Uitspraak over kostenraming bij grondexploitatie

Gepubliceerd op 16 maart 2018

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft vandaag (16 maart 2018) uitspraak gedaan in een zaak over een exploitatieplan. In een exploitatieplan staan de kosten die grondeigenaren aan de gemeente moeten betalen in verband met de ontwikkeling van een gebied binnen een gemeente.

Taxatiebenadering

In deze uitspraak beantwoordt de Afdeling bestuursrechtspraak een aantal vragen over de manier waarop die kosten moeten worden geschat (kostenraming) voor de aankoop van grond voor een zogenoemde 'bovenwijkse voorziening'. In de uitspraak oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak dat deze kosten op een taxatierapport moeten worden gebaseerd (de 'taxatiebenadering') en niet op de daadwerkelijk betaalde aankoopprijs (de 'werkelijke kostenbenadering'). Vervolgens legt zij uit dat die taxatiebenadering ook geldt als de gronden zijn aangekocht voordat het exploitatieplan werd vastgesteld.

'Harselaar Driehoek'

Aanleiding voor de uitspraak is het beroep van twee bedrijven uit Kootwijkerbroek. Zij zijn het niet eens met het exploitatieplan 'Harselaar-Driehoek 1e herziening' van de gemeente Barneveld. De bedrijven vinden dat zij teveel moeten meebetalen aan de ontwikkeling van het bedrijventerrein 'Harselaar Driehoek'.

Reactiemogelijkheid voor 'meedenkers' (amici curiae)

In deze procedure heeft de Afdeling bestuursrechtspraak inlichtingen gevraagd aan 'meedenkers', de zogenoemde amici curiae. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft zes specifieke instanties de gelegenheid geboden om te reageren. Op die manier wilde de Afdeling bestuursrechtspraak inzicht krijgen in de maatschappelijke gevolgen van het oordeel dat zij in de uitspraak van vandaag geeft. Die specifieke instanties zijn de minister van Binnenlandse Zaken, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Projectontwikkeling Maatschappijen, het Instituut voor Bouwrecht en de NVB Vereniging voor ontwikkelaars & bouwondernemers. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft de reacties van deze instanties betrokken bij haar uitspraak.

Volledige tekst van de uitspraak

Lees hier de volledige uitspraak met zaaknummer 201410484/3.