Samenvatting advies over gewijzigde ambtsinstructie voor politie, marechaussee en opsporing

Gepubliceerd op 5 februari 2021

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft advies uitgebracht over het ontwerpbesluit dat de ambtsinstructie voor de politie, de Koninklijke marechaussee en andere opsporingsambtenaren wijzigt. Het advies is op 5 februari 2021 openbaar gemaakt.

Inhoud van de ambtsinstructie

Van ambtenaren van de politie, de Koninklijke marechaussee en andere opsporingsdiensten wordt verwacht dat zij, vaak in risicovolle situaties, optreden om de rechtsorde te handhaven en hulp te verlenen. Op basis van de Politiewet 2012 mogen deze ambtenaren daarbij geweld gebruiken. Het gebruik van geweld moet voldoen aan verschillende rechtsbeginselen. Zo moet het noodzakelijk, redelijk en gematigd zijn. Ook moet het voorzienbaar zijn dat geweld gebruikt kan worden, zowel voor de burger als voor de opsporingsambtenaar. In de ambtsinstructie wordt uitgewerkt wanneer en hoe verschillende geweldsmiddelen mogen worden gebruikt, zoals pepperspray, stroomstootwapen en vuurwapen. Het ontwerpbesluit van de minister van Justitie en Veiligheid herziet de ambtsinstructie en stelt nieuwe voorwaarden, past bestaande voorwaarden aan of schrapt deze.

Meer inzicht in het spanningsveld tussen regels en beoordelingsruimte

Deze herziening leidt op sommige onderdelen tot meer duidelijkheid en op andere onderdelen tot meer beoordelingsruimte voor de opsporingsambtenaar. Er bestaat een spanningsveld tussen duidelijke normering aan de ene kant en het bieden van ruimte voor een afweging in concrete omstandigheden aan de andere kant. De Afdeling advisering vindt dat de ambtsinstructie de algemeen geldende regels voor het gebruik van geweld moet bevatten. Maar als het van een concrete situatie afhangt op welke wijze geweld kan worden toegepast, dan moet de opsporingsambtenaar zelf de noodzaak en de gepastheid hiervan afwegen. Uit de toelichting van ambtsinstructie blijkt onvoldoende hoe een balans wordt gevonden in dit spanningsveld. Daarom moet de toelichting worden aangevuld.

Fysieke geweldstechnieken

Bij het gebruik van fysieke geweldstechnieken zijn opsporingsambtenaren gebonden aan de algemene beginselen uit de Politiewet 2012. Fysieke geweldstechnieken staan van oudsher niet in de ambtsinstructie. Het ligt ook niet voor de hand om dat alsnog te doen, omdat de precieze inzet afhankelijk is van veel factoren. Wel vindt de Afdeling advisering het van belang om over het gebruik van vooral risicovol fysiek geweld meer duidelijkheid te geven in de toelichting bij de ambtsinstructie. Zo verdienen de algemene beginselen voor het gebruik van fysieke geweldstechnieken een verdere uitwerking. Ook moet duidelijk zijn in hoeverre de opsporingsambtenaar een landelijk eenduidige instructie en specifieke training ontvangen voor de verschillende technieken. Tot slot moet voor de burger inzichtelijk worden gemaakt op welke wijze fysieke geweldstechnieken mogen worden toegepast.


Lees hier de volledige tekst van het advies van de Raad van State en de reactie (nader rapport) van de minister van Justitie en Veiligheid.