Uitspraken
De Afdeling bestuursrechtspraak is de hoogste algemene bestuursrechter van het land. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de rechterlijke taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Ons werk.
Toon overzicht van de actuele uitspraken:
Bij besluiten van 30 oktober 2019 (hierna: de besluiten) heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid het Nederlanderschap van [appellante] ingetrokken krachtens artikel 14, vierde lid, van de Rijkswet op het Nederlanderschap en haar ongewenst verklaard krachtens artikel 67, eerste lid, aanhef en onder c en e, van de Vw 2000. Op [datum] 2014 is zij uitgeschreven uit de basisregistratie personen wegens vertrek uit Nederland. De staatssecretaris heeft haar Nederlanderschap ingetrokken, omdat zij zich heeft aangesloten bij een organisatie die deelneemt aan een internationaal gewapend conflict en een bedreiging vormt voor de nationale veiligheid. Op [datum] 2019 is zij met een Turks nooddocument naar Nederland gereisd en is haar op luchthaven Schiphol de toegang tot Nederland geweigerd. Sindsdien is zij strafrechtelijk gedetineerd. De meervoudige strafkamer van de rechtbank Rotterdam heeft [appellante] veroordeeld voor deelneming aan een terroristische organisatie.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1722
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Nederlanderschap
- Ongewenstverklaring
Bij besluit van 31 juli 2018 heeft de Kansspelautoriteit aan [bedrijf] een boete opgelegd wegens overtreding van de Wet op de kansspelen ter hoogte van € 300.000,-. Omdat de KSA niet tegen alle aanbieders van online kansspelen kan optreden, heeft hij in 2012 prioriteringscriteria opgesteld. Bij de aanpak van aanbieders van online kansspelen richt de KSA zich op aanbieders die zich actief richten op de Nederlandse markt. De prioriteringscriteria staan in de Boetebeleidsregels aanbieden kansspelen online zonder vergunning (hierna: de Boetebeleidsregels). Per 1 juni 2017 zijn de prioriteringscriteria aangescherpt. [bedrijf] was aanbieder van de websites [website A] en [website B]. Op deze websites werden online kansspelen aangeboden. In mei en augustus 2017 heeft de KSA deze websites onderzocht. Daaruit is gebleken dat via die websites kansspelen werden aangeboden die volgens de KSA gericht waren op de Nederlandse markt.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1833
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Boete
Bij besluit van 6 november 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Hilversum een verzoek van [appellant] tot wijziging van zijn persoonsgegevens in de basisregistratie personen afgewezen [appellant] staat in de brp ingeschreven als [naam appellant in basisregistratie], geboren op [geboortedatum] 1984 te [plaats] (China). Deze gegevens zijn ontleend aan een door hem op 16 mei 2000 afgelegde verklaring onder ede. Hij heeft het college op 20 november 2017 verzocht om zijn gegevens te wijzigen in [aangepaste naam], geboren op [geboortedatum] 1977 te [plaats] (China). Daartoe heeft hij documenten overgelegd. Het college heeft het verzoek van [appellant] bij besluit van 6 november 2019 afgewezen, omdat volgens het college niet onomstotelijk is komen vast te staan dat de gegevens over [appellant] in de brp onjuist zijn en [appellant] dezelfde persoon is als de in de door hem overgelegde documenten genoemde persoon met andere persoonsgegevens.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1853
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Basisregistratie
Bij besluit van 29 november 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Peel en Maas aan [partij] een omgevingsvergunning verleend voor het verbouwen tot en gebruiken van een gebouw aan de [locatie A] in Panningen als rouwcentrum. [partij] is eigenaar van het perceel [locatie] in Panningen (hierna: het perceel). Zij heeft op 19 maart 2019 een aanvraag om een omgevingsvergunning ingediend voor het verbouwen tot en gebruiken van het bestaande kantoorgebouw op het perceel als rouwcentrum. [appellant A] woont aan de [locatie C] in Panningen tegenover het perceel en [appellant B] woont aan de [locatie B] in Panningen naast het perceel. Aan de andere zijde van het perceel van [appellant B] is het uitvaartcentrum van Stichting Rouwcentrum Panningen gelegen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1848
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Bouwen
Bij besluit van 23 april 2019 heeft de korpschef van politie (hierna: de korpschef) het aan [appellant] verleende verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie ten behoeve van de schietsport ingetrokken. [appellant] is voorzitter van [schietvereniging]. In 2018 hebben twee leden van die schietvereniging een aanvraag ingediend middels een WM3-formulier, dat is een aanvraag voor een verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie ten behoeve van de schietsport. Deze aanvraag riep vragen op bij de korpschef. Dat was aanleiding voor hem om nader onderzoek te doen naar de schietvereniging. Dit onderzoek leverde ook vragen op naar het handelen van [wapenhandel] (hierna: de wapenhandel). Deze wapenhandel is daarom ook verder onderzocht. De onderzoeksresultaten staan in een op ambtseed en ambtsbelofte opgemaakt proces-verbaal van 15 juli 2019.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1831
