het arrest van de Hoge Raad van 13 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1789, is het cassatieberoep tegen de beschikkingen van het gerechtshof Den Haag (over de beschikking van de rechtbank van 18 juni 2018 waarbij Satudarah verboden is verklaard en is ontbonden) verworpen. De verbodenverklaring en ontbinding van Satudarah staan daarmee in rechte vast. Volgens de minister volgt uit het veiligheidsonderzoek naar [appellant] dat onvoldoende is komen vast te staan dat hij, wegens zijn verbondenheid aan Satudarah, zijn functie onafhankelijk kan uitoefenen, volledig loyaal is jegens Defensie en een integere vervulling van de vertrouwensfunctie kan garanderen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4804
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202306953/1/A3

202307834/1/A3

Op 31 mei 2021 heeft [wederpartij] het college van burgemeester en wethouders van Doetinchem in gebreke gesteld ten aanzien van het nemen van een beslissing op haar verzoeken om handhaving van een verkeersbesluit, het nemen van twee verkeersbesluiten en het verlenen van een omgevingsvergunning voor een Bed & Breakfast. Het hoger beroep richt zich tegen het oordeel van de rechtbank over het niet tijdig nemen van een besluit op het verzoek van [wederpartij] om handhaving van een verkeersbesluit en de aan dat oordeel verbonden vernietiging van het besluit van 17 juni 2021 en vaststelling van verbeurde dwangsommen. [wederpartij] wil dat het college handhavend optreedt tegen het verkeer dat onbevoegd gebruik maakt van een gedeelte van de Heijendaalseweg in Wehl, gemeente Doetinchem. De rechtbank heeft geoordeeld dat het verzoek een aanvraag is in de zin van artikel 1:3, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht en dat het college op deze aanvraag niet tijdig heeft beslist. Daarom heeft de rechtbank het college opgedragen alsnog een besluit te nemen op het verzoek, het besluit van 17 juni 2021 over de dwangsommen vernietigd en zelf de hoogte van de verbeurde dwangsom vastgesteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4803
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • Wegenverkeerswet
  • uitspraakin de zaak202307834/1/A3

202400052/1/R2

Bij besluit van 22 februari 2023 heeft het college van burgemeester en wethouders van 's-Hertogenbosch onder oplegging van een dwangsom [appellant] en anderen gelast om een hooischuur op het perceel [locatie] te Rosmalen te verwijderen en verwijderd houden. [appellant] en anderen zijn eigenaar, dan wel bewoner van de woning [locatie] te Rosmalen. Op 10 november 2022 heeft een toezichthouder van de gemeente, naar aanleiding van een handhavingsverzoek, een controle uitgevoerd en vastgesteld dat er een illegaal bouwwerk aanwezig is op het perceel. Uit het controlerapport blijkt dat het bouwwerk wordt gebruikt als schuur/opslagruimte. [appellant] en anderen betogen dat het bouwwerk is gelegen in het achtererfgebied en daarom vergunningvrij is opgericht, waardoor er geen sprake is van een overtreding.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4816
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
  • uitspraakin de zaak202400052/1/R2

202401200/1/A3

Bij besluit van 20 januari 2022, aangevuld bij besluit van 4 maart 2022, heeft het college van burgemeester en wethouders van Nunspeet beslist op een verzoek van [wederpartij] op grond van de Wet openbaarheid van bestuur en een aantal documenten openbaar gemaakt. De uitspraak gaat over de toepassing van artikel 5.2, derde lid, van de Woo op een document, de memo, waarin onder meer persoonlijke beleidsopvattingen staan van een ambtenaar over de procespositie van de gemeente in een bestemmingsplanprocedure. Bij brief van 23 november 2021 heeft [wederpartij] het college op grond van de Wob verzocht documenten openbaar te maken die ten grondslag liggen aan het ontwerpbestemmingsplan "Veelhorsterweg 21/23". Het college heeft bij het besluit van 2 augustus 2022 op grond van artikel 5.2, eerste lid, van de Woo geweigerd de memo openbaar te maken, omdat deze is opgesteld ten behoeve van intern beraad en persoonlijke beleidsopvattingen bevat. De rechtbank heeft geoordeeld dat het college onvoldoende heeft gemotiveerd dat de memo in zijn geheel uit persoonlijke beleidsopvattingen bestaat.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4814
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202401200/1/A3
  • persberichtbij de uitspraak in de zaak202401200/1/A3

