Op dit moment geen uitzetting mogelijk naar Somalië

Gepubliceerd op 5 november 2014

Sinds begin oktober van dit jaar is er geen zicht op uitzetting van Somalische vreemdelingen binnen een redelijke termijn. Dit blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van vandaag (5 november 2014) op een hoger beroep van een Somalische vreemdeling tegen een uitspraak van de rechtbank Den Haag. Zicht op uitzetting binnen een redelijke termijn is een voorwaarde voor de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie om een vreemdeling die geen verblijfsrecht heeft in Nederland, in zogenoemde vreemdelingenbewaring te mogen stellen.

Afspraken

In mei 2010 zijn tussen de Nederlandse en Somalische autoriteiten afspraken gemaakt over de gedwongen terugkeer van vreemdelingen naar Somalië. Na twee geslaagde uitzettingen in 2013 hebben de Somalische autoriteiten in november 2013 aangegeven hun medewerking aan uitzettingen tijdelijk te willen opschorten in afwachting van nadere afspraken met de Nederlandse autoriteiten.

Geen concrete aanknopingspunten

Sinds november 2013 spant de staatssecretaris zich op diverse niveaus in om de Somalische autoriteiten te bewegen mee te werken aan de gedwongen terugkeer van vreemdelingen naar Somalië. Naar het oordeel van de Raad van State heeft de staatssecretaris echter geen helderheid kunnen geven over de inhoud van die gesprekken of over de termijn waarbinnen de Somalische autoriteiten alsnog hun medewerking zullen verlenen aan gedwongen terugkeer. Dit betekent dat er "op dit moment geen concrete aanknopingspunten zijn dat Somalische vreemdelingen op korte termijn kunnen worden uitgezet", aldus de Raad van State.

Gevolg van de uitspraak

De uitspraak betekent dat er op dit moment geen vreemdelingen naar Somalië kunnen worden uitgezet.

Lees hier de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummer 201407320/1.