Uitspraak 201210088/3/A1


Volledige tekst

201210088/3/A1.
Datum beslissing: 7 maart 2013

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Beslissing op het verzoek van:

[verzoeker], wonend te [woonplaats],

om toepassing van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb).

Procesverloop

Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 4 februari 2013, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van staatsraad mr. R.W.L. Loeb (hierna: de staatsraad) bij de behandeling van zaak nr. 201210088/2/A1, in welke zaak op dezelfde dag met toepassing van artikel 8:54 van de Awb uitspraak was gedaan.

De staatsraad heeft niet in de wraking berust.

De Afdeling heeft het wrakingsverzoek op 28 februari 2013 ter zitting aan de orde gesteld. [verzoeker] en de staatsraad hebben geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om te worden gehoord.

Overwegingen

1. Ingevolge artikel 8:15 van de Awb kan op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.

2. Het verzoek om wraking houdt in dat de staatsraad bekend is met mr. M. Groverman, die de uitspraak heeft gedaan waartegen [verzoeker] hoger beroep heeft ingesteld en waarop is beslist in de uitspraak in zaak nr. 201210088/2/A1. Groverman is als ambtenaar van staat bij de Raad van State werkzaam geweest en is voorts als rechter verbonden geweest aan de rechtbank Haarlem, waaraan de staatsraad eveneens als rechter verbonden is geweest. Omdat de staatsraad bekend was met Groverman, zou de rechterlijke onpartijdigheid volgens [verzoeker] schade kunnen lijden.

2.1. Daargelaten of nog een wrakingsverzoek kon worden gedaan na de bovengenoemde uitspraak, wordt overwogen dat het verzoek op grond van het navolgende niet kan worden gehonoreerd.

Rechters worden uit hoofde van hun aanstelling vermoed onpartijdig te zijn. Het is aan [verzoeker] om aannemelijk te maken dat sprake is van bijzondere omstandigheden die een uitzondering op dit vermoeden rechtvaardigen.

Dat Groverman in het verleden als ambtenaar van staat bij de Raad van State werkzaam is geweest en verbonden is geweest aan de rechtbank Haarlem, waaraan ook de staatsraad in het verleden verbonden is geweest, zijn niet zulke bijzondere omstandigheden. Voorts is niet gebleken van andere feiten of omstandigheden die leiden tot het oordeel dat de rechterlijke onpartijdigheid van de staatsraad schade zou kunnen lijden.

3. Het verzoek om wraking dient te worden afgewezen.

Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

wijst het verzoek af.

Aldus vastgesteld door mr. M.G.J. Parkins-de Vin, voorzitter, en mr. A.W.M. Bijloos en mr. J.C. Kranenburg, leden, in tegenwoordigheid van mr. J.J. Reuveny, ambtenaar van staat.

w.g. Parkins-de Vin w.g. Reuveny
voorzitter ambtenaar van staat

Uitgesproken in het openbaar op 7 maart 2013

622.