Professionele standaarden voor de hoogste bestuursrechters


Inleiding

In de Rechtspraak is vanaf 2014, als onderdeel van verdergaande professionalisering, gestart met het ontwikkelen van professionele standaarden. Inmiddels zijn voor een aantal rechtsgebieden standaarden tot stand gekomen.

Hieronder zijn de professionele standaarden neergelegd voor de staatsraden van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de raadsheren van de Centrale Raad van Beroep en de raadsheren van het College van Beroep voor het bedrijfsleven. In deze standaarden wordt, kortheidshalve, gesproken van rechter in plaats van staatsraad en raadsheer.

De professionele standaarden zijn uitdrukking van breed gedeelde waarden van collectief vakmanschap van onafhankelijke rechters. Het zijn kwaliteitsnormen, opgesteld door rechters en gericht tot rechters. De professionele standaarden bevatten (gedrags)normen en werkafspraken die in grote lijnen overeenstemmen met de huidige werkwijze. Daarnaast vormen de professionele standaarden een aanvulling en concretisering van kwaliteitsnormen zoals deze in wetten, regelingen en codes zijn neergelegd (onder meer Gedragscode Rechtspraak, rechterscode NVVR, Procesregeling bestuursrechterlijke colleges).

Het doel van de professionele standaarden is het bevorderen en borgen van de kwaliteit van het werk van de rechters van de drie bestuursrechterlijke colleges. De rechters oordelen zowel in hoger beroep als in eerste en enige aanleg en zijn in vrijwel alle zaken eindrechter: met de uitspraak is de zaak definitief beslecht. Dit brengt een bijzondere verantwoordelijkheid mee voor de bevordering van de rechtseenheid en rechtsontwikkeling. Een deel van de professionele standaarden heeft hierop betrekking.

De professionele standaarden zijn juridisch niet bindend. Niettemin zijn ze van belang met het oog op de bevordering en borging van de kwaliteit van het rechterlijk werk. Ze bevorderen tevens het onderlinge gesprek daarover binnen en tussen de drie bestuursrechterlijke colleges.

De professionele standaarden zijn vormgegeven op twee niveaus.
Op niveau 1 zijn de kwaliteitsnormen in de kern weergegeven.
Op niveau 2 zijn deze normen verder uitgewerkt en geconcretiseerd. De normen op niveau 2 kunnen deels verder worden uitgewerkt en geconcretiseerd binnen de drie afzonderlijke colleges. 
De professionele standaarden richten zich tot de rechters, maar zijn indirect ook van belang voor de organisatie. De rechters moeten immers in staat worden gesteld om volgens de standaarden te kunnen werken. Goede administratieve, juridische en logistieke ondersteuning zijn essentieel voor het werk van de rechter.
 De totstandkoming van de professionele standaarden is voorbereid door een werkgroep. De rechters in de drie colleges hebben een door de werkgroep opgestelde concepttekst van de professionele standaarden besproken. Na verwerking van de uitkomst van die besprekingen is de tekst van de professionele standaarden vastgesteld op:

  • 31 oktober 2018 door de voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State;
  • 20 november 2018 in een vergadering van raadsheren van het College van Beroep voor het bedrijfsleven;
  • 26 november 2018 in een vergadering van raadsheren van de Centrale Raad van Beroep.

Deze standaarden zijn op 1 april 2019 gepubliceerd op de website van de Rechtspraak en op de website van de Raad van State.

De vaststelling van de professionele standaarden is geen eindstation. Het gesprek over de kwaliteit van het werk zal voortgaan en waar nodig tot aanvulling of wijziging van de professionele standaarden leiden. Uiterlijk drie jaar na vaststelling van deze standaarden vindt evaluatie plaats.

Professionele standaarden niveau 1

1. De rechter houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op zijn vakgebied en in de maatschappij, deelt zijn kennis collegiaal en houdt zijn professionele vaardigheden op peil.

2. De rechter geeft als eindrechter invulling aan zijn bijzondere taak ter bevordering van de rechtseenheid en rechtsontwikkeling.

3. De rechter zorgt voor een goede communicatie met partijen en voor adequate informatie over de behandeling van de zaak.

4. De rechter zorgt, met oog voor de belangen van partijen, voor een zaaksbehandeling op maat, voor een goede inrichting en voortgang van de procedure en voor een tijdige afdoening.

5. De rechter doet zijn uitspraak in heldere taal, op een wijze die past bij de zaak.

Professionele standaarden niveau 2

1. De rechter houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op zijn vakgebied en in de maatschappij, deelt zijn kennis collegiaal en houdt zijn professionele vaardigheden op peil.

1.1. De in een nieuw rechtsgebied beginnende rechter volgt een op zijn kennis en ervaring toegesneden inwerkprogramma.

1.2. De rechter onderhoudt de voor zijn beroepsuitoefening vereiste kennis en professionele vaardigheden en volgt de maatschappelijke ontwikkelingen.

