Uitspraak 202301835/3/R2


Volledige tekst

202301835/3/R2.
Datum uitspraak: 23 februari 2024

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb)) in het geding tussen onder meer:

[verzoeker], wonend te Oudenbosch, gemeente Halderberge,

verzoeker,

en

de raad van de gemeente Halderberge,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 16 februari 2023 heeft de raad het bestemmingsplan "Sint Annastraat" vastgesteld.

Tegen dit besluit heeft onder meer [verzoeker] beroep ingesteld.

[verzoeker] heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

De raad heeft een verweerschrift ingediend.

De raad en [belanghebbende] hebben nadere stukken ingediend.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 7 februari 2024, waar [verzoeker], bijgestaan door mr. drs. C.R. Jansen, rechtsbijstandverlener te Apeldoorn, en de raad, vertegenwoordigd door mr. E.P. Euverman, advocaat te Breda, en mr. R. Timmermans, zijn verschenen. Voorts zijn ter zitting [belanghebbende], vertegenwoordigd door mr. T.E.P.A. Lam, advocaat te Nijmegen, en [gemachtigde], en MEMO Projectontwikkeling B.V., vertegenwoordigd door [gemachtigde], als partij gehoord.

Bij besluit van 8 februari 2024 heeft de raad het bestemmingsplan "Sint Annastraat" opnieuw, gewijzigd vastgesteld.

Overwegingen

Overgangsrecht inwerkingtreding Omgevingswet

1.       Op 1 januari 2024 zijn de Omgevingswet en de Invoeringswet Omgevingswet in werking getreden. Op grond van artikel 4.6, derde lid, van de Invoeringswet Omgevingswet blijft op een beroep tegen een besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het bestemmingsplan onherroepelijk is.

Het ontwerpplan is op 22 september 2022 ter inzage gelegd. Dat betekent dat op deze beroepsprocedure het recht, waaronder de Wet ruimtelijke ordening en de Crisis- en herstelwet, zoals dat gold vóór 1 januari 2024 van toepassing blijft.

Voorlopig karakter oordeel

2.       Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.

Inleiding

3.       Het plan voorziet in de herontwikkeling van het complex Sint Anna en omgeving te Oudenbosch. De kapel van Sint Anna blijft daarbij behouden. De overige panden worden ofwel behouden en getransformeerd, ofwel gesloopt waarna nieuwbouw plaatsvindt. Het programma bestaat uit de realisatie van 35 appartementen en 16 grondgebonden woningen, en de verplaatsing van het parochiecentrum. Het plangebied is gelegen tussen de Markt, Pastoor Hellemonsstraat, Doelpad en Sint Annastraat in het centrum van Oudenbosch.

[verzoeker] woont aan het [locatie A], tegenover de voormalige muziekschool, waarbinnen door transformatie 8 appartementen en 1 woning worden gerealiseerd. Hij vreest voor aantasting van zijn woongenot, in de vorm van parkeerhinder, onveilige verkeerssituaties, geluidoverlast, lichthinder en aantasting van privacy. De afstand van zijn woning tot het plangebied bedeaagt ongeveer 8 m en tot de gevel van de voormalige muziekschool ongeveer 11 meter.

Spoedeisend belang

4.       Op 29 december 2023 is een omgevingsvergunning aangevraagd voor de herontwikkeling van het complex op basis van het bestemmingsplan. De raad heeft laten weten dat de planning van het gemeentebestuur is dat de omgevingsvergunning uiterlijk eind februari - begin maart 2024 wordt verleend. In verband hiermee acht de voorzieningenrechter het spoedeisend belang gegeven.

Parkeren

5.       [verzoeker] betoogt dat het plan leidt tot onaanvaardbare toename van de parkeerdruk in de omgeving van zijn woning.

