Tijdelijk Besluit verlenging geldigheidsduur rijbewijs in bepaalde gevallen.


Volledige tekst

Bij Kabinetsmissive van 22 oktober 2019, no.2019002224, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het ontwerpbesluit tot wijziging van het Reglement rijbewijzen in verband met de tijdelijke verlenging van de geldigheidsduur van het rijbewijs in bepaalde gevallen (Tijdelijk besluit verlenging geldigheidsduur rijbewijs in bepaalde gevallen), met nota van toelichting.

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen inhoudelijke opmerkingen over het ontwerpbesluit.

De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele bijlage.

De Afdeling adviseert het besluit te nemen.

Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert de Afdeling dit advies openbaar te maken.

De vice-president van de Raad van State


Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no.W17.19.0331/IV

- Bezie nader of de beslistermijn in artikel 103a van het Reglement rijbewijzen voldoende is om het CBR de ruimte te bieden om de achterstanden weg te werken.


Nader rapport (reactie op het advies) van 12 november 2019

Het ontwerp geeft de Afdeling advisering van de Raad van State aanleiding tot het maken van een opmerking van redactionele aard. Hieronder wordt ingegaan op de gemaakte opmerking.

De Afdeling gaf het advies nader te bezien of de beslistermijn in artikel 103a van het Reglement rijbewijzen voldoende is om het CBR de ruimte te bieden om de achterstanden weg te werken. Naar aanleiding van dit advies is in overleg met het CBR de termijn nu op achttien maanden gesteld. Op deze manier kan ten volle gebruik worden gemaakt van de maximale verlengingstermijn van het rijbewijs in die gevallen waarin de verlengingsregeling van toepassing is, ook als de eigen verklaring ruim (tot zes maanden) voor het verstrijken van de geldigheidsduur van dat rijbewijs is ingediend.

Verder is van de gelegenheid gebruik gemaakt om de inwerkingtredingsbepaling aan te passen en te voorzien in inwerkingtreding met ingang van 1 december 2019. Op deze manier kan beter rekening worden gehouden met de termijn van twee weken die het CBR en de RDW nodig hebben voor de voorbereiding van de inwerkingtreding.

Ik moge U hierbij het gewijzigde ontwerpbesluit en de gewijzigde nota van toelichting doen toekomen en U verzoeken overeenkomstig dit ontwerp te besluiten.

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT