Uitspraak 202203724/2/R3


Volledige tekst

202203724/2/R3.
Datum uitspraak: 12 oktober 2022

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:

Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek, gevestigd te Den Haag, en anderen,

verzoekers,

en

de raad van de gemeente Zuidplas,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 19 april 2022 heeft de raad het bestemmingsplan "[tuincentrum] te Zevenhuizen" vastgesteld.

Tegen dit besluit hebben Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek

en anderen en [partij] en anderen beroep ingesteld.

Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen hebben de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

De raad heeft een verweerschrift ingediend.

Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen en [partij] en anderen hebben nadere stukken ingediend.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 27 september 2022, waar Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen, vertegenwoordigd door [gemachtigde A], [gemachtigde B] en [gemachtigde C], bijgestaan door mr. I.H. van den Berg, advocaat te Amsterdam, en de raad, vertegenwoordigd door E.A. Reussink, bijgestaan door mr. L van Schie-Kooman, advocaat te Delft, zijn verschenen. Verder zijn ter zitting [partij] en anderen, vertegenwoordigd door [gemachtigde D], [gemachtigde E], [gemachtigde F] en [gemachtigde G], bijgestaan door mr. G. van der Wende, advocaat te Capelle aan den IJssel, als partij gehoord.

Overwegingen

1.       Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.

2.       Het wettelijk kader is opgenomen in de bijlage, die deel uitmaakt van deze uitspraak.

3.       Op de zitting is het volgende besproken. Vast is komen te staan dat [partij] en anderen zo snel mogelijk willen beginnen met de realisatie van de uitbreiding van het tuincentrum op de locatie [locatie] te Zevenhuizen, waarin het bestemmingsplan voorziet, en dat zij op korte termijn zullen overgaan tot het indienen van een aanvraag om omgevingsvergunning voor die ontwikkeling. De voorzieningenrechter heeft opgemerkt dat, zolang het onderhavige plan volledig in werking is, dit als toetsingskader geldt voor een aanvraag om omgevingsvergunning. Als het verzoek om een voorlopige voorziening wordt afgewezen, zal dit ertoe leiden dat een aanvraag die past binnen het bestemmingsplan moet worden verleend. Hiermee kan de door Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen bestreden uitbreiding van het tuincentrum, met inbegrip van de functies ondergeschikte horeca en een binnenspeeltuin en met uitbreiding van het bestaande nevenassortiment, worden vergund. Ter zitting is vast komen te staan dat de bezwaren van Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen zich richten tegen de uitbreiding van het tuincentrum voor zover het betreft de uitbreiding met een horecafunctie en een binnenspeeltuin en een uitbreiding van het bestaande nevenassortiment. Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen hebben er geen bezwaar tegen wanneer [partij] en anderen, vooruitlopend op de uitkomst van de bodemzaak, al een omgevingsvergunning aanvragen voor de anderen activiteiten die het bestemmingsplan mogelijk maakt. Daarom hebben Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen met instemming van [partij] en anderen en de raad, de voorzieningenrechter verzocht het bestemmingsplan alleen te schorsen voor zover het betreft de functies horeca en binnenspeelplein en voor zover het betreft de mogelijkheid om het bestaande nevenassortiment uit te breiden.

4.       De voorzieningenrechter ziet aanleiding om het verzoek toe te wijzen en het bestemmingsplan te schorsen voor zover het betreft de functies "horeca 1" en "horeca 2", "binnenspeeltuin" en voor zover het betreft de mogelijkheid die het bestemmingsplan biedt om het bestaande nevenassortiment te verruimen. Deze schorsingsmaatregel heeft tot gevolg dat [partij] en anderen vooruitlopend op de bodemprocedure geen gebruik kunnen maken van de mogelijkheden die het bestemmingsplan voor deze functies biedt. Wel kan een aanvraag om omgevingsvergunning worden ingediend die ziet op activiteiten die zijn toegestaan op grond van het bestemmingsplan, voor zover dit niet is geschorst. Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter kan de aanbieding voor de verkoop van het bestaande nevenassortiment, zoals dat thans ten verkoop wordt aangeboden in het betreffende deel van de verkoopkas op het perceel [locatie], en die mede als gevolg van de hierna uit te spreken voorlopige voorziening ook in die omvang onder het overgangsrecht zal komen te vallen, blijven plaatsvinden.

5.       Gelet op het vorenstaande ziet de voorzieningenrechter aanleiding de hierna te melden voorlopige voorziening te treffen.

6.       De raad moet de proceskosten vergoeden.

Beslissing

De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

I.        schorst bij wijze van voorlopige voorziening het besluit van 19 april 2022 van de raad van de gemeente Zuidplas tot vaststelling van het bestemmingsplan "[tuincentrum] te Zevenhuizen", voor zover het betreft de volgende plandelen;

- artikel 3.1, aanhef, onder c en d, van de planregels;

- artikel 3.3.3 van de planregels;

- artikel 3.3.6 van de planregels, voor zover het betreft de zinsnede "inclusief ondergeschikte functies horeca en indoorspeeltuin", en

- artikel 1.54 van de planregels voor zover het betreft het woorddeel "hoofd" van het woord "hoofdassortiment".

II.       veroordeelt de raad van de gemeente Zuidplas tot vergoeding van bij Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 1518,00, volledig toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, met dien verstande dat bij betaling van genoemd bedrag aan een van hen het bestuursorgaan aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan;

III.      gelast dat de raad van de gemeente Zuidplas aan Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek en anderen het door hen voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 365,00 vergoedt, met dien verstande dat bij betaling van genoemd bedrag aan een van hen het bestuursorgaan aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan.

Aldus vastgesteld door mr. J. Hoekstra, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. W. Sommer, griffier.

w.g. Hoekstra
voorzieningenrechter

w.g. Sommer
griffier

Uitgesproken in het openbaar op 12 oktober 2022

901

BIJLAGE

De regels van het bestemmingsplan "[tuincentrum] te Zevenhuizen"

Artikel 1.54 (Tuincentrum)

detailhandelsvestiging waarvan het hoofdassortiment bestaat uit boomkwekerijproducten, planten, bloembollen, bloemen, attributen voor de inrichting en het onderhoud van tuinen, balkons en terrassen waaronder tuinmeubilair, alsmede de daarbij benodigde hulpmaterialen;

Artikel 3.1

De voor 'Detailhandel - tuincentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

ter plaatse van de aanduiding 'tuincentrum', uitsluitend een tuincentrum met a. een maximale winkelvloeroppervlakte van 7.000 m2;

b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', uitsluitend een bedrijfswoning;

met daaraan ondergeschikt:

c. horeca categorie 1 en 2 met een maximale winkelvloeroppervlakte, inclusief terras, van 1.000 m2;

d. een binnenspeeltuin met een winkelvloeroppervlak van maximaal 500 m2;

[…]

Artikel 3.3.3

Ten aanzien van de verkoop van aanvullend assortiment gelden de volgende bepalingen.

a. ten hoogste 20% van het oppervlak als bedoeld in artikel 3 lid 1 sub a mag worden gebruikt voor het voor verkoop aanbieden van nevenassortiment bij het tuincentrum;

b. het aangeboden nevenassortiment dient te passen bij het hoofdassortiment.

Artikel 3.3.6

Het tuincentrum, inclusief ondergeschikte functies horeca en indoorspeeltuin, is alleen geopend voor publiek op maandag tot en met zaterdag.