Uitspraken
De Afdeling bestuursrechtspraak is de hoogste algemene bestuursrechter van het land. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de rechterlijke taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.
Toon overzicht van de actuele uitspraken:
Bij besluit van 5 juli 2022 heeft de raad van de gemeente Deurne het bestemmingsplan "Herstelbestemmingsplan buitengebied Deurne 2021" vastgesteld. [appellant] woont aan de [locatie] in Liessel. Het plan voorziet in de verwerking van het geactualiseerde beleid op het gebied van ruimtelijke ordening en in herstel van een aantal omissies. [appellant] is het op meerdere punten niet eens met het plan. Zij wil bijvoorbeeld dat de ondergrond van de verbeelding wordt aangepast aan de feitelijke en legale situatie. Daarnaast is zij het niet eens met de verruiming van de gebruiksmogelijkheden van agrarische gronden naast haar perceel. [appellant] betoogt dat de gebruiksmogelijkheden van het agrarische perceel [locatie]a ten onrechte worden verruimd doordat nu op de agrarische gronden niet alleen bedrijfsmatig, maar ook hobbymatig dieren mogen worden gehouden. Daarnaast is niet gespecificeerd hoeveel dieren hobbymatig mogen worden gehouden, waardoor de effecten van het gebruik voor haar woon- en leefklimaat niet duidelijk zijn en dus ook niet duidelijk zijn afgewogen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:5002
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- RO - Noord-Brabant
Bij besluit van 23 september 2022 heeft het het college van burgemeester en wethouders van Kampen aan het Waterschap Drents Overijsselse Delta een omgevingsvergunning verleend als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van de bouw en het gebruik van een windturbine aan de Oslokade 2 in Kampen. Bij besluit van 19 september 2022 heeft het college van GS aan het Waterschap Drents Overijsselse Delta een ontheffing verleend voor het overtreden van verbodsbepalingen van de Wet natuurbescherming als gevolg van de realisatie en het gebruik van een windturbine aan de Oslokade 2 in Kampen. [appellant A] en anderen zijn gevestigd aan de [locatie] in Kampen en de natuurlijke personen onder hen wonen op dat perceel in een bedrijfswoning. Het perceel ligt ten oosten van de vergunde windturbine aan de Oslokade 2 in Kampen en op ongeveer 270 m vanaf de mast van die windturbine.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:5000
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Eerste aanleg - meervoudig
- Project strijd bestemmingsplan
Bij besluit van 10 maart 2020 heeft het college van burgemeester en wethouders van Voorschoten de aanvraag van [appellant] voor een omgevingsvergunning voor het legaliseren van een geplaatst hekwerk afgewezen. De buitenplaats Ter Wadding is een rijksmonument bestaande uit diverse individuele rijksmonumenten, waaronder een landhuis en een historische tuin- en parkaanleg. In 2006 heeft de gemeente Voorschoten het landhuis inclusief één hectare grond verkocht en geleverd aan [appellant]. In 2016 heeft [appellant] een hekwerk geplaatst om zijn grond. Kort na het begin van de bouwwerkzaamheden heeft het college een handhavingstraject gestart, omdat [appellant] niet beschikte over een omgevingsvergunning voor de activiteiten bouwen, het gebruiken van gronden in strijd met het bestemmingsplan en het wijzigen van een rijksmonument. In 2017 heeft het college het handhavingstraject gestaakt, omdat [appellant] alsnog een vergunning voor het hekwerk had aangevraagd. Die vergunning heeft het college bij besluit van 25 maart 2020 geweigerd.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:4977
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Hoger beroep
- Bouwen
