Samenvatting advies over initiatiefwetsvoorstel tot wijziging Vreemdelingenwet in verband met belang van het kind

Gepubliceerd op 27 juni 2019

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft advies uitgebracht over het initiatiefwetsvoorstel van het Tweede Kamerlid Kuiken en het voormalige Tweede Kamerlid Voortman tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met het verankeren van het belang van het kind.

Het advies is op 27 juni 2019 openbaar gemaakt.

Inhoud initiatiefwetsvoorstel

De initiatiefnemers zijn van mening dat aan de belangen van kinderen in vreemdelingenrechtelijke procedures te weinig gewicht wordt toegekend ten opzichte van andere belangen, of dat deze zelfs worden genegeerd. Hun initiatiefwetsvoorstel strekt er daarom toe de norm uit artikel 3, eerste lid, van het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind (IVRK) uit te werken in de Vreemdelingenwet 2000. De belangen van het kind worden als gevolg van het initiatiefwetsvoorstel een zelfstandige grond op basis waarvan een verblijfsvergunning moet worden verleend, als die belangen ernstig worden bedreigd, tenzij het algemeen belang zich daar in het specifieke geval tegen verzet.

Ernstige bedreiging van de belangen van het kind

De Afdeling advisering merkt op dat er een groot verschil bestaat tussen de tekst van het initiatiefwetsvoorstel en de tekst van artikel 3, eerste lid, IVRK. Initiatiefnemers leiden uit dit artikel een recht op een verblijfsvergunning af terwijl dit artikel slechts een procedureel recht meebrengt: de IND en de rechter moeten rekening houden met de belangen van het kind en moeten een expliciete belangenafweging maken. Initiatiefnemers leggen niet uit waarom zij op dit punt afwijken van de tekst van artikel 3, eerste lid, IVRK.

Daarnaast maakt het initiatiefwetsvoorstel niet duidelijk wanneer sprake is van een 'ernstige bedreiging' van de belangen van het kind. Vreemdelingen komen meestal uit een land waar bijvoorbeeld de sociaaleconomische situatie, de positie van vrouwen en meisjes, het onderwijs en de veiligheidssituatie veel minder goed zijn dan in Nederland. Als in alle gevallen waarin sprake is van een groot verschil op die punten, sprake zou zijn van een ernstige bedreiging van de belangen van de minderjarige vreemdelingen, zou dat leiden tot een grote verandering van het Nederlandse toelatingsbeleid.

Algemeen belang in het specifieke geval

Het initiatiefwetsvoorstel bepaalt dat een verblijfsvergunning alsnog kan worden afgewezen als het algemeen belang zich in het specifieke geval tegen het verlenen van een verblijfsvergunning verzet. Daarbij denken initiatiefnemers aan een beperkt aantal gevallen. Het beheersen van de migratie kan niet als algemeen belang in het specifieke geval worden ingeroepen.

De Afdeling advisering merkt op dat bij de totstandkoming van het IVRK en de goedkeuring van het IVRK door het Nederlandse parlement is gesproken over de invulling van de afweging tussen het belang van het kind en andere belangen. Toen is gezegd dat het belang van de samenleving als geheel, dus ook het belang dat een land heeft bij beheersing van de migratie, mits goed gemotiveerd en afgewogen, ook ten opzichte van het individuele belang van een minderjarige vreemdeling voorrang kan hebben. De invulling die het initiatiefwetsvoorstel op dit punt geeft aan het algemeen belang gaat dan ook verder dan wat artikel 3, eerste lid, IVRK voorschrijft.

Conclusie

Gelet op het grote verschil tussen de tekst van het initiatiefwetsvoorstel en de tekst van artikel 3, eerste lid, IVRK, en gelet op de manier waarop het algemeen belang wordt ingevuld, heeft het voorstel verstrekkende gevolgen. Minderjarige vreemdelingen zullen op grond hiervan eerder een verblijfsvergunning in Nederland krijgen dan nu het geval is. Hoewel het initiatiefnemers vrij staat om te kiezen voor meer bescherming van de belangen van het kind in het vreemdelingenrecht dan waartoe het IVRK verplicht, moet dit wel goed worden uitgelegd. Naar het oordeel van de Afdeling advisering is dat niet gebeurd. Mede gelet op de verstrekkende gevolgen van het initiatiefwetsvoorstel, adviseert de Afdeling advisering het voorstel te heroverwegen.


Lees hier het advies van de Afdeling advisering en de reactie van de indiener daarop.