Uitspraak 201903518/1/A2


Volledige tekst

201903518/1/A2.
Datum uitspraak: 9 mei 2019

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:

[appellant], wonend te [woonplaats],

en

de Kiesraad, handelend als centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Eerste Kamer der Staten-Generaal (hierna: het centraal stembureau),

verweerder.

Openbare zitting gehouden op 9 mei 2019 om 12:00 uur.

Tegenwoordig:

Staatsraad mr. C.J. Borman    voorzitter

griffier: mr. M. Rijsdijk

Verschenen:

Het centraal stembureau, vertegenwoordigd door mr. R.N.A. Al.

Het beroep richt zich tegen het besluit van het centraal stembureau van 1 mei 2019, waarbij het centraal stembureau de ingediende kandidatenlijsten voor de verkiezing van de leden de Eerste Kamer heeft beoordeeld.

Beslissing

De Afdeling verklaart het beroep niet-ontvankelijk.

Gronden

Voor de behandeling van het beroep is griffierecht verschuldigd. [appellant] heeft dit griffierecht niet voldaan.

w.g. Borman    w.g. Rijsdijk

lid van de enkelvoudige kamer    griffier

705.