In de eerste plaats is volgens [verzoeker] de parkeerbehoefte niet juist bepaald. In artikel 11.1 van de planregels en op p. 10 van de "Notitie ontwikkeling Sint Anna Oudenbosch" van SOAB WURX van 21 november 2021 wordt ten onrechte een parkeernorm van 1,0 per woning gehanteerd. Deze norm wijkt af van de normen van de Kadernota Parkeren 2017-2021 van de gemeente Halderberge (1,5 parkeerplaats per woning < 90 m2 en 1,7 per woning > 90 m2, in centrumgebied), die gelijk is aan die van de CROW. De norm van 1,0 is ook niet realistisch.

Voorts betoogt hij dat niet wordt voldaan aan het vermelde in de Kadernota Parkeren 2017-2021 dat bij nieuwe ontwikkelingen in het centrum de parkeervraag op eigen terrein moet worden gerealiseerd. [verzoeker] is van mening dat in het plan moet zijn geborgd dat de parkeerdruk van de nieuwe ontwikkeling niet wordt afgewenteld op de omgeving.

Ook is, om te voorzien in de behoefte, in de omgeving niet voldoende parkeergelegenheid beschikbaar en kan deze ook niet worden gecreëerd. Bij de onderbouwing hoe de extra behoefte wordt opgevangen, gaat de "Notitie ontwikkeling Sint Anna Oudenbosch" van SOAB WURX van 21 november 2021 uit van een te groot onderzoeksgebied, dat zich deels bevindt buiten de volgens de Kadernota Parkeren 2017-2021 acceptabele loopafstand van 100 meter. Bovendien is er hoe dan ook een tekort op zaterdagavond. Verder is ten onrechte geen onderzoek gedaan naar de parkeerdruk bij evenementen in de basiliek of de basisschool.

Artikel 11.1 van de planregels bepaalt slechts dat de parkeerplaats beschikbaar moet zijn en is daarom rechtsonzeker, aldus [verzoeker].

5.1.    De raad heeft in een nader stuk voorafgaand aan de zitting gewezen op een raadsvoorstel, geagendeerd voor de raadsvergadering van 8 februari 2024, om het plan opnieuw, gewijzigd vast te stellen. Daarbij heeft hij de desbetreffende stukken meegezonden.

De raad stelt dat hiermee wordt tegemoetgekomen aan het betoog van [verzoeker] over de parkeernorm van 1,0 per woning, die afwijkt van het gemeentelijk parkeerbeleid. Door de Kadernota Parkeren 2023-2027 van toepassing te verklaren, worden de reguliere normen uit het gemeentelijk parkeerbeleid van toepassing.

Met het nadere rapport "Analyse parkeren Sint Anna Oudenbosch" van SOAB WURX van 3 juli 2023 is volgens de raad onderbouwd dat het bouwplan bij toepassing van de reguliere gemeentelijke parkeernormen een parkeerbehoefte kent die binnen de 100 meter loopafstand voor de eerste auto en 200 meter loopafstand voor de tweede auto inpasbaar is.

De raad stelt dat met het voorgestelde artikel 11.1 van de planregels, bij het verlenen van een omgevingsvergunning het realiseren van de benodigde parkeernorm in de openbare ruimte geborgd is.

5.2.    Artikel 11.1, aanhef en onder a, onder 1, van de planregels van het bestemmingsplan "Sint Annastraat", zoals vastgesteld bij besluit van 16 februari 2023, luidt:

"Met betrekking tot het voorzien in voldoende parkeergelegenheid geldt de volgende regeling:

a. bij de uitoefening van de bevoegdheid voor het verlenen van een omgevingsvergunning voor bouwen en/of afwijken dient

1. tenminste 1,0 parkeerplaats per woning beschikbaar te zijn;".

Bij besluit van 8 februari 2024 heeft de raad conform het raadsvoorstel het bestemmingsplan "Sint Annastraat" opnieuw, gewijzigd vastgesteld.

Artikel 11.1, aanhef en onder a, van de planregels van dit opnieuw, gewijzigd vastgestelde bestemmingsplan "Sint Annastraat" luidt:

"a. Een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder a Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, kan alleen worden verleend indien in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, conform de normering zoals opgenomen in de Kadernota Parkeren;".

