Ga naar de inhoud
(naar homepage)
lees voor
Direct naar
  • en (Information in English)
  • de (Deutsche Informationen)
  • fr (Informations en français)
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
  • Actueel
    • Nieuws
    • Zittingsagenda
    • Persagenda
    • Evenementen
    • Piet Hein Donner Scriptieprijs
  • Adviezen
  • Uitspraken
  • Publicaties
    • Brochures
    • Studies en onderzoeken
    • Regelingen
    • Consultaties
    • Jaarverslagen
    • Toespraken vice-president
  • Over ons
    • Raad van State in het kort
    • Organisatie
    • Advisering
    • Bestuursrechtspraak
    • Begrotingstoezicht
    • Toetsing Klimaatwet
    • Geschiedenis
    • Raad van State in beeld
  • Zoeken
  • en
  • de
  • fr
  • contact
  • pers
  • werken bij
  • app
Zoeken

  1. Home ›
  2. Uitspraken

Uitspraken

De Afdeling bestuursrechtspraak toetst of de overheid het recht goed heeft toegepast bij het nemen van een besluit. In dit onderdeel vindt u alle uitspraken die de Raad van State op zijn website publiceert. Meer informatie over de taak van de Afdeling bestuursrechtspraak vindt u in de rubriek Bestuursrechtspraak.


aantal resultaten: 99.751
aantal resultaten per pagina

Toon overzicht van de actuele uitspraken:

  • Hoofdzaken
  • Voorlopige voorzieningen
  • Interessant voor de media

202407523/1/A3

Bij besluit van 23 november 2021 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de aanwijzing van de Nederlandse Asbest Autoriteit als certificerende instelling voorwaardelijk ingetrokken. De Nederlandse Asbest Autoriteit heeft een accreditatie en is aangewezen als een certificerende instelling. In die hoedanigheid beoordeelt zij als onafhankelijke partij of een certificaathouder bij asbestwerkzaamheden voldoet aan de certificatie-eisen. De aanwijzing ten tijde van belang was geldig tot 1 februari 2022. Begin 2021 heeft de Nederlandse Arbeidsinspectie (hierna: de Arbeidsinspectie) meerdere signalen ontvangen die de onafhankelijkheid van de Nederlandse Asbest Autoriteit in twijfel trokken. Naar aanleiding hiervan is de Arbeidsinspectie een onderzoek gestart naar de naleving van wet- en regelgeving door de Nederlandse Asbest Autoriteit. In dat kader heeft ook de Raad voor Accreditatie (hierna: de RvA) een onderzoek uitgevoerd. Anders dan de RvA is de Arbeidsinspectie tot de conclusie gekomen dat de Nederlandse Asbest Autoriteit onvoldoende onafhankelijk is en daarmee niet voldoet aan de vereisten van artikel 1.5b van het Arbeidsomstandighedenbesluit.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3984
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Hoger beroep
  • Hoger Beroep - Overige
  • uitspraakin de zaak202407523/1/A3

202500276/1/A2

Bij afzonderlijke besluiten van 7 oktober 2022 heeft de Dienst Toeslagen het kindgebonden budget voor [appellante] over 2017, 2018 en 2019 definitief vastgesteld op respectievelijk € 551,00, nihil en nihil. Daarnaast heeft de Dienst Toeslagen respectievelijk € 1.094,00, € 1.543,00 en € 860,00 aan te veel uitbetaalde kindgebonden budget van [appellante] teruggevorderd. [appellante] is tot [datum] 2017 gehuwd geweest met [persoon] (hierna: ex-partner). Uit dit huwelijk zijn twee kinderen geboren. [appellante] en de twee kinderen wonen vanaf 7 februari 2017 samen met [gemachtigde]. De Dienst Toeslagen heeft [gemachtigde] per 7 februari 2017 aangemerkt als toeslagpartner van [appellante]. De besluiten van 7 oktober 2022, het besluit van 21 oktober 2022, het besluit van 9 juni 2023 en het besluit van 7 augustus 2023 zijn daarom, anders dan de daaraan voorafgaande voorschotbeschikkingen, gebaseerd op het gezamenlijke inkomen van [appellante] en [gemachtigde]. Volgens [appellante] had de Dienst Toeslagen [gemachtigde] niet mogen aanmerken als haar toeslagpartner.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3978
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Hoger beroep
  • Geld
  • uitspraakin de zaak202500276/1/A2

