Onteigening in de gemeente Meierijstad (onteigeningsplan Foodpark Veghel 2016).


Volledige tekst

Krachtens Koninklijke machtiging heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en  Koninkrijksrelaties met een schrijven van 30 september 2020, no.RWS-2020/44997, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt een voordracht met ontwerpbesluit tot aanwijzing van een onroerende zaak ter onteigening in de gemeente Meierijstad krachtens artikel 78 van de onteigeningswet (onteigeningsplan Foodpark Veghel 2016).

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen over het ontwerpbesluit en adviseert het besluit te nemen.

Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert de Afdeling dit advies openbaar te maken.

De vice-president van de Raad van State


Nader rapport (reactie op het advies) van 23 november 2020

Het bestemmingsplan voorziet in de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein, genaamd Foodpark Veghel, in het gebied De Kempkens, ten zuiden van de bestaande bedrijventerreinen De Dubbelen en Doornhoek. Het te realiseren bedrijventerrein is onder andere gericht op het aantrekken van nieuwe bedrijven die in de (agro)foodketen opereren, zoals distributiecentra, transportbedrijven en de maakindustrie. Met het realiseren van Foodpark Veghel zal er ruimte worden geboden voor de vestiging van bedrijven en de ontwikkeling van bedrijvigheid welke een bijdrage zullen leveren aan de regionale economie. Foodpark Veghel wordt gefaseerd ontwikkeld. Het bestemmingsplan voorziet in de realisatie van fase 1 van het bedrijventerrein. Het plangebied is circa 40 hectare groot waarvan ongeveer 30 hectare wordt ingevuld als bedrijventerrein. In het plan is tevens voorzien in de realisatie van een interne ontsluitingsweg. In de onteigening zijn gedeelten van een onroerende zaak betrokken. Hierop zal de ontsluitingsweg worden aangelegd. Een gedeelte van de onroerende zaak wordt toegevoegd aan een te realiseren groter bedrijfsperceel.

De Afdeling kan zich met het ontwerpbesluit verenigen.

Ik moge U hierbij het ontwerpbesluit doen toekomen en U verzoeken overeenkomstig dit ontwerp te besluiten.

DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES