Voorstel van wet met memorie van toelichting houdende wijziging van de Infectieziektenwet ter incorporatie van het severe acute respiratory syndrome.


Volledige tekst

Voorstel van wet met memorie van toelichting houdende wijziging van de Infectieziektenwet ter incorporatie van het severe acute respiratory syndrome.

Bij Kabinetsmissive van 14 mei 2003, no.03.002074, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet met memorie van toelichting houdende wijziging van de Infectieziektenwet ter incorporatie van het severe acute respiratory syndrome.

In verband met de verspreiding van een nieuwe besmettelijke vorm van atypische pneumonie, bekend als "severe acute respiratory syndrome" (SARS) heeft de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op 1 april 2003 besloten tot het van toepassing verklaren van de Infectieziektenwet op SARS.(zie noot 1) Deze wijziging vond plaats door middel van een ministeriële regeling op basis van artikel 3, eerste lid, van de Infectieziektenwet. Ingevolge artikel 3, derde lid, van de Infectieziektenwet dient binnen acht weken na het totstandkomen van een dergelijke ministeriële regeling een voorstel van wet aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal gezonden te worden.
De staatssecretaris heeft ingevolge het besluit van de ministerraad van 17 april 2003 over dit wetsvoorstel de Raad van State op 7 mei 2003 om spoedbehandeling ervan gevraagd. De Raad merkt op dat het tijdsverloop tussen de plaatsing van het besluit in de Staatscourant, de behandeling in de ministerraad en het daadwerkelijk aanhangig maken van het wetsvoorstel bij de Raad moeilijk te rijmen zijn met het op zichzelf begrijpelijke spoedverzoek, hetgeen ertoe leidt dat thans nog maar weinig tijd beschikbaar is tot de uiterste datum van indiening.
Het wetsvoorstel geeft de Raad aanleiding enkele opmerkingen te maken met betrekking tot een eerdere wijziging van de Infectieziektenwet, de relevantie van de Quarantainewet en de verhouding tot besluitvorming in Europees verband.

1. De Raad heeft op 1 april spoedadvies uitgebracht over het voorstel van wet tot wijziging van de Infectieziektenwet en de Quarantainewet ter bestrijding van de gevaren van pokken (no.W12.03.0101/III). Dit wetsvoorstel is nog niet ingediend. Evenals het onderhavige wetsvoorstel voorziet het in wijziging van artikel 2, onderdeel a, van de Infectieziektenwet. Hierdoor is sprake van samenloop tussen de wetsvoorstellen.
De Raad adviseert een bepaling in het wetsvoorstel op te nemen die voorziet in het geval dat het onderhavige wetsvoorstel eerder tot wet is verheven en in werking treedt of is getreden, dan wel dat het andere wetsvoorstel eerder in werking treedt.

2. Bij de bestrijding van het verspreiden van SARS is in verschillende landen gebruikgemaakt van quarantainemaatregelen. Onderdeel 5 van de conclusies van het Netwerkcomité voor besmettelijke ziekten vraagt ook om het treffen van de nodige (wettelijke) voorzieningen daartoe.(zie noot 2) Anders dan het onder punt 1 vermelde wetsvoorstel voorziet het voorliggende wetsvoorstel niet in een aanvulling van de Quarantainewet. Deze wet biedt de mogelijkheid schepen, vliegtuigen, treinen en andere vervoersmiddelen in quarantaine te plaatsen en personen, die met deze vervoersmiddelen hebben gereisd, af te zonderen en te ontsmetten. De Raad adviseert in de toelichting duidelijk te maken of zo’n aanvulling als gevolg van de besluitvorming in de Wereld Gezondheidsorganisatie niet nodig is, nu de Quarantainewet naar de Internationale Gezondheidsregeling verwijst, dan wel alsnog in het voorliggende wetsvoorstel in een aanvulling van de Quarantainewet te voorzien.

3. De Raad van de Europese Unie heeft op 6 mei 2003 als raad van ministers van volksgezondheid vergaderd over de verspreiding van SARS. De Raad adviseert in de toelichting uiteen te zetten hoe het voorliggende wetsvoorstel zich verhoudt tot de besluitvorming in de Raad van de Europese Unie.

De Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden.

De Vice-President van de Raad van State



Nader rapport (reactie op het advies) van 22 mei 2003

De Raad van State onderschrijft het wetsvoorstel, maar plaatst een enkele kanttekening waarop hieronder puntsgewijs wordt ingegaan.

1. Overeenkomstig het advies van de Raad is in het wetsvoorstel rekening gehouden met de mogelijkheid van samenloop met het voorstel van wet tot wijziging van de Infectieziektenwet en de Quarantainewet ter bestrijding van de gevaren van pokken. De gekozen oplossing is die van de invoeging van de ziekte sars in de alfabetische rangschikking van artikel 2, onder a, van de Infectieziektenwet. Eenzelfde constructie zal bij nota van wijziging worden ingebracht in het eerderbedoelde wetsvoorstel tot wijziging van de Infectieziektenwet met betrekking tot pokken. Op deze wijze is de uiteindelijke wettekst altijd correct, ongeacht welke wetswijziging het eerste haar beslag krijgt.

2. De toelichting is aangevuld met een passage over het pleidooi van het Netwerkcomité voor besmettelijke ziekten van de Europese Unie.

3. Overeenkomstig het advies van de Raad is de toelichting aangevuld met een passage over de besluitvorming van de EU-gezondheidsraad.

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport



(1) Besluit van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 1 april 2003, houdende van toepassing verklaring van de Infectieziektenwet op het severe acute respiratory syndrome (Regeling van toepassingverklaring Infectieziektenwet op SARS), Nr.POG/ZP 2.369.453, Staatscourant 1 april 2003, nr.64, bladzijde 5.
(2) Vergelijk de bijlage bij de brief van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 18 april 2003, Kamerstukken II 2002/03, 28 827, nr.5.