202401830/1/V6

Bij besluit van 14 februari 2023 heeft de minister van Buitenlandse Zaken de door [appellant] afgelegde verklaring ter verkrijging van het Nederlanderschap geweigerd te bevestigen. [appellant] is op [geboortedatum] 1989 geboren in [geboorteplaats], Zuid-Afrika. Hij heeft bij zijn geboorte naast de Zuid-Afrikaanse nationaliteit ook de Nederlandse nationaliteit verkregen, omdat zijn moeder op dat moment de Nederlandse nationaliteit bezat. Zij is in Zuid-Afrika geboren uit Nederlandse ouders, die in 1952 naar Zuid-Afrika zijn geëmigreerd. De vader van [appellant] was in het bezit van de Zuid-Afrikaanse nationaliteit. Op 1 januari 1995 heeft de moeder van [appellant] het Nederlanderschap van rechtswege verloren op grond van artikel 15, eerste lid, aanhef en onder c, van de Rijkswet op het Nederlanderschap, zoals die wet luidde tussen 1 januari 1985 en 1 april 2003 (hierna: de RWN (oud)), omdat zij van 1 januari 1985 tot 1 januari 1995 onafgebroken hoofdverblijf heeft gehad in Zuid-Afrika. Zij bezat, naast de Nederlandse nationaliteit, ook de Zuid-Afrikaanse nationaliteit.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4799
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Nederlanderschap
  • uitspraakin de zaak202401830/1/V6

202402130/1/A3

Bij besluit van 17 november 2022 heeft de minister van Buitenlandse Zaken de aanvraag niet in behandeling genomen. [appellant] heeft in hoger beroep uiteengezet welke persoonlijke problemen zij in haar leven heeft ervaren. Met deze uiteenzetting wordt echter niet aangegeven wat er verkeerd is aan de overwegingen waarop de rechtbank haar uitspraak baseert. De Afdeling sluit zich bij deze overwegingen aan.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4988
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Mondelinge uitspraak
  • Paspoort
  • uitspraakin de zaak202402130/1/A3

202402639/1/R4

Bij besluit van 29 februari 2024 heeft de raad van de gemeente Wijchen het bestemmingsplan "Bergharen, Kerkenweide" vastgesteld. Het bestemmingsplan heeft betrekking op gronden aan de westzijde van Bergharen. Het plangebied betreft een weide gelegen tussen de twee kerken van Bergharen. Het plangebied wordt aan de zuidzijde ontsloten via de Veldsestraat. Ter hoogte van de Dorpsstraat zal een ontsluiting voor langzaam verkeer gerealiseerd worden. Het bestemmingsplan maakt de bouw van 23 grondgebonden woningen mogelijk. [appellant] en anderen wonen aangrenzend aan het plangebied. Zij maken zich zorgen over de gevolgen van het plan voor hun woonsituatie en de omgeving. ErfGoed is de ontwikkelaar van de woningen. Van Beijnum is eigenaar van twee kadastrale percelen in het plangebied en wil daar een woning bouwen. [appellant] en anderen betogen dat de in het plangebied aanwezige landschappelijke waarden die tot dusver met de bestemming "Agrarisch - Landschapswaarden" waren beschermd, door het plan onevenredig worden aangetast. De raad heeft volgens hen voor die aantasting geen goede motivering gegeven.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4811
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • RO - Gelderland
  • uitspraakin de zaak202402639/1/R4

202404441/1/R1

Bij besluit van 14 maart 2023 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat vastgesteld dat het experiment als bedoeld in voorschrift 7 van de aan RWE verleende watervergunning van 20 september 2022 niet geslaagd is. RWE heeft op eigen initiatief, en voordat het besluit om de vergunning te verlenen was genomen, onderzoek gedaan naar de sterfte van zalmsmolts als gevolg van de WKC. In het rapport "Monitoring smoltmigratie bij WKC Linne, voorjaar 2021 en 2022" (hierna het vissterfteonderzoek 2021 - 2022), opgesteld door VisAdvies, zijn de resultaten van dat onderzoek neergelegd. Op dit rapport baseert RWE de conclusie dat sprake is van een geslaagd experiment als bedoeld in voorschrift 7, tweede lid, van de vergunning. De minister heeft in het besluit van 14 maart 2023 gesteld dat de sterfteproef uit 2022, waarop het vissterfteonderzoek 2021 - 2022 is gebaseerd, om diverse redenen niet representatief was. Hij heeft het experiment daarom niet als geslaagd aangemerkt. De minister heeft zich in zijn beslissing op het bezwaar mede gebaseerd op een op zijn verzoek uitgebracht advies van ATKB, gedateerd 16 maart 2023.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4807
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Waterwet
  • uitspraakin de zaak202404441/1/R1