1.3. De rechter neemt deel aan periodiek georganiseerd jurisprudentie- en vakinhoudelijk overleg.

1.4. De rechter neemt deel aan intervisie en professionele reflectie.

1.5. De rechter vraagt en geeft feedback aan de collega-rechters en de juridisch medewerkers.

1.6. De rechter deelt zijn kennis en vaardigheden met zijn collega-rechters en de juridisch medewerkers.

1.7. De rechter neemt deel aan bijeenkomsten binnen en buiten zijn college, gericht op de bevordering van de kwaliteit van de rechtspleging.

2. De rechter geeft als eindrechter invulling aan zijn bijzondere taak ter bevordering van de rechtseenheid en rechtsontwikkeling.

2.1. De rechter zorgt er ter bevordering van de rechtseenheid en rechtsontwikkeling voor dat rechtsvragen die inhoudelijk andere zaken kunnen raken binnen zijn college en waar nodig met de andere hoogste colleges worden besproken. De behandelend kamer blijft verantwoordelijk voor de uitspraak.

2.2. De rechter zorgt er, mede vanuit zijn verplichting om in voorkomende gevallen prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie, voor dat de zaken waarin vragen over de toepassing en uitleg van het Unierecht of verdragen rijzen binnen zijn college en waar nodig met de andere hoogste colleges worden besproken. De behandelend kamer blijft verantwoordelijk voor de uitspraak.

2.3. De rechter neemt deel aan activiteiten gericht op de bevordering van rechtseenheid en rechtsontwikkeling, zowel binnen als buiten zijn college.

3. De rechter zorgt voor een goede communicatie met partijen en voor adequate informatie over de behandeling van de zaak.

3.1. De rechter zorgt ervoor dat, indien namens hem buiten de zitting om met één of meer van de procespartijen over een zaak wordt gecommuniceerd, dit op een voor alle partijen kenbare wijze geschiedt.

3.2. De rechter zorgt ervoor dat partijen voor de zitting, waar nodig, worden geïnformeerd over onderwerpen die hij op zitting aan de orde wil stellen.

3.3. De rechter zorgt ervoor dat partijen voorafgaand aan de zitting over de samenstelling van de kamer en over de gang van zaken tijdens de zitting worden geïnformeerd.

3.4. De rechter stelt bij het begin van de zitting zichzelf en de juridisch medewerker/griffier voor aan partijen.

3.5. De rechter informeert partijen aan het begin van de zitting hoe hij de behandeling van de zaak ter zitting voor zich ziet.

3.6. De rechter bespreekt met partijen, waar nodig, het juridische beoordelingskader en de bewijspositie.

3.7. De rechter stelt zich tijdens de zitting betrokken en actief op.

3.8. De rechter zorgt ervoor dat een ter zitting aanwezige partij die wordt bijgestaan door een gemachtigde ook zelf aan het woord kan komen.

3.9. De rechter zet zich ervoor in dat partijen niet met onjuiste verwachtingen de zitting verlaten.

4. De rechter zorgt, met oog voor de belangen van partijen, voor een zaaksbehandeling op maat, voor een goede inrichting en voortgang van de procedure, en voor tijdige afdoening.

4.1. De rechter voert regie in een aan hem toebedeelde zaak en zet zich in voor een adequate behandeling en tijdige afdoening.

4.2. De rechter besluit in welke volgorde de zaken op zitting worden behandeld en zorgt ervoor dat voor iedere zaak voldoende tijd is uitgetrokken.

4.3. De rechter onderzoekt of sprake is van een eenduidig juridisch geschil en/of van een conflict met achterliggende belangen. Zo nodig betrekt hij deze belangen bij de behandeling ter zitting en is hij behulpzaam bij het bereiken van een schikking of een verwijzing naar mediation.

4.4. De rechter leest alle relevante stukken van het dossier.

4.5. De rechter bespreekt, zo nodig, voorafgaand aan de zitting de zaken met de andere leden van de kamer en de juridisch medewerker met als doel onduidelijkheden te signaleren en de zitting goed te laten verlopen.

4.6. De rechter bewaakt het recht van hoor en wederhoor en de goede procesorde.

4.7. De rechter bespreekt alle zaken zo spoedig mogelijk na de zitting in raadkamer. Daarbij wordt bepaald wat de beslissing is en hoe de motivering op hoofdpunten luidt.

5. De rechter doet zijn uitspraak in heldere taal, op een wijze die past bij de zaak.

5.1. De rechter motiveert in heldere taal hoe hij tot zijn oordeel is gekomen.

5.2. De rechter motiveert zijn uitspraak op een wijze die past bij de zaak.

5.3. De rechter heeft oog voor uitspraken met publiciteitswaarde en signaleert deze zaken zo nodig bij de afdeling communicatie/persrechter.