Artikel 1.31 "Kadernota Parkeren" luidt: "'Kadernota Parkeren 2023-2027' met de daarbij behorende bijlagen van de gemeente Halderberge, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 25 mei 2023, met dien verstande dat indien een nieuwe versie verschijnt of vervangen wordt, met deze nieuwe versie rekening wordt gehouden;".

5.3.    In Bijlage 1 "Parkeernormen" van de Kadernota 2023-2027 zijn voor het Gebied A (Centrum Oudenbosch) onder meer normen van 1,7 voor "Koopappartement, duur" en 1,5 voor "Koopappartement, midden/goedkoop" opgenomen.

In paragraaf 3.4.3 wordt vermeld: "Wanneer in de centrumgebieden nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden, moet de parkeervraag op eigen terrein gerealiseerd worden."

In paragraaf 3.4.4 wordt vermeld: "Wanneer niet binnen het plangebied voldoende parkeervoorzieningen kunnen worden gerealiseerd, moet bekeken worden of dit in de nabijheid wel mogelijk is. Het realiseren van minder parkeerplaatsen op eigen terrein dan de parkeernorm voorschrijft wordt met het oog op het afwentelen van parkeerproblemen op de openbare ruimte niet toegestaan. Tenzij aantoonbaar is dat nu en in de toekomst op de openbare weg in de directe omgeving van de functie (zie acceptabele loopafstanden) voldoende parkeercapaciteit (tot maximaal 90% bezettingsgraad) beschikbaar is om in de parkeervraag te kunnen voorzien. In deze afweging speelt het effect op de kwaliteit van het openbare gebied in relatie tot het eventueel aanleggen van extra parkeerplaatsen in de openbare ruimte een grote rol."

In tabel 3.3 worden als acceptabele loopafstand voor "Woning (eerste auto)" 100 m en voor "Woning (tweede auto)" 200 m vermeld.

5.4.    De voorzieningenrechter overweegt dat in paragraaf 4.4 van de plantoelichting ("Verkeer en parkeren") van het bestemmingsplan "Sint Annaplein", zoals vastgesteld op 16 februari 2023, staat dat in afwijking van de Kadernota Parkeren 2017-2021 een parkeernorm van 1,0 per woning wordt gehanteerd. Daartoe wordt verwezen naar raadsbesluiten van 15 oktober 2020 en 14 januari 2021. In deze raadsbesluiten is echter geen onderbouwing te vinden voor deze afwijkende norm. Ook de plantoelichting zelf, de zienswijzennota en het rapport "Notitie ontwikkeling Sint Anna Oudenbosch" van SOAB WURX van 21 november 2022 bevatten daarvoor geen onderbouwing.

Zoals de raad voor de zitting al had aangekondigd is inmiddels bij besluit van 8 februari 2024 het bestemmingsplan "Sint Annaplein" opnieuw, gewijzigd vastgesteld. Het beroep in de hoofdzaak zal op grond van artikel 6:19 van de Awb van rechtswege mede betrekking hebben op dat besluit. De voorzieningenrechter ziet, anders dan [verzoeker], geen aanleiding voor het oordeel dat het overgangsrecht inwerkingtreding Omgevingswet daaraan in de weg staat. [verzoeker] is ter zitting in de gelegenheid gesteld op het raadsvoorstel te reageren.

In het opnieuw, gewijzigd vastgestelde plan wordt de parkeernorm van 1,0 per woning niet langer gehanteerd, maar wordt verwezen naar de Kadernota Parkeren 2023-2027, waarin voor het centrum van Oudenbosch normen van 1,7 voor "Koopappartement, duur" en 1,5 voor "Koopappartement, midden/goedkoop" zijn opgenomen. [verzoeker] heeft deze normen - die hij in wezen ook heeft bepleit in zijn beroepschrift - en de op grond daarvan in het nadere rapport "Analyse parkeren Sint Anna Oudenbosch" van SOAB WURX van 3 juli 2023 berekende parkeerbehoefte van 101 plaatsen ter zitting niet bestreden. Daarbij neemt de voorzieningenrechter in aanmerking dat dit rapport al bij het verweerschrift van 8 augustus 2023 was gevoegd.