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Wapens en munitie
Bij besluit van 23 april 2019 heeft de korpschef van politie (hierna: de korpschef) het aan [appellant] verleende verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie ingetrokken. [appellant] is bestuurslid van [schietvereniging]. In 2018 hebben twee leden van die schietvereniging een aanvraag ingediend middels een WM3-formulier, dat is een aanvraag voor een verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie ten behoeve van de schietsport. Deze aanvraag riep vragen op bij de korpschef. Dat was aanleiding voor hem om nader onderzoek te doen naar de schietvereniging. Dit onderzoek leverde ook vragen op naar het handelen van [wapenhandel] (hierna: de wapenhandel). Deze wapenhandel is daarom ook verder onderzocht. De onderzoeksresultaten staan in een op ambtseed en ambtsbelofte opgemaakt proces-verbaal van 15 juli 2019.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1834
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Wapens en munitie
Bij besluit van 23 april 2019 heeft de korpschef van politie (hierna: de korpschef) de erkenning voor [wapenhandel], waar [appellant] beheerder is, en het aan [appellant] verleende verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie ten behoeve van de schietsport ingetrokken. Op 1 mei 2018 heeft de korpschef aan [wapenhandel] (hierna: de wapenhandel) een erkenning verleend als bedoeld in artikel 9, tweede lid, van de Wet wapens en munitie (hierna: de Wwm). De erkenning geldt voor het herstellen, transformeren, uitwisselen, verhandelen en verhuren van een aantal soorten wapens en munitie. [appellant] staat samen met [persoon] als beheerder op de erkenning vermeld. Ook beschikt [appellant] over een verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie ten behoeve van de schietsport. In 2018 hebben twee leden van [schietvereniging] een aanvraag ingediend middels een WM3-formulier.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1779
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Wapens en munitie
Bij besluit van 23 april 2019 heeft de korpschef van politie (hierna: de korpschef) de erkenning voor [wapenhandel], waar [appellant] eigenaar en beheerder van is, en het aan [appellant] verleende verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie ten behoeve van de schietsport ingetrokken. Op 1 mei 2018 heeft de korpschef aan [wapenhandel] (hierna: de wapenhandel) een erkenning verleend als bedoeld in artikel 9, tweede lid, van de Wet wapens en munitie (hierna: de Wwm). De erkenning geldt voor het herstellen, transformeren, uitwisselen, verhandelen en verhuren van een aantal soorten wapens en munitie. [appellant] staat samen met [persoon] als beheerder op de erkenning vermeld. Ook beschikt [appellant] over een verlof tot het voorhanden hebben van wapens en/of munitie ten behoeve van de schietsport. In 2018 hebben twee leden van [schietvereniging] een aanvraag ingediend middels een WM3-formulier.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1778
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Wapens en munitie
Bij besluit van 27 november 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Borne een verzoek van [appellant] om bij maatwerkvoorschrift eisen te stellen aan de inrichting van [partij] op het perceel [locatie A] te Zenderen afgewezen. [appellant] woont op het perceel [locatie B] te Zenderen. De inrichting op het aangrenzende perceel [locatie A] is een biologische varkenshouderij. De percelen [locatie A] en [locatie B] vormden vroeger één agrarische inrichting met één bouwvlak. Na de splitsing van het bedrijf in 2015 heeft [appellant] perceel [locatie B] gekocht met daarop de voormalige bedrijfswoning. [appellant] woont in de woning. [partij] heeft toen perceel [locatie A] gekocht met daarop de varkensstal en hij heeft een agrarische bedrijf aldaar, weliswaar in een andere vorm, voortgezet. De woning is in het bestemmingsplan met de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch met waarden - plattelandswoning" bestemd tot plattelandswoning.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1842
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Milieu - Overige
- Vee e.a. dieren
Bij besluit van 11 december 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Almelo het verzoek van [appellante] om haar identiteitsgegevens in de basisregistratie personen (hierna: brp) te wijzigen, afgewezen. [appellante] is op 15 augustus 2006 in de brp geregistreerd als [persoon A], geboren op [geboortedatum] 1988 in Ruian, China, nationaliteit onbekend. Deze identiteitsgegevens zijn ontleend aan een door [appellante] onder ede afgelegde verklaring als bedoeld in artikel 2.8, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wet basisregistratie personen (hierna: de Wet brp). Op 5 maart 2019 heeft [appellante] verzocht om haar gegevens te wijzigen in [persoon B], geboren op [geboortedatum] 1977 in Ruian City, Chinese nationaliteit. Ook heeft zij gevraagd om de gegevens van haar ouders in de brp te registreren.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2022:1836
- Datum uitspraak
- 29 juni 2022
- Hoger beroep
- Basisregistratie