Verdrag tot wijziging van artikel 8 van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof; ‘s-Gravenhage, 6 december 2019 (Trb. 2020, 44).


Volledige tekst

Bij Kabinetsmissive van 17 juni 2020, no.2020001211, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid, bij de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk ter overweging aanhangig gemaakt de verdrag tot wijziging van artikel 8 van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof; ’s-Gravenhage, 6 december 2019 (Trb. 2020, 44), met toelichtende nota.

De Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk heeft geen opmerkingen over het verdrag.

De Afdeling adviseert het verdrag aan de beide Kamers der Staten-Generaal, de Staten van Aruba, die van Curaçao en die van Sint Maarten te overleggen.

Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert de Afdeling dit advies openbaar te maken.

De vice-president van de Raad van State van het Koninkrijk

Nader rapport (reactie op het advies) van 31 augustus 2020

De wijziging geeft de afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk geen aanleiding tot het maken van opmerkingen.

Ik verzoek U, mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Defensie, verzoeken mij te machtigen gevolg te geven aan mijn voornemen de wijziging vergezeld van de toelichtende nota ter stilzwijgende goedkeuring over te leggen aan de Eerste en aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal en tevens over te leggen aan de Staten van Aruba, de Staten van Curaçao en de Staten van Sint Maarten.

De Minister van Buitenlandse Zaken