Uitspraak 201808524/2/A1


Volledige tekst

201808524/2/A1.
Datum beslissing: 16 juli 2019

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Beslissing op het verzoek om verschoning (ex artikel 8:19 van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: de Awb) van:

mr. H. Troostwijk

Procesverloop

Ten aanzien van zaak nr. 201808524/1/A1, die op 23 juli 2019 ter zitting zal worden behandeld, heeft staatsraad Troostwijk, die als voorzitter belast is met de behandeling van de zaak, op 15 juli 2019 het verzoek gedaan zich te mogen verschonen.

Overwegingen

1.    Ingevolge artikel 8:19, eerste lid, van de Awb kan op grond van feiten en omstandigheden als bedoeld in artikel 8:15 elk van de rechters die een zaak behandelen, verzoeken zich te mogen verschonen.

In artikel 8:15 is bepaald dat op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, kan worden gewraakt op grond van feiten en omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.

2.    Staatsraad Troostwijk heeft te kennen gegeven dat zij in de nabijheid van het in deze procedure aan de orde zijnde perceel woont. Om iedere schijn van vooringenomenheid bij de behandeling van de zaak te voorkomen, heeft zij verzocht zich te mogen verschonen.

3.    De Afdeling acht, gezien deze motivering, de inwilliging van het verzoek gerechtvaardigd.

4.    Gelet op vorenstaande, wordt het verzoek toegewezen.

Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

wijst het verzoek toe.

Aldus vastgesteld door mr. D.A.C. Slump, voorzitter, en mr. C.H.M. van Altena en mr. E.A. Minderhoud, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.D.T. Pieters, griffier.

w.g. Slump    w.g. Pieters
voorzitter    griffier

Uitgesproken in het openbaar op 16 juli 2019

473.