Ontwerpbesluit met nota van toelichting houdende wijziging van onder meer het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel en het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel (sectoralisatie, decentralisatie en regeling Werkgeversoverleg).
- Kenmerk
- W05.01.0278/III
- Datum advies
- 20 augustus 2001
- Vindplaats
- Bijvoegsel Staatscourant 11 december 2001, nr 240
- Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Algemene maatregel van bestuur
Volledige tekst
Ontwerpbesluit met nota van toelichting houdende wijziging van onder meer het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel en het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel (sectoralisatie, decentralisatie en regeling Werkgeversoverleg).
Bij Kabinetsmissive van 21 juni 2001, no.01.002990, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, mede namens de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het ontwerpbesluit met nota van toelichting houdende wijziging van onder meer het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel en het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel (sectoralisatie, decentralisatie en regeling Werkgeversoverleg).
Het ontwerpbesluit strekt tot aanpassing van het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel, het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel en twee andere besluiten als gevolg van met diverse gremia uit het onderwijsveld over het arbeidsvoorwaardenoverleg overeengekomen sectoralisatie, decentralisatie en doordecentralisatie van zogenaamde niet-protocol-, respectievelijk protocolonderwerpen bij diverse onderwijsvormen. De Raad van State onderschrijft de strekking van het ontwerpbesluit, maar maakt daarbij de volgende opmerking. Hij is van oordeel dat in verband daarmee enige aanvulling van de bij het ontwerpbesluit behorende nota van toelichting wenselijk is.
1. Ingevolge artikel VI van het ontwerpbesluit zullen de voorgestelde artikelen op verschillende tijdstippen in werking treden. Niet wordt toegelicht waarom dat zo dient te gebeuren. In verband daarmee vraagt de Raad zich af wat de reden is dat de artikelen IV en V anders dan de overige artikelen op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in werking zullen treden. Het college acht het noodzakelijk dat daarvoor alsnog een verklaring in de nota van toelichting wordt opgenomen.
2. Voor redactionele kanttekeningen verwijst het college naar de bij het advies behorende bijlage.
De Raad van State geeft U in overweging in dezen een besluit te nemen, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.
De Vice-President van de Raad van State
Bijlage bij het advies van de Raad van State van 20 augustus 2001, no.W05.01.0278/III, met redactionele kanttekeningen die de Raad in overweging geeft.
Ontwerpbesluit
- Aan artikel I, onder C, na "artikel 21, tweede lid," toevoegen: artikel 22, eerste lid,.
- In artikel I, onder F, "de artikelen 2, vijfde lid," wijzigen in: de artikelen 2, zesde lid,. Voorts in hetzelfde onderdeel "en 14" wijzigen in: en 14, vijfde lid.
- In artikel I, onder Q, met betrekking tot het in te voeren artikel 25, eerste lid, van het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel, het zinsdeel "die door Onze Minister is aangewezen" in overeenstemming brengen met het vergelijkbare zinsdeel in artikel 4 van dat besluit.
Nota van toelichting
- Bij de eerste vermelding van protocolonderwerpen vermelden welk protocol dat betreft en op welke datum dat is afgesloten.
- Bij de eerste vermelding van de afkortingen voor de verschillende soorten onderwijs die afkortingen uitschrijven.
- In de toelichting op artikel I, onder Q, met betrekking tot artikel 25b van het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel, de eerste zin "Het overleg met het Werkgeversoverleg moet worden afgerond vóór de afronding van het overleg over dat onderwerp met de Sectorcommissie" wijzigen in: Het overleg met het Werkgeversoverleg over een onderwerp moet worden afgerond vóór de afronding van het overleg daarover met de Sectorcommissie.
Nader rapport (reactie op het advies) van 12 oktober 2001
Overeenkomstig het verzoek van de Raad van State is in de nota van toelichting een verklaring gegeven voor de inwerkingtreding van de artikelen IV en V op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Tevens zijn de redactionele opmerkingen verwerkt.
Ik moge U hierbij, mede namens mijn ambtgenoot van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, het gewijzigde ontwerpbesluit en de gewijzigde nota van toelichting doen toekomen en U verzoeken overeenkomstig dit ontwerp te besluiten.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Het ontwerpbesluit strekt tot aanpassing van het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel, het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel en twee andere besluiten als gevolg van met diverse gremia uit het onderwijsveld over het arbeidsvoorwaardenoverleg overeengekomen sectoralisatie, decentralisatie en doordecentralisatie van zogenaamde niet-protocol-, respectievelijk protocolonderwerpen bij diverse onderwijsvormen. De Raad van State onderschrijft de strekking van het ontwerpbesluit, maar maakt daarbij de volgende opmerking. Hij is van oordeel dat in verband daarmee enige aanvulling van de bij het ontwerpbesluit behorende nota van toelichting wenselijk is.
1. Ingevolge artikel VI van het ontwerpbesluit zullen de voorgestelde artikelen op verschillende tijdstippen in werking treden. Niet wordt toegelicht waarom dat zo dient te gebeuren. In verband daarmee vraagt de Raad zich af wat de reden is dat de artikelen IV en V anders dan de overige artikelen op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in werking zullen treden. Het college acht het noodzakelijk dat daarvoor alsnog een verklaring in de nota van toelichting wordt opgenomen.
2. Voor redactionele kanttekeningen verwijst het college naar de bij het advies behorende bijlage.
De Raad van State geeft U in overweging in dezen een besluit te nemen, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.
De Vice-President van de Raad van State
Bijlage bij het advies van de Raad van State van 20 augustus 2001, no.W05.01.0278/III, met redactionele kanttekeningen die de Raad in overweging geeft.
Ontwerpbesluit
- Aan artikel I, onder C, na "artikel 21, tweede lid," toevoegen: artikel 22, eerste lid,.
- In artikel I, onder F, "de artikelen 2, vijfde lid," wijzigen in: de artikelen 2, zesde lid,. Voorts in hetzelfde onderdeel "en 14" wijzigen in: en 14, vijfde lid.
- In artikel I, onder Q, met betrekking tot het in te voeren artikel 25, eerste lid, van het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel, het zinsdeel "die door Onze Minister is aangewezen" in overeenstemming brengen met het vergelijkbare zinsdeel in artikel 4 van dat besluit.
Nota van toelichting
- Bij de eerste vermelding van protocolonderwerpen vermelden welk protocol dat betreft en op welke datum dat is afgesloten.
- Bij de eerste vermelding van de afkortingen voor de verschillende soorten onderwijs die afkortingen uitschrijven.
- In de toelichting op artikel I, onder Q, met betrekking tot artikel 25b van het Overlegbesluit onderwijs- en onderzoekpersoneel, de eerste zin "Het overleg met het Werkgeversoverleg moet worden afgerond vóór de afronding van het overleg over dat onderwerp met de Sectorcommissie" wijzigen in: Het overleg met het Werkgeversoverleg over een onderwerp moet worden afgerond vóór de afronding van het overleg daarover met de Sectorcommissie.
Nader rapport (reactie op het advies) van 12 oktober 2001
Overeenkomstig het verzoek van de Raad van State is in de nota van toelichting een verklaring gegeven voor de inwerkingtreding van de artikelen IV en V op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Tevens zijn de redactionele opmerkingen verwerkt.
Ik moge U hierbij, mede namens mijn ambtgenoot van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, het gewijzigde ontwerpbesluit en de gewijzigde nota van toelichting doen toekomen en U verzoeken overeenkomstig dit ontwerp te besluiten.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen