Samenvatting adviezen over pakket Belastingplan 2024

Gepubliceerd op 19 september 2023

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft adviezen uitgebracht over de wetsvoorstellen die samen het zogenoemde pakket Belastingplan 2024 vormen. De regering heeft het pakket Belastingplan 2024 op Prinsjesdag, dinsdag 19 september 2023, bij de Tweede Kamer ingediend. Op hetzelfde moment maakt de Afdeling advisering ook haar adviezen over deze voorstellen openbaar.

De Afdeling advisering heeft geadviseerd over de volgende wetsvoorstellen:

  1. Belastingplan 2024
  2. Belastingplan BES eilanden 2024
  3. Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling
  4. Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling
  5. Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen
  6. Wet compensatie wegens selectie aan de poort
  7. Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en BPM
  8. Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024
  9. Wet tijdelijke regeling herzien aangifte inkomstenbelasting
  10. Overige fiscale maatregelen 2024
  11. Fiscale klimaatmaatregelen glastuinbouw
  12. Fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit
  13. Wet verlaging eigen bijdrage huurtoeslag
  14. Geen afbouw van dubbele algemene heffingskorting in referentieminimumloon
  15. Intensiveren van het kindgebonden budget voor koopkrachtondersteuning

1.    Belastingplan 2024

In dit advies maakt de Afdeling advisering naast een aantal specifieke opmerkingen twee meer algemene opmerkingen die gaan over de samenstelling van het pakket Belastingplan 2024.

Het pakket bestaat dit jaar uit vijftien wetsvoorstellen. De Afdeling advisering heeft waardering voor het feit dat niet alle maatregelen in het wetsvoorstel Belastingplan 2024 zelf zijn opgenomen, maar deels in separate wetsvoorstellen. Toch is het niet evident dat voor alle vijftien wetsvoorstellen opname in het pakket Belastingplan 2024 noodzakelijk was. Diverse voorstellen hadden ook op een eerder of later moment dan Prinsjesdag kunnen worden ingediend, al dan niet met een andere datum van inwerkingtreding dan 1 januari 2024. Onnodige stapeling van voorstellen bemoeilijkt een zorgvuldig parlementair proces.

De Afdeling advisering merkt op dat niet alle criteria die de regering hanteert, voldoende onderscheidend zijn om de samenstelling van een pakket Belastingplan op te baseren. Terughoudendheid bij de criteria voor opname van maatregelen in het pakket Belastingplan is van belang. Het advies aan de regering luidt om deze te beperken tot de oorspronkelijke functie van het Belastingplan en de indieningsdatum van Prinsjesdag: maatregelen met een budgettaire samenhang met de begroting van volgend jaar.

Verder maakt de Afdeling advisering enkele meer specifieke opmerkingen over de voorgestelde maatregelen over de verruiming van de herinvesteringsreserve, de overdrachtsbelasting bij aandelentransacties, de maatregelen in de motorrijtuigenbelasting voor kampeerauto’s, paardenvervoer en oldtimers, het rentepercentage voor toeslagen en het afschaffen van de betalingskorting voor de voorlopige aanslag inkomstenbelasting.

Zij adviseert de regering om rekening te houden met de opmerkingen in het advies, voordat ze het Belastingplan 2024 bij de Tweede Kamer indient.

2. Belastingplan BES eilanden 2024

Dit wetsvoorstel bevat een aantal maatregelen die leiden tot aanpassing van onderdelen van het belastingstelsel van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Een aantal bepalingen wordt geactualiseerd of verbeterd, daarnaast wordt een aantal boetebepalingen aangescherpt en tot slot wordt een minimumbelasting ingevoerd. Deze minimumbelasting is gebaseerd op het Wetsvoorstel minimumbelasting 2024 en wijkt op enkele punten daarvan af.