202406076/1/A2

Bij uitspraak van 23 augustus 2024 heeft de rechtbank het verzoek van het volkstuincomplex om het college van burgemeester en wethouders van Heemskerk te veroordelen tot vergoeding van schade afgewezen. In geschil is of de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat het volkstuincomplex geen recht heeft op een schadevergoeding. Het volkstuincomplex heeft de rechtbank verzocht het college op grond van artikel 8:88, eerste lid, van de Awb te veroordelen tot vergoeding van de schade die zij als gevolg van het stilleggen van de graafwerkzaamheden zou hebben geleden. De schade bestaat onder andere uit herstelkosten van de PVC-riolering die in de afgegraven grond is geplaatst, kosten voor aan- en afvoer van materialen en hypotheekkosten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4800
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202406076/1/A2

202406327/1/A3

Bij besluit van 26 september 2023 heeft het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen een verzoek op grond van de Wet open overheid afgewezen. De procedure van [appellant] gaat over de Wet open overheid. De procedure is gestart met het indienen van een webformulier Woo-aanvraag. [appellant] maakte in beroep bij de rechtbank duidelijk dat hij erom vroeg de gegevens in de BAG te wijzigen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4981
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Mondelinge uitspraak
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202406327/1/A3

202406696/1/A3

Bij besluit van 1 juli 2021 heeft de Autoriteit Persoonsgegevens de klacht van [appellant] niet verder onderzocht. De AP heeft een zorgvuldig globaal bureauonderzoek verricht. Op grond van haar bevindingen heeft de AP gemotiveerd aangegeven waarom dit onderzoek niet uitwees dat regels op de naleving waarvan zij moet toezien, zijn overtreden. Deze motivering is niet onbegrijpelijk. Op grond van de haar gebleken feiten en omstandigheden mocht de AP beslissen af te zien van verder onderzoek.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4982
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Mondelinge uitspraak
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202406696/1/A3

202406795/1/R4

Bij besluit van 11 september 2024 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam zijn beslissing om op 2 september 2024 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening Rotterdam 2009 aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. Daarbij heeft het college vermeld dat de kosten van de toepassing van bestuursdwang, te weten € 187,00, voor rekening van [appellante] komen. Bij besluit van 2 oktober 2024 heeft het college het door [appellante] hiertegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4809
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202406795/1/R4

202407172/1/V6

Bij besluit van 30 januari 2023 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid [appellante] een boete opgelegd van € 30.000,00 wegens zes overtredingen van artikel 2, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingenen één overtreding van artikel 15a van de Wav. [appellante] is een groothandel in groente en fruit. Op 10 februari 2022 hebben opsporingsambtenaren van de Nationale Politie onderzoek gedaan bij een nevenvestiging van [appellante] in [plaats]. Op 5 april 2022 hebben inspecteurs van de Nederlandse Arbeidsinspectie nader onderzoek gedaan bij dezelfde nevenvestiging. De inspecteurs hebben op 22 september 2022 op ambtseed een boeterapport opgemaakt. Daarin constateerden zij dat [appellante] de Wav heeft overtreden door zes betrokkenen werkzaamheden te laten verrichten zonder dat [appellante] over tewerkstellingsvergunningen beschikte of de betrokkenen in het bezit waren van een gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid. Deze werkzaamheden bestonden uit het sorteren, stapelen en vervoeren van goederen. Ook constateerden zij dat [appellante] voor een andere betrokkene niet heeft voldaan aan de vordering op grond van artikel 15a van de Wav.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4801
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Wet arbeid vreemdelingen
  • uitspraakin de zaak202407172/1/V6

202407465/1/V6

Bij besluit van 5 september 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een verzoek van [appellante] om haar het Nederlanderschap te verlenen afgewezen. [appellante] heeft de staatssecretaris op 16 december 2022 verzocht om haar het Nederlanderschap te verlenen. De staatssecretaris heeft het verzoek afgewezen op grond van artikel 9, eerste lid, aanhef en onder a, van de Rijkswet op het Nederlanderschap, omdat ernstige vermoedens bestaan dat [appellante] een gevaar vormt voor de openbare orde. De reden hiervoor is dat de politierechter haar op 20 september 2021 heeft veroordeeld tot twee dagen gevangenisstraf en twintig uren taakstraf subsidiair tien dagen hechtenis, wegens wederspannigheid als bedoeld in artikel 181, aanhef en onder 1, van het Wetboek van Strafrecht. De rehabilitatietermijn van vijf jaar, als bedoeld in de Handleiding RWN, paragraaf 5 van het beleid voor artikel 9, eerste lid, aanhef en onder a, van de RWN, was ten tijde van het besluit van 7 december 2023 nog niet verstreken. Volgens de staatssecretaris doen zich geen bijzondere omstandigheden voor die maken dat hij in afwijking van het beleid in de Handleiding RWN het Nederlanderschap aan [appellante] zou moeten verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4818
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Nederlanderschap
  • uitspraakin de zaak202407465/1/V6