202500743/1/R1

Bij besluit van 19 november 2024 heeft de raad het bestemmingsplan "Gutjesweg" vastgesteld. Tegen dit besluit hebben [appellant] en anderen beroep ingesteld. De raad heeft een verweerschrift ingediend. Stichting Wonen Limburg heeft een schriftelijke uiteenzetting ingediend. De Afdeling heeft de zaak op zitting behandeld op 11 augustus 2025, waar [appellant] en anderen, vertegenwoordigd door mr. L. Bukkems, rechtsbijstanderlener te Leusden, en de raad, vertegenwoordigd door ir. ing. M.W.H. Hartjes, via een videoverbinding zijn verschenen. Voorts is op zitting via een videoverbinding Wonen Limburg, vertegenwoordigd door [partij A] en [partij B], als partij gehoord.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3997
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Tussenuitspraak/bestuurlijke lus
  • RO - Limburg
  • uitspraakin de zaak202500743/1/R1

202500776/1/A2

Bij besluit van 2 mei 2023 heeft de Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven een aanvraag van [appellante] om een uitkering uit het Schadefonds Geweldsmisdrijven afgewezen. [appellante] is in 2009 slachtoffer geworden van een mishandeling waarbij zij is gewurgd. Bij het besluit op bezwaar heeft de CSG haar een uitkering van € 5.000,00 toegekend uit letselcategorie 3 van de Letsellijst Schadefonds Geweldsmisdrijven van 1 november 2022. In beroep heeft [appellante] betoogd dat letselcategorie 4 meer passend is. De rechtbank heeft haar beroep ongegrond verklaard.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3974
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Hoger beroep
  • Schadevergoeding
  • uitspraakin de zaak202500776/1/A2

202501175/1/R4

Bij besluit van 13 november 2024 heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam zijn beslissing om op 2 november 2024 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening Rotterdam 2009 aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een platgemaakte doos, die op 2 november 2024 is aangetroffen naast een ondergrondse papiercontainer ter hoogte van het Mathenesserplein 76 in Rotterdam. Het college is ervan uitgegaan dat [appellante] de doos verkeerd heeft aangeboden, omdat haar naam en adres op het adreslabel op de doos staan. [appellante] betwist niet dat de doos van haar afkomstig is, maar voert aan dat zij niet degene is geweest die de doos naast de ondergrondse papiercontainer heeft gezet. Zij stelt dat in de doos producten zaten die zij had besteld bij winkelketen Kruidvat en dat zij deze bestelling heeft opgehaald bij de winkel van Kruidvat aan het Mathenesserplein 81.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3973
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202501175/1/R4

202502366/1/R4

Bij besluit van 30 januari 2025 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag zijn beslissing om op 15 januari 2025 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld.De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een doos die op 15 januari 2025 is aangetroffen naast de ondergrondse restafvalcontainer ter hoogte van de Lippe-Biesterfeldweg 70 in Den Haag. Op de doos is een adreslabel aangetroffen met daarop de adresgegevens van [appellante] en de naam van haar minderjarige thuiswonende zoon. Het college heeft toegelicht dat, gezien deze gegevens op het adreslabel, de doos tot de zoon was te herleiden. Daarom dient [appellante] volgens het college te worden aangemerkt als overtreder. [appellante] betwist niet dat zij ervoor verantwoordelijk kan worden gehouden dat haar minderjarige zoon de doos naast de ORAC heeft gezet. Zij meent echter dat het daarvoor bij haar in rekening gebrachte bedrag van € 199,57 niet voor haar rekening zou moeten komen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3996
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202502366/1/R4

202502603/1/R4

Bij besluit van 9 februari 2025 heeft het college van burgemeester en wethouders van Den Haag zijn beslissing om op 28 januari 2025 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening 2010 van de gemeente Den Haag aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een doos die op 28 januari 2025 is aangetroffen naast een ondergrondse papiercontainer ter hoogte van de Paviljoensgracht 139 in Den Haag. Het college is ervan uitgegaan dat [appellant] de doos verkeerd heeft aangeboden, omdat zijn naam en adres op het adreslabel op de doos staan. [appellant] betwist niet dat de doos van hem afkomstig is, maar stelt dat hij de doos niet naast de ondergrondse papiercontainer heeft gezet. Dat zijn naam en adres op het adreslabel stonden, is volgens hem geen overtuigend bewijs dat hij de doos zelf naast de papiercontainer heeft gezet. Hij vermoedt dat de doos eruit is gehaald door derden, is verplaatst of dat de doos is weggewaaid.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3995
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202502603/1/R4