De Afdeling advisering adviseert de regering om in de toelichting bij het wetsvoorstel in te gaan op de wijze waarop de bestuurscolleges van de BES-eilanden en burgers, bedrijven en instellingen op de BES-eilanden bij de totstandkoming van het wetsvoorstel zijn betrokken. Ook adviseert zij de regering om toe te lichten waarom een specifieke internetconsultatie achterwege is gebleven en waarom het voorstel onderdeel uitmaakt van het pakket Belastingplan 2024. Daarnaast adviseert zij de regering om in de toelichting bij het wetsvoorstel nader in te gaan op de gevolgen die de keuze heeft om de minimumbelasting als aangiftebelasting vorm te geven voor de waarborgen bij rechtsbescherming en op de noodzakelijkheid van de hoofdelijke aansprakelijkheidsbepaling.

Zij adviseert de regering om rekening te houden met de opmerkingen in het advies, voordat ze het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer indient.

3. Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling

Dit wetsvoorstel bevat maatregelen die de definitie van het fonds voor gemene rekening als vennootschapsbelastingplichtig lichaam en de voorwaarden voor toepassing van het regime voor vrijgestelde beleggingsinstellingen in de vennootschapsbelasting wijzigen. Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.

4. Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling

Dit wetsvoorstel introduceert een vastgoedmaatregel in de vennootschapsbelasting voor fiscale beleggingsinstellingen (fbi’s). Door deze maatregel kunnen fbi’s vanaf 1 januari 2025 niet meer direct beleggen in vastgoed dat in Nederland ligt. Fbi’s mogen wel direct blijven beleggen in buitenlands vastgoed.

De Afdeling adviseert de regering om duidelijk te maken waarom dit wetsvoorstel onderdeel uitmaakt van het pakket Belastingplan en waarom het voorstel niet op een ander moment kon worden ingediend. Zij adviseert de toelichting bij het wetsvoorstel hierop aan te vullen.

Verder adviseert zij de toelichting aan te vullen met een paragraaf over Unierechtelijke aspecten van het wetsvoorstel en om in de paragraaf over advies en consultatie in te gaan op de bij de inbreng van de internetconsultatie over de aspecten van staatssteun van de vastgoedmaatregel.

Het advies aan de regering luidt om rekening te houden met de opmerkingen in het advies, voordat ze het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer indienen.

5. Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen

Dit wetsvoorstel bevat maatregelen voor het kwalificatiebeleid voor (buitenlandse) rechtsvormen voor Nederlandse fiscale doeleinden.

Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.

6. Wet compensatie wegens selectie aan de poort

Bij de beoordeling van de aangifte inkomstenbelasting heeft de Belastingdienst in de jaren 2012-2019 correcties toegepast bij belastingplichtigen bij wie in de aangifte giften of uitgaven voor specifieke zorgkosten in aftrek waren gebracht, waar ze op grond van de wet geen recht op hadden. Bij de selectie van de aangiften die werden gecontroleerd zijn soms criteria gebruikt die niet relevant, geschikt en objectief zijn. Hierbij is mogelijk ook een grondrecht geschonden. Het wetsvoorstel regelt een grondslag om in deze gevallen een compensatie toe te kennen. De compensatie bedraagt het volledige gecorrigeerde bedrag.

De Afdeling advisering heeft begrip voor de wens van de regering om met een tegemoetkoming te komen voor zulke gevallen, omdat de overheid hier mogelijk een grondrecht heeft geschonden. Tegelijk is er een dilemma. Door het bedrag van de compensatie aan deze correctie te koppelen, wordt het hebben gedaan van een onjuiste aangifte feitelijk niet gecorrigeerd, maar beloond. Dat zou een onjuist signaal geven, ook aan andere belastingplichtigen.

De Afdeling advisering geeft de regering daarom in overweging om in plaats van een volledige compensatie van het gecorrigeerde bedrag te kiezen voor een tegemoetkoming in de vorm van een vast bedrag. In dat geval wordt de tegemoetkoming verbonden aan het hanteren van een mogelijk onjuist selectiecriterium, maar wordt niet afgedaan aan de juiste correctie van het aangegeven inkomen.