202500480/1/V6

Bij besluit van 9 mei 2022 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een verzoek van [appellant] om hem het Nederlanderschap te verlenen afgewezen. [appellant] heeft de Angolese nationaliteit. De staatssecretaris heeft het verzoek afgewezen, omdat er een ernstig vermoeden bestaat dat hij een gevaar vormt voor de openbare orde. De reden hiervoor is dat uit zijn justitiële documentatie volgt dat [appellant] door de politierechter van de rechtbank Oost-Brabant op 2 februari 2023 is veroordeeld voor identiteitsfraude gepleegd op 21 augustus 2021. Hij heeft daarvoor een taakstraf van 80 uren gekregen, die hij op 16 mei 2023 heeft voltooid. Daarnaast heeft hij een voorwaardelijke gevangenisstraf van een maand met een proeftijd van twee jaar gekregen. [appellant] betoogt in zijn eerste hogerberoepsgrond dat de staatssecretaris het door hem overgelegde reclasseringsadvies van 16 september 2022 onvoldoende kenbaar heeft betrokken bij de belangenafweging in het besluit van 15 juni 2023 en dat de rechtbank dat niet heeft onderkend.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4813
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Nederlanderschap
  • uitspraakin de zaak202500480/1/V6

202501205/1/A3

Bij besluit van 15 januari 2024 heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam het Woo-verzoek afgewezen. De Afdeling onderschrijft de overwegingen 9 tot en met 17 van de rechtbank. Dit betekent: - dat het college terecht de reikwijdte van het verzoek heeft beperkt tot wat verzoeker zelf in diens verzoek heeft aangegeven; - dat voldoende zorgvuldig is gezocht naar het gevraagde document; - dat niet aannemelijk is dat de gevraagde rapportage en daarin opgenomen conclusies en aanbevelingen onder het college berustten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4983
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Mondelinge uitspraak
  • Openbaarheid
  • uitspraakin de zaak202501205/1/A3

202501402/1/A2

Bij beslissing van 26 juli 2023 heeft de toelatingscommissie namens de decaan van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde aan [appellant] laten weten dat hij is toegelaten tot het schakelprogramma Actuariële Wetenschappen voor het studiejaar 2023-2024. Na zijn toelating is [appellant] in september 2023 met het schakelprogramma gestart. Na enkele weken de opleiding te hebben gevolgd, is hij tot de conclusie gekomen dat hij niet beschikte over het benodigde niveau aan voorkennis voor deze opleiding. Op 18 september 2023 heeft hij daarom besloten om zijn deelname hieraan te beëindigen. [appellant] heeft nog gevraagd of hij andere vakken buiten het schakelprogramma om kon volgen, maar dat was niet mogelijk. Ook kon zijn collegegeld niet gerestitueerd worden. Hij heeft zich uiteindelijk formeel per 1 maart 2024 voor de opleiding laten uitschrijven.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4817
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Studentenzaken
  • uitspraakin de zaak202501402/1/A2

202501855/1/A2

Bij beslissing van 30 augustus 2024 heeft de examencommissie Bouwkunde van de Technische Universiteit Eindhoven aan [appellant] een negatief bindend studievoortgangsbesluit gegeven. Bij beslissing van 20 januari 2025 heeft het college van beroep voor de examens het hiertegen door [appellant] ingestelde administratief beroep ongegrond verklaard. [appellant] is in 2022-2023 begonnen met de premaster Bouwkunde aan de Technische Universiteit Eindhoven. Gedurende dit studiejaar is het hem niet gelukt de volledige premaster af te ronden. Bij beslissing van 18 september 2023 heeft de examencommissie hem uitstel verleend voor het behalen van de premaster op voorwaarde dat hij het volgende studiejaar het vak Calculus succesvol afrondt. Aan het einde van het studiejaar 2023-2024 had [appellant] het vak Calculus nog niet behaald. De examencommissie heeft hem het negatief bindend studievoortgangsbesluit gegeven. Dit betekent dat hij met de premaster moest stoppen en ook met de master, waarmee hij in 2023-2024 al was begonnen en waarvoor hij inmiddels 65 ECTS heeft behaald.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4820
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Studentenzaken
  • uitspraakin de zaak202501855/1/A2