202503265/1/R4

Bij besluit van 4 maart 2025 heeft het college zijn beslissing om op 19 februari 2025 spoedeisende bestuursdwang toe te passen wegens het in strijd met de Afvalstoffenverordening Rotterdam 2009 aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen, op schrift gesteld. De toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft bestaan uit het verwijderen van een doos die op 19 februari 2025 is aangetroffen in de vulopening van de ondergrondse container ter hoogte van de Apollostraat 221h in Rotterdam. Het college is ervan uitgegaan dat [appellant] de doos verkeerd heeft aangeboden, omdat op de doos een adreslabel zat waar zijn naam en adres op stonden. [appellant] betwist niet dat de doos van hem afkomstig is, maar stelt dat hij niet degene is geweest die hem naast de container heeft gezet. Dat zijn naam en adres op het adreslabel stonden, is volgens hem daarvoor onvoldoende bewijs. Verder wijst hij erop dat de container regelmatig overvol is. Dat de voorzieningen ontoereikend zijn hoort volgens hem niet tot zijn risico te komen.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3994
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Afval
  • uitspraakin de zaak202503265/1/R4

202503713/1/A2

Bij beslissing van 28 maart 2025 heeft de examencommissie Moleculaire Wetenschappen van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica, voor zover hier van belang, de verzoeken van [appellant] om hem met terugwerkende kracht per 9 februari 2024 het masterdiploma van de opleiding Molecular Chemistry toe te kennen en hem daarnaast een vrijstelling te verlenen voor de masterstage bij TNO van 30 ECTS, afgewezen. [appellant] volgt de tweejarige masteropleiding Molecular Chemistry aan de Radboud Universiteit. De master bestaat in totaal uit 120 ECTS, waarvan [appellant] inmiddels 108 ECTS heeft behaald. [appellant] heeft 4 vakken van ieder 3 ECTS nog niet behaald. Aan de beslissing van 28 maart 2025 heeft de examencommissie ten grondslag gelegd dat [appellant] nog niet alle onderdelen van de opleiding Molecular Chemistry met goed gevolg heeft afgelegd. Hij voldoet daarom niet aan de eindtermen van de master, ook niet als zijn eerder opgedane ervaringen bij stages worden meegenomen. Omdat [appellant] de masterstage bij TNO al met succes heeft afgerond, is vrijstelling hiervan niet aan de orde.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3993
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Eerste aanleg - meervoudig
  • Studentenzaken
  • uitspraakin de zaak202503713/1/A2

202503763/1/A2

Bij beslissing van 27 februari 2025 heeft de Commissie Profileringsfonds HAN, namens het CvB, de aanvraag van [appellante] om financiële ondersteuning uit het Profileringsfonds afgewezen. Bij beslissing van 18 juni 2025 heeft het CvB het door [appellante] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Tegen deze beslissing heeft [appellante] beroep ingesteld. [appellante] volgt sinds 1 september 2022 de bacheloropleiding Commerciële Economie Duaal aan HAN University of Applied Sciences. Op 27 oktober 2023 is zij slachtoffer geworden van een verkeersongeluk. De impact van het verkeersongeluk in combinatie met de verschillende juridische procedures tegen haar voormalige werkgever en de onderwijsinstelling heeft er volgens [appellante] toe geleid dat zij niet in staat was om haar opleiding voort te zetten. Zij heeft zich daarom op 10 december 2023 uitgeschreven. Op 15 januari 2025 heeft zij een aanvraag voor financiële ondersteuning uit het Profileringsfonds ter hoogte van € 600,00 per maand ingediend ter compensatie van de door haar opgelopen studievertraging. [appellante] heeft zich per 1 september 2025 weer ingeschreven voor de deeltijdvariant van de opleiding.

ECLI
ECLI:NL:RVS:2025:3960
Datum uitspraak
20 augustus 2025
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
  • Studentenzaken
  • uitspraakin de zaak202503763/1/A2
vorige pagina1...697071...9.976volgende pagina

Facetten
Gepubliceerd
  • Uitspraken uit
Type uitspraak
Proceduresoort
Rechtsgebied
Bevat

Raad van State

De Raad van State is onafhankelijk adviseur van regering en parlement over wetgeving en bestuur en hoogste algemene bestuursrechter van het land.

  • Meer over ons
  • Vacatures

Contact

De Raad van State bevindt zich in het centrum van Den Haag. Wilt u in contact komen met ons of wilt u ons bezoeken voor een zitting?

  • Telefoon
  • Locatie en route
  • Post en e-mail
  • Digitaal procederen
  • Wet open overheid
  • Nieuwe zaak starten

Altijd op de hoogte

Ontvang ons nieuws via de abonnementenservice in uw mailbox. Op de hoogte gehouden worden over uitspraken die gedaan worden in bepaalde zaken? Meld u dan aan voor de e-mailservice. Of bekijk de voortgang van een bepaalde procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

  • Abonnementenservice
  • E-mailservice uitspraken
  • Voortgang procedure
  • Aanvragen oude uitspraken

Toegankelijkheid | Privacy | Cookiebeleid

Volg ons

  • Bluesky
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Mastodon