Bouwvergunning voor Damplein in Leidschendam onherroepelijk geworden

Gepubliceerd op 14 juli 2010

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft alle bezwaren tegen de bouwvergunning voor de herinrichting van het Damplein in Leidschendam ongegrond verklaard. Dat blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van vandaag (14 juli 2010). Daarmee is de bouwvergunning onherroepelijk geworden. Tegen de uitspraak is geen hoger beroep mogelijk.

Het college van burgemeester en wethouders van Leidschendam-Voorburg heeft in 2007 bouwvergunning verleend voor een ondergrondse parkeergarage, commerciële units (winkel/horeca) met 66 appartementen en twee maisonnettes op het Damplein. De stichting Behoud Damplein Leidschendam heeft zich van begin af aan verzet tegen de nieuwe plannen van het gemeentebestuur voor het Damplein. De stichting heeft tal van bezwaren aangevoerd. Zo zou het project een goede ruimtelijke onderbouwing ontberen, een onaanvaardbare inbreuk maken op de cultuurhistorische waarden in het gebied rond de sluis en onvoldoende parkeergelegenheid bieden. Ook zou het onderzoek naar de gevolgen van het plan voor de luchtkwaliteit niet juist zijn uitgevoerd en zou met het bouwplan de geluidsoverlast in de binnenstad onaanvaardbaar toenemen. Volgens de Raad van State treffen al deze bezwaren geen doel. Hiermee bevestigt de Raad van State in hoger beroep de uitspraak van de rechtbank in Den Haag die in augustus 2008 eerder tot dit oordeel kwam.

De uitspraak van de Raad van State liet langer op zich wachten dan gebruikelijk. Dat kwam omdat na een eerste rechtszitting in juni 2009 onduidelijkheid bleef bestaan over de vraag of het gemeentebestuur in strijd met de Europese regelgeving financiële steun heeft verleend voor de verwezenlijking van de plannen. De Raad van State heeft het gemeentebestuur hierover na de eerste zitting om nadere informatie verzocht. In juni 2010 vond de tweede rechtszitting plaats. Op basis van de nadere informatie en de toelichting op de zitting concludeert de Raad van State dat er "onvoldoende grond is voor het oordeel dat de gemeente in strijd met het Europese regels financiële steun heeft verleend

Lees hier de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummer 200807269/1.