Bij besluit van 24 december 2021 heeft de burgemeester van Ooststellingwerf [appellante] een last onder dwangsom van € 5.000,00 opgelegd. [appellante] heeft een winkel in Oldeberkoop. Daarin verkoopt zij kleding en decoratiematerialen. In verband met corona mocht zij in december 2021 geen klanten in haar winkel ontvangen. Dat heeft [appellante] toch meerdere keren gedaan. Daarom heeft de burgemeester twee keer gelast dat zij de winkel gesloten moet houden voor publiek en dat zij twee dwangsommen moet betalen omdat zij dat niet heeft gedaan. [appellante] vindt dat de lasten niet opgelegd hadden mogen worden en dat zij dus ook niet de dwangsommen hoeft te betalen. Zij is het er verder niet mee eens dat er geen publiek aanwezig mocht zijn bij de hoorzitting van de bezwaarcommissie. De rechtbank heeft haar geen gelijk gegeven. [appellante] voert aan dat de aangevallen uitspraak niet goed is gemotiveerd. Zij vindt dat de rechtbank ten onrechte niet al haar gronden heeft besproken.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:4999
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Hoger beroep
- Hoger Beroep - Bestuursdwang / Dwangsom
Bij besluit van 8 september 2020 heeft de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de aanvraag van [appellante] om toestemming te verlenen voor het voeren van de titel ‘doctorandus’ afgewezen. [appellante] heeft in 2011 een diploma kunstgeschiedenis, Licenciada en Historia del Arte, aan de Universiteit van Oriente in Cuba behaald. Hiervoor heeft zij van de Nuffic, de Nederlandse organisatie voor internationalisering in onderwijs, op 10 juni 2020 een internationale diplomawaardering ontvangen, waarin is geconcludeerd dat het diploma overeenkomt met de graad van een WO-bachelor in de richting kunstgeschiedenis in Nederland. Zij heeft vervolgens een aanvraag gedaan om de titel ‘doctorandus’ te mogen voeren. In zijn besluit van 8 september 2020 heeft de minister zich op het standpunt gesteld dat [appellante] in Cuba een opleidingsniveau heeft bereikt dat in Nederland vergelijkbaar is met een WO-bachelor in de richting van kunstgeschiedenis. De titel ‘doctorandus’ is voorbehouden aan personen met een afgeronde WO-master.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:4982
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Hoger beroep
- Onderwijs
Bij besluit van 24 januari 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders van Doetinchem, voor zover hier van belang, aan Kindercentrum Doetinchem B.V. een omgevingsvergunning verleend voor het vestigen van een kinderopvangcentrum op het perceel Zephirlaan 7 te Doetinchem. De achtertuinen van [appellant A] en anderen grenzen aan het kinderopvangcentrum. Zij maken zich zorgen over de gevolgen voor hun woon- en leefklimaat als gevolg van het kinderopvangcentrum. Daar komt bij dat in de omgeving volgens [appellant A] en anderen al hinder is van opeenvolgende bedrijfsactiviteiten van voetbalwedstrijden en andere evenementen die plaatsvinden in stadion De Vijverberg. [appellant A] en anderen stellen dat de akoestische gevolgen van het kinderopvangcentrum voor hun woon- en leefklimaat onvoldoende zijn onderzocht. [appellant A] en anderen betogen dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat het college het memo van Buijvoets aan het besluit van 1 december 2020 ten grondslag mocht leggen.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:4998
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Hoger beroep
- Bouwen
Bij brief van 19 april 2022 heeft de raad van bestuur van het Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam gereageerd op het verzoek van de Stichting om op grond van de Wet openbaarheid van bestuur documenten openbaar te maken. De Stichting is een organisatie die zich inzet voor meer transparantie in biomedische data. Zij heeft op 15 maart 2022 een Wob-verzoek ingediend bij het Erasmus MC om een digitaal bestand van geanonimiseerde patiëntdata uit het elektronisch patiëntendossier van het Erasmus MC in de periode van 1 januari 2020 tot en met 14 maart 2022 te ontvangen. Hierop heeft het Erasmus MC per brief van 19 april 2022 gereageerd. In deze reactie stelt het Erasmus MC zich op het standpunt dat uit artikel 8.8 van de Wet open overheid volgt dat de Woo niet van toepassing is op informatie waarop artikel 7:457 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing is. Dit laatste artikel regelt de geheimhoudingsplicht van de hulpverlener en bepaalt dat geen inlichtingen over de patiënt dan wel inzage in of afschrift van de gegevens uit het patiëntendossier worden verstrekt.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:4997
