Uitspraken
De Afdeling bestuursrechtspraak is de hoogste algemene bestuursrechter van het land. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de rechterlijke taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.
Toon overzicht van de actuele uitspraken:
Bij besluit van 4 augustus 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1689
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Voorlopige voorziening / hoofdzaak
- Asiel
Bij besluit van 26 februari 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1690
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Voorlopige voorziening / hoofdzaak
- Asiel
Bij besluit van 6 februari 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1691
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Hoger beroep
- Asiel
Bij besluit van 21 december 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1692
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Hoger beroep
- Asiel
Bij besluit van 21 december 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1693
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Hoger beroep
- Asiel
Bij besluit van 21 maart 2024 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de vreemdeling in bewaring gesteld.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1673
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Hoger beroep
- Bewaring
Bij besluit van 29 juni 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen aan [vergunninghouder A] en [vergunninghouder B] een vergunning verleend voor het omzetten van de zelfstandige woning aan [locatie] in Nijmegen in zes onzelfstandige woonruimten, te bewonen door zes personen. [vergunninghouder A] en [vergunninghouder B] zijn eigenaar van de zelfstandige woning aan [locatie] in Nijmegen. [vergunninghouder A] heeft bij het college een aanvraag ingediend voor een vergunning om deze zelfstandige woning om te zetten in zes onzelfstandige wooneenheden, te bewonen door zes personen. In artikel 12, eerste lid, van de Huisvestingsverordening Nijmegen 2017, die gold van 7 november 2017 tot en met 6 februari 2019, is bepaald dat in de hele gemeente Nijmegen het verbod geldt als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014. Dat is het verbod om zonder vergunning van het college zelfstandige woonruimte om te zetten in of omgezet te houden als onzelfstandige woonruimte.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1709
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Hoger beroep
- Verordeningen
Bij besluit van 5 maart 2020 heeft de raad van de gemeente Someren het bestemmingsplan Buitengebied Someren - Deelgebied 2 vastgesteld. Het bestemmingsplan "Buitengebied Someren - Deelgebied 2" voorziet in een uniforme regeling voor de functies in één van de zes deelgebieden van het buitengebied van de gemeente Someren. Het plangebied beslaat het buitengebied ten zuiden van de kern Someren, tussen de kernen Someren-Eind en Someren-Heide. Bij besluit van 28 januari 2021 heeft de raad het parapluplan vastgesteld, waarin onder meer het onderhavige bestemmingsplan is aangepast door daarin nieuwe regels over de huisvesting van arbeidsmigranten op te nemen. [appellante sub 1] en anderen exploiteren een houtverwerkend bedrijf aan de [locatie 1] te Someren. Zij menen dat het bestemmingsplan ten onrechte beperkingen stelt aan hun bedrijfsvoering ten opzichte van het voorgaande bestemmingsplan. Zij wijzen er daarbij op dat buitenopslag en opslag in containers nu nog maar op een klein gedeelte van het terrein is toegestaan terwijl volgens hen het voorgaande bestemmingsplan dergelijke opslag op het gehele perceel toeliet.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1724
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
- RO - Noord-Brabant
Bij besluit van 4 december 2018, kenmerk HZ-OMV-2015-0241, heeft het college van burgemeester en wethouders van Venray aan [bedrijf] een omgevingsvergunning eerste fase verleend voor het wijzigen van het pluimveebedrijf op het perceel [locatie] te Ysselsteyn Bij besluit van 27 augustus 2019, kenmerk HZ-OMV-2015-0241, heeft het college besluit 1 gewijzigd. Bij afzonderlijk besluit van 27 augustus 2019, kenmerk MERA-2019-011, heeft het college een m.e.r.-beoordelingsbesluit genomen. Bij besluit van 29 oktober 2019, kenmerk HZ-OMV-2015-0241 heeft het college besluit 1 gewijzigd, door de plattegrondtekening die hoort bij besluit 1, te vervangen door de plattegrondtekening die hoort bij besluit 4. Bij afzonderlijk besluit van 29 oktober 2019, kenmerk MERA-2019-011, heeft het college een herstelbesluit genomen waarbij besluit 3 is aangevuld met een actuele AERIUS-berekening van 22 oktober 2019 en een tekstuele toelichting op het extern salderen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1705
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Hoger beroep
- Bouwen
- Natuurbescherming
Bij tussenuitspraak van 21 december 2022, ECLI:NL:RVS:2022:3896, heeft de Afdeling de raad van de gemeente Drimmelen opgedragen om binnen 26 weken na verzending daarvan de daarin geconstateerde gebreken in het besluit van 15 oktober 2020 tot vaststelling van het bestemmingsplan "Wildestraat 13" te herstellen. Deze tussenuitspraak is aangehecht. Het plan waarover de Afdeling tussenuitspraak heeft gedaan, biedt een planologisch-juridische basis voor het kinderdagverblijf "Koetje Boe", gevestigd op de Wildestraat 13. In het plan is aan een deel van de gronden de bestemming "Maatschappelijk" toegekend, met de aanduiding "specifieke vorm van maatschappelijk - kinderdagverblijf". Aan de overige gronden is de bestemming "Groen - Landschappelijke inpassing" dan wel de bestemming "Agrarisch - 2" toegekend. De Afdeling heeft in de tussenuitspraak onder 7.5 geoordeeld dat het besluit van 15 oktober 2020 in strijd met artikel 3.9 van de Interim omgevingsverordening is vastgesteld.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:1715
- Datum uitspraak
- 24 april 2024
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- RO - Noord-Brabant