Wijziging van het Besluit beslagvrije voet.


Volledige tekst

Bij Kabinetsmissive van 17 juli 2020, no.2020001557, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit beslagvrije voet in verband met de gewijzigde berekening van de beslagvrije voet en het treffen van nadere regels voor de ondersteuning bij de vaststelling van de beslagvrije voet, met nota van toelichting.

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen inhoudelijke opmerkingen over het ontwerpbesluit.

De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele bijlage.

De Afdeling adviseert het besluit te nemen.

Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert de Afdeling dit advies openbaar te maken.

De vice-president van de Raad van State


Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no.W12.20.0272/III

- De nota van toelichting aanvullen met een artikelsgewijze toelichting conform aanwijzing 4.48 van de Aanwijzingen voor de regelgeving.


Nader rapport (reactie op het advies) van 17 november 2020

Het ontwerp geeft de Afdeling advisering van de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen. In de redactionele bijlage heeft de Afdeling aandacht gevraagd voor het aanvullen van de nota van toelichting met een artikelsgewijze deel conform aanwijzing 4.48 van de Aanwijzingen voor de regelgeving. Het ontwerpbesluit bevat twee wijzigingen met een duidelijk inhoudelijke component. Beide wijzigingen zien op een cluster van bepalingen (artikel 2 t/m 4 respectievelijk artikel 8 en 9). In dat licht is ervoor gekozen de wijzigingen per cluster te bespreken in het algemene deel van de nota van toelichting, waarbij een verwijzing naar de specifieke artikelen is opgenomen. Vanwege die gedetailleerde bespreking is een artikelsgewijze toelichting achterwege gelaten.

Van de gelegenheid is gebruikgemaakt om de inwerkingtredingsbepaling aan te passen. Het besluit zal per 1 januari 2021 in werking treden.

Ik bied U hierbij het gewijzigde ontwerpbesluit en de nota van toelichting wederom aan en verzoek U overeenkomstig dit ontwerp te besluiten.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid