Overheden mogen 'doorbraak' maken bij geplande hoogwatergeul Reevediep
Opheffing schorsing
De voorzieningenrechter benadrukt allereerst dat met deze uitspraak niet vooruitgelopen wordt op de einduitspraak over het 'Projectplan Waterwet Inrichting IJsseldelta-Zuid (Reevediep)' en de daarmee samenhangende besluiten, waaronder het bestemmingsplan 'IJsseldelta-Zuid' van de gemeente Kampen en de natuurvergunning van de staatssecretaris. De doorbraak en de aanleg van de dijken heeft naar zijn oordeel geen gevolgen voor het Natura 2000-gebied 'Veluwerandmeren'. De werkzaamheden vinden namelijk plaats in het uiterste noordoosten van het gebied, terwijl de Veluwerandmeren in het westen daarvan liggen. Hierbij acht de voorzieningenrechter van belang dat de eerder getroffen schorsing van februari 2015 erop was gericht om – in afwachting van einduitspraak – onomkeerbare gevolgen voor de Veluwerandmeren te voorkomen.
Aanleiding opheffingsverzoek
Aanleiding voor het verzoek van de overheden om de doorbraak aan te leggen is de daarmee samenhangende zandwinning in de IJssel op grond van het projectplan 'Zomerbedverlaging Beneden-IJssel'. Dat zand moet tijdelijk worden opgeslagen in de noordelijke plas in de Onderdijkse Waard voor de aanleg van de dijken. Om het zand van de IJssel naar de noordelijke plas te kunnen vervoeren is de doorbraak noodzakelijk, maar door de opgelegde schorsing kan die niet worden gerealiseerd. Volgens de overheden belemmert de schorsing daarmee de uitvoering van het projectplan 'Zomerbedverlaging Beneden-IJssel' dat wel al onherroepelijk is geworden. Uitvoering van dit project vinden de overheden noodzakelijk gelet op de beoogde waterstandverlaging in de IJssel in 2016. Bovendien heeft stillegging van dit plan ernstige financiële gevolgen, aldus de overheden.
Lees hier de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummer 201401736/5.