Voorstel van wet met memorie van toelichting tot vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003.
- Kenmerk
- W06.02.0354/IV
- Datum advies
- 12 september 2002
- Vindplaats
- Kamerstukken II 2002/03, 28 600 IXB, A
- Financiën
- Wet
Volledige tekst
Voorstel van wet met memorie van toelichting tot vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003.
Bij Kabinetsmissive van 2 september 2002, no.02.004060, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Financiën, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet met memorie van toelichting tot vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003.
In het voorstel tot vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003 is tevens een voorstel tot wijziging van de Comptabiliteitswet opgenomen. De Raad van State acht dit niet juist. De inhoud van de begrotingswetten dient beperkt te blijven tot, zoals in artikel 105 eerste lid, van de Grondwet is bepaald, de begroting van de ontvangsten en de uitgaven van het Rijk. Een wijziging van de Comptabiliteitswet dient te worden vastgesteld bij gewone wet.
De Raad adviseert de voorgestelde wijziging van de Comptabiliteitswet niet in het voorstel op te nemen.
De Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden.
De waarnemend Vice-President van de Raad van State
Nader rapport (reactie op het advies) van 19 september 2002
Blijkens bijgaand advies heeft de Raad van State omtrent bovenvermelde begroting een opmerking gemaakt, waaromtrent ik het volgende meedeel.
De Raad merkt op dat hij het niet juist acht dat in de begrotingswet van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003 een wijziging van de Comptabiliteitswet 2001 is opgenomen. De inhoud van begrotingswetten dient beperkt te blijven tot, zoals in artikel 105, eerste lid, van de Grondwet is bepaald, de begroting van de ontvangsten en de uitgaven van het Rijk. Een wijziging van de Comptabiliteitswet dient te worden vastgesteld bij gewone wet.
Als algemene regel onderschijf ik het standpunt van de Raad dat het de voorkeur verdient om de wijzigingen van een niet-begrotingswet niet bij een begrotingswet te wijzigen. Het karakter van een begrotingswet heeft een bijzonder karakter die afwijkt van hetgeen gewoonlijk in een wet wordt geregeld. Een begrotingswet is een wet in formele zin, terwijl de Comptabiliteitswet daarnaast ook een wet in materiële zin is. Het door de Raad genoemde artikel sluit evenwel niet categorisch uit dat in een begrotingswet wijzigingen in een wet als de Comptabiliteitswet worden aangebracht. De wijzigingen waar het in concreto om gaat, betreffen het herstel van fouten die in de onlangs in werking getreden Comptabiliteitswet 2001 terecht zijn gekomen. Momenteel is echter een voorstel voor een reparatiewet Financiën I in voorbereiding. Ik zal de voorgestelde wijzigingen van de Comptabiliteitswet 2001 in dat wetsvoorstel opnemen.
Nadere wijzigingen
Inmiddels is het noodzakelijk gebleken in de bovenvermelde begroting een aantal wijzigingen/aanpassingen aan te brengen. Het totaal van de ontvangsten (X € 1000) komt daarmee op € 100.162.639 (was € 102.124.639). Het totaal van de uitgaven verandert niet. De wijzigingen/aanpassingen betreffen met name beleidsartikel 1 (Belastingen). De memorie van toelichting is met deze wijzigingen in overeenstemming gebracht.
De Minister van Financiën
In het voorstel tot vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003 is tevens een voorstel tot wijziging van de Comptabiliteitswet opgenomen. De Raad van State acht dit niet juist. De inhoud van de begrotingswetten dient beperkt te blijven tot, zoals in artikel 105 eerste lid, van de Grondwet is bepaald, de begroting van de ontvangsten en de uitgaven van het Rijk. Een wijziging van de Comptabiliteitswet dient te worden vastgesteld bij gewone wet.
De Raad adviseert de voorgestelde wijziging van de Comptabiliteitswet niet in het voorstel op te nemen.
De Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden.
De waarnemend Vice-President van de Raad van State
Nader rapport (reactie op het advies) van 19 september 2002
Blijkens bijgaand advies heeft de Raad van State omtrent bovenvermelde begroting een opmerking gemaakt, waaromtrent ik het volgende meedeel.
De Raad merkt op dat hij het niet juist acht dat in de begrotingswet van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2003 een wijziging van de Comptabiliteitswet 2001 is opgenomen. De inhoud van begrotingswetten dient beperkt te blijven tot, zoals in artikel 105, eerste lid, van de Grondwet is bepaald, de begroting van de ontvangsten en de uitgaven van het Rijk. Een wijziging van de Comptabiliteitswet dient te worden vastgesteld bij gewone wet.
Als algemene regel onderschijf ik het standpunt van de Raad dat het de voorkeur verdient om de wijzigingen van een niet-begrotingswet niet bij een begrotingswet te wijzigen. Het karakter van een begrotingswet heeft een bijzonder karakter die afwijkt van hetgeen gewoonlijk in een wet wordt geregeld. Een begrotingswet is een wet in formele zin, terwijl de Comptabiliteitswet daarnaast ook een wet in materiële zin is. Het door de Raad genoemde artikel sluit evenwel niet categorisch uit dat in een begrotingswet wijzigingen in een wet als de Comptabiliteitswet worden aangebracht. De wijzigingen waar het in concreto om gaat, betreffen het herstel van fouten die in de onlangs in werking getreden Comptabiliteitswet 2001 terecht zijn gekomen. Momenteel is echter een voorstel voor een reparatiewet Financiën I in voorbereiding. Ik zal de voorgestelde wijzigingen van de Comptabiliteitswet 2001 in dat wetsvoorstel opnemen.
Nadere wijzigingen
Inmiddels is het noodzakelijk gebleken in de bovenvermelde begroting een aantal wijzigingen/aanpassingen aan te brengen. Het totaal van de ontvangsten (X € 1000) komt daarmee op € 100.162.639 (was € 102.124.639). Het totaal van de uitgaven verandert niet. De wijzigingen/aanpassingen betreffen met name beleidsartikel 1 (Belastingen). De memorie van toelichting is met deze wijzigingen in overeenstemming gebracht.
De Minister van Financiën