Voorstel van wet houdende het niet-indexeren van het basiskinderbijslagbedrag en het extra bedrag van de kinderbijslag in de Algemene Kinderbijslagwet over de jaren 2022, 2023 en deels over 2024.
- Kenmerk
- W12.21.0117/III
- Datum aanhangig
- 20 april 2021
- Datum vastgesteld
- 28 april 2021
- Datum advies
- 28 april 2021
- Datum publicatie
- 28 mei 2021
- Vindplaats
- Kamerstukken II 2020/21, 35845, nr. 4
- Sociale zaken en Werkgelegenheid
- Wet
Bij Kabinetsmissive van 20 april 2021, no.2021000799, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet houdende het niet-indexeren van het basiskinderbijslagbedrag en het extra bedrag van de kinderbijslag in de Algemene Kinderbijslagwet over de jaren 2022, 2023 en deels over 2024, met memorie van toelichting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen bij het voorstel en adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.
Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert de Afdeling dit advies openbaar te maken.
De waarnemend vice-president van de Raad van State
Nader rapport (reactie op het advies) van 21 mei 2021
Ik verzoek U het hierbij gevoegde voorstel van wet en de memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid