Uitspraak 200300090/1 en 200300093/1


Volledige tekst

200300090/1 en 200300093/1.
Datum uitspraak: 13 augustus 2003

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

de Algemeen Directeur van de Dienst Wegverkeer,
appellant,

tegen de uitspraak van de rechtbank te Maastricht van 26 november 2002 in het geding tussen:

1. de besloten vennootschap “APK Direct Autokeuringsstation B.V.”, gevestigd te Heerlen,
2. [partij], wonend te [woonplaats]

en

appellant.

1. Procesverloop

Bij besluit van 9 mei 2001 heeft appellant de aan de besloten vennootschap “APK Direct Autokeuringsstation B.V.” (hierna: APK Direct) verleende erkenning voor het uitvoeren van periodieke keuringen van motorrijtuigen tot en met 3500 kg op de keuringsplaats [locatie] te [plaats] met ingang van 16 mei 2001 voor de duur van twaalf weken ingetrokken.

Bij besluit van dezelfde dag heeft appellant voorts besloten dat de aan [partij] verleende keuringsbevoegdheid voor het uitvoeren van periodieke keuringen van motorrijtuigen tot en met 3500 kg ingetrokken zal worden, indien [partij] niet met ingang van twee maanden na dagtekening van de verzending van het besluit met goed gevolg de toets bij de Stichting VAM (INNOVAM) heeft afgelegd.

Bij besluiten van 20 november 2001 heeft appellant de tegen die besluiten door onderscheidenlijk APK Direct en [partij] gemaakte bezwaren ongegrond verklaard.

Bij uitspraak van 26 november 2002, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank te Maastricht (hierna: de rechtbank) de daartegen door APK Direct en [partij] ingestelde beroepen gegrond verklaard en die besluiten vernietigd. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft appellant bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 7 januari 2003, hoger beroep ingesteld. De gronden van het beroep zijn aangevuld bij brief van 3 februari 2003. Deze brieven zijn aangehecht.

Bij brief van 24 maart 2003 hebben APK Direct en [partij] van antwoord gediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 3 juli 2003, waar appellant, vertegenwoordigd door mr. R. Grimbergen, ambtenaar bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer, en APK Direct en [partij], vertegenwoordigd door mr. G.B. van Soerland, advocaat te Heerlen, zijn verschenen.

2. Overwegingen

2.1. Ingevolge artikel 87, tweede lid, aanhef en onder b, van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW), kan de Dienst Wegverkeer een erkenning intrekken of wijzigen, indien degene, aan wie de erkenning is verleend, in strijd met de eisen, bedoeld in artikel 75, eerste lid, onderdeel a, van de WVW, of de regels, bedoeld in artikel 76, derde lid, van de WVW, een keuringsbewijs afgeeft voor een motorrijtuig of een aanhangwagen.

Ingevolge artikel 87a, tweede lid, aanhef en onder b, kan de Dienst Wegverkeer de bevoegdheid voertuigen aan een keuring te onderwerpen intrekken of de daaraan verbonden voorschriften wijzigen, indien degene, aan wie de bevoegdheid is verleend in strijd met de regels, bedoeld in artikel 76, derde lid, een voertuig aan een onderzoek onderwerpt.

Ingevolge artikel 91, eerste lid, kan een belanghebbende tegen een beschikking tot afgifte van een keuringsbewijs bezwaar maken of administratief beroep instellen bij de Dienst Wegverkeer.

Ingevolge artikel 91, vijfde lid, wordt degene die de beschikking tot afgifte van het keuringsbewijs heeft gegeven in de gelegenheid gesteld bij het onderzoek aanwezig te zijn.

Ingevolge artikel 91, zesde lid, voorzover thans van belang, verklaart de Dienst Wegverkeer, indien het voertuig volgens het oordeel van de deskundige ten tijde van de keuring, op grond waarvan het keuringsbewijs is afgegeven, redelijkerwijze niet aan de keuringseisen kan hebben voldaan, daarbij in het bijzonder gelet op de termijn die is verstreken tussen de keuring en het onderzoek, het voor het voertuig afgegeven keuringsbewijs alsnog ongeldig.

2.2. Appellant betoogt tevergeefs dat de rechtbank de vraag of het onderzoek, als bedoeld in artikel 91 van de WVW, op basis waarvan de besluiten van 9 mei 2001 zijn genomen, is uitgevoerd op de wettelijk voorgeschreven wijze, ten onrechte ontkennend heeft beantwoord. De rechtbank heeft terecht en op goede gronden overwogen dat APK Direct en [partij] in strijd met artikel 91, vijfde lid, van de WVW niet in de gelegenheid zijn gesteld om bij het onderzoek aanwezig te zijn. Appellant heeft het technische onderzoek van het desbetreffende voertuig, op basis waarvan de besluiten van 9 mei 2001 zijn genomen buiten aanwezigheid van APK Direct en [partij] laten verrichten door twee medewerkers van de Dienst Wegverkeer. Het voertuig is toen technisch onderzocht en de resultaten daarvan zijn op schrift gesteld. Dat aan APK Direct en [partij] op een later moment de resultaten van het onderzoek zijn medegedeeld en zij hierop toen nog commentaar konden leveren, doet niet af aan het feit dat het onderzoek toen buiten afwezigheid van APK Direct en [partij] had plaatsgevonden. Dit gebrek aan het onderzoek heeft de rechtbank met juistheid zo ernstig geacht, dat de resultaten daarvan niet aan de in bezwaar gehandhaafde besluiten ten grondslag mochten worden gelegd.

2.3. Het hoger beroep is ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.

2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

3. Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

Recht doende in naam der Koningin:

bevestigt de aangevallen uitspraak.

Aldus vastgesteld door mr. R.W.L. Loeb, Voorzitter, en mr. J.M. Boll en mr. M.G.J. Parkins-de Vin, Leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Zwemstra, ambtenaar van Staat.

w.g. Loeb w.g. Zwemstra
Voorzitter ambtenaar van Staat

Uitgesproken in het openbaar op 13 augustus 2003

91-450.