Uitspraak 201211569/1/A4


Volledige tekst

201211569/1/A4.
Datum uitspraak: 8 januari 2013

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Peute Recycling B.V. (hierna: Peute B.V.), gevestigd te Dordrecht,
verzoekster,

en

de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
verweerder.

Openbare zitting gehouden op 8 januari 2013 om 10.00 uur.

Tegenwoordig:
Voorzitter: staatsraad mr. T.G. Drupsteen

ambtenaar van staat: mr. C.S. Aal

Verschenen:
Peute B.V., vertegenwoordigd door L. de Jager, werkzaam bij Peute B.V., bijgestaan door mr. R.G.J. Laan, advocaat te Hoorn;
De staatssecretaris, vertegenwoordigd door mr. P.C. Cup en N.G.J. Bartels, beiden werkzaam bij het ministerie.

Het verzoek richt zich tegen het besluit van de staatssecretaris van 13 november 2012, waarbij de staatssecretaris aan Peute B.V. een last onder dwangsom heeft opgelegd wegens overtreding van artikel 10.60, tweede lid, van de Wet milieubeheer, samen met artikel 2, onder 35, sub a en b, van de Verordening (EG) 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2006 betreffende de overbrenging van afvalstoffen (PB 2006 L 190; hierna: de Verordening).

Tegen dit besluit heeft Peute B.V. bezwaar gemaakt.
Voorts heeft Peute B.V. de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

De voorzitter wijst het verzoek af.

Daartoe overweegt hij het volgende.

De opgelegde last houdt in dat Peute B.V. een mengsel van kunststofafval en andere afvalstoffen zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk voor 15 december 2012, vanuit België dient terug te halen naar een vergunde inrichting voor afvalverwerking in Nederland.

Peute B.V. stelt zich op het standpunt dat het terughalen van de betrokken afvalstoffen naar Nederland, vanuit milieuoogpunt niet de beste optie is. Volgens haar is verwerking van de afvalstoffen in België vanuit milieuoogpunt beter, en biedt de Verordening daartoe ook de ruimte.

Uit het samenstel van het eerste en het tweede lid van artikel 24 van de Verordening volgt dat op de staatssecretaris de verplichting rust ervoor te zorgen dat de betrokken afvalstoffen worden teruggenomen door degene die de kennisgeving heeft moeten doen. Wanneer een autoriteit van bestemming in een dergelijk geval een verzoek tot terugname doet, wordt de staatssecretaris geacht daaraan gehoor te geven. Weliswaar voorziet artikel 24, tweede lid, onder d, van de Verordening in de mogelijkheid dat de betreffende afvalstoffen in het land van bestemming worden verwijderd of nuttig toegepast, maar ter zitting heeft de staatssecretaris uiteengezet, waarom hij – nog los van het terugnameverzoek − niet van deze mogelijkheid gebruik wil maken. Gelet op artikel 24 van de Verordening heeft de staatssecretaris, naar het oordeel van de voorzitter, in redelijkheid kunnen beslissen tot het opleggen van een last onder dwangsom.

De voorzitter overweegt voorts dat, wat er ook zij van de door Peute B.V. geleverde inspanningen ten aanzien van het zoeken van een vergunde inrichting voor afvalverwerking in Nederland en België, hiervoor pas in december 2012 een oplossing is gevonden, onder druk van de opgelegde last onder dwangsom. Tegen deze achtergrond bestaat geen grond voor het oordeel dat de begunstigingstermijn onredelijk kort was.

Gelet op het voorgaande ziet de voorzitter geen aanleiding voor het treffen van een voorlopige voorziening. Ook overigens ziet de voorzitter daartoe, bij afweging van de betrokken belangen, geen aanleiding. Daarbij neemt de voorzitter in aanmerking dat de staatssecretaris ter zitting heeft verklaard dat hij niet tot invordering van de reeds verbeurde dwangsommen zal overgaan, indien Peute B.V. voortvarend te werk gaat met het terughalen van de betrokken afvalstoffen naar de vergunde inrichting voor afvalverwerking in Nederland waarmee zij inmiddels overeenstemming heeft bereikt. Peute B.V. heeft op haar beurt ter zitting verklaard dat zij de staatssecretaris zal informeren over elke stap die zij ter zake neemt.

w.g. Drupsteen w.g. Aal
voorzitter ambtenaar van staat

584.