Nieuwe griffierechtbedragen met ingang van 1 januari 2019

Gepubliceerd op 1 januari 2019

Bij rechtbanken en ook bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State moet voor het in behandeling nemen van een (hoger)beroepschrift een bedrag worden betaald.

Dat bedrag wordt griffierecht genoemd. Er gelden verschillende tarieven. Deze zijn afhankelijk van de soort procedure en van de hoedanigheid van de indiener van het (hoger)beroepschrift. De minister voor Rechtsbescherming heeft de bedragen met ingang van 1 januari 2019 verhoogd.

Griffierechten_2019

Overgangsrecht

Voor de (hoger)beroepschriften die op of ná 1 januari 2019 zijn ontvangen en die gericht zijn tegen hetzelfde besluit of dezelfde uitspraak als waartegen in 2018 al een ander (hoger)beroepschrift is binnengekomen, gelden nog de 'oude' bedragen.

Op de pagina's over de werkwijze van de verschillende kamers van de Afdeling bestuursrechtspraak leest u meer over het nieuwe griffierecht.