Raad van State laat rijksinpassingsplan 'Ontpoldering Noordwaard' bijna geheel in stand
De meeste bezwaarmakers wonen of werken in het gebied de Noordwaard. Afhankelijk van de ligging van hun woning of bedrijf kunnen zij daar blijven wonen en werken, tenzij hun veiligheid tegen opkomend water niet meer kan worden gegarandeerd. Volgens hen hebben de ministers onvoldoende rekening gehouden met hun belangen.
De Raad van State is van oordeel dat de minister van Infrastructuur en Milieu het rijksinpassingsplan op enkele onderdelen beter moet motiveren of moet aanpassen. Het gaat dan onder meer om de regeling voor het aantal slaapplaatsen in bed & breakfastaccomodaties en de bouwhoogteregeling voor de nieuwbouw van woningen op terpen in de Noordwaard.
De Raad van State heeft de minister een termijn van vier maanden gegeven om voor deze onderdelen van het plan een nieuw besluit te nemen. Dit betekent dat de minister een begin kan maken met het ontpolderen van het grootste gedeelte van de Noordwaard.
De ontpoldering van de Noordwaard is een van de meer dan dertig maatregelen van het programma Ruimte voor de Rivier. Dit landelijke programma beschermt het Nederlandse rivierengebied tegen hoogwater. Bij Werkendam is ontpoldering van de Noordwaard nodig om bij hoge waterstanden meer rivierwater op een veilige manier te kunnen afvoeren. Het kabinet wil op een aantal plekken de dijken verlagen, zodat water vanuit de Merwede de polder kan instromen. Het plan levert hiermee een bijdrage aan een waterstandverlaging van zo'n 30 centimeter bij Gorinchem. De Noordwaard zal na het inlaten van het water uit drie zones bestaan: een doorstroomgebied, lage, natte polders en droge, hoge polders.
Lees hier de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummer 201009941/1.