Uitspraak 200903257/1/H1


Volledige tekst

200903257/1/H1.
Datum uitspraak: 25 november 2009

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellante], gevestigd te [woonplaats],

tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 26 maart 2009 in zaak nr. AWB 08/4067 in het geding tussen:

[appellante]

en

het college van burgemeester en wethouders van 's-Hertogenbosch.

1. Procesverloop

Bij onderscheiden besluiten van 31 maart 2008 heeft het college van burgemeester en wethouders van 's-Hertogenbosch (hierna: het college) de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid Jumbo supermarkten B.V. (hierna: Jumbo) en [supermarkt] gelast: a. binnen zes maanden na de datum van het besluit het gebruik van het pand en het perceel Graafsebaan 24 (hierna: het perceel) ten behoeve van een supermarkt te staken en gestaakt te houden, onder oplegging van een dwangsom van € 50.000,00 per dag, met een maximum van € 10.000.000,00. b. binnen zes weken na de onder a gegeven begunstigingstermijn van zes maanden het pand terug te brengen in de oorspronkelijke staat, te weten die waarin het zich bevond voorafgaand aan de op 13 mei 2005 verleende bouwvergunning, onder oplegging van een dwangsom van € 2000,00 per dag met een maximum van € 80.000,00.

Bij besluit van 7 oktober 2008 heeft het college het door [bedrijf], rechtsvoorgangster van [appellante], gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

Bij uitspraak van 26 maart 2009, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank 's-Hertogenbosch (hierna: de rechtbank) het door [appellante] daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en bepaalt dat het college een nieuw besluit neemt met inachtneming van hetgeen in de uitspraak is overwogen. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft [appellante] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 5 mei 2009, hoger beroep ingesteld. De gronden van het hoger beroep zijn aangevuld bij brief van 4 juni 2009.

Het college heeft een verweerschrift ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 15 oktober 2009, waar [appellante], vertegenwoordigd door haar [directeur], bijgestaan door H.J.M. Marcus, gemachtigde, en het college, vertegenwoordigd door mr. P.W.G.M. Christophe, ambtenaar van de gemeente, zijn verschenen.
Voorts zijn ter zitting de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid Jumbo Supermarkt B.V. en [supermarkt], vertegenwoordigd door mr. B.P.M. van Ravels, advocaat te Breda, als partij gehoord.

2. Overwegingen

2.1. Ingevolge artikel 8:1, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) kan een belanghebbende beroep instellen tegen een besluit.

Ingevolge artikel 1:2, eerste lid, van de Awb, wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.

2.2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank geoordeeld dat het college [appellante], als eigenaresse van het pand, ten onrechte niet heeft aangemerkt als belanghebbende bij de last tot het terugbrengen van het pand in de oorspronkelijke staat en heeft zij om die reden het besluit van 7 oktober 2008 vernietigd.

2.3. Het hoger beroep van [appellante] is uitsluitend gericht tegen het oordeel van rechtbank dat het college haar terecht niet heeft aangemerkt als belanghebbende bij het besluit van 31 maart 2008 voor zover daarbij is gelast het gebruik van het pand als supermarkt te staken en gestaakt te houden. De Afdeling volgt niet het betoog van [appellante] dat zij ook in zoverre als belanghebbende bij dat besluit moet worden aangemerkt. De rechtbank heeft terecht overwogen dat de last niet is gericht aan [appellante]. Anders dan een besluit tot toepassing van bestuursdwang, betreft de last onder dwangsom alleen de vermeende overtreder. Omdat alleen de overtreder een dwangsom kan verbeuren, is in beginsel slechts hij aan te merken als belanghebbende bij de last als bedoeld in artikel 1:2, eerste lid, van de Awb. Voor zover [appellante] naar zij stelt in haar belang zou zijn geraakt doordat zij schade zou hebben geleden, is dat geen belang dat rechtstreeks bij de aan Jumbo gerichte lastgeving is betrokken, aangezien dit belang slechts berust op een contractuele relatie tussen [appellante] en Jumbo.

2.4. Het hoger beroep is ongegrond. De aangevallen uitspraak, voor zover aangevallen, dient te worden bevestigd.

2.5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

3. Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

Recht doende in naam der Koningin:

bevestigt de aangevallen uitspraak, voor zover aangevallen.

Aldus vastgesteld door mr. J.E.M. Polak, voorzitter, en mr. P.B.M.J. van der Beek-Gillessen en mr. J.A. Hagen, leden, in tegenwoordigheid van mr. J. Willems, ambtenaar van Staat.

w.g. Polak w.g. Willems
voorzitter ambtenaar van Staat

Uitgesproken in het openbaar op 25 november 2009

412.