Uitspraak 201807060/2/R1


Volledige tekst

201807060/2/R1.
Datum uitspraak: 17 oktober 2018

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:

Champignonspecialist B.V. en anderen, gevestigd dan wel wonend te Ammerzoden, gemeente Maasdriel,
verzoekers,

en

de raad van de gemeente Maasdriel,
verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 5 juli 2018 heeft de raad het bestemmingsplan "Ammerzoden herziening 2017, Hooghaar ong." vastgesteld.

Tegen dit besluit hebben Champignonspecialist en anderen beroep ingesteld.
Champignonspecialist en anderen hebben de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

Champignonspecialist en anderen en de raad hebben nadere stukken ingediend.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 2 oktober 2018, waar Champignonspecialist en anderen, vertegenwoordigd door mr. J.H. Hartman, rechtsbijstandverlener te Hedel, en de raad, vertegenwoordigd door mr. G.C. de Vries en M.H.R. Hofmans, zijn verschenen. Voorts is ter zitting [partij], vertegenwoordigd door [gemachtigden], bijgestaan door mr. A.G. van Keulen, rechtsbijstandverlener te Zaltbommel, gehoord.

Overwegingen

Inleiding

1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.

1.1. [partij] wil op een perceel aan de Hooghaar te Ammerzoden twee eengezinswoningen realiseren. Het perceel heeft een oppervlakte van ongeveer 660 m² en is momenteel in gebruik als grasland. Het bestemmingsplan voorziet in de door [partij] gewenste ontwikkeling door aan een deel van het perceel de bestemming "Wonen" toe te kennen en aan een deel van het perceel de bestemming "Agrarisch".

Champignonspecialist en anderen vrezen dat de bedrijfsvoering van Champignonspecialist en de ponyfokkerij van [eigenaar] zal worden belemmerd als gevolg van het plan.

Ontvankelijkheid

2. De voorzieningenrechter stelt vast dat het beroep mede is ingesteld door [bestuurder] in persoon, alsmede in zijn hoedanigheid als bestuurder van de Champignonspecialist B.V.

2.1. De voorzieningenrechter stelt vast dat [bestuurder] bestuurder en enig aandeelhouder is van [bedrijf]. [bedrijf] is bestuurder en enig aandeelhouder van Champignonspecialist B.V. Nu [bestuurder] niet in de omgeving van het plangebied woont en als bestuurder van [bedrijf] geen eigen maar slechts een afgeleid belang heeft, verwacht de voorzieningenrechter dat het beroep voor zover dat is ingesteld door [bestuurder] in persoon, alsmede in zijn hoedanigheid als bestuurder niet ontvankelijk zal worden geacht.

Spoedeisend belang

3. Ter zitting heeft [partij] aangegeven dat zij niet zal wachten op de uitkomst van de bodemprocedure en zij voornemens is in week 41 een vergunningaanvraag in te dienen. Onder deze omstandigheden is de voorzieningenrechter van oordeel dat sprake is van een spoedeisend belang bij de gevraagde voorziening, zodat de voorzieningenrechter hierna zal overgaan tot een voorlopige rechtmatigheidsbeoordeling.

VNG-brochure

4. Champignonspecialist en anderen betogen dat de raad bij de toetsing aan de brochure "Bedrijven en milieuzonering" uit 2009 van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (hierna: VNG-brochure) ten onrechte heeft aangenomen dat ter plaatse sprake is van een gemengd gebied. Ten gevolge daarvan heeft de raad onjuiste richtafstanden gehanteerd bij de beoordeling van de invloed van de geprojecteerde woningen op de aanwezige bedrijvigheid.

4.1. De voorzieningenrechter overweegt dat in de VNG-brochure onder gemengd gebied wordt verstaan een gebied met matige tot sterke functiemenging, waarin naast woningen ook andere functies voorkomen. Vast staat dat het plangebied is gelegen in de nabijheid van agrarische bedrijven zoals het bedrijf van Champignonspecialist en de ponyfokkerij van [eigenaar]. Daarnaast bevindt zich in de nabijheid een winkelcentrum, waar winkels en horeca te vinden zijn. Gelet op het vorenstaande heeft de raad zich naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet ten onrechte op het standpunt gesteld dat er sprake is van een gemengd gebied als bedoeld in de VNG-brochure.

Besluit milieueffectrapportage

5. Champignonspecialist en anderen betogen dat bij de voorbereiding van het plan ten onrechte geen aanmeldnotitie voor de vormvrije m.e.r.-beoordeling is opgesteld en ingediend bij het bevoegd gezag. Ten aanzien van de inhoud van de vormvrije m.e.r.-beoordeling merken Champignonspecialist en anderen op dat het plan voorziet in twee eengezinswoningen, terwijl in de beoordeling staat vermeld dat het om twee seniorenwoningen gaat. Verder merken Champignonspecialist en anderen ook in dit verband op dat de planlocatie niet is gelegen in gemengd gebied, maar in een rustige woonwijk.