De Afdeling advisering adviseert daarnaast om de criteria voor compensatie te verduidelijken en preciezer aan te geven wie in welke situatie voor compensatie in aanmerking komt. Verder adviseert zij de regering aandacht te besteden aan het aantal te verwachten bezwaar- en beroepschriften.

Omdat samenhang met het pakket Belastingplan 2024 ontbreekt en in het belang van een zorgvuldig wetgevingsproces, adviseert zij de regering om het voorstel uit het pakket Belastingplan 2024 te halen en om in elk geval de voorgestelde datum van inwerkingtreding van het wetsvoorstel uit te stellen.

Zij adviseert de regering om dit wetsvoorstel niet bij de Tweede Kamer in te dienen, tenzij ze het voorstel aangepast.

7. Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en bpm

Met het wetsvoorstel wordt de proceskostenvergoeding voor rechtsbijstand in WOZ- en BPM-zaken door de introductie van een vaste lage wegingsfactor verlaagd. WOZ staat voor waardering onroerende zaken en BPM staat voor belasting van personenauto’s en motorrijwielen. Het gaat om procedures waarin men bezwaar maakt tegen de waarde van onroerende zaken zoals de gemeente heeft vastgesteld en over de belasting die wordt geheven over personenauto’s en motorrijwielen. Het gaat ook om procedures die daarna nog kunnen volgen, zoals beroep en hoger beroep. De vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn wordt in die zaken € 50 per half jaar.

De belastingrechtspraak is vastgelopen en overbelast. Dit komt onder andere door de grote aantallen bezwaar- en beroepsprocedures op grond van de Wet WOZ en Wet BPM 1992. De Afdeling advisering begrijpt dat ingrijpen op korte termijn nodig is. Het huidige model van proceskostenvergoedingen maakt eenvoudige verdienmodellen mogelijk. Volgens de Afdeling advisering doen problemen van overbelasting zich ook elders voor in het bestuursrecht. Ook daar zoekt de regering oplossingen voor. Het advies aan de regering is om in de toelichting bij het wetsvoorstel beter uit te leggen hoe dit voorstel past in een bredere, integrale aanpak van het vastlopen van de bestuursrechtelijke keten.

Daarnaast maakt de Afdeling advisering een opmerking over het voorstel in verhouding tot hoger recht. Zij mist een nadere en meer specifieke onderbouwing van de rechtvaardiging om mogelijk gelijke gevallen verschillend te behandelen. Die nadere onderbouwing is gewenst, omdat het voorstel een omslag betekent in het systeem van de bestuursrechtelijke proceskostenvergoedingen. In het huidige systeem past de rechter bij het bepalen van de proceskostenvergoeding een wegingsfactor toe die is gebaseerd op de zwaarte van de zaak. Met het nieuwe voorstel wordt een lage wegingsfactor verplicht. Slechts in bijzondere omstandigheden, waarop de burger zich zal moeten beroepen, kan de rechter de vergoeding nog naar boven bijstellen. De Afdeling advisering mist in de toelichting bij het wetsvoorstel ook een onderbouwing of het voorstel doeltreffend is.

De Afdeling advisering vraagt zich af waarom dit voorstel is opgenomen in het pakket Belastingplan 2024 en waarom de regering het wetsvoorstel niet separaat indient, zodat een zorgvuldige parlementaire behandeling mogelijk wordt. Zij adviseert de regering om dit in de toelichting duidelijk te maken.

8. Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024

Dit wetsvoorstel bevat een aantal aanpassingen in de fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten. Deze faciliteiten bestaan uit de bedrijfsopvolgingsregeling in de schenk- en erfbelasting en de doorschuifregelingen in de inkomstenbelasting. De bedoeling van dit voorstel is om deze faciliteiten meer toe te snijden op reële bedrijfsoverdrachten en om te voorkomen dat alleen om fiscale redenen hiervan gebruik wordt gemaakt.

