Provincie Noord-Holland moet deel bezwaren tegen milieuvergunning Corus opnieuw bekijken

Gepubliceerd op 28 mei 2008

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft bepaald dat het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland een deel van de bezwaren tegen de milieuvergunning van Corus opnieuw moet bekijken. De Raad van State heeft verder bepaald dat tot die tijd de normen die de provincie voor de uitstoot van onder meer zware metalen in de milieuvergunning heeft opgenomen, blijven gelden. Dit blijkt uit een uitspraak van de Raad van State van vandaag (28 mei 2008). Onder meer de stichting Natuur en Milieu en de Milieufederatie Noord-Holland hadden beroep aangetekend tegen de milieuvergunning die het provinciebestuur in januari 2007 aan Corus had verleend. Natuur en Milieu en de Milieufederatie vinden onder andere dat Corus te veel zware metalen uitstoot.

Volgens de Raad van State had het provinciebestuur in de vergunning strengere normen moeten opnemen voor de uitstoot per jaar van een aantal zware metalen zoals cadmium en arseen, omdat de toegestane uitstoot hoger is dan Corus jaarlijks nodig heeft. Zowel de uitstoot per uur als per jaar van een aantal andere zware metalen, waaronder chroom, is ten onrechte helemaal niet aan een maximum gebonden, aldus de hoogste bestuursrechter.

Verder had het provinciebestuur onderzoek moeten (laten) doen naar het gebruik van een zogenoemd 'doekfilter' in een van de fabrieken van Corus. Een dergelijk filter kan de uitstoot van stof – en daarmee ook van zware metalen die zich aan stof hechten – aanzienlijk beperken. Ook had het provinciebestuur moeten onderzoeken wat de gevolgen zijn van het bijstoken met afvalstoffen. Het is nu niet duidelijk in hoeverre dat bijstoken bijdraagt aan de uitstoot van zware metalen, aldus de Raad van State.

Gevolg van de uitspraak is onder meer dat het provinciebestuur alsnog onderzoek moet laten doen naar het gebruik van een doekfilter in een van de fabrieken van Corus en naar de gevolgen van het bijstoken met afvalstoffen voor de uitstoot van zware metalen. De Raad van State heeft in zijn uitspraak bepaald dat de normen die in de vergunning zijn opgenomen voor de uitstoot van onder meer zware metalen blijven gelden totdat het provinciebestuur een nieuw besluit heeft genomen. Dit betekent dat Corus in deze periode zijn activiteiten mag voortzetten. Corus moet zich dan wel houden aan de normen uit de vergunning. De Raad van State heeft deze maatregel getroffen om ervoor te zorgen dat Corus aan duidelijke normen moet voldoen. De Raad van State heeft hierbij ook de belangen van de verschillende partijen afgewogen. Het provinciebestuur krijgt 20 weken de tijd om een nieuw besluit te nemen over die delen van de milieuvergunning die vernietigd zijn. Totdat het provinciebestuur een nieuw besluit heeft genomen mag Corus niet meer bijstoken met afvalstoffen.

Tegen de uitspraak van de Raad van State is geen hoger beroep mogelijk.

Klik hier voor de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummer 200701617/1.

Vertegenwoordigers van de media kunnen voor meer informatie contact opnemen met afdeling persvoorlichting van de Raad van State: 070 - 426 45 20 of 070 - 426 48 12.