5.1. De voorzieningenrechter stelt vast dat er sprake is van een gebrek nu pas na ter inzage legging van het ontwerpplan een aanmeldnotitie is opgesteld en ingediend bij het bevoegd gezag en de raad pas bij vaststelling van het plan heeft besloten dat geen milieueffectrapportage nodig is. Gelet op de uitspraak van de Afdeling van 26 september 2018, ECLI:NL:RVS:2018:3131, en voornoemde omstandigheden, heeft de voorzieningenrechter echter niet zonder meer de verwachting dat het besluit van 5 juli 2018 zal worden vernietigd. Daarbij betrekt de voorzieningenrechter dat hij, mede gelet op hetgeen is overwogen onder 4.1, in het betoog van Champignonspecialist en anderen geen aanleiding ziet voor het oordeel dat de raad had moeten besluiten dat een milieueffectrapportage nodig is.

Spuitzones

6. Champignonspecialist en anderen betogen dat de raad ten onrechte geen rekening heeft gehouden met het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Champignonspecialist en anderen wijzen op de afwijkingsbevoegdheid ten behoeve van een aan huis verbonden bedrijf.

6.1. De voorzieningenrechter ziet, gelet op artikel 3, lid 3.3, aanhef en onder g, en artikel 5, lid 5.6.1, aanhef en onder e, van de planregels, geen aanleiding voor het oordeel dat de raad onvoldoende rekening heeft gehouden met het gebruik van bestrijdingsmiddelen.

Bedrijfsmatig agrarisch grondgebruik

7. Champignonspecialist en anderen betogen dat het plan rechtsonzeker is nu de raad hobbymatig agrarisch gebruik heeft willen toestaan, maar het woord "hobbymatig" tussen haakjes staat in artikel 3, lid 3.1, van de planregels, waardoor niet duidelijk is of ook bedrijfsmatig agrarisch gebruik mogelijk is. Bovendien is niet duidelijk wat onder hobbymatig wordt verstaan, nu in de planregels geen definitie van hobbymatig is opgenomen, aldus Champignonspecialist en anderen. Indien en voor zover het plan volwaardig agrarisch gebruik toestaat en de gronden ook bedrijfsmatig kunnen worden gebruikt dan betogen Champignonspecialist en anderen dat het plan leidt tot hinder voor hun bedrijfsvoering, gelet op het aantal dieren dat kan worden gehouden, en tot oneerlijke concurrentie, nu de gronden direct aan de voorziene woonbestemming grenzen.

7.1. De raad heeft zich ter zitting op het standpunt gesteld dat op het perceel slechts hobbymatig en niet bedrijfsmatig dieren kunnen worden gehouden, mede door de geldende milieunormen. [partij] heeft ter zitting toegelicht dat zij op de gronden hobbymatig paarden wil gaan houden en geen plannen heeft om een agrarisch bedrijf te beginnen. Verder is ter zitting gebleken dat het woord hobbymatig is toegevoegd omdat het hobbymatig houden van paarden op gronden met een agrarische bestemming anders niet zou mogen.

De voorzieningenrechter stelt vast dat uit het plan volgt dat de gronden waaraan de bestemming "Agrarisch" is toegekend zijn bestemd voor "(hobbymatig) agrarisch grondgebruik". Door het gebruik van de haakjes in artikel 3, lid 3.1, van de planregels is het naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet duidelijk of het plan naast hobbymatig ook bedrijfsmatig agrarisch grondgebruik toelaat. Gelet hierop en gelet op de locatie van de gronden met de agrarische bestemming ziet de voorzieningenrechter aanleiding een voorlopige voorziening te treffen. Daarbij betrekt de voorzieningenrechter dat [partij] heeft aangegeven dat zij voldoende heeft aan een bestemming die uitsluitend hobbymatig agrarisch grondgebruik toe laat. Verder acht de voorzieningenrechter het in dit geval, gelet ook op de beperkte ruimtelijke mogelijkheden voor het uitoefenen van een volwaardig agrarisch bedrijf, voorshands uit een oogpunt van duidelijkheid niet nodig dat het begrip "hobbymatig" in het plan nader wordt omschreven.

8. Ten aanzien van de overige door Champignonspecialist en anderen aangevoerde beroepsgronden, verwacht de voorzieningenrechter niet dat deze beroepsgronden in de bodemprocedure tot een gegrond beroep zullen leiden.

Conclusie

9. Gelet op het vorenstaande ziet de voorzieningenrechter aanleiding de hierna te melden voorlopige voorziening te treffen.

10. De raad dient op na te melden wijze tot vergoeding van de proceskosten te worden veroordeeld.

Beslissing

De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

I. bepaalt bij wijze van voorlopige voorziening dat artikel 3, lid 3.1, aanhef en onder a, van de planregels van het bestemmingsplan "Ammerzoden herziening 2017, Hooghaar ong." als volgt komt te luiden: "De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor: hobbymatig agrarisch grondgebruik;";

II. veroordeelt de raad van de gemeente Maasdriel tot vergoeding van bij Champignonspecialist B.V. en anderen in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 1.002,00 (zegge: duizendtwee euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, met dien verstande dat bij betaling van genoemd bedrag aan een van hen het bestuursorgaan aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan;

III. gelast dat de raad van de gemeente Maasdriel aan Champignonspecialist B.V. en anderen het door hen voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 338,00 (zegge: driehonderdachtendertig euro) vergoedt, met dien verstande dat bij betaling van genoemd bedrag aan een van hen het bestuursorgaan aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan.

Aldus vastgesteld door mr. E. Helder, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. C. Sparreboom, griffier.

w.g. Helder
voorzieningenrechter

De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.

Uitgesproken in het openbaar op 17 oktober 2018

195-849.