[verzoeker] heeft zich onder verwijzing naar paragraaf 3.4.3 van de Kadernota Parkeren 2023-2027 op het standpunt gesteld dat deze parkeerplaatsen ten onrechte niet op eigen terrein worden gerealiseerd, bijvoorbeeld door middel van een parkeergarage onder de woningen. De voorzieningenrechter overweegt dat de Kadernota 2023-2027 dit, gezien het gestelde in paragraaf 3.4.4, niet zonder meer voorschrijft en ook ruimte laat voor parkeren in de nabijheid. Met name voor ontwikkelingen in het centrum van Oudenbosch is er volgens de Kadernota Parkeren 2023-2027 niet aan te ontkomen dat parkeren niet altijd op eigen terrein kan worden gerealiseerd en dat naar parkeren in de nabijheid moet worden gezocht. In deze afweging speelt volgens de Kadernota Parkeren 2023-2027 het effect op de kwaliteit van het openbare gebied in relatie tot het eventueel aanleggen van extra parkeerplaatsen in de openbare ruimte een grote rol. De raad heeft aangevoerd dat hij de ambitie heeft om het gebied ter plaatse te vergroenen en dat het aanleggen van een parkeergarage in verband met het monumentale karakter van de te transformeren panden niet goed mogelijk is.

Volgens het rapport van SOAB WURXX B.V. van 3 juli 2023 is - uitgaande van een acceptabele loopafstand voor "Woning (eerste auto)" van 100 m en voor "Woning (tweede auto)" van 200 m, en bezettingsgraad van maximaal 90% - voldoende parkeercapaciteit beschikbaar om in de parkeervraag te kunnen voorzien. Wat [verzoeker] heeft aangevoerd, geeft de voorzieningenrechter geen aanleiding om daaraan te twijfelen.

Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft de raad aldus voldoende onderbouwd waarom in het licht van paragraaf 3.4.4 van de Kadernota Parkeren 2023-2027 in dit geval de parkeervraag niet op eigen terrein hoeft te worden gerealiseerd.

Anders dan [verzoeker] betoogt, behoeft de nadere invulling van deze parkeerplaatsen niet te worden vastgelegd in (artikel 11.1 van) de planregels.

Voor zover [verzoeker] betoogt dat evenementen in de basiliek of in de basisschool leiden tot parkeeroverlast, overweegt de voorzieningenrechter dat eventuele bestaande parkeerproblemen niet door dit plan behoeven te worden opgelost.

Het betoog slaagt niet.

Verkeersdruk

6.       [verzoeker] betoogt dat het plan leidt tot een zodanige toename van de verkeersdruk, dat gevaarlijke verkeerssituaties en geluidoverlast ontstaan. De verkeersdruk is al hoog door de basisschool, basiliek en supermarkt. Toevoeging van woningen en maatschappelijke functies leidt tot een grote extra belasting. Hoewel het aantal motorvoertuigen onder het aantal blijft dat is toegestaan op erftoegangswegen binnen de bebouwde kom, had rekening moeten worden gehouden met de specifieke situatie ter plaatse in het oude, historische centrum van Oudenbosch, die deze toename niet aankan.

6.1.    De raad stelt dat de 13 woningen en de pastorie die zijn voorzien aan de noordzijde van het plangebied, op basis van de kengetallen uit de CROW-publicatie 381 "Toekomstbestendig parkeren - Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie", kunnen leiden tot 114 extra (of 14% meer) verkeersvoertuigen per etmaal op het Doelpad, waardoor het totaal aantal voertuigbewegingen 914 per etmaal zal kunnen bedragen op het Doelpad.

