Persagenda
Elke werkdag behandelt de Afdeling bestuursrechtspraak rechtszaken op een zitting. Dagelijks maken de persvoorlichters van de Raad van State een selectie van zaken die interessant kunnen zijn voor de media.
Dinsdag 1 november 2022
10.00 uur
Tijdelijk sluiten van café in Leiden vanwege aanwezigheid cash center
Zitting over het besluit van de burgemeester van Leiden om een café aan het Valkenpad voor een periode van zes maanden te sluiten. In maart 2019 hebben de politie en de Kansspelautoriteit een controle uitgevoerd in het café. De controle vond plaats in het kader van een landelijk onderzoek naar illegale gokactiviteiten. In het pand was een zogenoemd cash center aanwezig en deze is meteen in beslag genomen. Voor de burgemeester was het cash center reden om het café voor een periode van zes maanden te sluiten. Bij dit besluit woog voor de burgemeester mee dat een aantal bezoekers van het café personen zijn die bekend zijn vanwege vermogens-, geweld- en Opiumwetdelicten. In deze zaak komt de vraag aan de orde of de burgemeester bevoegd was om het café te sluiten en of hij ook in dit geval gebruik mocht maken van zijn bevoegdheid. De exploitant is het niet eens met de tijdelijke sluiting en kwam daartegen in beroep bij de rechtbank Den Haag. Die stelde de exploitant in oktober 2021 in het ongelijk, omdat de exploitant door de plaatsing van een cash center in zijn café illegaal gokken heeft gefaciliteerd en dat dit een gevaar voor de openbare orde opleverde. De burgemeester heeft naar het oordeel van de rechtbank verder terecht de andere incidenten bij zijn besluit betrokken en kunnen concluderen dat een sluiting van het café voor een periode van zes maanden op zijn plaats was. De exploitant is het niet eens met de uitspraak van de rechtbank en komt daartegen in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (zaaknummer 202108058/1)
12.00 uur
Gemeente Den Helder verleent geen vergunning voor bouw van een Lidl-supermarkt
Zitting over de weigering van het college van burgemeester en wethouders van Den Helder om een omgevingsvergunning te verlenen voor de bouw van een pand aan de Burgemeester Ritmeesterweg voor een supermarkt. Lidl is eigenaar van een pand op het terrein. Het terrein maakt deel uit van een groter bedrijventerrein waarop twee percelen zijn gevestigd. Aan de Burgemeester Ritmeesterweg is bouwmarkt Praxis gevestigd. Beide panden delen het parkeerterrein en de ontsluiting naar de Burgemeester Ritmeesterweg. Beide eigenaren hebben over en weer een erfdienstbaarheid gevestigd dat erop neerkomt dat bezoekers van het ene perceel op het andere perceel mogen parkeren. Lidl heeft een aanvraag ingediend voor een vergunning voor de bouw van een supermarkt op het terrein. Het gemeentebestuur heeft deze aanvraag geweigerd, omdat het bouwplan volgens hem onvoldoende parkeerplaatsen biedt en omdat het bouwplan autoverkeer bevordert en dat wil de gemeente niet. Ook voldoet het bouwplan volgens de gemeente niet aan de welstandseisen. De rechtbank Noord-Holland stelde de gemeente in december 2021 in het gelijk. Naar het oordeel van de rechtbank is Lidl er niet in geslaagd om aan te tonen dat zij met het bouwplan aan de parkeernormen voldoet. Lidl is het niet eens met de uitspraak van de rechtbank en komt daartegen in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (zaaknummer 202200706/1)
13.00 uur
Dwangsom voor man in Eindhoven die inbrekerswerktuigen bij zich heeft
Zitting over het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven waarbij een dwangsom is opgelegd aan een inwoner van Eindhoven om geen inbrekerswerktuigen te vervoeren of bij zich te hebben op een openbare plaats in de gemeente. De man is het niet eens met de dwangsom. Volgens hem heeft hij geen overtreding begaan, omdat uit een rapport van de politie blijkt dat hij niet op een openbare plaats, maar op een voor het publiek afgesloten terrein is aangetroffen met inbrekerswerktuigen. De rechtbank Oost-Brabant gaf de man in november 2021 gelijk en vernietigde de dwangsom. Het gemeentebestuur is het niet eens met de uitspraak van de rechtbank en komt hiertegen in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Uit het politierapport blijkt volgens de gemeente dat de man de inbrekerswerktuigen heeft gebruikt om onrechtmatig toegang te krijgen tot het afgesloten terrein. Daarom is het volgens de gemeente aannemelijk dat hij zich met de inbrekerswerktuigen op een openbare plaats heeft moeten begeven om de niet-openbare plaats te bereiken. Zijn verklaring dat hij op het afgesloten terrein in de nachtelijke uren een vriend aan het zoeken was, vindt de gemeente ongeloofwaardig. (zaaknummer 202108108/1)
Persvoorlichters
Ben je journalist en heb je een vraag? Onze persvoorlichters staan je graag te woord.
Digitale zittingsagenda
Journalisten kunnen op verzoek wekelijks een digitaal overzicht ontvangen van alle zaken die de Afdeling bestuursrechtspraak komende week op een zitting behandelt.