De Afdeling advisering merkt op dat de regering als uitgangspunt heeft om fiscale regelingen die negatief geëvalueerd zijn af te schaffen, te versoberen of aan te passen. Uit evaluatie door het Centraal Planbureau blijkt dat de bedrijfsopvolgingsregeling weliswaar doeltreffend is, maar niet doelmatig. Bij ongeveer driekwart van de overdrachten zijn voldoende financiële middelen aanwezig om de erf- of schenkbelasting direct te betalen. Uit empirisch bewijs volgt dat ook uit het oogpunt van continuïteit de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten niet nodig zouden zijn. Hoewel het een politieke keuze kan zijn om het behoud van specifieke eigendom van bepaalde families fiscaal te faciliteren, bestaat er dus economisch gezien geen reden voor.

Er is bovendien reden om deze faciliteiten verdergaand te versoberen. Het budgettaire beslag van de bedrijfsopvolgingsregeling bedraagt structureel € 550 miljoen. De keuze voor slechts een beperkte aanpassing van deze fiscale faciliteit vergt dan ook een nadere afweging en dragende motivering. Het belang van families die voordeel hebben van deze fiscale regelingen moet worden afgewogen tegen het belang van een lagere belastingdruk van de gehele samenleving. Ook de verhouding tussen het beleidsdoel van de bedrijfsopvolgingsregelingen en andere beleidsdoelen, te weten vermogensongelijkheid, voorkomen van concurrentieverstoringen en het vestigingsklimaat moet in deze overweging worden betrokken, aldus de Afdeling advisering.

Zij wijst er ten slotte op dat het wetsvoorstel niet in internetconsultatie is gebracht, terwijl het uitgangspunt is dat dit in beginsel voor alle wetgeving gebeurt. Daardoor zijn slechts belanghebbenden bij de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten geconsulteerd. Het advies aan de regering luidt dan ook om dragend te motiveren waarom zij van internetconsultatie heeft afgezien.

De Afdeling advisering adviseert de regering het voorstel niet bij de Tweede Kamer in te dienen, tenzij het is aangepast.

9. Wet tijdelijke regeling herzien aangifte inkomstenbelasting

Dit wetsvoorstel voorziet in een tijdelijke regeling waarmee de werkwijze van de Belastingdienst bij het herzien van aanslagen inkomstenbelasting wettelijk wordt vastgelegd. Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.

10. Overige fiscale maatregelen 2024

Dit wetsvoorstel is een zogenoemd verzamelwetsvoorstel waarin inhoudelijke en technische wijzigingen van bestaande fiscale wetgeving staan. Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.

11. Fiscale klimaatmaatregelen glastuinbouw

Dit wetsvoorstel is een verzamelwetsvoorstel met fiscale klimaatmaatregelen die gaan over de glastuinbouwsector. Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.

12. Fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit

Dit wetsvoorstel is een verzamelwetsvoorstel met fiscale klimaatmaatregelen die betrekking hebben op de sectoren industrie en elektriciteitsproductie. Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.

13. Wet verlaging eigen bijdrage huurtoeslag

Dit wetsvoorstel regelt dat de huurtoeslag met ingang van 2024 structureel wordt verhoogd door de eigen bijdrage bij de berekening van de toeslag te verlagen. Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.

14. Geen afbouw van dubbele algemene heffingskorting in referentieminimumloon

Dit wetsvoorstel behelst een wijziging van de Algemene nabestaandenwet en de Participatiewet. Het wetsvoorstel regelt dat in 2024 geen afbouw plaatsvindt van de dubbele algemene heffingskorting in het referentieminimumloon. Dit leidt tot een lichte verhoging van de bijstandsuitkering en de uitkering die daaraan zijn  gerelateerd. Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.

15. Intensiveren van het kindgebonden budget voor koopkrachtondersteuning

Dit wetsvoorstel behelst een wijziging van de Wet op het kindgebonden budget. Het wetsvoorstel regelt zes aanpassingen van het kindgebonden budget, waaronder verhogingen van de (extra) kindbedragen, om de koopkracht van gezinnen met meer of oudere kinderen te versterken. Het advies is een zogenoemd conform advies. Dit betekent dat de Afdeling advisering geen inhoudelijke opmerkingen heeft over dit wetsvoorstel.