Deze toename leidt volgens de raad niet tot een verkeersonveilige situatie. Daarbij wijst de raad erop dat het Doelpad een erftoegangsweg is, en dat het aantal verkeersbewegingen ruim onder het aantal blijft dat een erftoegangsweg volgens de publicatie "Aanbevelingen voor verkeersvoorzieningen binnen de bebouwde kom 2012" van de CROW kan dragen. Ook feitelijk is het Doelpad volgens de raad geschikt om de toename van het aantal verkeersbewegingen verkeersveilig te verwerken.

De toename van verkeersbewegingen op het Doelpad leidt volgens de raad voorts niet tot een onaanvaardbaar geluidniveau. De toename komt verdeeld over een dagperiode van 06.00 uur tot 22.00 uur neer op ongeveer 7 personenauto's per uur. Daarbij wijst de raad erop dat uit de resultaten van het akoestisch onderzoek van Tritium Advies van 24 augustus 2021 kan worden afgeleid dat het wegverkeerslawaai ter plaatse van de woning van [verzoeker] niet hoger zal zijn dan 48 dB, wat de raad binnen het bestaand stedelijk gebied van Oudenbosch aanvaardbaar vindt.

6.2.    De voorzieningenrechter overweegt dat, volgens de berekeningen van de raad, die [verzoeker] als zodanig niet heeft bestreden, het plan voor het Doelpad leidt tot een verkeersgeneratie van maximaal ongeveer 114 voertuigbewegingen per etmaal, en het aantal voertuigbewegingen op het Doelpad ruimschoots onder het aantal blijft dat een erftoegangsweg kan dragen. [verzoeker] heeft niet aannemelijk gemaakt dat de situatie ter plaatse in het oude, historische centrum van Oudenbosch deze toename - ook na het treffen van eventuele verkeersmaatregelen - niet aankan.

In het rapport "Akoestisch onderzoek wegverkeers- en spoorweglawaai Sint Annastraat te Oudenbosch" van Tritium Advies van 24 augustus 2021 wordt in hoofdstuk 5 geconcludeerd dat voor de 30 km/uur wegen Doelpad en Pastoor Hellemonsstraat geldt dat de geluidbelasting ten gevolge van het wegverkeer op deze wegen de richtwaarde van 48 dB op geen enkele gevel van de nieuwe woningen overschrijdt. In het door [belanghebbende] ingediende nadere rapport "Akoestisch onderzoek reflecties Markt en Doelpad te Oudenbosch" van Tritium Advies van 8 augustus 2023 wordt geconcludeerd dat de geluidbelasting ter plaatse van de - bestaande - woning [locatie A] (de woning van [verzoeker]) vóór realisatie van het planvoornemen 35,6 tot 37,3 dB bedraagt en na realisatie van het planvoornemen 36,0 tot 38,6 dB. [verzoeker] heeft deze bevindingen niet bestreden.

De voorzieningenrechter ziet gelet op het voorgaande geen grond voor het oordeel dat sprake zal zijn van zodanige onveiligheid en geluidoverlast vanwege verkeersbewegingen, dat aanleiding zou bestaan om in verband hiermee een voorlopige voorziening te treffen.

Het betoog slaag niet.

Licht- en geluidoverlast ingangen

7.       [verzoeker] betoogt dat het plan leidt tot licht- en geluidoverlast door komen en gaan van bewoners en bezoekers door de ingangen recht tegenover zijn woonkamer. In dat verband wijst hij erop dat sprake zal zijn van een toename met ten minste 10 bewoners en hun bezoekers, de ingangen worden voorzien van glas, en een bewegingssensor niet zonder meer helpt omdat deze ook lichtoverlast geeft door het continu aan en uit gaan.

7.1.    Hoewel de raad niet uitsluit dat [verzoeker] enige lichtoverlast vanuit de nieuwe entree zal ondervinden, gaat het volgens de raad niet om onevenredige lichtoverlast. Daarbij voert de raad aan dat binnen stedelijk gebied enige mate van lichthinder kan worden verwacht en dat maatregelen getroffen kunnen worden om lichthinder te beperken. Zo heeft de projectontwikkelaar toegezegd om een bewegingssensor aan te brengen. Het aantal bewegingen is volgens de raad zodanig gering dat geen aanleiding bestaat voor het oordeel dat deze maatregel niet geschikt zou zijn. Ook waren op grond van het voorheen geldende bestemmingsplan "Kom Oudenbosch" van 20 juni 2013 in het oude schoolgebouw - dat was bestemd als "Maatschappelijk" - al activiteiten mogelijk die konden leiden tot lichtoverlast voor [verzoeker].

