Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname inzake de export en handhaving van socialeverzekeringsuitkeringen; Paramaribo, 17 augustus 2001 (Trb.2001, 161), met toelichtende nota.


Volledige tekst

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname inzake de export en handhaving van socialeverzekeringsuitkeringen; Paramaribo, 17 augustus 2001 (Trb.2001, 161), met toelichtende nota.

Bij Kabinetsmissive van 31 oktober 2001, no.01.005184, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.F. Hoogervorst, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname inzake de export en handhaving van socialeverzekeringsuitkeringen; Paramaribo, 17 augustus 2001 (Trb.2001, 161), met toelichtende nota.

Het Verdrag tussen Nederland en Suriname inzake de export en handhaving van socialeverzekeringsuitkeringen voorziet in een uitzondering op de Wet beperking export uitkeringen en de Wijzigingswet beperking export uitkeringen. Op grond van deze wetten heeft de verzekerde geen recht op een socialeverzekeringsuitkering gedurende de periode dat hij, of degene ten behoeve van wie de uitkering wordt verstrekt, niet in Nederland woont. De Raad van State maakt de volgende opmerking bij het Verdrag en de toelichtende nota.

1. Het uitwisselen van gegevens
Het Verdrag bevat in artikel 12 een bepaling voor de uitwisseling van gegevens. Ingevolge deze bepaling wordt verwezen naar de "van toepassing zijnde nationale wetgeving". Hierbij rijst de vraag, welk recht van toepassing is bij de uitwisseling van gegevens: dat van Suriname of dat van Nederland.
Gegevensverstrekking aan een derde land dient te voldoen aan de criteria die zijn vermeld in artikel 25 van de Richtlijn betreffende persoonsgegevens van natuurlijke personen.(zie noot 1) De Raad wijst in dit verband op het advies van de Raad met betrekking tot het Verdrag inzake sociale zekerheid met Zuid-Afrika.(zie noot 2)
Gelet op het voorgaande dient in de toelichtende nota te worden ingegaan op de vraag of met artikel 12 van het Verdrag wordt voldaan aan de criteria van de hiervoor bedoelde richtlijn. De Raad doelt hierbij in het bijzonder op de laatste mogelijkheid in artikel 12 van het Verdrag. Indien niet voldaan wordt aan deze criteria, dan verdient het aanbeveling daar bij de eerstvolgende gelegenheid alsnog zorg voor te dragen.

2. Voor een redactionele kanttekening verwijst het college naar de bij het advies behorende bijlage.

De Raad van State geeft U in overweging goed te vinden dat bedoeld Verdrag wordt overgelegd aan de beide Kamers der Staten-Generaal, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.

De Vice-President van de Raad van State



Bijlage bij het advies van de Raad van State van 7 december 2001, no.W12.01.0557/IV, met een redactionele kanttekening die de Raad in overweging geeft.

- Artikel 7, tweede lid, "als" wijzigen in: dan.



Nader rapport (reactie op het advies) van 28 februari 2002


1. Conform het advies van de Raad van State is de toelichtende nota met een passage aangevuld.

2. Aan de redactionele kanttekening van de Raad zal gevolg worden gegeven.

Ik moge U mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.F. Hoogervorst, verzoeken mij te machtigen gevolg te geven aan mijn voornemen het verdrag vergezeld van de gewijzigde toelichtende nota ter stilzwijgende goedkeuring over te leggen aan de Eerste en aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

De Minister van Buitenlandse Zaken



(1) Richtlijn nr.95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PbEG L 281).
(2) Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Zuid-Afrika inzake sociale zekerheid; 's-Gravenhage, 16 mei 2001. Advies Raad van State en nader rapport, kamerstukken II 2001/02, 28 073, nr.85a en A, blz.1 en 2.