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Hoger beroep
- Openbaarheid
Bij besluit van 29 november 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht geweigerd aan [appellant] een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwkundig splitsen van een gedeelte van het pand aan de [locatie] in Utrecht tot twee appartementen. [appellant] is eigenaar van het pand aan de [locatie] in Utrecht. In het gedeelte van het pand waar de aanvraag op ziet, is een appartement op de bovenverdieping en een appartement op de begane grond gerealiseerd. [appellant] wil graag een apart huisnummer voor het appartement op de benedenverdieping. Voor de bouwkundige splitsing heeft [appellant] een omgevingsvergunning aangevraagd. Hij vraagt daarmee een vergunning aan voor werkzaamheden die hij al heeft uitgevoerd. Het college heeft de aanvraag ook aangemerkt als een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo. [appellant] betoogt dat de rechtbank niet heeft onderkend dat de bouwwerkzaamheden die feitelijk hebben geleid tot het splitsen van de woning, hebben plaatsgevonden op een moment dat daarvoor geen vergunningplicht voor de activiteit bouwen gold.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:5015
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Hoger beroep
- Bouwen
Bij besluit van 8 november 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders van Aalsmeer het verzoek van [appellante] om wijziging van het zoekgebied van de aan haar verleende urgentieverklaring afgewezen. Bij besluit 10 februari 2021 is door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam aan [appellante] een urgentieverklaring verleend. Deze urgentieverklaring is vervolgens verlengd tot 4 april 2022. [appellante] heeft het college van burgemeester en wethouders van Aalsmeer verzocht om wijziging van het zoekgebied, te weten: de gemeente Aalsmeer. Het college heeft dit verzoek afgewezen. Het college heeft geconcludeerd dat sprake is van ernstige schaarste op de woningmarkt en dat het toelaten van [appellante] als woningzoekende aan het zoekgebied van de gemeente Aalsmeer zal leiden tot een onevenwichtig en onrechtvaardig effect op de schaarste aan sociale huurwoningen in de gemeente Aalsmeer. [appellante] betoogt dat de rechtbank heeft miskend dat het college de afwijzing van haar verzoek onvoldoende heeft gemotiveerd. Er is volgens haar geen sprake van een zodanige schaarste dat haar toelating als woningzoekende in de gemeente Aalsmeer leidt tot onevenwichtige en onrechtvaardige effecten.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:4975
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Hoger beroep
- Verordeningen
Bij besluit van 30 mei 2023 heeft het college van burgemeester en wethouders van Borsele het bestemmingsplan "Buitengebied Borsele 2018, gedeelte [locatie], 2023" vastgesteld. Het plan voorziet in een in een planologisch-juridische regeling voor het omzetten van de functie Agrarisch grondgebonden bedrijf naar de functie Wonen op het adres [locatie] in Baarland, kadastraal bekend als S 693 (thans: S 700 en S 701). Daartoe wordt een woonbestemming toegekend aan het kadastrale perceel S 693 en wordt het bestaande bouwvlak op de kadastrale percelen S 693 én S 695 verwijderd. In het bestemmingsplan "Omgevingsplan Buitengebied Borsele 2018", dat grotendeels blijft gelden, had het kadastrale perceel S 693 de functie "Agrarisch - grondgebonden agrarisch bedrijf" met een suggestievlak (bouwvlak) voor bebouwing. Dit bouwvlak gold ook voor het kadastrale perceel S 695 dat in eigendom is bij [appellant]. De bestemming voor het kadastrale perceel S 695 is voor het overige ongewijzigd.
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2024:5008
- Datum uitspraak
- 4 december 2024
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- RO - Zeeland