202502414/1/R4

Bij besluit van 20 november 2024 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad zijn beslissing om op die dag spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening Zaanstad 2020 aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een huisvuilzak die op 20 november 2024 is aangetroffen naast restafvalcontainer nummer 71448 aan de Vrieschgroenstraat in Zaandam. Niet in geschil is dat [appellant] de huisvuilzak daar heeft geplaatst. [appellant] betoogt dat het college de kosten van de verwijdering van de huisvuilzak niet redelijkerwijze bij hem in rekening heeft kunnen brengen. Hij wijst er op dat de afvalcontainer in kwestie vol of defect was en dat dat vaak zo is, volgens hem omdat de afvalcontainers worden gebruikt door de plaatselijke horecabedrijven. Hij heeft foto’s overgelegd, waarop te zien is dat er op verschillende tijdstippen veel huisvuil buiten de afvalcontainers ligt. Hij stelt dat het college hiervan op de hoogte is en in het verleden heeft toegezegd andere afvalcontainers te plaatsen, maar dat dat nooit is gebeurd.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4810
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202502414/1/R4

202504574/2/R4

Het college heeft beroep ingesteld tegen het besluit van de minister van Klimaat en Groene Groei van 10 juli 2025, waarbij het door hem gemaakte bezwaar tegen het besluit van 11 december 2024, waarin de minister heeft ingestemd met het verzoek van de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. tot verlenging van de productie uit gasveld Pieterzijl-Oost tot en met 2030, ongegrond is verklaard. Het college heeft op 12 augustus 2025 een pro forma beroepschrift ingediend. Hij heeft de gronden van zijn beroepschrift niet vermeld. Bij aangetekend verzonden brief van 13 augustus 2025 is het college gewezen op dit verzuim en is hij tot en met 10 september 2025 in de gelegenheid gesteld het verzuim te herstellen. Hierbij is vermeld dat wanneer het college van deze gelegenheid geen gebruik maakt, hij ervan moet uitgaan dat niet-ontvankelijkverklaring zal volgen en dat zijn zaak dan niet inhoudelijk wordt behandeld. Het college heeft het verzuim niet tijdig hersteld.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4998
Datum uitspraak
8 oktober 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Milieu - Overige
  • uitspraakin de zaak202504574/2/R4

202405560/2/R3

Bij besluit van 27 juni 2024 heeft de raad van de gemeente Emmen het bestemmingsplan "Emmen, Centrum-Oost, Brandstoflocatie" vastgesteld. Het plan voorziet in de mogelijkheid om 92 appartementen en 4 stadswoningen te realiseren aan de Wilhelminastraat, Julianastraat en de Molenstraat in Emmen. Het plangebied is momenteel braakliggend. Voorheen bevonden zich daar een bankgebouw met parkeervoorzieningen en woningen. Onderdeel van het plan is het realiseren van ondergrondse parkeerplaatsen ten behoeve van de woningbouwontwikkeling en een in- en uitrit vanaf het terrein op de Julianastraat. [verzoeker] en anderen kunnen zich niet met het plan verenigen wegens de gevolgen daarvan voor hun woon- en leefklimaat. Volgens hen is de beoogde bebouwing qua aard en schaal niet passend in de omgeving. Ook vrezen zij voor verkeer- en parkeeroverlast en stellen zij dat het plan afbreuk doet aan het historische en culturele erfgoed van de omgeving.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4775
Datum uitspraak
7 oktober 2025
  • Voorlopige voorziening
  • RO - Drenthe
  • uitspraakin de zaak202405560/2/R3

202406672/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4776
Datum uitspraak
7 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202406672/1/V1

202407453/1/V1

Referent heeft het hoger beroep ingetrokken en de Afdeling verzocht om de minister van Asiel en Migratie te veroordelen in de bij haar opgekomen proceskosten.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4780
Datum uitspraak
7 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Vreemdelingenkamer - Overige
  • uitspraakin de zaak202407453/1/V1

202501452/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4752
Datum uitspraak
7 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202501452/1/V1

202501682/1/V1

Appellant heeft beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4781
Datum uitspraak
7 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202501682/1/V1

202502961/1/V1

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf te verlenen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:4782
Datum uitspraak
7 oktober 2025
  • Hoger beroep
  • Regulier
  • uitspraakin de zaak202502961/1/V1
vorige pagina1...567...1.217volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon