Samenvatting advies wetsvoorstel beperking vraag naar Gronings gas voor grote afnemers

Gepubliceerd op 6 november 2019

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft advies uitgebracht over een wijziging van de Gaswet waarin de vraag naar laagcalorisch gas voor grote afnemers wordt beperkt.

Het wetsvoorstel is op 6 november 2019 bij de Tweede Kamer ingediend. Daarmee is ook het advies van de Afdeling advisering openbaar geworden.

Inhoud wetsvoorstel

Het doel van het wetsvoorstel is bij te dragen aan het beëindigen van de winning van laagcalorisch gas uit het Groningenveld. Het wetsvoorstel introduceert daarom per 1 oktober 2022 beperkingen voor bepaalde grote afnemers om laagcalorisch gas af te nemen. De negen grootste industriële afnemers zullen worden verboden laagcalorisch gas af te nemen. Voor overige afnemers zal een verbruiksplafond gaan gelden, waardoor het niveau van toekomstige gasafname wordt beperkt.

Toegevoegde waarde van de voorgestelde maatregelen

Naast de maatregelen in dit wetsvoorstel neemt de minister van Economische Zaken en Klimaat nog meer maatregelen om de gaswinning uit het Groningenveld zo snel mogelijk te beëindigen. Daar heeft de Afdeling advisering begrip voor – in een eerder advies heeft zij benadrukt dat de veiligheid voor inwoners van het aardbevingsgebied voorop moet staan. Alleen is inmiddels duidelijk geworden dat dankzij alle maatregelen het afbouwen van de Groningse gaswinning veel sneller gaat dan eerder werd verwacht. Het succes van de andere maatregelen betekent dat de bijdrage van dit wetsvoorstel aan het beëindigen van de Groningse gaswinning - en daarmee te toegevoegde waarde ervan - sterk lijkt te zijn afgenomen.

De toelichting bij het wetsvoorstel besteedt geen aandacht aan de andere maatregelen en geeft geen inzicht in de (verwachte) opbrengsten daarvan. Deze informatie is wel nodig om te kunnen beoordelen of het wetsvoorstel daadwerkelijk iets toevoegt aan de beëindiging van de Groningse gaswinning. Deze informatie is ook nodig om te kunnen beoordelen of de gevolgen van het verbod voor de grootste afnemers aanvaardbaar zijn en of het feit dat zij anders worden behandeld dan de overige afnemers van laagcalorisch gas is gerechtvaardigd.

Gevolgen voor de grootste afnemers

Daarnaast vindt de Afdeling advisering dat de gevolgen van het verbod voor de grootste afnemers onvoldoende zijn toegelicht. Zo wordt niet duidelijk welk soort investeringen de verschillende (typen) afnemers moeten doen en wat de effecten van deze investeringskosten zijn op hun winstgevendheid en hun bedrijfsvoering. Weliswaar wordt voorzien in een nadeelcompensatieregeling, maar het is nog onzeker hoe die precies zal uitwerken. Tot slot behoeft het onderscheid tussen de negen grootste afnemers, die in het geheel geen laagcalorisch gas meer mogen verbruiken, en de overige afnemers een betere motivering.

Verduurzamingsmaatregelen van grote afnemers

De negen grootste afnemers, voor wie het geheel verboden wordt laagcalorisch gas af te nemen, zullen hoogstwaarschijnlijk moeten ‘omschakelen’ naar hoogcalorisch gas en zij zullen hiervoor kosten moeten maken. Mogelijk staat dit proces in de weg aan verduurzamingsmaatregelen van deze grootste afnemers, zodat het wetsvoorstel een negatief effect kan hebben op de reductie van de uitstoot van broeikasgassen zoals CO2. De Afdeling adviseert hier in de toelichting op in te gaan.

Het verbruiksplafond

Verder adviseert de Afdeling advisering om in te gaan op de mogelijke effecten van het verbruiksplafond op de leveringszekerheid van elektriciteit. Ook moet de positie worden bezien van de afnemers die op enig moment door het verbruiksplafond worden geraakt, zowel wat betreft de facilitering door de netbeheerder van de omschakeling van de aansluiting, als wat betreft het recht op compensatie.


Lees hier de volledige tekst van het advies van de Afdeling advisering en het nader rapport (de reactie) van de minister.