Voorlichting omgang met vertrouwelijke gegevens tijdens parlementaire enquête Corona

Gepubliceerd op 20 december 2024

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft op verzoek van de staatssecretaris van Jeugd, Preventie en Sport een zogenoemde voorlichting uitgebracht over de omgang met vertrouwelijke gegevens tijdens de parlementaire enquête Corona. De voorlichting is op 20 december 2024 gepubliceerd op de website van de Raad van State.

Het verzoek om voorlichting

De parlementaire enquêtecommissie Corona heeft documenten opgevraagd bij de staatssecretaris van Jeugd, Preventie en Sport. In deze documenten staan tussen de informatie die voor de enquête relevant is ook privé-gegevens van bewindspersonen, ambtenaren en hun familieleden, personeelsvertrouwelijke gegevens en partijpolitieke gegevens. Het gaat dan bijvoorbeeld om chatberichten en e-mails, waarin werk en privé door elkaar lopen. De staatssecretaris heeft de Afdeling advisering gevraagd of deze gegevens op grond van de Wet op de parlementaire enquête 2008 (Wpe) aan de enquêtecommissie mogen worden verstrekt.

Verplichtingen en verantwoordelijkheden

De Afdeling advisering benadrukt dat de enquêtecommissie en de betrokken bewindspersoon in onderling overleg moeten vaststellen welke informatie zal worden verstrekt en op welke manier. Daarbij is van belang dat zij over en weer elkaars verplichtingen en verantwoordelijkheden respecteren. De Wpe heeft als uitgangspunt dat de enquêtecommissie bepaalt welke informatie zij nodig heeft en in welke vorm. Tegelijkertijd mag van de enquêtecommissie worden verwacht dat zij informatie niet lichtvaardig opvraagt. De bewindspersoon moet deze informatie vervolgens in principe verstrekken. De commissie en de bewindspersoon kunnen ook afspreken dat informatie vertrouwelijk behandeld wordt.

Bescherming van de persoonlijke levenssfeer

Van zowel de enquêtecommissie als de bewindspersoon mag worden verlangd dat zij rekening houden met de rechten van derden. In sommige gevallen weegt het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer zwaarder dan het belang van de enquête. Dan kan (en soms: moet) de bewindspersoon weigeren om gegevens te verstrekken door een beroep te doen op een verschoningsgrond uit de Wpe.

Bijzondere persoonsgegevens

De Algemene Verordening gegevensbescherming (AVG) biedt extra bescherming aan ‘bijzondere’ persoonsgegevens. Dat zijn bijvoorbeeld gegevens over politieke opvattingen of gezondheid. De Wpe bevat alleen een grondslag voor het verstrekken van gegevens over gezondheid. Andere bijzondere persoonsgegevens moeten daarom worden geweigerd met een beroep op een verschoningsgrond. Gezondheidsgegevens mogen wel worden verstrekt, maar de AVG verlangt daarbij extra waarborgen. Dat betekent in dit geval dat deze gegevens vertrouwelijk moeten worden behandeld.

Herziening van de Wet op de parlementaire enquête

In aanvulling op de beantwoording van de vragen uit het verzoek om voorlichting, merkt de Afdeling advisering op dat de Wpe niet volledig is afgestemd op diverse digitale ontwikkelingen en op de bescherming van persoonsgegevens in de AVG. De Afdeling advisering vindt het daarom raadzaam dat de Tweede Kamer onderzoekt in hoeverre deze wet moet worden aangepast.


advisering_vergadering

Lees hier de hele voorlichting van de Afdeling advisering.