7.2.    De voorzieningenrechter gaat er op grond van wat door [verzoeker] en de raad naar voren is gebracht van uit dat er in zoverre geen sprake zal zijn van zodanige licht- en geluidoverlast door komen en gaan van bewoners en bezoekers, dat aanleiding zou bestaan om in verband hiermee een voorlopige voorziening te treffen.

Het betoog slaagt niet.

Privacy

8.       [verzoeker] betoogt dat zijn privacy wordt aangetast omdat de 8 appartementen die tegenover zijn woning zijn voorzien in de voormalige muziekschool, rechtstreeks zicht hebben op zijn woonkamer en dakterras. Naar aanleiding van de zienswijzen is wel de bouwhoogte van de naastgelegen (niet tegenover zijn woning gelegen) grondgebonden woningen verlaagd van 3 naar 2 bouwlagen (van 12 m naar 8 m), om inkijk te beperken. Aangezien de appartementen een bouwhoogte hebben van 21 m, moet daarvan nog temeer inkijk worden gevreesd. Weliswaar wordt in de beantwoording van de zienswijzen vermeld dat in het bouwplan de slaapkamers van de appartementen aan de Doelpadzijde worden gesitueerd, maar ook dan is nog steeds inkijk mogelijk. Bovendien komen de drie ingangen recht voor zijn woning. Dat in het verleden ook al inkijk mogelijk was vanuit de muziekschool, is volgens verzoeker niet vergelijkbaar omdat de muziekschool niet 24 uur per dag en 7 dagen per week werd gebruikt.

8.1.    De raad stelt in het verweerschrift dat de komst van de woningen inderdaad zal leiden tot een zekere vermindering van privacy voor [verzoeker]. De invloed van het plan daarop is volgens de raad echter niet zodanig, dat het woon- en leefklimaat van [verzoeker] onaanvaardbaar wordt aangetast. In dat verband wijst de raad erop dat het plangebied en de woning van [verzoeker] zijn gelegen in binnenstedelijk gebied met dichte bebouwing. Hiernaast heeft de projectontwikkelaar toegezegd dat de woonkamers van de appartementen in de voormalige muziekschool aan de zuidzijde en dus niet aan de Doelpadzijde worden gerealiseerd, zodat geen zicht zal bestaan vanuit woonkamers op de woning van [verzoeker]. Bovendien was het op grond van het voorheen geldende bestemmingsplan "Kom Oudenbosch" al mogelijk om de voormalige muziekschool te gebruiken voor activiteiten, die tot inkijk zouden kunnen leiden.

8.2.    De voorzieningenrechter gaat er op grond van wat door [verzoeker] en de raad naar voren is gebracht van uit dat er in zoverre geen sprake zal zijn van een zodanige vermindering van privacy, dat aanleiding zou bestaan om in verband hiermee een voorlopige voorziening te treffen.

Het betoog slaagt niet.

Verwijzing naar onderliggende processtukken

9.       Voor zover [verzoeker] in zijn verzoekschrift voor het overige heeft verwezen naar gronden die hij in de onderliggende processtukken naar voren heeft gebracht, ziet de voorzieningenrechter daarin geen aanleiding om een voorlopige voorziening te treffen.

Conclusie

10.     Gelet hierop bestaat aanleiding het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen.

11.     De raad hoeft geen proceskosten te vergoeden.

Beslissing

De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

wijst het verzoek af.

Aldus vastgesteld door mr. E.A. Minderhoud, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. A.J. Kuipers, griffier.

w.g. Minderhoud
voorzieningenrechter

w.g. Kuipers
griffier

Uitgesproken in het openbaar op 23 februari 2024

271